[overzicht] [activiteiten] [ongeplande activiteiten] [besluiten] [commissies] [geschenken] [kamerleden] [kamerstukdossiers] [open vragen]
[toezeggingen] [stemmingen] [verslagen] [🔍 zoekmachine] [wat is dit?]

Memorie van toelichting

Wijziging van de begrotingsstaat van het Ministerie van Financiën (IXB) en de begrotingsstaat van Nationale Schuld (IXA) voor het jaar 2023 (wijziging samenhangende met de Najaarsnota)

Memorie van toelichting

Nummer: 2023D46283, datum: 2023-11-24, bijgewerkt: 2024-02-19 10:56, versie: 2

Directe link naar document, link naar pagina op de Tweede Kamer site, officiële HTML versie (kst-36470-IX-2).

Gerelateerde personen:

Onderdeel van kamerstukdossier 36470 IX-2 Wijziging van de begrotingsstaat van het Ministerie van Financiën (IXB) en de begrotingsstaat van Nationale Schuld (IXA) voor het jaar 2023 (wijziging samenhangende met de Najaarsnota).

Onderdeel van zaak 2023Z19165:

Onderdeel van activiteiten:

Preview document (🔗 origineel)


Tweede Kamer der Staten-Generaal 2
Vergaderjaar 2023‒2024
36 470IX Wijziging van de begrotingsstaat van het Ministerie van Financiën (IXB) en de begrotingsstaat van Nationale Schuld (IXA) voor het jaar 2023 (wijziging samenhangende met de Najaarsnota)
Nr. 2

MEMORIE VAN TOELICHTING

A. ARTIKELSGEWIJZE TOELICHTING BIJ HET WETSVOORSTEL

Wetsartikelen 1 en 2

De begrotingsstaten die onderdeel zijn van de Rijksbegroting, worden op grond van artikel 2.3, eerste lid, van de Comptabiliteitswet 2016 elk afzonderlijk bij wet vastgesteld en derhalve ook gewijzigd. Het onderhavige wetsvoorstel strekt ertoe om voor het jaar 2023 wijzigingen aan te brengen in:

  1. de departementale begrotingsstaat van het Ministerie van Financiën (IXB);
  2. de begrotingsstaat inzake de Nationale Schuld (IXA).

De in de begrotingsstaten opgenomen begrotingsartikelen worden in onderdeel B van deze memorie van toelichting toegelicht (de zgn. begrotingstoelichting).

De Minister van Financiën,

S.A.M.Kaag

B. BEGROTINGSTOELICHTING

1 Leeswijzer

De voorliggende suppletoire begroting bevat de voorgestelde wijzigingen ten opzichte van de suppletoire begroting Prinsjesdag 2023 van het ministerie van Financiën (IXB) en Nationale Schuld (IXA).

In hoofdstuk 2 zijn de overzichten opgenomen met de belangrijkste mutaties: in paragraaf 2.1 voor artikel 1 t/m 13 van IXB en in paragraaf 2.2 voor artikel 11 en 12 van IXA. Paragraaf 2.3 bevat een overzicht coronamaatregelen.

Hoofdstuk 3 en hoofdstuk 4 bevatten per beleidsartikel een budgettaire tabel. Hoofdstuk 5 bevat budgettaire tabellen voor de niet-beleidsartikelen. Conform de Rijksbegrotingsvoorschriften (RBV) worden per artikel de mutaties die groter of gelijk zijn aan de ondergrenzen in de onderstaande staffel (tabel 1) toegelicht. Vanwege de staffel kan de som van de toegelichte mutaties afwijken van de totale mutatie op het artikel.

< 50 1 2
=> 50 en < 200 2 4
=> 200 en < 1000 5 10
=> 1000 10 20

De toelichting op de mutatie van de belastingontvangsten is in de Najaarsnota opgenomen.

2 Beleid

2.1 Overzicht belangrijkste uitgaven- en ontvangstenmutaties IXB

In onderstaande tabellen worden de belangrijkste suppletoire uitgaven- (tabel 2) en ontvangstenmutaties (tabel 3) weergegeven. Dit zijn de wijzigingen ten opzichte van de suppletoire begroting Prinsjesdag 2023 van het ministerie van Financiën (IXB) en Nationale Schuld (IXA) en bevat de nieuwe mutaties voor 2023.

Vastgestelde begroting 2023 (incl. NvW) 14.179.542
Stand suppletoire begroting Prinsjesdag 2023 14.845.545
Belangrijkste suppletoire mutaties
1) Belasting- en invorderingsrente 1 ‒ 36.000
2) Definitieve sluiting langlopende schadezaken Atradius Dutch State Business (ADSB) 5 165.000
3) Schade-uitkering niet-afgesloten dossiers ADSB 5 30.000
4) Begrotingsreserve Oekraïne 5 60.000
5) Bijstelling btw-compensatiefonds (BCF) 6 160.806
6) Reservering aanvullende post (AP) vertragingsrente 9 30.100
7) Overige mutaties ‒ 59.131
Stand 2e suppletoire begroting 2023 15.196.320

Toelichting

1. Belasting- en invorderingsrente

De € 36 mln. lagere uitgaven aan belasting- en invorderingsrente wordt met name verklaard door de latere aanvangsdatum van het herstelproject invorderingsrente1, waarbij teveel in rekening gebrachte invorderingsrente wordt terugbetaald.

