Informatie speciale portals sociale media platformen
Nationale Veiligheid
Brief regering
Nummer: 2022D57055, datum: 2022-12-23, bijgewerkt: 2024-02-19 10:56, versie: 4
Directe link naar document (.pdf), link naar pagina op de Tweede Kamer site, officiële HTML versie (kst-30821-172).
Gerelateerde personen:- Eerste ondertekenaar: H.G.J. Bruins Slot, minister van Binnenlandse Zaken en Koninkrijksrelaties (Ooit CDA kamerlid)
- Mede ondertekenaar: A.C. van Huffelen, staatssecretaris van Binnenlandse Zaken en Koninkrijksrelaties
Onderdeel van kamerstukdossier 30821 -172 Nationale Veiligheid.
Onderdeel van zaak 2022Z26408:
- Indiener: H.G.J. Bruins Slot, minister van Binnenlandse Zaken en Koninkrijksrelaties
- Medeindiener: A.C. van Huffelen, staatssecretaris van Binnenlandse Zaken en Koninkrijksrelaties
- Volgcommissie: vaste commissie voor Digitale Zaken
- Voortouwcommissie: vaste commissie voor Binnenlandse Zaken
- 2023-01-17 15:05: Regeling van werkzaamheden (Regeling van werkzaamheden), TK
- 2023-01-18 10:30: Procedurevergadering commissie Binnenlandse Zaken (Procedurevergadering), vaste commissie voor Binnenlandse Zaken
- 2023-02-08 11:00: Procedurevergadering (Procedurevergadering), vaste commissie voor Digitale Zaken
- 2023-06-14 10:00: Desinformatie en online platformen (Commissiedebat), vaste commissie voor Digitale Zaken
- 2023-07-06 10:00: Voortzetting commissiedebat Desinformatie en online platformen d.d. 14 juni 2023 (Commissiedebat), vaste commissie voor Digitale Zaken
- 2023-09-06 18:30: Extra procedurevergadering commissie Binnenlandse Zaken (groslijst controversieel verklaren) (Procedurevergadering), vaste commissie voor Binnenlandse Zaken
- 2025-01-16 16:00: Desinformatie en digitale inmenging (Commissiedebat), vaste commissie voor Binnenlandse Zaken
Preview document (🔗 origineel)
Tweede Kamer der Staten-Generaal | 2 |
Vergaderjaar 2022-2023 |
30 821 Nationale Veiligheid
26 643 Informatie- en communicatietechnologie (ICT)
Nr. 172 BRIEF VAN DE MINISTER EN STAATSSECRETARIS VAN BINNENLANDSE ZAKEN EN KONINKRIJKSRELATIES
Aan de Voorzitter van de Tweede Kamer der Staten-Generaal
Den Haag, 23 december 2022
Op 9 december 2022 hebben wij een verzoek ontvangen van de vaste commissie voor Binnenlandse Zaken om de Kamer te informeren over de vraag of de Nederlandse regering, net zoals de regeringen van Nieuw-Zeeland en de Verenigde Staten, toegang heeft tot enerzijds de portal van Meta waarin direct desinformatie gemeld kan worden, en anderzijds vergelijkbare faciliteiten die door grote online platforms zoals Twitter worden aangeboden. Met deze brief komen wij tegemoet aan dat verzoek. Daarnaast maakt de Staatssecretaris van Digitalisering en Koninkrijksrelaties ook van de gelegenheid gebruik om, in lijn met een eerdere toezegging, uw Kamer te informeren met betrekking tot de uitkomst van een onderzoek naar de inzet van wetgeving op desinformatie door Australië en toepasbaarheid in Nederland.
