Uitvoering van de motie van de leden Van der Graaf en Kuik over de bestrijding van online seksueel misbruik en uitbuiting van alle kinderen opnemen als onderdeel van de SRGR-agenda (Kamerstuk 36200-XVII-30)
Investeren in Perspectief - Goed voor de Wereld, Goed voor Nederland
Brief regering
Nummer: 2023D28527, datum: 2023-06-26, bijgewerkt: 2024-02-19 10:56, versie: 3
Directe link naar document (.pdf), link naar pagina op de Tweede Kamer site, officiële HTML versie (kst-34952-186).
Gerelateerde personen:- Eerste ondertekenaar: E.N.A.J. Schreinemacher, minister voor Buitenlandse Handel en Ontwikkelingssamenwerking
Onderdeel van kamerstukdossier 34952 -186 Investeren in Perspectief - Goed voor de Wereld, Goed voor Nederland.
Onderdeel van zaak 2023Z11985:
- Indiener: E.N.A.J. Schreinemacher, minister voor Buitenlandse Handel en Ontwikkelingssamenwerking
- Voortouwcommissie: vaste commissie voor Buitenlandse Handel en Ontwikkelingshulp
- 2023-07-04 15:40: Regeling van werkzaamheden (Regeling van werkzaamheden), TK
- 2023-07-06 15:30: Procedurevergadering (Procedurevergadering), vaste commissie voor Buitenlandse Handel en Ontwikkelingssamenwerking (2021-2024)
- 2023-09-07 12:45: Extra procedurevergadering commissie BuHa-OS (groslijst controversieel verklaren) (Procedurevergadering), vaste commissie voor Buitenlandse Handel en Ontwikkelingssamenwerking (2021-2024)
- 2024-09-04 12:15: Aanvang middagvergadering Regeling van werkzaamheden (Regeling van werkzaamheden), TK
Preview document (🔗 origineel)
Tweede Kamer der Staten-Generaal | 2 |
Vergaderjaar 2022-2023 |
34 952 Investeren in Perspectief – Goed voor de Wereld, Goed voor Nederland
Nr. 186 BRIEF VAN DE MINISTER VOOR BUITENLANDSE HANDEL EN ONTWIKKELINGSSAMENWERKING
Aan de Voorzitter van de Tweede Kamer der Staten-Generaal
Den Haag, 26 juni 2023
In november 2022 werd door uw Kamer de motie van de leden Van der Graaf en Kuik (Kamerstuk 36 200 XVII, nr. 30) aangenomen. Hierin wordt verzocht de bestrijding van online seksueel misbruik en uitbuiting van alle kinderen op te nemen als onderdeel van de agenda gericht op seksuele en reproductieve gezondheid en rechten (SRGR). Ook wordt verzocht hierover afstemming te zoeken met het Ministerie van Justitie en Veiligheid in het kader van beleidscoherentie. Middels deze brief informeer ik u over de uitvoering van deze motie.
In het rapport «Analyse Werkveld Bestrijding Seksuele Uitbuiting van Kinderen»1, uitgebracht in opdracht van het Ministerie van Buitenlandse Zaken, wordt gesteld dat seksuele uitbuiting een complex probleem is met een breed pallet aan oorzaken en risicofactoren. De toenemende digitalisering in de wereld leidt tot een toename van risico’s op online seksuele uitbuiting van kinderen. In het rapport wordt gesteld dat online en offline seksuele uitbuiting van kinderen vaak met elkaar verweven zijn. Ook organisaties met expertise op dit thema geven aan dat er geen duidelijke scheiding tussen online en offline vormen van seksuele uitbuiting gemaakt kan worden. Zo kan een kind online benaderd worden waarna misbruik en uitbuiting offline plaatsvindt, en kan offline gemaakt materiaal online verspreid worden.
In een brief aan uw Kamer op 18 mei 20222 heb ik aangegeven dat de financiering voor de bestrijding van seksuele uitbuiting van kinderen in ontwikkelingslanden is geïntegreerd in het beleid gericht op SRGR. De inzet hierop wordt door het kabinet gefinancierd via het beleidskader Fonds Bestrijding Seksuele Uitbuiting van Kinderen. Binnen dit beleidskader wordt breed ingezet op de bestrijding van seksuele uitbuiting van kinderen, waarbij inzet mogelijk is op zowel online en offline vormen van seksuele uitbuiting.
Via het onder dit beleidskader geselecteerde programma, dat op 1 maart jl. gestart is, investeert het kabinet onder andere op de volgende manieren in de bestrijding van online seksuele uitbuiting van kinderen:
– Investeren in digital literacy: online vaardigheden en zelfvertrouwen van kinderen om op een veilige manier gebruik te maken van het internet, zoals kennis over wat wel en niet te delen, het afwijzen van ongewenste berichten en hoe in contact te komen met een vertrouwenspersoon bij vragen of twijfel;
– Training voor kinderen, jongeren en ouders over de verschillende vormen van (online) seksuele uitbuiting, waaronder grooming, sextortion, live streaming en het versturen van ongewenste berichten, en hoe deze herkent kunnen worden;
– Samenwerking met de private sector, zoals Facebook en Twitter, maar ook kleinschalige bedrijven zoals internetcafés, om hun diensten meer kindvriendelijk en veiliger te maken;
– Ondersteunen van pleitcampagnes gericht op overheden om online vormen van seksuele uitbuiting van kinderen strafbaar te stellen.
Naast deze financiële investering in het bestrijden van online seksuele uitbuiting van kinderen zal het kabinet in de communicatie en de inzet in het multilaterale domein rondom dit thema, wanneer hier aanknopingspunten voor zijn, expliciet aandacht besteden aan de online vormen van dit type uitbuiting.
Het kabinet werkt ook in een breder kader, buiten de agenda gericht op SRGR, aan de bestrijding van online seksueel misbruik en uitbuiting van kinderen. Een voorbeeld hiervan is de onderhandeling over een Commissievoorstel voor een EU-verordening gericht op aanbieders van onlinediensten binnen de Unie ter bevordering van het opsporen, melden en voorkomen van online seksueel misbruik. Het voorstel voor deze verordening wordt op dit moment besproken in de Raad.
Zoals aangegeven in mijn brief aan uw Kamer van 18 mei 2022, wordt er op relevante momenten uitwisseling gezocht met andere actoren die betrokken zijn bij deze thematiek, waaronder het Ministerie van Justitie en Veiligheid. Deze uitwisseling zal ook in de toekomst worden doorgezet.
De Minister voor Buitenlandse Handel en
Ontwikkelingssamenwerking,
E.N.A.J. Schreinemacher