2. Definitieve sluiting langlopende schadezaken Atradius Dutch State Business (ADSB)

ADSB is voornemens om € 165 mln. aan schadedossiers definitief af te sluiten waarop geen recuperatiemogelijkheden meer zijn, bijvoorbeeld omdat de debiteur failliet is gegaan. Dit bedrag wordt om die reden onttrokken uit de begrotingsreserve (zie ook mutatie 8 van tabel 3). Hiermee wordt opvolging gegeven aan de bezuinigingsopties ekv wat als aanbeveling is gedaan in de beleidsdoorlichting van artikel 5.2

3. Schade-uitkering niet-afgesloten dossiers ADSB

Op basis van actuele ramingen van ADSB wordt in 2023 de raming van niet-afgesloten dossiers met € 30 mln. verhoogd.

4. Begrotingsreserve Oekraïne

Via het derde steunpakket 2023 voor Oekraïne3 is € 60 mln. beschikbaar gesteld om via de exportkredietverzekering financiële risico’s af te dekken voor Nederlandse bedrijven die via export of investeringen willen bijdragen aan de wederopbouw van Oekraïne. Dit bedrag van € 60 mln. wordt toegevoegd aan de begrotingsreserve ekv.

5. Bijstelling btw-compensatiefonds (BCF)

Als gevolg van overhevelingen van budget van ministeries naar decentrale overheden wordt een bedrag in het gemeente of provinciefonds gestort. Het geraamde btw-deel van dit bedrag wordt in het BCF gestort (€ 160,8 mln.). Gemeentes en provincies kunnen de betaalde btw daarna weer terugvragen bij het BCF. Tegenover deze extra uitgaven staan gelijke ontvangsten. Deze bijstelling bestaat voor € 109,2 mln. uit het geraamde btw-deel van de specifieke uitkering (SPUK) in verband met de opvang van Oekraïense ontheemden.

6. Reservering Aanvullende Post (AP) voor vertragingsrente

Vanuit de Aanvullende Post (AP) wordt € 30,1 mln. overgeheveld naar artikel 9 Douane voor reeds betaalde en naar verwachting nog te betalen vertragingsrente in 2023. Deze vertragingsrente komt voort uit (na)betalingen van Traditionele Eigen Middelen (douane invoerrechten, begroot op artikel 3.3, begroting van het ministerie van Buitenlandse Zaken).

Vastgestelde begroting 2023 201.164.293
Stand suppletoire begroting Prinsjesdag 2023 219.755.983
Belangrijkste suppletoire mutaties
1) Belastingontvangsten 1 ‒ 1.366.912
2) Doorbelasten kosten vervolging 1 31.000
3) Belasting- en invorderingsrente 1 29.000
4) Boetes en schikkingen 1 24.000
5) Verkoop aandelen ABN AMRO 3 456.799
6) Actualisatie dividendenraming 3 93.000
7) Vervroegde aflossing Greek Loan Facility (GLF) 2024 en 2025 4 319.838
8) Ontvangsten uit begrotingsreserve ivm definitieve sluiting langlopende schadezaken ADSB 5 165.000
9) Bijstelling btw-compensatiefonds (BCF) 6 160.806
10) Overige mutaties 21.334
Stand 2e suppletoire begroting 2023 219.689.848

Toelichting

1. Belastingontvangsten

Zie voor een toelichting van deze mutatie de Najaarsnota 2023.

2. Doorbelasten kosten vervolging

De realisatiecijfers waren afgelopen maanden hoger dan verwacht en daarom wordt € 31 mln. meer ontvangsten uit het doorbelasten van vervolgingskosten verwacht dan eerder geraamd.

3. Belasting- en invorderingsrente

Op basis van de realisaties wordt € 29 mln. meer belasting- en invorderingsrente verwacht dan eerder geraamd. Met name in de belastingrente over vennootschapsbelasting en inkomstenbelasting zijn de ontvangsten hoger dan verwacht. Dit heeft grotendeels te maken met een hogere belastinggrondslag.

4. Boetes en schikkingen

De realisatiecijfers waren afgelopen maanden hoger dan verwacht en daarom wordt € 24 mln. meer boeteontvangsten verwacht dan eerder geraamd.

5. Verkoop aandelen ABN AMRO

In de loop van 2023 zijn aandelen ABN AMRO verkocht.4 Als gevolg van de verkoopopbrengsten hiervan wordt de ontvangstenraming met € 457 mln. verhoogd tot € 1,123 mld.

6. Actualisatie dividendenraming

Een actualisatie van de dividendramingen van de staatsdeelnemingen geeft voor het jaar 2023 een positieve bijstelling (€ 93 mln.).

7. Vervroegde aflossing Greek Loan Facility (GLF) 2024 en 2025

Griekenland is de formele procedure gestart om een deel van de uitstaande leningen vervroegd af te lossen (€ 319,8 mln.). De verwachting is dat deze vervroegde aflossing op 15 december zal plaatsvinden. De raming in artikel 4 wordt hierop geactualiseerd.

8. Ontvangsten uit begrotingsreserve in verband met definitieve sluiting langlopende schadezaken ADSB

De begrotingsreserve werkt als buffer om het verschil tussen enerzijds premieontvangsten en anderzijds definitieve schades en uitvoeringskosten op te vangen. Omdat een aantal schadedossiers definitief wordt afgesloten, neemt de raming voor de definitieve schades met € 165 mln. toe (zie toelichting op mutatie 2 in Tabel 2).

