Inbreng verslag van een schriftelijk overleg over laboratoriumzorg Bonaire (Kamerstuk 33578-90)
Eerstelijnszorg
Inbreng verslag schriftelijk overleg
Nummer: 2022D51397, datum: 2022-12-02, bijgewerkt: 2024-11-11 16:04, versie: 4
Directe link naar document (.pdf), link naar pagina op de Tweede Kamer site, officiële HTML versie (nds-tk-2022D51397).
Gerelateerde personen:- Eerste ondertekenaar: B.M.G. Smals, voorzitter van de vaste commissie voor Volksgezondheid, Welzijn en Sport (Ooit VVD kamerlid)
- Mede ondertekenaar: M. Heller, adjunct-griffier
Onderdeel van zaak 2022Z22058:
- Indiener: M. van Ooijen, staatssecretaris van Volksgezondheid, Welzijn en Sport
- Volgcommissie: vaste commissie voor Koninkrijksrelaties
- Voortouwcommissie: vaste commissie voor Volksgezondheid, Welzijn en Sport
- 2022-11-16 14:00: Aanvang middagvergadering: Regeling van werkzaamheden (Regeling van werkzaamheden), TK
- 2022-11-30 10:15: Procedurevergadering VWS (Procedurevergadering), vaste commissie voor Volksgezondheid, Welzijn en Sport
- 2022-11-30 14:00: Laboratoriumzorg Bonaire (Inbreng schriftelijk overleg), vaste commissie voor Volksgezondheid, Welzijn en Sport
- 2023-04-05 10:15: Procedurevergadering VWS (Procedurevergadering), vaste commissie voor Volksgezondheid, Welzijn en Sport
- 2023-09-06 09:30: Extra procedurevergadering commissie VWS (groslijst controversieel verklaren) (Procedurevergadering), vaste commissie voor Volksgezondheid, Welzijn en Sport
- 2024-10-02 15:00: Caribisch Nederland - VWS (Commissiedebat), vaste commissie voor Volksgezondheid, Welzijn en Sport
- 2024-10-10 13:10: Aanvang middagvergadering: Regeling van werkzaamheden (Regeling van werkzaamheden), TK
Preview document (🔗 origineel)
2022D51397 INBRENG VERSLAG VAN EEN SCHRIFTELIJK OVERLEG
In de vaste commissie voor Volksgezondheid, Welzijn en Sport bestond bij enkele fracties behoefte een aantal vragen en opmerkingen voor te leggen aan de Staatssecretaris van Volksgezondheid, Welzijn en Sport over zijn besluit om het Bonaire Laboratorium (Bonlab) voor 2023 voor de klinische laboratoriumzorg niet langer een zorgovereenkomst aan te bieden.1
De voorzitter van de commissie,
Smals
De adjunct-griffier van de commissie,
Heller
Inhoudsopgave
I. Vragen en opmerkingen vanuit de fracties
Vragen en opmerkingen van de leden van de VVD-fractie
Vragen en opmerkingen van de leden van de D66-fractie
Vragen en opmerkingen van de leden van de CDA-fractie
Vragen en opmerkingen van de leden van de SP-fractie
Vragen en opmerkingen van de leden van de PvdA- en GroenLinks-fractie
II. Reactie van de Staatssecretaris
I. Vragen en opmerkingen vanuit de fracties
Vragen en opmerkingen van de leden van de VVD-fractie
De leden van de VVD-fractie hebben kennisgenomen van de brief van de Staatssecretaris met betrekking tot de laboratoriumzorg op Bonaire. Zij hebben hier nog enkele vragen over.
De leden van de VVD-fractie lezen dat het lang heeft geduurd voordat het definitieve standpunt van het Bestuurscollege van Bonaire bekend was. Anderzijds vernemen zij via diverse mediaberichten dat het standpunt al eerder was gecommuniceerd. Genoemde leden vragen de Staatssecretaris hoe het komt dat beide partijen hier anders tegen aan kijken en hoe de communicatie in de toekomst verbeterd kan worden om incidenten te voorkomen.
Voorts lezen de leden van de VVD-fractie dat de Staatssecretaris op 21 november 2022 een gesprek heeft gehad met het Bestuurscollege over de laboratoriumzorg op Bonaire. Ze ontvangen graag een verslag van de Staatssecretaris over de uitkomsten van dit gesprek. Zijn er concrete afspraken gemaakt? Staan de neuzen nu dezelfde kant op?
Tot slot vragen de leden van de VVD-fractie de Staatssecretaris hoe er in de toekomst beter samengewerkt kan worden om onrust te voorkomen als dit soort besluiten genomen moeten worden. Heeft de Staatssecretaris hierover ook gesproken met de betrokken partijen? Hoe gaat hij het proces in de toekomst beter inrichten?