Speciale portals
Zoals vermeld in ons antwoord op Kamervragen van het lid Van Houwelingen (FVD)1 heeft het Ministerie van BZK geen toegang tot een portal van Meta of Twitter waarin direct desinformatie gemeld kan worden. Wel heeft het Ministerie van BZK sinds 2019 de status van «trusted flagger» bij Facebook (later Meta) en Twitter, en sinds 2021 bij Google, TikTok en Snapchat. Trusted flaggers’ meldingen worden door de genoemde sociale media platformen met prioriteit behandeld. Deze trusted flagger status kunnen deze online platformen ook geven aan andere overheidsorganisaties of NGO’s.2 Het Ministerie van BZK zet dit middel met grote terughoudendheid in en alleen rondom verkiezingen: wanneer er een vermoeden bestaat van de verspreiding van des- of misinformatie waarvan de inhoud als gevolg heeft dat de integriteit van het verkiezingsproces, een vitaal onderdeel van de democratie, belemmering zou kunnen ondervinden. Of wanneer een gemeente rondom verkiezingen een vraag had voor Meta en zelf geen gehoor kreeg. De bedrijven waarbij een melding wordt gedaan maken hierbij hun eigen onafhankelijke afweging of er sprake is van een overtreding van de gebruikersvoorwaarden en dus of verwijdering, labelen of een andere actie gerechtvaardigd is. Het ministerie heeft via deze kanalen geen bevoegdheid bepaalde content te laten verwijderen.
Sinds het verkrijgen van de status «trusted flagger» heeft het Ministerie van BZK tweemaal een melding gedaan bij Twitter en viermaal bij Meta. Voor meer informatie over deze status van «trusted flaggers», de gedane meldingen en een afschrift hiervan verwijzen wij u naar de beantwoording van de Kamervragen over de «escalatie kanalen» en het «desinformatieteam BZK» naar aanleiding van een Wob-verzoek die het lid Van Houwelingen op 7 november 2022 aan de Minister van Binnenlandse Zaken en Koninkrijksrelaties heeft gesteld.3
Sociale Media Wet Australië
Met betrekking tot het onderzoek naar de inzet van wetgeving op desinformatie door Australië en toepasbaarheid in Nederland kunnen wij uw Kamer melden dat de betreffende Sociale Media (Anti-trolling) Wet is ontwikkeld naar aanleiding van een uitspraak van het Australische hooggerechtshof. De rechter oordeelde dat Australiërs die een sociale media pagina beheren volledig aansprakelijk zijn voor berichten op die pagina die smaad of laster bevatten afkomstig van andere personen, ook wanneer de beheerders zich hier niet van bewust zijn. De voorgestelde wet past dit aan en beschermt Australiërs die een sociale media pagina beheren tegen deze aansprakelijkheid. Deze aansprakelijkheid wordt neergelegd bij de platformbedrijven, die op hun beurt de aansprakelijkheid kunnen afwenden als zij procedures inrichten voor het melden van illegale en onrechtmatige inhoud en het makkelijker maken de contactgegevens van anonieme sociale media gebruikers te verkrijgen. Het voorstel is nog niet goedgekeurd door het Australische parlement en wordt onder de nieuwe Labor regering voorlopig ook niet meer besproken.
Ook in de EU en Nederland is het zo dat je je voor smaad tot een website, platform of rechter kunt wenden. Dat kon al op grond van de e-commerce richtlijn, maar de Digital Services Act (hierna: DSA) verduidelijkt deze regels en voegt daar aanvullende waarborgen aan toe. Om aansprakelijkheid af te wenden, moeten websites of platformen illegale of onrechtmatige inhoud verwijderen als daar een melding van is gemaakt. Degene die het bericht heeft geplaatst kan hiertegen in beroep gaan bij het platform. Eventueel kan ook om contactgegevens van de plaatser worden gevraagd. Daar kan een rechter aan te pas komen.
Daarnaast brengt het Australische wetsvoorstel enkele wijzigingen aan in de wettelijke betekenis van «the tort of defamation», een civielrechtelijke variant van het delict van laster. Het Nederlandse rechtssysteem kent, in tegenstelling tot het Australische, geen civielrechtelijke delicten, maar uitsluitend de algemene aansprakelijkheid voor onrechtmatige daad. Wie schade lijdt als gevolg van het strafrechtelijke delict van laster kan de dader in Nederland aansprakelijk stellen wegens onrechtmatige daad.
De wettelijke grondslag daartoe uit het Burgerlijk Wetboek is echter van dermate algemene aard dat wijzigingen zoals in Australië worden voorgesteld daarop niet kunnen worden toegepast.
De Minister van Binnenlandse Zaken en Koninkrijksrelaties,
H.G.J. Bruins Slot
De Staatssecretaris van Binnenlandse Zaken en
Koninkrijksrelaties,
A.C. van Huffelen