9. Bijstelling btw-compensatiefonds (BCF)

Als gevolg van overhevelingen van budget van ministeries naar decentrale overheden wordt een bedrag in het gemeente of provinciefonds gestort. Het geraamde btw-deel van dit bedrag wordt in het BCF gestort (€ 160,8 mln.). Gemeentes en provincies kunnen de betaalde btw daarna weer terugvragen bij het BCF. Tegenover deze extra uitgaven staan gelijke ontvangsten. Deze bijstelling bestaat voor € 109,2 mln. uit het geraamde btw-deel van de specifieke uitkering (SPUK) in verband met de opvang van Oekraïense ontheemden.

2.2 Overzicht belangrijkste uitgaven- en ontvangstenmutaties IXA

In onderstaande tabellen worden de belangrijkste suppletoire uitgaven- (tabel 4) en ontvangstenmutaties (tabel 5) weergegeven.

Vastgestelde begroting 2023 38.885.297
Stand suppletoire begroting Prinsjesdag 2023 51.992.352
Belangrijkste suppletoire mutaties
1) Rente vaste schuld 11 ‒ 238.000
2) Rente vlottende schuld 11 ‒ 24.000
3) Mutatie vlottende schuld 11 ‒ 4.041.000
4) Rentelasten derivaten 11 9.000
5) Verstrekte leningen 12 500.000
6) Rentelasten kasbeheer 12 ‒ 28.752
Stand 2e suppletoire begroting 2023 48.169.600

Toelichting

1. Rente vaste schuld

De rentelasten vaste schuld vallen in 2023 naar verwachting € 238 mln. lager uit dan eerder geraamd. Als gevolg van het bijgestelde financieringsplan zal er in 2023 minder schuld uitgegeven worden op de kapitaalmarkt. Hierdoor nemen de verwachte rentelasten af.

2. Rente vlottende schuld

De rentelasten op de vlottende schuld zijn naar beneden bijgesteld als gevolg van de actuele realisaties op de geldmarkt.

3. Mutatie vlottende schuld

De mutatie van de vlottende schuld daalt naar verwachting met € 4,04 mld. in het lopende jaar. Dit is het gevolg van een lagere financieringsbehoefte doordat de raming van het kastekort voor het lopende begrotingsjaar sterk is afgenomen. Schommelingen in de financieringsbehoefte in een lopend begrotingsjaar worden zoveel mogelijk opgevangen op de geldmarkt.

4. Rentelasten derivaten

De rentelasten op de langlopende derivaten vallen naar verwachting € 9,0 mln. hoger uit als gevolg van de gestegen rente.

5. Verstrekte leningen

Naar verwachting worden er in 2023 meer leningen verstrekt aan de deelnemers van het schatkistbankieren dan eerder geraamd. De raming wordt daardoor met € 0,5 mld. naar boven bijgesteld.

6. Rentelasten kasbeheer

De raming van de rentelasten is lager dan geraamd als gevolg van een uitstroom van middelen op rekeningen-courant.

Vastgestelde begroting 2023 69.374.958
Stand suppletoire begroting Prinsjesdag 2023 77.194.165
Belangrijkste suppletoire mutaties
1) Uitgifte vaste schuld 11 ‒ 4.000.000
2) Mutaties in rekening-courant en deposito 12 ‒ 890.338
3) Ontvangen aflossingen 12 22.572
4) Overige mutaties 5.063
Stand 2e suppletoire begroting 2023 72.331.462

Toelichting

1. Uitgifte vaste schuld

De raming voor de uitgifte van vaste schuld is met € 4 mld. naar beneden bijgesteld als gevolg van het gewijzigde financieringsplan. Het financieringsplan geeft een beschrijving van de geschatte omvang en de totstandkoming van de financieringsbehoefte van de Nederlandse Staat voor 2023 en een overzicht van de manier waarop het Agentschap van plan is deze in te vullen.

2. Mutaties in rekening-courant en deposito

De wijziging in de geraamde mutatie van het saldo op de rekeningen- courant en deposito’s van de deelnemers van schatkistbankieren is het gevolg van het actualiseren van de geraamde uitgaven en inkomsten van sociale fondsen (€ 0,89 mld.). De mutaties in rekeningen-courant en deposito’s worden veroorzaakt door de uitgaven en ontvangsten van de deelnemers van het schatkistbankieren.

3. Ontvangen aflossingen

Op basis van de actuele inzichten wordt verwacht dat de aflossingen op de leningen € 22,6 mln. hoger uitvallen dan eerder geraamd. Dit zijn leningen die door agentschappen, rechtspersonen met een wettelijke taak (RWT's) en derden in het kader van schatkistbankieren zijn afgesloten.

2.3 Overzicht coronamaatregelen

In onderstaande tabel worden de coronagerelateerde uitgaven- en ontvangsten weergegeven per begrotingsartikel. Bijbehorende kamerstukken zijn opgenomen voor verdere toelichting. Ook is een uitgebreid overzicht terug te vinden op de pagina Overheidsfinanciën op www.Rijksfinanciën.nl.

