Proces van het verzamelen van gegevens door UWV
Structuur van de uitvoering werk en inkomen (SUWI)
Brief regering
Nummer: 2023D41245, datum: 2023-10-09, bijgewerkt: 2024-02-19 10:56, versie: 3
Directe link naar document (.pdf), link naar pagina op de Tweede Kamer site, officiële HTML versie (kst-26448-731).
Gerelateerde personen:- Eerste ondertekenaar: C.E.G. van Gennip, minister van Sociale Zaken en Werkgelegenheid (Ooit CDA kamerlid)
Onderdeel van kamerstukdossier 26448 -731 Structuur van de uitvoering werk en inkomen (SUWI).
Onderdeel van zaak 2023Z16948:
- Indiener: C.E.G. van Gennip, minister van Sociale Zaken en Werkgelegenheid
- Voortouwcommissie: vaste commissie voor Sociale Zaken en Werkgelegenheid
- 2023-10-11 16:44: Regeling van werkzaamheden (Regeling van werkzaamheden), TK
- 2023-10-24 16:30: Procedures en brieven commissie Sociale Zaken en Werkgelegenheid (Procedurevergadering), vaste commissie voor Sociale Zaken en Werkgelegenheid
- 2024-02-07 10:00: Ministerie van SZW en UWV - Het proces van het verzamelen van gegevens door UWV (Technische briefing), vaste commissie voor Sociale Zaken en Werkgelegenheid
- 2024-04-02 16:30: Uitvoering sociale zekerheid (Commissiedebat), vaste commissie voor Sociale Zaken en Werkgelegenheid
- 2024-04-04 12:30: Aanvang middagvergadering: Regeling van werkzaamheden (Regeling van werkzaamheden), TK
Preview document (🔗 origineel)
Tweede Kamer der Staten-Generaal | 2 |
Vergaderjaar 2023-2024 |
26 448 Structuur van de uitvoering werk en inkomen (SUWI)
Nr. 731 BRIEF VAN DE MINISTER VAN SOCIALE ZAKEN EN WERKGELEGENHEID
Aan de Voorzitter van de Tweede Kamer der Staten-Generaal
Den Haag, 9 oktober 2023
Hierbij zend ik u de antwoorden op de Kamervragen van de leden Dekker-Abdulaziz, Warmerdam (beiden D66) en Van Baarle (DENK) over het gebruik van de (risico)scans door UWV1 (bijlage 1).
Daarnaast wil ik uw Kamer informeren over twee punten die betrekking hebben op het proces van het verzamelen van gegevens door UWV. Het eerste betreft het onderzoek van UWV naar fraude met Ziektewetuitkeringen, waarover ik op 22 december 2022 schriftelijke vragen van uw Kamer heb beantwoord2. Het tweede gaat over het onderzoek van de Auditdienst Rijk (ADR) naar het gebruik van het kenmerk nationaliteit.
Risicoscans
UWV kent drie scans:
1. Een risicoscan naar verwijtbare werkloosheid3. Deze risicoscan ziet op het detecteren van de mogelijkheid dat iemand (mede) door eigen toedoen werkloos is geraakt.
2. Een risicoscan naar ongeoorloofd verblijf buiten Nederland. Deze scan heeft als doel om vermoedelijk ongeoorloofd verblijf in het buitenland vroegtijdig te detecteren.
3. De sollicitatiescan (voorheen in de Stand van de uitvoering genoemd als risicoscan sollicitaties) heeft als doel om zicht te krijgen op uitkeringsgerechtigden die mogelijk (onbewust) niet effectief solliciteren. Nadat de adviseur heeft beoordeeld of er inderdaad aanleiding is om in gesprek te gaan over het zoekgedrag naar werk, kan UWV een uitkeringsgerechtigde hierbij extra ondersteunen. Deze scan heeft een andere insteek dan de andere scans doordat deze door UWV wordt ingezet om een betere dienstverlening te bieden.
De eerste twee genoemde risicoscans zijn een vorm van risicogericht toezicht, waarmee gericht gecontroleerd kan worden op mogelijke overtreding van wet- en regelgeving. Ze geven een indicatie van een verhoogde kans op overtreding van wet- en regelgeving en genereren daarmee signalen die aanleiding kunnen zijn om een onderzoek te starten. Dit onderzoek wordt door medewerkers van UWV verricht.
Deze wijze van proactief detecteren van mogelijk misbruik is effectiever en efficiënter dan het onderzoeken van alle uitkeringen of steekproefsgewijze controles. Daarmee worden de schaars beschikbare middelen beter ingezet. Ook wordt daarmee het overgrote deel van de uitkeringsgerechtigden niet onnodig gecontroleerd4.
