Inbreng verslag van een schriftelijk overleg over de voortgang snel internet en uitvoering van de motie van de leden Dekker-Abdulaziz en Leijten over de Universele Dienst (Kamerstuk 36200-VII-65) (Kamerstuk 26643-1054)
Informatie- en communicatietechnologie (ICT)
Inbreng verslag schriftelijk overleg
Nummer: 2023D39667, datum: 2023-09-29, bijgewerkt: 2024-02-19 10:56, versie: 3
Directe link naar document (.pdf), link naar pagina op de Tweede Kamer site, officiële HTML versie (nds-tk-2023D39667).
Gerelateerde personen:- Eerste ondertekenaar: J.J. Klink, voorzitter van de vaste commissie voor Economische Zaken en Klimaat (Ooit VVD kamerlid)
- Mede ondertekenaar: I. van Tilburg, adjunct-griffier
Onderdeel van zaak 2023Z12794:
- Indiener: M.A.M. Adriaansens, minister van Economische Zaken en Klimaat
- Volgcommissie: vaste commissie voor Digitale Zaken
- Voortouwcommissie: vaste commissie voor Economische Zaken
- 2023-09-05 15:20: Regeling van werkzaamheden (Regeling van werkzaamheden), TK
- 2023-09-05 17:30: Extra procedurevergadering commissie Economische Zaken en Klimaat (groslijst controversieel verklaren) (Procedurevergadering), vaste commissie voor Economische Zaken en Klimaat (2017-2024)
- 2023-09-12 17:00: Procedurevergadering commissie voor Economische Zaken en Klimaat (Procedurevergadering), vaste commissie voor Economische Zaken en Klimaat (2017-2024)
- 2023-09-28 14:00: Voortgang snel internet en uitvoering van de motie van de leden Dekker-Abdulaziz en Leijten over de Universele Dienst (Kamerstuk 36200-VII-65) (Inbreng schriftelijk overleg), vaste commissie voor Economische Zaken en Klimaat (2017-2024)
- 2023-10-24 17:00: Procedurevergadering commissie voor Economische Zaken en Klimaat (Procedurevergadering), vaste commissie voor Economische Zaken en Klimaat (2017-2024)
- 2025-01-30 10:00: Telecommunicatie (Commissiedebat), vaste commissie voor Economische Zaken
Preview document (🔗 origineel)
2023D39667 De vaste commissie voor Economische Zaken en Klimaat heeft een aantal vragen en opmerkingen aan de Minister van Economische Zaken en Klimaat voorgelegd over de brief van 4 juli 2023 inzake de Voortgang snel internet en uitvoering van de motie van de leden Dekker-Abdulaziz en Leijten over de Universele Dienst (Kamerstuk 26 643, nr. 1054).
De voorzitter van de commissie,
Klink
De adjunct-griffier van de commissie,
Van Tilburg
Inhoudsopgave
I Vragen en opmerkingen vanuit de fracties
II Antwoord / Reactie van de Minister
I Vragen en opmerkingen vanuit de fracties
Vragen en opmerkingen van de leden van de VVD-fractie
De leden van de VVD-fractie hebben kennisgenomen van het geagendeerde stuk en zien met voldoening dat de beschikbaarheid van snel internet voor alle Nederlanders in rap tempo toeneemt. En dat desalniettemin nog circa 25.000 huishoudens in vooral het buitengebied nog wachten op een snelle verbinding en dat het in een snel digitaliserende maatschappij van belang is dat alle Nederlanders toegang hebben tot snel internet. Deze leden hebben begrip voor het feit dat met oog op de snel op ons afkomende financiële uitdagingen voor de staatskas, de Minister deze keuze maakt.
De leden van de VVD-fractie vragen wat de kosten voor snelle draadloze toegang zijn en of dit draagbaar is voor mensen die in het buitengebied wonen. Zou de Minister hier nadere toelichting op kunnen geven?
De leden van de VVD-fractie merken op dat de Minister schrijft dat het ministerie provincies en gemeenten met expertise en kennisuitwisseling ondersteunt. Deze leden vragen in welke mate de decentrale overheden bereid zijn om hier bij te springen. Heeft de Minister dit onderzocht en kan zij aangeven in hoeverre dit het geval is? Daarnaast vragen deze leden of de Minister ook kijkt naar innovatieve oplossingen om huishouden in buitengebieden aangesloten te krijgen op het snelste internet.
Vragen en opmerkingen van de leden van de D66-fractie
De leden van de D66-fractie hebben kennisgenomen van de geagendeerde brief. Deze leden spreken uit dat zij het belangrijk vinden dat er vaart wordt gemaakt met het ontsluiten van huishoudens die nu nog niet beschikken over snel internet, we willen immers het digitale knooppunt van Europa worden, met veilig, snel en betaalbaar internet in alle delen van het land. Dat moet dus ook voor alle huishoudens gelden. Deze leden wensen daarom de Minister nog enkele vragen voor te leggen.