1 Belasting- en invorderingsrente ‒ 7,0 ‒ 7,0 ‒ 60,5 Kamerstukken II 2020-2021,  35 420 nr. 348
1 Boetes en schikkingen 0,0 0,0 0,0 Kamerstukken II 2020-2021,  35 420 nr. 348
1 Kosten vervolging 0,0 0,0 0,0 Kamerstukken II 2020-2021,  35 420 nr. 348
3 Steunmaatregelen KLM ‒ 1.561,5 0,0 11,8 Kamerstukken II 2020-2021, 29 232, nr. 41
4 EIB pan-Europees Garantiefonds 0,0 75,1 0,0 Kamerstukken II 2019-2020, 35 492 nr. 1
4 SURE ‒ 19,3 0,0 0,0 Kamerstukken II 2019-2020, 35 466, nr. 1
4 NGEU 469,2 0,0 0,0 Kamerstukken II 2019-2020, 21 501-20, nr. 1575
5 Herverzekering leverancierskredieten 4,5 4,5 14,0 Kamerstukken II 2019-2020, 35 433, nr. 1

3 Beleidsartikelen Ministerie van Financiën (IXB)

Artikel 1 Belastingen

Budgettaire gevolgen van beleid

Verplichtingen 3.507.244 26.250 3.533.494
Uitgaven (1) + (2) 3.358.383 ‒ 30.750 3.327.633
Apparaatsuitgaven (1) 3.202.255 ‒ 5.110 3.197.145
Personele uitgaven 2.771.775 11.781 2.783.556
Eigen personeel 2.276.909 3.260 2.280.169
Inhuur externen 486.403 1.521 487.924
Overig personeel 8.463 7.000 15.463
Materiële uitgaven 430.480 ‒ 16.891 413.589
ICT 39.319 0 39.319
Bijdrage aan SSO's 298.747 ‒ 20.891 277.856
Overig materieel 92.414 4.000 96.414
Programma-uitgaven (2) 156.128 ‒ 25.640 130.488
Bekostiging 0 0 0
Vergoeding proceskosten 0 0 0
Garanties 181 0 181
Garantie procesrisico's 181 0 181
Bijdrage aan ZBO's/RWT's 14.131 0 14.131
Waarderingskamer 2.489 0 2.489
Kadaster 2.933 0 2.933
Kamer van Koophandel 341 0 341
Overige bijdrage ZBO's/RWT's 8.368 0 8.368
Bijdrage aan (inter-)nationale organisaties 4.166 0 4.166
Internationale Douaneraad 196 0 196
Overige internationale organisaties 3.970 0 3.970
Opdrachten 343.178 5.700 348.878
ICT opdrachten 267.488 10.700 278.188
Overige opdrachten 75.690 ‒ 5.000 70.690
Bijdrage aan agentschappen 9.555 4.660 14.215
Bijdrage Logius 4.654 ‒ 340 4.314
Bijdrage overige agentschappen 4.901 5.000 9.901
(Schade)vergoeding 15.797 0 15.797
(Schade)vergoedingen 12.405 0 12.405
Vergoeding proceskosten 3.392 0 3.392
Rente 180.020 ‒ 36.000 144.020
Belasting- en invorderingsrente 180.020 ‒ 36.000 144.020
Bijdrage aan (andere) begrotingshoofdstukken ‒ 410.900 0 ‒ 410.900
Toerekening uitgaven aan Douane ‒ 203.543 0 ‒ 203.543
Toerekening uitgaven aan Toeslagen ‒ 207.357 0 ‒ 207.357
Ontvangsten (3) + (4) 213.389.606 ‒ 1.281.212 212.108.394
Programma-ontvangsten (3) 213.295.388 ‒ 1.281.212 212.014.176
waarvan: Belastingontvangsten 212.116.154 ‒ 1.366.912 210.749.242
Bekostiging 177.943 31.000 208.943
Doorbelasten kosten vervolging 177.943 31.000 208.943
Rente 786.119 30.700 816.819
Belasting- en invorderingsrente 786.119 30.700 816.819
Boetes en schikkingen 215.172 24.000 239.172
Ontvangsten boetes en schikkingen 215.172 24.000 239.172
Apparaatsontvangsten (4) 94.218 0 94.218
Verplichtingen 3.507.244 26.250 3.533.494
waarvan garantieverplichtingen 336 0 336
Garantie procesrisico's 336 0 336
waarvan overige verplichtingen 3.506.908 26.250 3.533.158

Toelichting

Verplichtingen

De verplichtingen vallen in 2023 naar verwachting per saldo € 26,3 mln. hoger uit ten opzichte van de vastgestelde begroting. De totale uitgaven vallen naar verwachting € 30,8 mln. lager uit. De hogere verplichtingen worden met name verklaard door inhuurcontracten bij met name de Belastingtelefoon en de IV-organisatie die in 2023 worden afgesloten voor 2024.

Uitgaven

Personele uitgaven

Per saldo vallen de personele uitgaven naar verwachting € 11,8 mln. hoger uit dan verwacht. Dit wordt met name veroorzaakt door hogere reiskosten (€ 10 mln.) dan eerder begroot.

Materiële uitgaven

De materiële uitgaven vallen naar verwachting € 16,9 mln. lager uit. De middelen uit de reservering voor bedrijfsvoeringskosten zijn overgeheveld naar het instrument 'personele uitgaven', ten behoeve van de hogere reiskosten (€ 10 mln.) die daaronder vallen. Daarnaast heeft er onderbesteding van € 6 mln. plaatsgevonden op het materiële budget bij verschillende onderdelen van de Belastingdienst als gevolg van vertraging van projecten.

