Antwoord op vragen van het lid Bontenbal over geplande veroudering bij Apple
Antwoord schriftelijke vragen
Nummer: 2023D26333, datum: 2023-06-15, bijgewerkt: 2024-02-19 10:56, versie: 3
Directe link naar document (.pdf), link naar pagina op de Tweede Kamer site, officiële HTML versie (ah-tk-20222023-2920).
Gerelateerde personen:- Eerste ondertekenaar: V.L.W.A. Heijnen, staatssecretaris van Infrastructuur en Waterstaat
Onderdeel van zaak 2023Z09022:
- Gericht aan: V.L.W.A. Heijnen, staatssecretaris van Infrastructuur en Waterstaat
- Indiener: H. Bontenbal, Tweede Kamerlid
- Voortouwcommissie: TK
Preview document (🔗 origineel)
Tweede Kamer der Staten-Generaal | 2 |
Vergaderjaar 2022-2023 | Aanhangsel van de Handelingen |
Vragen gesteld door de leden der Kamer, met de daarop door de regering gegeven antwoorden |
2920
Vragen van het lid Bontenbal (CDA) aan de Staatssecretaris van Infrastructuur en Waterstaat over geplande veroudering bij Apple (ingezonden 23 mei 2023).
Antwoord van Staatssecretaris Heijnen (Infrastructuur en Waterstaat) (ontvangen 15 juni 2023).
Vraag 1
Bent u bekend met het artikel «Geplande slijtage bij je iPhone: Franse overheid ziet aanwijzingen»?1
Antwoord 1
Ja, daar ben ik mee bekend.
Vraag 2
Hoe beoordeelt u deze werkwijze van Apple (mits aangetoond)? Wat kan de Nederlandse overheid doen om de repareerbaarheid van producten zoals de iPhone af te dwingen en om geplande veroudering tegen te gaan?
Antwoord 2
In een circulaire economie moeten repareerbare producten de norm zijn en is voor geplande veroudering geen plaats. Uit het genoemde artikel blijkt dat de Franse autoriteiten onderzoeken in hoeverre Apple probeert te voorkomen dat hun producten gerepareerd kunnen worden door onafhankelijke reparateurs, doordat onderdelen niet door het product herkend worden in verband met een afwijkend serienummer.2 Het is van belang om onderscheid te maken tussen dergelijke praktijken en de praktijk van vroegtijdige (geplande) veroudering. Van dit laatste is sprake wanneer producten opzettelijk zo zijn ontworpen dat deze vroegtijdig gebreken gaan vertonen, terwijl de consument mocht verwachten dat het product langer zou meegaan.
Er kan sprake zijn van een oneerlijke handelspraktijk wanneer verkopers consumenten misleiden3 over de voornaamste kenmerken van het product, bijvoorbeeld met betrekking tot de te verwachten levensduur.4 De Autoriteit Consument & Markt (ACM) houdt toezicht op deze regelgeving. Het is echter belangrijk om op te merken dat het doorgaans de producent is en niet de verkoper die informatie heeft over de gebruikte ontwerptechnieken waardoor een product vroegtijdig veroudert. De ACM kan eventueel besluiten om, op basis van de Mededingingswet, een onderzoek te starten naar praktijken die het onafhankelijke reparateurs onmogelijk maken om producten te repareren. Het is hierbij van belang om te vermelden dat de ACM onafhankelijk is in haar toezicht en geen mededelingen doet over lopende of eventueel te starten onderzoeken.
Het verbeteren van de repareerbaarheid en daarmee de levensduur van producten is bij uitstek een Europese aangelegenheid, gezien de interne markt. Dit gebeurt via de Europese Ecodesign richtlijn. Zie ook de beantwoording van vraag 3.
Vraag 3
In hoeverre hebt u in beeld wat de omvang is van «geplande veroudering» van producten? In welke productgroepen komt deze handelwijze het meest voor en welke maatregelen zijn op nationaal en Europees gebied reeds genomen om deze praktijk tegen te gaan?
