Geannoteerde agenda voor de Raad Buitenlandse Zaken van 26 juni 2023
Raad Algemene Zaken en Raad Buitenlandse Zaken
Brief regering
Nummer: 2023D26114, datum: 2023-06-14, bijgewerkt: 2024-02-19 10:56, versie: 3
Directe link naar document (.pdf), link naar pagina op de Tweede Kamer site, officiële HTML versie (kst-21501-02-2687).
Gerelateerde personen:- Eerste ondertekenaar: W.B. Hoekstra, minister van Buitenlandse Zaken (Ooit CDA kamerlid)
Onderdeel van kamerstukdossier 21501 02-2687 Raad Algemene Zaken en Raad Buitenlandse Zaken .
Onderdeel van zaak 2023Z10892:
- Indiener: W.B. Hoekstra, minister van Buitenlandse Zaken
- Volgcommissie: vaste commissie voor Europese Zaken
- Voortouwcommissie: vaste commissie voor Buitenlandse Zaken
- 2023-06-20 15:45: Regeling van werkzaamheden (Regeling van werkzaamheden), TK
- 2023-06-21 10:00: Raad Buitenlandse Zaken d.d. 26 juni 2023 (Commissiedebat), vaste commissie voor Buitenlandse Zaken
- 2023-06-28 15:00: Procedurevergadering (Procedurevergadering), vaste commissie voor Buitenlandse Zaken
Preview document (🔗 origineel)
Tweede Kamer der Staten-Generaal | 2 |
Vergaderjaar 2022-2023 |
21 501-02 Raad Algemene Zaken en Raad Buitenlandse Zaken
Nr. 2687 BRIEF VAN DE BUITENLANDSE ZAKEN
Aan de Voorzitter van de Tweede Kamer der Staten-Generaal
Den Haag, 14 juni 2023
Hierbij bied ik u de geannoteerde agenda aan voor de Raad Buitenlandse Zaken van 26 juni 2023.
De Minister van Buitenlandse Zaken,
W.B. Hoekstra
GEANNOTEERDE AGENDA RAAD BUITENLANDSE ZAKEN VAN 26 JUNI 2023
Op 26 juni aanstaande vindt de Raad Buitenlandse Zaken (RBZ) plaats in Luxemburg. De Minister van Buitenlandse Zaken is voornemens deel te nemen aan deze vergadering. Op de agenda staan de onderwerpen: Russische agressie tegen Oekraïne, Digitale Diplomatie en de EU-CELAC Top (Gemeenschap van Latijns-Amerikaanse en Caraïbische Staten). Onder het agendapunt current affairs staan de onderwerpen Tunesië, Kosovo en Armenië / Azerbeidzjan geagendeerd.
Russische agressie tegen Oekraïne
De Raad zal spreken over de voortdurende Russische oorlog tegen Oekraïne. De inzet van het kabinet blijft onverminderd gericht op het zoveel mogelijk steunen van Oekraïne, het vergroten van de druk op Rusland om diens agressie te beëindigen, en initiatieven ten behoeve van accountability.
Het kabinet veroordeelt de verwoesting van de stuwdam bij Nova Kakhovka als een oorlogsmisdrijf en zet zich in voor hulp aan de Oekraïense bevolking. In samenwerking met onder andere de Unie van Waterschappen en de Reddingsvloot heeft het kabinet zich ingezet voor de levering van hulpgoederen, waaronder circa 20 vletten, andere boten en reddingsmateriaal op 12 juni jl. Het kabinet bestudeert de verdere – meer structurele – schade aan infrastructuur en gebouwen en de daaruit voortvloeiende hulpvraag.
De verwoesting van de stuwdam onderstreept eens te meer het belang van de aanhoudende kabinetsinzet op onderzoek naar schendingen van internationaal recht in Oekraïne, het verzamelen van bewijs voor gebruik in toekomstige rechtszaken en de coördinatie van accountability-initiatieven. Het «International Centre for the Prosecution of the Crime of Aggression», een tribunaal voor het misdrijf agressie en een volwaardig compensatiemechanisme voor oorlogsschade zijn hier een fundamenteel onderdeel van.
Het kabinet zet zich in voor verdere aanscherping van de sancties tegen Rusland en maatregelen om sanctieomzeiling te bestrijden, waaronder door spoedige afronding van de onderhandelingen voor het 11de EU-sanctiepakket tegen Rusland.