Rente

De € 36,0 mln. lagere uitgaven aan belasting- en invorderingsrente wordt met name verklaard door de latere aanvangsdatum van het herstelproject invorderingsrente5, waarbij teveel in rekening gebrachte invorderingsrente wordt terugbetaald.

Ontvangsten

Belastingontvangsten

In de Najaarsnota 2023 worden de mutaties van de Belastingontvangsten toegelicht. De aansluiting met de bedragen in de begrotingstoelichting (artikel 1 Belastingen, tabel budgettaire gevolgen van beleid) ziet er als volgt uit:

Totaal belastingontvangsten 261.209.386 ‒ 991.691 260.217.695
– /– Afdracht Gemeentefonds 41.897.101 171.360 42.068.461
– /– Afdracht Provinciefonds 3.108.040 22.370 3.130.410
– /– Afdracht BES-fonds 73.057 20.685 93.742
– /– Belastingontvangsten artikel 6 Btw-compensatiefonds 4.015.034 160.806 4.175.840
Belastingontvangsten artikel 1 Belastingen 212.116.154 ‒ 1.366.912 210.749.242

Bekostiging

De realisatiecijfers waren afgelopen maanden hoger dan verwacht en daarom wordt € 31,0 mln. meer ontvangsten uit het doorbelasten van vervolgingskosten verwacht dan eerder geraamd.

Rente

Op basis van de realisaties wordt € 30,7 mln. meer belasting- en invorderingsrente verwacht dan eerder geraamd. Met name in de belastingrente over vennootschapsbelasting en inkomstenbelasting zijn de ontvangsten hoger dan verwacht. Dit heeft grotendeels te maken met een hogere belastinggrondslag.

Boetes en schikkingen

De realisatiecijfers waren afgelopen maanden hoger dan verwacht en daarom wordt € 24,0 mln. meer boeteontvangsten verwacht dan eerder geraamd.

Artikel 2 Financiële markten

Budgettaire gevolgen van beleid

Verplichtingen 1.015.521 2.504 1.018.025
Uitgaven 1.015.521 2.504 1.018.025
Bekostiging 7.491 2.660 10.151
Accountantskamer 1.460 72 1.532
Muntcirculatie 5.118 2.588 7.706
IMVO convenanten 30 0 30
Overig 883 0 883
Opdrachten 992.122 ‒ 39 992.083
Wijzer in geldzaken 1.634 230 1.864
Vakbekwaamheid 5.261 ‒ 173 5.088
Uitvoeringskosten SRH 1.059 ‒ 96 963
Schadeloosstelling SRH 982.750 0 982.750
Convertibiliteit Oekraïense hryvnia 0 0 0
Uitvoeringskosten omwisselen Oekraïense hryvnia 0 0 0
Overig 1.418 0 1.418
Bijdrage aan ZBO's/RWT's 14.708 ‒ 117 14.591
Bijdrage AFM BES-toezicht 705 ‒ 91 614
Bijdrage DNB toezicht en DGS BES 3.120 ‒ 166 2.954
Bijdrage toezicht en handhaving MIF 130 0 130
Bijdrage PSD II 0 0 0
Bijdrage FEC 4.458 140 4.598
Overig 6.295 0 6.295
Storting/onttrekking begrotingsreserve 625 0 625
Dotatie begrotingsreserve DGS BES 0 0 0
Dotatie begrotingsreserve NHT 625 0 625
Bijdrage aan (inter-)nationale organisaties 575 0 575
IASB 441 0 441
(Caribean) Financial Action Task Force 134 0 134
Ontvangsten 8.528 206 8.734
Bekostiging 2.000 0 2.000
Ontvangsten muntwezen 2.000 0 2.000
Opdrachten 1.455 0 1.455
Wijzer in geldzaken 1.455 0 1.455
Convertibiliteit Oekraïense hryvnia 0 0 0
Ontvangsten 5.073 206 5.279
Overig 5.073 206 5.279
Verplichtingen 1.015.521 2.504 1.018.025
waarvan garantieverplichtingen 0 0 0
Garantie WAKO (kernongevallen) 0 0 0
Garantie DGS BES 0 0 0
waarvan overige verplichtingen 1.015.521 2.504 1.018.025
Muntcirculatie 5.118 2.588 7.706
Vakbekwaamheid 5.261 ‒ 173 5.088
Bijdrage DNB toezicht en DGS BES 3.120 ‒ 166 2.954
Bijdrage FEC 4.458 140 4.598
Convertibiliteit Oekraïense hryvnia 0 0 0
Uitvoeringskosten omwisselen Oekraïense hryvnia 0 0 0
Schadeloosstelling SRH 982.750 0 982.750
Overige betalingsverplichtingen 14.814 115 14.929

Toelichting

De mutaties op het niveau van de financiële instrumenten komen niet boven de ondergrenzen uit binnen de staffel (conform de RBV). Toelichting van deze mutaties blijft daarom achterwege.