De leden van de D66-fractie hebben in december 2022 al kennisgenomen van het feit dat er nog steeds ruim 19.000 huishoudens slecht verbonden zijn. Waarvan 15.000 huishouders zelfs blijven steken op 30 Megabit per seconde (Mbps). De Minister geeft nu, ruim zeven maanden nadat we hier eerder over gesproken hebben aan dat de markt als eerst aan zet is om iedereen van snel internet te voorzien1, terwijl zij eerder aangaf dat ze niet de markt wil vragen om bij te dragen aan het verbinden van de onrendabele top. Kan de Minister deze discrepantie toelichten? De Minister heeft eerder ook aangegeven om in de voorjaarsbesluitvorming te kijken of er gelden konden worden vrijgemaakt om deze onrendabele top te ontsluiten. Deze leden hebben eerder de suggestie gedaan om, wanneer het niet mogelijk is om de volledige 160 miljoen euro te reserveren, eerst gewoon een start te maken met de beschikbare middelen. Zo kan ten minste een klein deel van deze huishoudens ontsloten worden, en kan er gestaag doorgewerkt worden tot alle huishoudens zijn ontsloten. Kan de Minister ingaan op dit voorstel? Is er in de begroting ruimte om vast een bedrag te reserveren voor de ontsluiting van deze onrendabele top?
De leden van de D66-fractie lezen in de woorden van de Minister dat zij aangeeft dat overheidsingrijpen via staatssteun nodig is om de uiteindelijke restopgave in het buitengebied van een snelle en toekomstvaste oplossing te voorzien. Daarvoor moeten de regels uit de Europese staatsteunkaders worden gevolgd. Is de Minister al met dit proces gestart? Zo nee, waarom niet? Kan het proces over de vraag of staatsteun toegestaan is al eerder doorlopen worden dan het reserveren van de benodigde fondsen, of moet dit proces gelijktijdig worden uitgevoerd?
De leden van de D66-fractie nemen kennis van de verschillende dekkingsgraden in de regio. Kan er in de provincies die achterlopen worden gekeken naar een financieringspad tussen marktpartijen, de Staat en de provincie? Is het mogelijk om vanuit de Regiodeals financiering voor deze onrendabele top te reserveren?
De leden van de D66-fractie zouden van de Minister graag meer toelichting willen op de mogelijkheid om de restopgave te ontsluiten via draadloze alternatieven (bijvoorbeeld fixed wireless access of 4/5G). De Minister geeft aan dat draadloze alternatieven vooral voor circa 25.000 huishoudens in het buitengebied die nu nog zijn aangewezen op een vaste aansluiting van minder 30 Mbps een oplossing kunnen zijn. Hoe verhouden de periodieke herinvesteringen zich tot de investeringen die nu niet worden gedaan? Kunnen draadloze alternatieven een kortetermijnoplossing bieden tot deze gebieden beter kunnen worden ontsloten wanneer de Minister de staatssteun kan verlenen?
De leden van de D66-fractie hebben tot slot nog een vraag over de Gigabit Infrastructure Act. Kan de Minister aangeven hoe zij tegen deze wet aankijkt? Geeft de wet ruimte aan huidige uitdagingen? Is voldoende geborgd dat deze wet niet meer regeldruk met zich meebrengt?
Vragen en opmerkingen van de leden van de CDA-fractie
De leden van de CDA-fractie hebben kennisgenomen van de brief van de Minister over de voortgang snel internet en hebben hierover enkele vragen. Deze leden pleiten al geruime tijd voor een oplossing om de resterende 19.000 adressen in de buitengebieden aan te sluiten op snel vast internet. Deze leden zijn teleurgesteld dat deze oplossing nog steeds niet gevonden is, temeer daar het beschikken over een snelle vaste internetverbinding volgens deze leden een basisvoorziening is.
De leden van de CDA-fractie vragen hoe het besluit om geen middelen vrij te maken voor aansluiting van de resterende adressen in de buitengebieden zich verhoudt tot de kabinetsreactie op het rapport Elke regio telt!. Het kabinet erkent daarin dat de afgelopen decennia te veel is geïnvesteerd in gebieden waar het al goed ging en dat dit heeft geleid tot onwenselijke verschillen tussen regio’s. Deze leden vragen of de Minister het ermee eens is dat de toegang tot snel vast internet ook zo’n onderwerp is waarin rendementsdenken teveel leidend is en dat hiervan een grote groep mensen de dupe wordt, enkel en alleen vanwege de plek waar zij wonen. Dit klemt volgens deze leden des te meer in een steeds verder digitaliserende samenleving, waarin toegang tot snel internet onmisbaar is, en waar desondanks veel mensen niet goed digitaal mee kunnen doen. Deze leden constateren dat ook de overheid steeds verder digitaliseert en dat burgers voor contact met de overheid afhankelijk zijn van digitale middelen. Deze leden zijn benieuwd naar hoe de Minister de wetenschappelijke kennis en conclusies over investeren in de regio en digitale vaardigheid verenigt met haar besluit.