Uw Kamer is in de afgelopen jaren periodiek geïnformeerd over de ontwikkeling van bovengenoemde drie (risico)scans, onder andere via de Standen van de uitvoering. Hierin is aangegeven dat bij de ontwikkeling van de risicoscans geen ongeoorloofde kenmerken zoals nationaliteit, etniciteit of iets van dien aard meegenomen worden. De scans worden bovendien periodiek tegen het licht gehouden om onbedoelde effecten er uit te filteren. Het staat voor mij buiten kijf dat de scans moeten voldoen aan de (privacy)wet- en regelgeving. Naast risicoscans zijn er andere vormen van risicogericht toezicht door data onderzoeken, zoals bijvoorbeeld bij gefingeerde dienstverbanden. Deze stellen UWV in staat om fraudeconstructies in kaart te brengen en op te sporen die anders niet goed zichtbaar zijn en daarom moeilijk te handhaven zijn.
Eerder heb ik met uw Kamer gedeeld dat het verzamelen van gegevens door middel van cookies ten behoeve van de risicoscan naar verblijf buiten Nederland in strijd is met de Telecommunicatiewet (Tw) en de Algemene Verordening Gegevensbescherming (AVG). Daarom is deze risicoscan begin dit jaar stopgezet5. UWV heeft mij bevestigd dat gegevens voortkomend uit cookies die in de risicoscan naar verblijf buiten Nederland gebruikt zijn, niet worden gebruikt in de andere twee scans.
Vervolgacties
In de Stand van de uitvoering van juni 2023 berichtte ik u dat UWV had besloten om de openstaande zaken, die mogelijk mede waren gebaseerd op signalen uit de risicoscan verblijf buiten Nederland, te sluiten6. Tevens besloot UWV om de reeds afgesloten zaken niet te heropenen.
Mede naar aanleiding van gesprekken die ik met UWV heb gevoerd, heeft UWV dit laatste besluit opnieuw tegen het licht gehouden. UWV heeft besloten alle 460 afgesloten zaken opnieuw te gaan onderzoeken en indien daar aanleiding toe is te herzien. Dat is ook het advies van de Autoriteit Persoonsgegevens geweest. Indien UWV een verzoek tot herziening krijgt, moet dit verzoek namelijk worden ingewilligd. Er zijn de afgelopen tijd drie verzoeken bij UWV ingediend tot herziening. UWV heeft, omwille van gelijke behandeling, besloten alle afgesloten zaken opnieuw te onderzoeken, waarbij de rechtmatigheid van de verkregen gegevens centraal staat.
Ik verwelkom dit besluit van UWV. In de eerstvolgende Stand van de uitvoering zal ik uw Kamer informeren over de uitkomsten van deze onderzoeken.
Daarnaast is dit voor UWV en mij aanleiding om naast de verzamelde gegevens ook de kenmerken die gehanteerd worden voor risicoselectie en data-onderzoek, nogmaals te toetsen aan alle relevante wet- en regelgeving, zoals naast de AVG bijvoorbeeld ook de Algemene Wet Gelijke Behandeling (AWGB). Dit betekent dus dat er getoetst wordt op rechtmatigheid en proportionaliteit. Daarbij zullen de risicoscans verwijtbare werkloosheid en de sollicitatiescan extern getoetst worden. Ik zal uw Kamer nader informeren bij de eerstvolgende Stand van de uitvoering.
Onderzoek UWV naar fraude met Ziektewetuitkeringen
Tevens informeer ik u in deze brief over het onderzoek van UWV naar fraude met Ziektewetuitkeringen die worden geëxporteerd naar Slowakije.
UWV is in mei 2022 een onderzoek (het zogeheten project internationale ZW-casus) gestart naar mogelijke georganiseerde fraude met Ziektewetuitkeringen die werden geëxporteerd naar Slowakije. Het ging om personen die via een uitzendbureau werkzaam waren en die zich na enkele dagen ziek meldden. Vervolgens werd de uitkering geëxporteerd naar een woonadres in het buitenland. Uw Kamer heeft hier vragen over gesteld die ik op 20 december 2022 heb beantwoord7.
UWV heeft mij in augustus 2023 gemeld:
1. dat het project met onderzoek naar mogelijke fraude in Slowakije in september 2022 is uitgebreid met een uitvraag waarbij onder meer het criterium «woonachtig in Slowakije» is toegepast;
2. dat er in oktober 2022 een data-onderzoek is ingesteld met als doel te kijken in hoeverre dit fenomeen zich breder voordoet (looptijd oktober 2022–februari 2023). Hieruit zijn 7.100 gevallen naar voren gekomen met een verhoogd risico op fraude, waarvan 6.500 gevallen in Nederland;
3. dat UWV in april 2023 intern onderzoek is gestart naar de gehanteerde werkwijze op het gelijkheidsbeginsel. De definitieve bevindingen zijn begin augustus opgeleverd. Daaruit blijkt dat de uitvraag, waarbij het criterium «woonachtig in Slowakije» dat toegevoegd is bij de uitbreiding in september 2022, niet voldoet aan het gelijkheidsbeginsel.