Artikel 3 Financieringsactiviteiten publiek-private sector

Budgettaire gevolgen van beleid

Verplichtingen 15.843.976 3.771 15.847.747
Uitgaven 2.720.286 3.771 2.724.057
Garanties 20 0 20
Regeling Bijzondere Financieringen 20 0 20
Leningen 0 0 0
Lening KLM 0 0 0
Opdrachten 3.670 4.200 7.870
Uitvoeringskosten staatsdeelnemingen 3.670 4.200 7.870
Opstart Invest International 0 0 0
Vermogensverschaffing/-onttrekking 2.712.000 0 2.712.000
Kapitaalinjectie TenneT 1.602.000 0 1.602.000
Afdrachten Staatsloterij 100.000 0 100.000
Kapitaalinjectie Invest-NL 250.000 0 250.000
Kapitaalinjectie Invest International 260.000 0 260.000
Kapitaalinjectie regionale netbeheerders 500.000 0 500.000
Storting/onttrekking begrotingsreserve 0 0 0
Dotatie begrotingsreserve Gasunie 0 0 0
Bijdrage aan ZBO's/RWT's 4.596 ‒ 429 4.167
NLFI 4.596 ‒ 429 4.167
Ontvangsten 2.019.509 552.126 2.571.635
Garanties 11.808 0 11.808
Premieontvangsten garantie KLM 11.808 0 11.808
Premieontvangsten Gasunie 0 0 0
Leningen 0 0 0
Renteontvangsten lening KLM 0 0 0
Aflossing lening KLM 0 0 0
Vermogensverschaffing/-onttrekking 2.003.201 552.499 2.555.700
Aan-/verkoop vermogenstitels 666.201 456.799 1.123.000
Afdrachten Staatsloterij 100.000 0 100.000
Dividenden staatsdeelnemingen 1.237.000 95.700 1.332.700
Winstafdracht DNB 0 0 0
waarvan: Griekse inkomsten SMP 0 0 0
waarvan: rente-inkomsten ESM 0 0 0
Bijdrage aan ZBO's/RWT's 4.500 ‒ 373 4.127
NLFI 4.500 ‒ 373 4.127
Verplichtingen 15.843.976 3.771 15.847.747
waarvan garantieverplichtingen 13.242.349 0 13.242.349
Garanties en vrijwaringen staatsdeelnemingen ‒ 1.561.500 0 ‒ 1.561.500
Garantie FMO 14.803.849 0 14.803.849
waarvan overige verplichtingen 2.601.627 3.771 2.605.398
Lening KLM 0 0 0
Lening SRH ‒ 11.259 0 ‒ 11.259
Kapitaalinjectie TenneT 1.602.000 0 1.602.000
Aan-/verkoop vermogenstitels 0 0 0
Afdrachten Staatsloterij 100.000 0 100.000
Kapitaalinjectie Invest-NL 142.600 0 142.600
Kapitaalinjectie Invest International 260.000 0 260.000
Kapitaalinjectie regionale netbeheerders 500.000 0 500.000
Overige betalingsverplichtingen 8.286 3.771 12.057

Toelichting

Ontvangsten

Vermogensverschaffing/-onttrekking

De verwachte ontvangsten op de post «aan-/verkoop vermogenstitels» vallen hoger uit (€ 456,8 mln.) dan begroot in de suppletoire begroting Prinsjesdag 2023. Dit komt door aanvullende opbrengsten van de verkoop van aandelen ABN AMRO6. Tevens vindt een positieve bijstelling van de dividendramingen van de staatsdeelnemingen plaats voor het jaar 2023 (€ 95,7 mln.).

Artikel 4 Internationale financiële betrekkingen

Budgettaire gevolgen van beleid

Verplichtingen 3.408.454 265 3.408.719
Uitgaven 470.294 0 470.294
Garanties 75.145 0 75.145
EIB pan-Europees garantiefonds 75.145 0 75.145
Bijdrage aan (inter-)nationale organisaties 393.046 0 393.046
Multilaterale ontwikkelingsbanken en fondsen 53.020 0 53.020
Rentecompensatie ESM 0 0 0
Wereldbank 315.026 0 315.026
EBRD 25.000 0 25.000
Kapitaalinleg ESM 0 0 0
Bijdrage EU voor rente Oekraïne 0 0 0
Leningen 0 0 0
Teruggave winsten 0 0 0
Lening aan Oekraïne 0 0 0
Opdrachten 2.103 0 2.103
Technische assistentie 2.003 0 2.003
Overige opdrachten 100 0 100
Ontvangsten 95.284 322.385 417.669
Bijdrage aan (inter-)nationale organisaties 5.144 0 5.144
Ontvangsten IFI's 1.954 0 1.954
Ontvangsten ESM Kapitaal 3.190 0 3.190
Leningen 90.140 322.385 412.525
Aflossing lening Griekenland 0 319.838 319.838
Renteontvangsten lening Griekenland 90.140 2.547 92.687
Aflossing lening Oekraïne 0 0 0
Renteontvangsten lening Oekraïne 0 0 0
Verplichtingen 3.408.454 265 3.408.719
waarvan garantieverplichtingen 3.085.454 0 3.085.454
Garantie aan DNB inzake IMF 1.472.384 0 1.472.384
EFSM ‒ 90.265 0 ‒ 90.265
AIIB 96 0 96
Wereldbank 669 0 669
ESM ‒ 24.710 0 ‒ 24.710
SURE ‒ 19.295 0 ‒ 19.295
NGEU 469.185 0 469.185
MFB 215.390 0 215.390
MFB Headroomgarantie 1.062.000 0 1.062.000
waarvan overige verplichtingen 323.000 265 323.265
Multilaterale ontwikkelingsbanken en fondsen 55.964 0 55.964
Wereldbank ‒ 810 0 ‒ 810
EBRD 100.000 0 100.000
Kapitaalinleg ESM 0 0 0
Bijdrage EU voor rente Oekraïne 165.743 0 165.743
Technische assistentie kiesgroeplanden 2.003 0 2.003
Overige betalingsverplichtingen 100 265 365

