Appreciatie ingediende amendementen
Bijlage
Nummer: 2022D44318, datum: 2022-10-31, bijgewerkt: 2024-02-19 10:56, versie: 1
Directe link naar document (.docx), link naar pagina op de Tweede Kamer site.
Bijlage bij: Toezeggingen gedaan tijdens het wetgevingsoverleg van 19 oktober 2022 over het wetsvoorstel toekomst pensioenen, toelichting op de derde nota van wijziging en appreciatie amendementen (2022D44317)
Preview document (đ origineel)
Appreciatie op de reeds ingediende amendementen d.d. 28 oktober 2022
Amendement (Kamernummer) | Appreciatie | Toelichting |
---|---|---|
Amendement van het lid Stoffer over het delen van gegevens op verzoek van de deelnemer (36067-13) | Vervangen door 36067-24 | n.v.t. |
Amendement van het lid Palland over een uitkeringscollectief in de solidaire premieregeling (36067-16) | Vervangen door 36067-46 | n.v.t. Â |
Amendement van de leden Palland en Ceder over een jaarlijkse keuze voor voortzetting risicodekking (36067-17) | Vervangen door 36067-47 | n.v.t. |
Amendement van het lid Omtzigt over een goedkeuringsprocedure voor het invaren (36067-18) | Ontraden | In dit amendement wordt aan het besluitvormingsproces rondom invaren toegevoegd om het invaarbesluit voor te leggen aan (gewezen) deelnemers en pensioengerechtigden. Er kleven diverse nadelen aan een vorm van collectieve inspraak als de besluitvorming over de evenwichtigheid van de transitie al op andere tafels heeft plaatsgevonden. Het voegt substantieel meer complexiteit toe aan de uitvoering van het invaarproces bij pensioenfondsen, maar het neemt niet de mogelijke bezwaren weg waar de indiener op wijst die bij een aantal deelnemers en pensioengerechtigden kunnen leven over dat zij geen individueel bezwaar tegen het invaren kunnen maken. Bovendien dient ook de vraag te worden gesteld of de uitkomst van een dergelijke raadpleging inhoudelijk het beste resultaat voor de deelnemer oplevert. Ten overvloede, het amendement is gemodelleerd naar de procedure bij internationale collectieve waardeoverdrachten. Daar werd dit nodig geacht, omdat het pensioengeld in dat geval naar het buitenland overgedragen zou worden -en daarmee buiten het zicht van de Nederlandse toezichthouders zou verdwijnen. Dat is uiteraard niet het geval bij invaren of een reguliere collectieve waardeoverdracht. |
Amendement van het lid Omtzigt over het openstellen van beroep (36067-19) | Ontraden | De Nederlandse Bank (DNB) toetst of een verbod op collectieve waardeoverdracht wordt opgelegd op fondsniveau en niet op individuele basis. Het amendement wil dit aanpassen, zodat individuen wel zelf een bezwaar bij DNB kunnen indienen. Dat is niet logisch binnen het stelsel van collectieve besluitvorming. Het amendement werpt daarmee een onnodige drempel op om collectief in te varen. Terwijl collectief invaren juist een belangrijk middel is om de doelen uit het wetsvoorstel toekomst pensioenen te halen. |
Amendement van het lid Omtzigt over een uitlooptermijn van ten minste zes maanden (36067-20) | Ontraden | Een wettelijke uitloopperiode van minimaal zes maanden is voor pensioenfondsen met veel korte en wisselende dienstverbanden lastig uitvoerbaar. In het wetsvoorstel is daarom een vaste uitloopperiode van drie maanden opgenomen. Hiermee is een balans gevonden tussen het borgen van de positie van de deelnemer en uitvoerbaarheid. Een ongeclausuleerde sectorale afwijking bovenop de wettelijke standaardtermijn, leidt tot een onwenselijke verscheidenheid aan afspraken over de uitloopperiode. |
Amendement van het lid Omtzigt over risicodekking in de Ziektewet en WIA (36067-21) | Ontraden | In mijn brief van 17 oktober jl. is aangegeven dat het mogelijk is om wettelijk te regelen dat de oude pensioenuitvoerder de risicodekking voor nabestaandenpensioen standaard voortzet wanneer iemand een Ziektewetuitkering ontvangt. Als het amendement alleen betrekking op dit onderdeel zou hebben gehad, kan ik het oordeel Kamer laten. Echter, het deel dat betrekking heeft op de situatie dat iemand arbeidsongeschikt raakt, moet ik ontraden. In de praktijk voorzien de meeste pensioenregelingen in premievrije voortzetting bij arbeidsongeschiktheid. Dit betekent dat de arbeidsongeschikte werknemer deelnemer blijft in de pensioenregeling en dus naast opbouw van ouderdomspensioen ook verzekerd blijft voor nabestaandenpensioen. Zonder nadere aanpassingen wordt dit amendement ontraden. |
Amendement van het lid Omtzigt over het omzetten van ouderdomspensioen naar partnerpensioen (36067-22) | Ontraden | Sociale partners zijn vrij om in de pensioenregeling een nabestaandenpensioen aan te bieden. Door het amendement wordt hier inbreuk op gemaakt. Het regelt immers dat in pensioenregelingen waar er geen afspraken zijn voor nabestaandenpensioen het ouderdomspensioen gebruikt wordt om alsnog een uitkering te doen bij overlijden van de deelnemer. Indirect is er dan dus toch sprake van een nabestaandenpensioen. Het tweede deel van het amendement wordt eveneens ontraden. De hoogte van de dekking van het nabestaandenpensioen is maximaal 50%. Sociale partners staat het dus vrij om een lager percentage te kiezen. Door het amendement wordt een âte laagâ gekozen nabestaandenpensioen niveau automatisch aangevuld tot 50% vanuit het ouderdomspensioen. Ook dit gaat tegen de onderhandelingsvrijheid van sociale partners in. Het levert daarnaast ook extra kosten op aangezien in de financiering van het ouderdomspensioen hier geen rekening mee is gehouden Het leidt dus tot meer premie-inleg. Bij gesloten pensioenfondsen kan dat niet, aangezien er geen inleg meer plaatsvindt. |