Antwoord 3
In de praktijk is het lastig vast te stellen dat veroudering bewust is gepland door producenten. Over de omvang van geplande veroudering is mede daardoor weinig informatie beschikbaar. Wel laat de effectbeoordeling bij het EU voorstel voor een «Grotere rol voor de consument bij de groene transitie» zien dat consumenten steeds vaker te maken krijgen met snellere veroudering en het onverwacht stukgaan van producten. In de bijbehorende publieksconsultatie gaf 76% van de respondenten aan te maken te hebben gehad met vroegtijdige veroudering in de voorgaande drie jaar. De respondenten gaven aan dat vooral ICT producten (47%), kleine huishoudelijke apparaten (20%), kleding en schoenen (19%), andere elektronische apparaten (18%), grote huishoudelijke apparaten (16%) en software programma’s (15%) onverwachts stuk gingen. De effectbeoordeling noemt daarnaast dat de levensduur van producten steeds korter wordt en dat technische mankementen de voornaamste reden zijn voor vervanging.
Onder de huidige Ecodesign-richtlijn wordt al aandacht besteed aan levensduur en repareerbaarheid van energiegerelateerde apparaten, door levensduureisen of duurzaamheidseisen aan producten te stellen. Bijvoorbeeld de minimumeisen die worden gesteld aan de levensduur van elektrische motoren in stofzuigers en stofzuigerslangen of aan de levensduur voor de batterij in smartphones en tablets. Op dit moment wordt er onderhandeld over de vervanging van de Ecodesign-richtlijn door een verordening.5
De Minister van Economische Zaken en Klimaat onderhandelt momenteel over het Europese voorstel voor een «Grotere rol voor de consument bij de groene transitie»6 dat onder andere tot doel heeft om consumenten in de aankoopfase beter te informeren over de (on)mogelijkheden tot reparatie. In dat EU-voorstel is onder meer de verplichting voor de softwareleverancier opgenomen om consumenten te informeren over de negatieve impact (verouderende werking) van een update op de werking van een product met een digitaal element. De Minister en ik werken in deze onderhandelingen nauw samen.
Vraag 4
Hoe kijkt u in het algemeen naar «geplande veroudering» van producten in het licht van de doelstellingen van een circulaire economie in 2050? Welke concrete oplossingen biedt het maart 2023 gepresenteerde voorstel van de Europese Commissie voor een «recht op reparatie» voor deze problematiek en in hoeverre zijn deze voldoende?
Antwoord 4
Ik vind dat er geen plaats is voor geplande veroudering in een circulaire economie, waarin het langer gebruiken van producten juist erg belangrijk is. In een circulaire economie produceren we producten van hoge kwaliteit en gebruiken we producten die lang meegaan en goed repareerbaar zijn.
Onlangs zijn de onderhandelingen over het Commissievoorstel voor een recht op reparatie gestart. De Minister van Economische Zaken en Klimaat voert die onderhandelingen vanuit het kabinet en ook hier werken onze ministeries nauw met elkaar samen. Dit voorstel moet het voor consumenten gemakkelijker maken om hun producten ook buiten de garantieperiode te (laten) repareren. Zo worden producenten verplicht om (tegen betaling) bepaalde producten7 buiten de garantieperiode te herstellen en consumenten over deze verplichting te informeren.8 Daarnaast moeten producenten ervoor zorgen dat onafhankelijke reparateurs toegang hebben tot specifieke reserveonderdelen voor een periode tot maximaal tien jaar nadat het laatste model op de markt is verschenen. Bovendien moeten onafhankelijke reparateurs toegang krijgen tot aan reparatie gerelateerde informatie.9 In de onderhandelingen over het voorstel zal om verduidelijking worden gevraagd of deze informatie ook betrekking heeft op de onverenigbaarheid van reserveonderdelen met het oorspronkelijke product, conform de praktijk die beschreven wordt in het door u aangehaalde artikel.
Vraag 5
Bent u bekend met de Franse «Repairability Index»?10 Gaat deze index ook onderdeel zijn van het Europese Ecodesign pakket? Gaan we in Nederland ook een dergelijke «Repairability Index» op producten zien? Hoe worden consumenten daarbij voorgelicht over de levensduur van producten?