Toelichting

Ontvangsten

Leningen

Griekenland is de formele procedure gestart om een deel van de uitstaande leningen vervroegd af te lossen (€ 319,8 mln.). De verwachting is dat deze vervroegde aflossing op 15 december zal plaatsvinden.

Verder zijn er ook hogere renteontvangsten gerealiseerd op de uitstaande lening aan Griekenland (€ 2,5 mln.).

Artikel 5 Exportkredietverzekeringen, -garanties en investeringsverzekeringen

Budgettaire gevolgen van beleid

Verplichtingen 10.099.366 ‒ 3.250.350 6.849.016
Uitgaven 186.366 249.650 436.016
Opdrachten 24.122 ‒ 1.350 22.772
Kostenvergoeding Atradius DSB 18.900 0 18.900
Uitvoeringskosten herverzekering leverancierskredieten 5.000 ‒ 1.500 3.500
Overige uitgaven 222 150 372
Garanties 92.000 191.000 283.000
Schade-uitkering EKV 87.000 195.000 282.000
Schade-uitkering herverzekering leverancierskredieten 5.000 ‒ 4.000 1.000
Storting/onttrekking begrotingsreserve 70.244 60.000 130.244
Mutatie begrotingsreserve EKV 70.244 60.000 130.244
Ontvangsten 147.182 168.000 315.182
Garanties 123.150 3.000 126.150
Premies EKV 70.244 0 70.244
Premies herverzekering leverancierskredieten 3.000 ‒ 2.000 1.000
Schaderestituties EKV 44.906 9.000 53.906
Schaderestituties herverzekering leverancierskredieten 5.000 ‒ 4.000 1.000
Storting/onttrekking begrotingsreserve 24.032 165.000 189.032
Mutatie begrotingsreserve EKV 24.032 165.000 189.032
Verplichtingen 10.099.366 ‒ 3.250.350 6.849.016
waarvan garantieverplichtingen 10.000.000 ‒ 3.305.000 6.695.000
Exportkredietverzekeringen 10.000.000 ‒ 3.305.000 6.695.000
waarvan: aangegane garantieverplichtingen 10.000.000 ‒ 3.305.000 6.695.000
waarvan: vervallen garantieverplichtingen 0 0 0
waarvan overige verplichtingen 99.366 54.650 154.016
Kostenvergoeding Atradius DSB 18.900 0 18.900
Uitvoeringskosten herverzekering leverancierskredieten 5.000 ‒ 1.500 3.500
Schade-uitkering herverzekering leverancierskredieten 5.000 ‒ 4.000 1.000
Storting begrotingsreserve EKV 70.244 60.000 130.244
Overige betalingsverplichtingen 222 150 372

Toelichting

Verplichtingen

Exportkredietverzekeringen

Het plafond van € 10 mld. aan maximaal in een jaar aan te gane verplichtingen zal naar alle waarschijnlijkheid niet volledig worden benut in 2023. Op basis van de verplichtingen die op dit moment zijn aangegaan en de transacties die nog in 2023 worden verwacht, wordt € 3,5 mld. aan geraamde verplichtingen afgeboekt.

Uitgaven

Garanties

In 2023 valt het totaal aan schade-uitkeringen naar verwachting € 195 mln. hoger uit dan begroot. Dit komt met name door het afsluiten van een aantal schadedossiers (€ 165 mln.) waarop geen recuperatie meer mogelijk is, bijvoorbeeld omdat de debiteur failliet is gegaan. Hiermee wordt opvolging gegeven aan de bezuinigingsopties ekv wat als aanbeveling is gedaan in de beleidsdoorlichting van artikel 5.7Daarnaast wordt voor € 30 mln. meer aan schade verwacht dan geraamd op lopende ekv-gedekte transacties.
De raming voor de schade-uitkeringen Herverzekering Leverancierskredieten (HuLK) wordt met € 4 mln. naar beneden gesteld naar aanleiding van de laatste inzichten van de verzekeraars.

Storting begrotingsreserve EKV

Via het derde steunpakket 2023 voor Oekraïne8 is € 60 mln. beschikbaar gesteld om via de exportkredietverzekering financiële risico’s af te dekken voor Nederlandse bedrijven die via export of investeringen willen bijdragen aan de wederopbouw van Oekraïne. Dit bedrag van € 60 mln. wordt toegevoegd aan de begrotingsreserve ekv.

Ontvangsten

Garanties

De ontvangstenraming uit hoofde van de ekv- en HuLK-garanties worden per saldo met € 3 mln. naar boven bijgesteld. Dit wordt deels veroorzaakt door de terugbetaling van een schuld door Argentinië. Dit vloeit voort uit het op 28 oktober 2022 bereikte akkoord tussen de Club van Parijs en Argentinië. Het ontvangen bedrag in 2023 valt hoger uit dan geraamd omdat de betaling van eind 2022 over de jaargrens van 2023 is ontvangen. Daarnaast worden de ontvangsten op HuLK naar beneden bijgesteld naar aanleiding van de laatste inzichten van de verzekeraars.