UWV heeft, vooruitlopend op de definitieve bevindingen van het interne onderzoek, het project internationale ZW-casus half juli stopgezet. De gevallen die na 1 september 2022 zijn gemeld worden niet meer nader onderzocht. Verder bekijkt UWV op welke wijze wordt omgegaan met de mogelijke fraudegevallen vanuit het bovengenoemd data-onderzoek onder punt 2. Daarnaast worden maatregelen getroffen om onderdelen van het werkproces van de Ziektewet minder vatbaar te maken voor fraude.
Ik ben in gesprek met UWV over de maatregelen die getroffen moeten worden en hoe om te gaan met de uitkomsten van bovengenoemd data-onderzoek onder punt 2. Fraude opsporen is belangrijk. Daarbij moeten de methoden van fraudeonderzoek, zoals de risicoscans, altijd voldoen aan de kaders van wet- en regelgeving. In de eerstvolgende Stand van de uitvoering informeer ik u nader over de maatregelen die UWV heeft getroffen.
Onderzoek Auditdienst Rijk (ADR) naar gebruik van het kenmerk nationaliteit
Gegevens, in het bijzonder nationaliteitsgegevens of andere afkomst gerelateerde indicatoren, moeten op rechtmatige wijze verkregen en verwerkt worden. In 2020 en 2021 hebben SZW, UWV, de SVB en de Arbeidsinspectie de inventarisatie nationaliteit uitgevoerd.8 Een belangrijke conclusie daaruit is dat een directe verwijzing naar nationaliteit niet in de risicoscans van UWV gebruikt wordt. Wel wordt er gebruikt gemaakt van de registratie van niet-ingezetenen. In het commissiedebat van 6 april 2022 heb ik het lid Van Baarle toegezegd dat de ADR onderzoek gaat doen naar de manier waarop die inventarisatie is vormgegeven en uitgevoerd.9 Daarnaast onderzoekt de ADR welke beheersmaatregelen SZW, UWV, de SVB en de Arbeidsinspectie hebben getroffen in de dagelijkse praktijk om te borgen dat zij in de registratie en het gebruik van nationaliteitsgegevens voldoen aan geldende voorschriften. De ADR zal daarbij expliciet kijken naar het gebruik van risicoprofielen in de handhaving van sociale zekerheid. In de Stand van de uitvoering van juni 2023 heb ik uw Kamer abusievelijk gemeld dat de ADR dit voorjaar is gestart met het onderzoek. De ADR is in september met het onderzoek gestart. De eindrapportage van dat onderzoek wordt naar verwachting opgeleverd in het voorjaar van 2024.
Tot slot
Als een werknemer werkloos raakt of ziek wordt, is er in Nederland een goed vangnet. Dit vangnet stoelt op solidariteit in onze samenleving en het draagvlak daarvoor is groot. Mede daarom is het belangrijk dat er geen misbruik van de regelingen wordt gemaakt. Om misbruik tegen te gaan en te handhaven, is het noodzakelijk dat UWV gebruik maakt van gegevens van uitkeringsgerechtigden. Vanzelfsprekend betracht UWV de grootst mogelijke zorgvuldigheid bij het verwerken van deze gegevens en blijf ik met UWV in gesprek. In dat kader heb ik met UWV afgesproken dat zij de sinds 2018 ontwikkelde wijze van risicobeheersing en risicocultuur tegen het licht houdt. Ik blijf u dan ook via de Stand van de uitvoering op de hoogte houden van de voortgang en uitkomsten.
Mocht u over het voorgaande of de beantwoording van de Kamervragen nog vragen hebben dan bied ik uw Kamer graag, mede namens UWV, hierover een vertrouwelijke technische briefing aan.
De Minister van Sociale Zaken en Werkgelegenheid,
C.E.G. van Gennip
Aanhangsel Handelingen II 2023/24, nr. 179.↩︎
Aanhangsel Handelingen II 2022/23, nr. 1104.↩︎
Er is sprake van verwijtbare werkloosheid indien de dienstbetrekking is beëindigd door op of op verzoek van de werknemer zonder dat aan de voortzetting ervan zodanige bezwaren waren verbonden, dat deze voortzetting niet van hem kon worden gevergd.↩︎
Kamerstuk 26 448, nr. 693.↩︎
Kamerstuk 26 448, nr. 711 en Kamerstuk 26 448, nr. 717, bijlage «Stand van de uitvoering sociale zekerheid juni 2023».↩︎
Kamerstuk 26 448, nr. 711 en Kamerstuk 26 448, nr. 717, bijlage «Stand van de uitvoering sociale zekerheid juni 2023».↩︎
Aanhangsel Handelingen II 2022/23, nr. 1104.↩︎
Kamerstuk 26 448, nr. 653.↩︎
Kamerstuk 26 448, nr. 678.↩︎