Vragen en opmerkingen van de leden van de D66-fractie
De leden van de D66 fractie hebben kennisgenomen van de brief inzake laboratoriumzorg Bonaire. Tevens hebben zij de brief van de gedeputeerde van Bonaire, van 18 november 2022 (ER-2022000663), met interesse gelezen. Wat de leden van de D66-fractie betreft, stelt gedeputeerde Den Heyer belangrijke vragen die zorgvuldig moeten worden geadresseerd. Genoemde leden zijn van mening dat in de context van de eilanden een laboratorium die aan huis-aan huisbezoeken doet, mensen thuis prikt en op locatie komt, van grote waarde kan zijn. Het laboratorium kan helpen om efficiënt te werken en ervoor te zorgen dat mensen op tijd gediagnosticeerd worden of de juiste hulp krijgen. De leden van de D66-fractie vragen de Staatssecretaris of hij deze opvatting onderschrijft. Is hij het met deze leden eens dat de situatie op Bonaire verschilt met die van gemeenten in Nederland? In hoeverre zijn de publieke gezondheidstaken, zoals die van laboratoriumzorg, een verantwoordelijkheid van de overheid van Bonaire of die van het Ministerie van Volksgezondheid, Welzijn en Sport en binnen welke wet- en regelgeving ligt dit verankerd? De leden van de D66-fractie vragen de Staatssecretaris of hij kan reflecteren op het bestaansrecht van laboratoriumzorg op Bonaire. Kan hij daarbij ingaan op het gegeven dat er op Bonaire een hoger aandeel van eerstelijnsdiagnostiek bestaat? In hoeverre is er rekening gehouden met de lokale, contextuele verschillen (bijvoorbeeld de lagere sociaaleconomische status van de inwoners) in het besluit van de Staatssecretaris?
Daarnaast is, zoals gedeputeerde Den Heyer ook schrijft, het rapport waar de Staatssecretaris zich op baseert al van even geleden (variërend tussen 2012 en 2018). Hij lijkt zich met name te baseren op het rapport van PWC uit 2016 waarin de conclusie wordt getrokken dat de huidige inzet tot onverantwoord hoge kosten voor laboratoriumzorg leidt. De leden van de D66-fractie willen graag van de Staatssecretaris weten hoe representatief hij dit rapport uit 2016 acht voor de huidige situatie. Inmiddels is het inwonerstal gestegen en werken huisartsen met probleemgerichte aanvraagformulieren. Zou een nieuwe situatieschets, met mogelijke gevolgen voor de zorg op Bonaire, niet noodzakelijk zijn?
Ook vragen de leden van de D66-fractie aan de Staatssecretaris of hij in kan gaan op de zorgen vanuit het eiland over de mogelijke gevolgen van het samenbrengen van de laboratoria. In hoeverre kan eenzelfde situatie ontstaan als bij het samenvoegen van apotheken op Bonaire? Zo staat er in eerdergenoemde brief dat er een groeiend aantal klachten zijn over de distributie van medicijnen en zijn er lange wachtrijen bij apotheken ontstaan. Hoe garandeert de Staatssecretaris dat de concentratie niet leidt tot langere wachttijden bij het laboratorium? Welke maatregelen worden er genomen om te voldoen aan de eisen inzake capaciteit, logistieke en facilitaire inrichting van het Fundashon Mariadal’s laboratorium, zoals zij zelf hebben aangegeven in hun schrijven van 12 oktober 2022? Tenslotte, het samenbrengen van twee laboratoria kan ook iets betekenen voor het personeelsbestand. Kan de Staatssecretaris ingaan op eventuele gevolgen van het samenbrengen voor het personeel?
Vragen en opmerkingen van de leden van de CDA-fractie
De leden van de CDA-fractie hebben kennisgenomen van het besluit van de Staatssecretaris om het Bonaire Laboratorium (Bonlab) voor 2023 voor de klinische laboratoriumzorg niet langer een zorgovereenkomst aan te bieden. Deze leden hebben hier enkele vragen bij.
De leden van de CDA-fractie vragen of de Staatssecretaris kan aangeven welke acties er door Zorg en Jeugd Caribisch Nederland (ZJCN) zijn gedaan c.q. welke gesprekken er gevoerd zijn sinds de brief van 4 mei 2022 van ZJCN aan BonLab.
De Staatssecretaris verwijst in zijn brief naar onderzoeken uit respectievelijk 2012, 2016 en 2018. De wereld is door corona nogal veranderd en het aantal inwoners is gegroeid. Bovendien was recentelijk het ziekenhuis bijvoorbeeld amper bereikbaar door de overstroming. De leden van de CDA-fractie vragen of het dan juist niet beter zou zijn vanwege (pandemische) paraatheid om twee laboratoriumlocaties te hebben in plaats van één?
Uit de (gedateerde) rapporten blijkt dat Bonaire een substantieel hoger aandeel eerstelijnsdiagnostiek kent dan de drie CAS-landen en Europees Nederland. De leden van de CDA-fractie vragen de Staatssecretaris of er actuele cijfers over 2021 kunnen worden gegeven. Kunnen daarbij voor Europees Nederland cijfers gegeven worden uit wijken waar ook veel armoede is en/of veel chronisch zieken zijn?