Amendement van het lid Omtzigt over de maximale omvang van de reserves (36067-23) | Ontraden | Dit amendement zorgt ervoor dat de kern van het wetsvoorstel â een meer persoonlijk pensioenstelsel met behoud van sterke elementen uit het huidige stelsel â verloren gaat. Met een maximum van 25% van de collectieve buffer kan deze zo groot worden dat allerlei herverdelingseffecten kunnen ontstaan, waardoor de discussies over de verdeling van het collectieve pensioenvermogen tussen generaties weer terugkeren. Deelnemers kunnen er niet zeker van zijn dat er voldoende persoonlijk pensioenvermogen voor hen wordt gereserveerd dat alleen ten goede zal komen aan hun eigen pensioen. Deelnemers die duidelijkheid bieden, is nu juist Ă©Ă©n van de kerndoelstellingen van dit wetsvoorstel. |
Amendement van het lid Stoffer c.s. ter vervanging van nr. 13 over het delen van gegevens op verzoek van de deelnemer (36067-24) | Vervangen door 36067-25 | n.v.t. |
Nader gewijzigd amendement van het lid Stoffer c.s. ter vervanging van nr. 24 over het delen van gegevens op verzoek van de deelnemer (36067-25) | Oordeel Kamer | Deze geautomatiseerde gegevensuitwisseling brengt een significante verandering met zich mee. Pensioenfondsen leveren dan niet alleen gegevens aan MPO.nl aan, maar halen die, op verzoek van de deelnemer, ook op. Dit vereist zorgvuldige privacy-waarborgen. Er moet bijvoorbeeld goed geregeld worden waarvoor de ontvangende uitvoerder de gegevens mag gebruiken en hoe lang de gegevens bewaard mogen worden. Indien dit amendement wordt aangenomen, dient dit bij AMvB geregeld te worden. De Raad van State en de Autoriteit Persoonsgegevens zullen bij uitwerking van deze AMvB, zoals gebruikelijk, geconsulteerd worden. |
Amendement van het lid Stoffer over een permanente geschilleninstantie (36067-31) | Oordeel Kamer | Er zijn geen principiële bezwaren tegen een permanente geschilleninstantie. Een permanente geschilleninstantie kan immers een bestaande leemte in de rechtsbescherming vullen. In het wetsvoorstel is in eerste instantie de focus gelegd op de transitie met een tijdelijke geschilleninstantie tot 1 januari 2028, maar er zijn goede redenen om de geschilleninstantie van meet af aan permanent te maken. De rechtsbescherming van deelnemers en pensioengerechtigden staat daarbij voorop. |
Amendement van het lid Den Haan over het geven van een beroepsrecht aan geledingen vinnen het verantwoordingsorgaan (36067-45) | Ontraden | Dit amendement beoogt om niet alleen het gehele verantwoordingsorgaan, maar ook geledingen binnen het verantwoordingsorgaan een beroepsrecht te geven. Het verantwoordingsorgaan beoordeelt of het pensioenfondsbestuur de verschillende belangen evenwichtig heeft meegewogen en baseert zijn advies hierop. Door een beroepsrecht voor geledingen te introduceren komt de focus te sterk op âhet eigen belangâ te liggen. Het amendement leidt tot ongewenste verhoudingen binnen het verantwoordingsorgaan en kan daarmee leiden tot onnodige juridische procedures. Ik ontraad daarom dit amendement. |
Amendement van het lid Palland over een uitkeringscollectief in de solidaire premieregeling (36067-46) | Oordeel Kamer | In de nota naar aanleiding van het nader verslag bij het wetsvoorstel toekomst pensioenen is aangegeven dat in overleg met sociale partners, de Pensioenfederatie en DNB een variant voor een collectieve uitkeringsfase in de solidaire premieregeling is uitgewerkt, die voldoet aan zowel alle wettelijke randvoorwaarden als aan de wensen van het veld. Een wettelijke aanpassing is hier niet voor nodig. Het lijkt wel toegevoegde waarde te hebben om een wettelijke grondslag te creĂ«ren, waarmee in de lagere regelgeving kan worden bevestigd dat een collectieve uitkeringsfase binnen de solidaire premieovereenkomst - zoals technisch uitgewerkt met bovengenoemde partijen â mag worden toegepast. |
Amendement van de leden Palland, Ceder, Smals en Stoffer over een jaarlijkse keuze voor voortzetting risicodekking (36067-47) | Oordeel Kamer | In dit amendement wordt voorgesteld de default aan te passen van stopzetten bij geen reactie van de deelnemer naar voortzetten van de risicodekking. Dit voorkomt schrijnende gevallen bij nabestaanden van deelnemers. Bij het bepalen van een juiste default voor de vrijwillige voortzetting van risicodekking is sprake van een dilemma:
Schrijnende situaties moeten zo veel als mogelijk voorkomen worden. Het omdraaien van de default -dus dit amendement- kan oordeel Kamer worden gegeven. Ik wil daarbij wel nog de suggestie van het lid Nijboer opmerken. Hij stelt voor om bijvoorbeeld na 3 of 5 jaar nog eens expliciet bevestiging aan de deelnemer te vragen voor vrijwillige voortzetting. |