Antwoord 5
Ja, ik ben bekend met de Franse «Repairability Index». Op basis van de huidige EU productregelgeving is het al mogelijk om een repareerbaarheidsindex op producten te verplichten. In de nog vast te stellen verordening voor smartphones en tablets onder de huidige Ecodesign-richtlijn is bijvoorbeeld een repareerbaarheidsindex opgenomen. Deze komt op het energielabel te staan. De Europese Commissie zal deze later dit jaar opstellen in het kader van de energielabelverordening voor smart phones en tablets. De energielabels, inclusief repareerbaarheidsindex, moeten dan 21 maanden later in de winkels, fysiek en online, bij de producten te zien zijn.
De verwachting is dat een dergelijke repareerbaarheidsindex in ieder geval voor steeds meer energiegerelateerde producten zal worden ingevoerd, zoals wasdrogers en wasmachines. Bovendien wordt momenteel onderhandeld over de herziening van de huidige Europese richtlijn naar een Kaderverordening Ecodesign voor duurzame producten. Daarmee kan het ook mogelijk worden om een repareerbaarheidsindex te ontwikkelen voor niet-energiegerelateerde producten.
Onder het voorstel voor een «Grotere rol voor de consument bij de groene transitie» moeten handelaren consumenten vervolgens informeren over de repareerbaarheid van producten wanneer zij die informatie hebben ontvangen van de producent. Bijvoorbeeld via een repareerbaarheidsscore, of door middel van andere relevante reparatie-informatie.11 Consumenten kunnen ook via particuliere initiatieven zoals reparatiedienst Ifixit informatie vinden over de mate van repareerbaarheid van smartphones, tablets en laptops.12
IPhoned, 16 mei 2023 «Geplande slijtage bij je iPhone: Franse overheid ziet aanwijzingen» (https://www.iphoned.nl/nieuws/slijtage-iphone).↩︎
In een ander artikel wordt dit ook wel omschreven als «serialisatie», https://www.wired.com/story/right-to-repair-apple-france/.↩︎
Bij misleiding kloppen de beloftes van een bedrijf niet of zijn erg onduidelijk. Er is ook sprake van misleiding wanneer een bedrijf belangrijke informatie weglaat, of verbergt.↩︎
Art. 193c, lid 1 (b) van Boek 6 van het Burgerlijk Wetboek.↩︎
Via het BNC-fiche «Mededeling duurzame producten de norm maken en Kaderverordening Ecodesign voor duurzame producten» is uw Kamer geïnformeerd over dit voorstel en het standpunt van het kabinet, https://www.rijksoverheid.nl/documenten/publicaties/2022/03/30/fiche-7-mededeling-duurzame-producten-de-norm-maken-en-kaderverordening-ecodesign-voor-duurzame-producten.↩︎
Via het BNC-fiche «herziene Richtlijnen Grotere rol voor de consument bij de groene transitie» is uw Kamer geïnformeerd over dit voorstel en het standpunt van het kabinet, https://www.rijksoverheid.nl/documenten/richtlijnen/2022/03/30/fiche-9-herziene-richtlijnen-grotere-rol-voor-de-consument-bij-de-groene-transitie, 30 maart 2022.↩︎
Dat wordt mogelijk voor huishoudelijke wasmachines, afwasmachines, koelapparaten, stofzuigers, telefoons en tablets.↩︎
Via het BNC-fiche «Richtlijn gemeenschappelijke regels voor stimuleren reparatie» is uw Kamer geïnformeerd over dit voorstel en het standpunt van het kabinet, https://www.rijksoverheid.nl/documenten/richtlijnen/2023/03/22/fiche-2-richtlijn-gemeenschappelijke-regels-voor-stimuleren-reparatie, 22 maart 2023.↩︎
Art.5, Voorstel voor een richtlijn betreffende gemeenschappelijke regels ter bevordering van de reparatie van goederen en tot wijziging van Verordening (EU) 2017/2394 en de Richtlijnen (EU) 2019/771 en (EU) 2020/1828.↩︎
Stopobcolecense, «Repairability Index». (https://www.stopobsolescence.org/2021/04/19/the-french-reparability-index-a-stimulation-for-a-larger-european-initiative).↩︎
Ibidem, p. 3.↩︎
Ifixit, https://nl.ifixit.com/.↩︎