De leden van de CDA-fractie vragen de Staatssecretaris of er is onderzocht of de hoeveelheid diagnostiek te maken heeft met het beperkte aanbod medisch specialistische zorg op Bonaire. Wordt er bijvoorbeeld meer diagnostiek gedaan voordat men wordt doorverwezen naar een ziekenhuis op een ander eiland?
De Staatssecretaris stelt dat er sprake is van overcapaciteit van apparatuur en gebouwen. Maar uit de brief van gedeputeerde Den Heyer begrijpen de leden van de CDA-fractie dat ziekenhuis Fundashon Mariadal heeft aangegeven dat er aanpassingen nodig zijn als het ziekenhuis de capaciteit van het BonLab moet overnemen. Klopt dat, en zo ja wat zouden de kosten hiervan zijn?
Er staat in de brief van de Staatssecretaris dat het aantal ingezette medewerkers hoog is in relatie tot de geleverde laboratoriumproductie. De leden van de CDA-fractie vragen de Staatssecretaris of ter vergelijking de cijfers van 2021 kunnen worden aangeleverd. En als dat het probleem is: waarom wordt dat dan niet besproken en aangepakt?
De leden van de CDA-fractie vragen de Staatssecretaris wat de conclusie was van het gesprek op 21 november 2022 met het Bestuurscollege. Is er gekeken naar de acties die nodig zijn om de diagnostiek enerzijds efficiënt en effectief in te richten maar anderzijds wel twee locaties te houden?
Blijkbaar zijn er geen formele afspraken over consulatie met de Eilandsraad en het Bestuurscollege bij wijzigingen in de acute zorg, terwijl dat overleg er in Nederland onder de Wet Toelating Zorg Aanbieders wel is. Is de Staatssecretaris bereid om een consultatieplicht vast te leggen, net zoals dat in Europees Nederland is geregeld?
Vragen en opmerkingen van de leden van de SP-fractie
De leden van de SP-fractie hebben kennisgenomen van de brief van de Staatssecretaris van Volksgezondheid, Welzijn en Sport over de Laboratoriumzorg op Bonaire. Zij hebben hierover nog enkele vragen en opmerkingen.
De leden van de SP-fractie lezen in de brief dat het Bestuurscollege in tegenstelling tot de Staatssecretaris van mening is dat twee laboratoria op Bonaire noodzakelijk zijn. Echter geeft de Staatssecretaris daarbij niet aan welke argumenten zij daarvoor geven en hoe hij tegen deze argumentatie aankijkt. Zou de Staatssecretaris alsnog op de argumentatie van het Bestuurscollege in kunnen gaan?
De leden van de SP-fractie begrijpen dat het ziekenhuis Fundashon Mariadal heeft aangegeven niet bereid te zijn de diagnostiek van het Bonlab over te nemen. Klopt dit en zo ja, hoe heeft de Staatssecretaris dit feit meegenomen in de besluitvorming?
Voorts vragen de leden van de SP-fractie of de Staatssecretaris ook de groei van de bevolking van Bonaire in de afgelopen jaren en mogelijke verdere bevolkingsgroei in de toekomst heeft meegewogen bij zijn besluit.
De leden van de SP-fractie vragen de Staatssecretaris of de concentratie van de laboratoriumzorg te vergelijken is met de concentratie van de medicijndistributie op Bonaire, die volgens de Bonairiaanse gedeputeerde voor zorg sindsdien minder goed toegankelijk is geworden.2 Zo ja, welke garanties zijn er dat de toegankelijkheid van de laboratoriumzorg niet ook zal verslechteren door dit besluit?
Tot slot vragen de leden van de SP-fractie hoe de belangen van de werknemers van Bonlab gewaarborgd worden bij de eventuele sluiting van Bonlab. Worden de vakbonden hier ook bij betrokken?
Vragen en opmerkingen van de leden van de PvdA en GroenLinks-fractie
De leden van de PvdA- en GroenLinks-fractie hebben met veel interesse kennisgenomen van de brief over laboratoriumzorg in Bonaire. Naar aanleiding van deze brief hebben zij enkele vragen aan de Staatssecretaris over het waarborgen van de continuïteit van de laboratoriumzorg.
De leden van de PvdA- en GroenLinks-fractie zijn verbaasd dat de Staatssecretaris er al wel voor heeft gekozen om een laboratorium in Bonaire te sluiten, maar nog geen invulling heeft gegeven aan de toekomst van de laboratoriumzorg op het eiland. Hoe denkt de Staatssecretaris de continuïteit van zorg in de toekomst dan te waarborgen? Waarom heeft de Staatssecretaris gekozen voor deze volgordelijkheid? De staatsecretaris geeft aan een half jaar te nemen om tot een toekomstige invulling van de laboratoriumzorg te komen. Wat maakt dat na jaren gesprekken -zonder gewenst resultaat- de Staatssecretaris nu wel verwacht binnen een halfjaar de gewenste uitkomst te bereiken? Genoemde leden zijn ook benieuwd naar de achterliggende redenen voor de overdiagnostiek in Bonaire. Kan de Staatssecretaris toelichten waarom overdiagnostiek specifiek in Bonaire veel voorkomt?