[overzicht] [activiteiten] [ongeplande activiteiten] [besluiten] [commissies] [geschenken] [kamerleden] [kamerstukdossiers] [🧑mijn] [open vragen]
[toezeggingen] [stemmingen] [verslagen] [🔍 uitgebreid zoeken] [wat is dit?]

Antwoord op vragen van het lid Van Strien over Samenwerking van de NPO en VRT

Antwoord schriftelijke vragen

Nummer: 2022D50218, datum: 2022-11-25, bijgewerkt: 2024-02-19 10:56, versie: 3

Directe link naar document (.pdf), link naar pagina op de Tweede Kamer site, officiële HTML versie (ah-tk-20222023-854).

Gerelateerde personen: Bijlagen:

Onderdeel van zaak 2022Z19524:

Preview document (🔗 origineel)


Tweede Kamer der Staten-Generaal 2
Vergaderjaar 2022-2023 Aanhangsel van de Handelingen
Vragen gesteld door de leden der Kamer, met de daarop door de regering gegeven antwoorden

854

Vragen van het lid Van Strien (VVD) aan de Staatssecretaris van Onderwijs, Cultuur en Wetenschap over de samenwerking van de NPO en VRT (ingezonden 14 oktober 2022).

Antwoord van Staatssecretaris Uslu (Onderwijs, Cultuur en Wetenschap) (ontvangen 25 november 2022). Zie ook Aanhangsel Handelingen, vergaderjaar 2022–2023, nr. 662.

Vraag 1

Bent u bekend met het bericht: «NPO en Vlaamse publieke omroep VRT gaan intensieve samenwerking aan»?1

Antwoord 1

Ja.

Vraag 2

Wanneer bent u door de Stichting Nederlandse Publieke Omroep (NPO) op de hoogte gesteld dat zij van plan was een intensieve samenwerking aan te gaan met haar Belgische tegenhanger de Vlaamse radio en Televisieomroeporganisatie (VRT)?

Antwoord 2

Persberichten worden meestal onder embargo kort voor publicatie door de NPO aan de belangrijkste stakeholders verstuurd, zo ook over het plan van intensievere samenwerking tussen VRT en NPO. Over de intentie om de samenwerking te intensiveren was ik al eerder op de hoogte. Dit kwam onder andere ter sprake in mijn gesprekken die ik gevoerd heb met mijn Vlaamse collega Minister van media, dhr. Dalle. In deze gesprekken hebben wij gesproken over hoe de samenwerking tussen Vlaanderen en Nederland op mediagebied verder vorm kan worden gegeven, mede naar aanleiding het Vlaamse besluit om te stoppen met BVN2. Daarover heb ik uw Kamer vorig jaar per brief geïnformeerd.3

Vraag 3, 4 en 5

Welke rol heeft u gespeeld in de totstandkoming van deze intensieve samenwerking tussen de Belgische en Nederlandse publieke omroep?

Vindt u dat de Kamer geïnformeerd en geconsulteerd moet worden als de NPO een «intensieve samenwerking» aan gaat?

Op welke manier legt de NPO vooraf en achteraf verantwoording af over soortgelijke besluiten?

Antwoord 3, 4 en 5

De NPO heeft binnen de kaders van de Mediawet de autonomie om samen met de omroepen en andere partners waaronder buitenlandse publieke omroepen invulling te geven aan de publieke mediaopdracht. Er is geen voorafgaand toezicht op de inhoud van een radio of televisie-uitzending. Zoals in antwoord op vraag 2 aangegeven, heb ik tijdens mijn bezoek aan Vlaanderen met Minister Dalle gesproken over samenwerking op mediagebied. Ik heb verder geen actieve rol gespeeld bij de totstandkoming van de aangekondigde samenwerking tussen de NPO en VRT. Ik juich deze samenwerking wel toe, en onderstreep de doelstellingen ervan. Achteraf legt de publieke omroep over zijn activiteiten verantwoording af. De NPO doet dat op verschillende manieren waarbij de zogenoemde Terugblik4 het belangrijkste document is. Jaarlijks stuur ik uw Kamer deze Terugblik als bijlage bij de mediabegrotingsbrief5.

Vraag 6

Kunt u aangeven welke meerwaarde u ziet in de samenwerking?

Antwoord 6

Vanwege de vele overeenkomsten in taal en cultuur tussen Vlaanderen en Nederland, zie ik meerwaarde in de intensivering van de samenwerking tussen de NPO en de VRT. Een voorbeeld daarvan is de eerder al aangekondigde dramaserie Arcadia wat de eerste volwaardige coproductie tussen VRT, NPO en KRONCRV is – met steun van de Duitse omroep ARD en het Vlaams Audiovisueel Fonds. Deze dramaserie zal in de loop van 2023 in Vlaanderen en Nederland te zien zijn. Beide publieke omroepen kennen daarnaast vergelijkbare uitdagingen in het zich veranderende medialandschap waaronder voortdurende technologische innovaties en het toetreden van internationale spelers. Door samenwerking te zoeken kunnen krachten worden gebundeld bij het maken en uitwisselen van programma’s, maar ook het delen van technologie en innovaties kan strategische en efficiëntie-voordelen opleveren voor de beide publieke omroepen.

Vraag 7, 8 en 9

Kunt u aangeven hoe een samenwerking met een Belgische omroepdienst bijdraagt aan het uitvoeren van artikel 2.1 lid 2 van de Mediawet, namelijk het «voorzien in democratische, sociale en culturele behoeften van de Nederlandse samenleving»?

Wat vindt u ervan dat de NPO, op eigen initiatief en zonder tussenkomst van omroepen, samen met de VRT formats en producties ontwikkelt?