Mogelijk spreekt de Raad ook over een achtste tranche steun van 500 miljoen euro vanuit de Europese Vredesfaciliteit (EPF) aan Oekraïne. Het kabinet steunt dit voorstel. Daarnaast zal de Raad naar verwachting instemmen met de reeds aangekondigde tweede ophoging van het EPF financieringsplafond.1 Deze ophoging van 3,5 miljard euro (in 2018 prijzen, conform Europese begrotingssystematiek) is nodig om de steun aan Oekraïne en andere partners in de wereld voort te kunnen zetten. Op 2 april 2023 heeft uw Kamer de Tweede incidentele suppletoire begroting ontvangen inzake de Nederlandse bijdrage aan deze ophoging.2
Digitale diplomatie
Vorig jaar is, op initiatief van Denemarken, digitale diplomatie voor het eerst tijdens de RBZ geagendeerd. Digitale diplomatie is sindsdien een jaarlijks terugkerend agendapunt om het belang van meer strategische aanpak en coördinatie in EU-verband te benadrukken en bewerkstelligen. Digitale technologieën brengen nieuwe kansen en risico’s met zich mee. Ook kunnen zij een verschuiving in de geopolitieke machtsverhouding teweegbrengen. Het kabinet hecht er daarom belang aan dat digitale diplomatie centraal komt te staan en integraal wordt opgenomen in het externe optreden van de EU.
Op 18 juli 2022 nam de Raad de eerste Raadsconclusies3 digitale diplomatie aan waarin de principes van digitale diplomatie zijn uiteengezet op basis van universele mensenrechten, fundamentele vrijheden, rule of law en democratische principes. Tijdens de aankomende RBZ liggen nieuwe Raadsconclusies voor.
De inzet van het kabinet is in lijn met de recent gepubliceerde «Internationale Cyberstrategie (2023–2028)4» gericht op versterken van Europese coördinatie ten aanzien van cyberveiligheid, mensenrechten online en beheer van het internet. Het kabinet onderstreept daarbij het belang van verbeterde onderlinge coördinatie en beleidscoherentie tussen de Europese Dienst voor Extern Optreden (EDEO), de Commissie en de lidstaten om zo de strategische positie van de EU in multilaterale en multistakeholder discussies omtrent internet, cyber en digitale technologieën te versterken.
EU-CELAC
De RBZ bespreekt de inzet voor de EU-CELAC Top die op 17–18 juli aanstaande op niveau van staatshoofden en regeringsleiders plaatsvindt in Brussel. De Top dient de basis te leggen voor een diepgaander en gemoderniseerd partnerschap met landen in Latijns-Amerika en de Caribische regio. Het kabinet ziet kansen om de samenwerking tussen de EU en deze regio te verdiepen op terreinen als internationale rechtsorde en multilateralisme, de aanpak van grensoverschrijdende georganiseerde criminaliteit, klimaat, water en kritieke grondstoffen. Ook op het terrein van handel en investeringen, in het bijzonder de energietransitie, liggen mogelijkheden. Andere beoogde uitkomsten van de Top zijn een investeringsagenda onder de EU Global Gateway en partnerschappen op terreinen als digitalisering en kritieke grondstoffen.
De inzet van het kabinet is gericht op een gemeenschappelijke verklaring waarin beide regio’s zich committeren aan versterkte samenwerking op de hierboven genoemde prioritaire thema’s. Daarnaast hecht het kabinet aan aandacht voor mensenrechten en democratie tijdens de Top en in de gemeenschappelijke verklaring. De RBZ biedt de eerste mogelijkheid voor lidstaten om vrijblijvend te reageren op de mededeling («joint communication») van de Commissie en EDEO waarin zij de inzet voor een hernieuwd strategisch partnerschap met de deze regio toelichten. Uit een eerste appreciatie blijkt dat de mededeling grotendeels in lijn is met de kabinetsinzet om het partnerschap met de regio te verdiepen. Een concept-BNC-fiche met uitgebreide appreciatie zal binnenkort met uw Kamer worden gedeeld.