De leden van de CDA-fractie lezen dat de Minister de adressenlijst met de resterende 19.000 adressen heeft gedeeld met marktpartijen, met daarbij de oproep om waar mogelijk nog zoveel mogelijk adressen aan te sluiten. Deze leden vinden dit een goede stap, maar zijn nog wel kritisch op het vervolg. Deze leden vragen of met het delen van de lijst ook nog vervolgafspraken zijn gemaakt met marktpartijen, bijvoorbeeld of zij een terugkoppeling geven over wat zij nog kunnen doen en binnen welk tijdpad. Deze leden vragen of de Minister een inschatting zou kunnen geven met hoeveel adressen de lijst in het komende jaar nog verminderd zou kunnen worden en wat dan de restopgave is. Deze leden vragen of er structureel overleg is met marktpartijen, en of de Minister wil garanderen dat zij samen met marktpartijen naar oplossingen blijft zoeken om de resterende adressen snel aan te sluiten.
Vragen en opmerkingen van de leden van de ChristenUnie-fractie
De leden van de ChristenUnie-fractie hebben met interesse kennisgenomen van de brief van de Minister. Deze leden hebben op een aantal punten nog behoefte aan een nadere toelichting.
De leden van de ChristenUnie-fractie vinden snel internet, óók in de buitengebieden, van groot belang voor de leefbaarheid van de betreffende regio. Een trage of onbetrouwbare internetverbinding kan namelijk zorgen voor grote belemmeringen bij zaken als (thuis)werken, onderwijs of contact met vrienden of familie verder weg. Deze leden vinden het dan ook van belang dat voor elk huishouden in Nederland een internetverbinding beschikbaar is met voldoende snelheid.
De leden van de ChristenUnie-fractie lezen dat het in de provincie Fryslân alsnog is gelukt om een groot deel van de moeilijkst te ontsluiten buitengebieden op glasvezel aan te sluiten, onder meer door lokaal maatwerk. Kan de Minister dit verder toelichten? Zijn hier wellicht lessen uit te trekken voor andere moeilijk te ontsluiten buitengebieden?
De leden van de ChristenUnie-fractie lezen dat de Minister aangeeft dat het lastig is om precies in te schatten wanneer de markt is uitgewerkt. Deze leden merken op dat het in Groningen niet gelukt is om buitengebiedadressen te ontsluiten, ondanks dat de lokale aanbieder zelfs subsidie en een lening van de provincie Groningen had ontvangen. Is de Minister het met deze leden eens dat het dan zeer onwaarschijnlijk is dat de markt zonder subsidie alsnog deze adressen zal aansluiten?
De leden van de ChristenUnie-fractie lezen dat de Minister de oproep heeft gedaan aan de markt om bij huidige en toekomstige verglazingsactiviteiten waar mogelijk ook de nog resterende huishoudens in het buitengebied aan te sluiten. Hoe is deze oproep door de markt ontvangen? Heeft de Minister de verwachting dat de markt met het aansluiten aan de slag gaat, ook op plaatsen waar niet de verwachting is dat het aansluiten rendabel is? Daarnaast vragen deze leden hoe het niet willen verstoren van de marktdynamiek zich verhoudt tot de conclusie die de Minister in haar brief van vorig jaar juni al trok, namelijk dat overheidsingrijpen via staatssteun nodig is voor de ontsluiting van de restopgave.
Vragen en opmerkingen van de leden van de BBB-fractie
De leden van de BBB-fractie hebben kennisgenomen van de geagendeerde brief. Deze leden hebben hierover nog wel wat vragen.
De leden van de BBB-fractie merken op dat Onderzoeksbureau Dialogic in hun prognose aangaande de huishoudens in het buitengebied rekening heeft gehouden met de mogelijkheid dat de uitrol zowel mee- als tegenvallers kent. Welke mee en tegenvallers zijn dit?
De leden van de BBB-fractie lezen ook dat staatssteun mogelijk is, daar waar de markt uiteindelijk niet kan voorzien van snel internet. Daar moeten staatssteunkaders, zoals een openbare marktconsultatie en aantoonbare verbetering voor huishoudens, dan wel van toepassingen zijn. Deze leden lezen dat de middelen vanwege de uitdagingen niet beschikbaar worden gesteld, maar is staatssteun, zoals het er nu voorstaat, daadwerkelijk mogelijk vanuit de staatssteunkaders?
Kamerstuk 26 643, nr. 1054. P, 2.↩︎