Kunt u aangeven op welke wijze de samenwerking met de VRT en de ontwikkeling van eigen formats en producties geen gevolgen zal hebben voor de ruimte die Nederlandse publieke omroepen met hun programma's op de lineaire zenders NPO 1, 2 en 3 krijgen?

Antwoord 7, 8 en 9

De NPO heeft de wettelijke taak zoals opgenomen in artikel 2.2 lid 2d van de Mediawet 2008, om in samenwerking met buitenlandse omroepinstellingen mee te werken aan Europees media-aanbod dat mede op het Nederlandse publiek is gericht. Daarnaast is het de wettelijke taak van de NPO om zaken te behartigen die van gemeenschappelijk belang zijn voor de publieke omroep, waaronder de coördinatie van het verwerven, beheren en gebruiken van rechten op programma’s (artikel 2.2 lid 2f Mw). Dit doet de NPO vanuit de gezamenlijkheid van de gehele publieke omroep en mede namens de omroepen. Eventuele producties die uit deze samenwerking naar voren komen, worden bekostigd uit het programmabudget dat beschikbaar is voor de omroepen. De NPO beschikt niet over middelen om zelf producties te maken, maar kan wel het initiatief nemen tot het verzorgen van media-aanbod door een omroep, op basis van een voorstel dat niet afkomstig is van een partij van buiten het landelijke publieke bestel, bijvoorbeeld een buitenlandse omroep of een onafhankelijke producent.6 Dat voorstel van buiten wordt dan door de NPO gekoppeld aan een omroep of de NTR. De NPO kan kosten die voortkomen uit samenwerkingen financieren uit het budget dat beschikbaar is voor de NPO-organisatie, voor zover deze samenwerking en kosten voortvloeien uit de wettelijke taken die de NPO heeft.

Vraag 10

Kunt u aangeven hoe het mogelijk is dat de NPO samen gaat werken met de VRT, een landelijke omroep die op haar beurt nauw samenwerkt met de commerciële partij Netflix voor het maken van content, waar de NPO zich altijd verre van heeft willen houden?

Antwoord 10

De NPO voert met vele partijen gesprekken voor het maken van content, waaronder VRT en Netflix. Dit zijn complexe onderhandelingen die soms leiden tot succesvolle (co-)producties, maar vaak ook niet meteen. Dit hangt onder andere af van de voorwaarden die door beide partijen worden gesteld aan de samenwerking en of hierover overeenstemming kan worden bereikt. In mijn brief van 5 juli 20227 ben ik ingegaan op de samenwerking tussen de publieke omroep en streamingsdiensten, waaronder Netflix.

Vraag 11

Kunt u aangeven hoeveel middelen er van de NPO ingezet worden voor deze samenwerking en hoe dit zich verhoudt tot de taak en rol van omroepen en niet de NPO om programma’s te ontwikkelen voor de omroep?

Antwoord 11

De samenwerking met de VRT gaat uit van bestaande budgetten van de NPO. In mijn antwoord op vraag 7, 8 en 9 ben ik ingegaan op de wettelijke taak van de NPO om mede namens omroepen samenwerkingen met buitenlandse omroepen aan te gaan.

Vraag 12

Bent u bereid de Kamer voorafgaand aan het wetgevingsoverleg Media een brief te doen toekomen met daarin een uitwerking van de samenwerking tussen de NPO en VRT, een toelichting hoe deze samenwerking zich verhoudt tot de wettelijke taakomschrijving van de NPO zoals deze is neergelegd in de Mediawet en de wijze waarop deze samenwerking geëvalueerd zal worden door de NPO en het Ministerie van OCW?

Antwoord 12

Zoals ik in mijn antwoord op vraag 7, 8 en 9 heb ik gegeven, heeft de NPO autonomie en wettelijke taak om samenwerkingen met buitenlandse omroepen aan te gaan. Ik zal de NPO vragen mij op de hoogte te houden van deze samenwerking en uw Kamer daarover zoals gebruikelijk informeren. Ik zal u daarbij ook informeren over de uitkomsten van mijn gesprekken met mijn Vlaamse collega dhr. Dalle.


  1. NU.nl, d.d. 12 oktober 2022, «NPO en Vlaamse publieke omroep VRT gaan intensieve samenwerking aan», NPO en Vlaamse publieke omroep VRT gaan intensieve samenwerking aan | Media | NU.nl.↩︎

  2. BVN, het Beste Van Nederland, is de publieke televisiezender voor Nederlanders in het buitenland waarin Nederlandstalige producties van de Nederlandse publieke omroepen worden uitgezonden via satelliet en internet. Zie ook: Externe link: http://www.bvn.tv Voorheen waren daar ook producties van de Vlaamse openbare omroep terug te zien.↩︎

  3. Kamerstuk 32 827, nr. 211.↩︎

  4. In de Terugblik beschrijft de NPO wat de NPO en de omroepen het afgelopen jaar hebben gedaan om de doelstellingen die in de begroting staan, te realiseren. Ook laat de NPO zien in hoeverre de programma’s voldoen aan publieke waarden. Daarnaast bevat de Terugblik een rapportage over de realisatie van de prestatieafspraken.↩︎

  5. De mediabegrotingsbrief 2023 is op vrijdag 18 november naar uw Kamer gestuurd: https://www.tweedekamer.nl/kamerstukken/brieven_regering/detail?id=2022Z22556&did=2022D48658 De Terugblik 2021 van de NPO is een bijlage daarvan: https://www.tweedekamer.nl/downloads/document?id=2022D48679↩︎

  6. Zie artikel 2.54:2 Mw.↩︎

  7. Kamerstuk 32 827, nr. 248.↩︎