Current Affairs
Tunesië
De Raad zal naar verwachting stilstaan bij de politieke ontwikkelingen, de sociaal-economische omstandigheden en de irreguliere migratie van en via Tunesië naar de EU. Tijdens de Raad zal mogelijk ook worden teruggekoppeld over het bezoek dat Commissievoorzitter Von der Leyen, Minister-President Meloni en Minister-President Rutte namens Team Europe aflegden aan Tunis, waar zij met de president van Tunesië, Kais Saied, spraken. Tijdens dit bezoek onderstreepten zij de brede relatie tussen Tunesië en de Europese Unie en bevestigden zij de samenwerking en gezamenlijke belangen. Von der Leyen presenteerde tijdens de persconferentie de contouren van een veelomvattend partnership package.5 Dit EU-pakket – bestaande uit onder andere 900 miljoen euro macro-financiële bijstand en begrotingssteun oplopend tot 150 miljoen euro – omvat maatregelen op het gebied van economie, handel en investeringen, energie, duurzaamheid, migratie en mobiliteit. De Commissie werkt momenteel de voorstellen in het EU-pakket nader uit voor de bespreking tijdens de Europese Raad op 29 en 30 juni aanstaande. Uw Kamer zal op korte termijn nader worden geïnformeerd over de details van dit EU-pakket. Tijdens de Raad zal mogelijk ook worden gesproken over het bezoek dat Eurocommissaris voor Nabuurschapsbeleid en Uitbreiding (DG NEAR) Várhelyi voornemens is af te leggen aan Tunesië.
Het kabinet benadrukt het strategische belang van het partnerschap tussen de EU en Tunesië. Het kabinet gelooft dat investeren in een brede samenwerking en dialoog met Tunesië de enige manier is om gezamenlijke uitdagingen te bespreken. Het kabinet is voorstander om in deze samenwerking tegelijkertijd de aandacht te richten op het tegengaan van irreguliere migratie, het stabiliseren van de Tunesische economie en versterkte politieke dialoog via een Associatieraad en Partnerschapsprioriteiten. Dit biedt mogelijkheid om te spreken over gezamenlijke belangen en uitdagingen, en ook om zorgen te bespreken. Het kabinet blijft zich inzetten om de Tunesische bevolking te ondersteunen en benadrukt dat vrijheden en democratische instituties, alsmede ruimte voor het maatschappelijk middenveld, essentieel zijn voor stabiliteit op de midden tot lange termijn.
Kosovo
De Raad zal naar verwachting spreken over de recent opgelopen spanningen in Noord-Kosovo. De EU, onder leiding van de HV voor het Europees Buitenlandbeleid Borrell en de EU Speciaal Vertegenwoordiger (EUSR) voor de Belgrado-Pristina Dialoog Lajčák, werkt momenteel aan diplomatieke oplossingen om verder te de-escaleren. Nederland sluit zich aan bij oproepen van de EU, het VK en de VS aan Servië en Kosovo om zich te onthouden van verdere acties die spanningen veroorzaken. De recente ontwikkelingen benadrukken het belang van beide partijen om de door de EU geleide dialoog ten behoeve van de normalisering van de betrekkingen voort te zetten. Nederland onderschrijft hierin belang van een evenwichtige aanpak met beide partijen ook voor wat betreft het inzetten van eventuele consequenties als partijen zich niet aan het de-escalatieplan houden.
Armenië/Azerbeidzjan
De Raad zal naar verwachting de laatste ontwikkelingen ten aanzien van de EU-geïnitieerde vredesonderhandelingen tussen Armenië en Azerbeidzjan bespreken.
De-escalatie en dialoog zijn voor het kabinet van groot belang. Op 12 juni jl. zou een nieuwe ronde van onderhandelingen in de VS onder leiding van Secretary of State Antony Blinken plaatsvinden. Op verzoek van Azerbeidzjan zijn deze om onduidelijke redenen uitgesteld. Het is onbekend wanneer de onderhandelingen hervat worden. Het kabinet steunt de vredesonderhandelingen tussen Armenië en Azerbeidzjan en hoopt op een snelle uitkomst voor vrede en stabiliteit in de Zuidelijke Kaukasus. Het kabinet onderstreept het belang dat alle betrokken partijen weer zo snel mogelijk aan tafel moeten komen om tot oplossingen te komen.
Geannoteerde agenda voor de Raad Buitenlandse zaken van 22 mei 2023. Kamerstuk 21 501-02, nr. 2649.↩︎
Wijziging van de begrotingsstaat van het Ministerie van Buitenlandse Zaken voor het jaar 2023 (Tweede incidentele suppletoire begroting inzake steun Oekraïne en tweede ophoging Nederlandse bijdrage Europese Vredesfaciliteit) Kamerstuk 36 336, nr. 1.↩︎
Raadsconclusies digitale diplomatie 18 juli 2022.↩︎
Kamerstukken 26 643 en 30 821, nr. 1036.↩︎
Press statement by the President in Tunis (europa.eu).↩︎