Standpunt Instellingsplan NWO 2023-2026
Wetenschapsbudget
Brief regering
Nummer: 2022D56903, datum: 2022-12-23, bijgewerkt: 2024-02-19 10:56, versie: 4
Directe link naar document (.pdf), link naar pagina op de Tweede Kamer site, officiële HTML versie (kst-29338-263).
Gerelateerde personen:- Eerste ondertekenaar: R.H. Dijkgraaf, minister van Onderwijs, Cultuur en Wetenschap
- Brief aan NWO inzake standpunt Instellingsplan NWO 2023-2026
- Beslisnota bij brief Standpunt Instellingsplan NWO 2023-2026
Onderdeel van kamerstukdossier 29338 -263 Wetenschapsbudget .
Onderdeel van zaak 2022Z26364:
- Indiener: R.H. Dijkgraaf, minister van Onderwijs, Cultuur en Wetenschap
- Voortouwcommissie: vaste commissie voor Onderwijs, Cultuur en Wetenschap
- 2023-01-17 15:05: Regeling van werkzaamheden (Regeling van werkzaamheden), TK
- 2023-01-19 10:15: Procedurevergadering (Procedurevergadering), vaste commissie voor Onderwijs, Cultuur en Wetenschap
- 2023-04-18 17:30: Wetenschapsbeleid (Commissiedebat), vaste commissie voor Onderwijs, Cultuur en Wetenschap
- 2023-05-11 14:00: Aanvang middagvergadering: Regeling van werkzaamheden (Regeling van werkzaamheden), TK
Preview document (🔗 origineel)
| Tweede Kamer der Staten-Generaal | 2 |
| Vergaderjaar 2022-2023 |
29 338 Wetenschapsbudget
Nr. 263 BRIEF VAN DE MINISTER VAN ONDERWIJS, CULTUUR EN WETENSCHAP
Aan de Voorzitter van de Tweede Kamer der Staten-Generaal
Den Haag, 23 december 2022
Hierbij stuur ik uw Kamer, conform artikel 18 van de NWO-wet, een afschrift van de brief die ik aan de raad van bestuur van NWO heb gestuurd met daarin mijn standpunt over het instellingsplan van NWO 2023–2026: «Wetenschap werkt!». Naar aanleiding van een verzoek van de vaste commissie voor Onderwijs, Cultuur en Wetenschap van 11 oktober 2022 heb ik op 30 november het voorgenomen standpunt mede namens de Minister van Economische Zaken en Klimaat aan uw Kamer verzonden1. Naar aanleiding van de ontvangen inbreng van het verslag van het schriftelijke overleg van de Tweede Kamer heb ik het standpunt op een aantal onderdelen aangescherpt. De vragen in het voorgenoemd verslag zal ik op een later moment schriftelijk beantwoorden.
De Minister van Onderwijs, Cultuur en Wetenschap,
R.H. Dijkgraaf
Kamerstuk 29 338, nr. 262.↩︎