Onttrekking begrotingsreserve

De begrotingsreserve werkt als buffer om het verschil tussen enerzijds premieontvangsten en anderzijds definitieve schades en uitvoeringskosten op te vangen. Omdat een aantal schadedossiers definitief wordt afgesloten, neemt de raming voor de definitieve schades met € 165 mln. toe (zie toelichting op mutatie 2 in Tabel 2). Zie ook de toelichting onder uitgaven, garanties.

Artikel 6 Btw-compensatiefonds

Budgettaire gevolgen van beleid

Verplichtingen 4.015.034 160.806 4.175.840
Uitgaven 4.015.034 160.806 4.175.840
Bijdrage aan medeoverheden 4.015.034 160.806 4.175.840
Bijdragen aan gemeenten 3.597.533 146.746 3.744.279
Bijdragen aan provincies 417.501 14.060 431.561
Ontvangsten 4.015.034 160.806 4.175.840

Toelichting

Verplichtingen, uitgaven en ontvangsten

Bijdrage aan medeoverheden

Als gevolg van overhevelingen van budget van ministeries naar decentrale overheden, wordt het geraamde btw-deel van dit budget in het btw-compensatiefonds (BCF) gestort. Gemeentes en provincies kunnen hierdoor hun betaalde btw declareren bij het BCF. Deze uitgaven (€ 160,8 mln.) worden verondersteld budgettair neutraal te zijn gezien de te verwachte hogere belastinginkomsten.

Onderdeel van de mutatie van € 160,8 mln. in uitgavenbudget is de storting van € 109,2 mln. in het BCF voor opvang Oekraïense ontheemden. Gemeenten worden door middel van een specifieke uitkering (SPUK) gecompenseerd voor de dagelijkse kosten van deze opvang9. Een aantal van de taken van gemeenten voor de opvang van Oekraïense ontheemden is compensabel uit het BCF. Dit gaat om een bedrag van € 3,74 per dag voor gemiddeld 80.000 gemeentelijke opvangplekken. Daarnaast is er sprake van een storting van € 11,9 mln. in het BCF naar aanleiding van de vijfde tranche woningbouwinpuls (WBI) en een storting van € 11,4 mln. In het BCF ten behoeve van de SPUK Lokale Aanpak Isolatie.

Artikel 9 Douane

Budgettaire gevolgen van beleid

Verplichtingen 776.726 ‒ 2.124 774.602
Uitgaven (1) + (2) 776.726 ‒ 2.124 774.602
Apparaatsuitgaven (1) 527.712 ‒ 17.576 510.136
Personele uitgaven 521.963 ‒ 19.576 502.387
Eigen personeel 488.574 ‒ 23.076 465.498
Inhuur externen 31.789 2.500 34.289
Overig personeel 1.600 1.000 2.600
Materiële uitgaven 5.749 2.000 7.749
ICT 1.554 0 1.554
Bijdrage aan SSO's 165 1.000 1.165
Overig materieel 4.030 1.000 5.030
Programma-uitgaven (2) 249.014 15.452 264.466
Bekostiging 0 0 0
Overige bekostiging 0 0 0
Bijdrage aan ZBO's/RWT's 1.488 0 1.488
Overige bijdrage ZBO's/RWT's 1.488 0 1.488
Bijdrage aan (inter)nationale organisaties 0 30.100 30.100
Vertragingsrente EU 0 30.100 30.100
Opdrachten 40.490 ‒ 17.148 23.342
ICT opdrachten 21.427 ‒ 17.100 4.327
Overige opdrachten 19.063 ‒ 48 19.015
Bijdrage aan agentschappen 3.438 2.500 5.938
Bijdrage overige agentschappen 3.438 2.500 5.938
(Schade)vergoeding 55 0 55
Vergoeding proceskosten 55 0 55
Bijdrage aan (andere) begrotingshoofdstukken 203.543 0 203.543
Toegerekende uitgaven van Belastingen 203.543 0 203.543
Ontvangsten 605 0 605
Apparaatsontvangsten 605 0 605

Toelichting

Verplichtingen en uitgaven

Personele uitgaven

De Douane heeft de personele uitgaven voor het lopende jaar met € 19,6 mln. verlaagd door de aanhoudende onderbezetting ten opzichte van de formatie. Een deel van de personele onderbezetting wordt ingevuld door extern personeel in te huren.

Bijdrage aan (inter)nationale organisaties

Vanuit de Aanvullende Post (AP) van de Rijksbegroting wordt € 30,1 mln. overgeheveld naar artikel 9 Douane voor reeds betaalde en nog te betalen vertragingsrente in 2023. Deze vertragingsrente komt voort uit (na)betalingen van Traditionele Eigen Middelen (douane invoerrechten, begroot op artikel 3.3, begroting van het ministerie van Buitenlandse Zaken).

Opdrachten

De post Opdrachten wordt met € 17,1 mln. neerwaarts bijgesteld. Dit wordt onder meer veroorzaakt door een budgetoverheveling voor C2000 (landelijke communicatiesysteem voor de hulpverleningsdiensten in Nederland) aan het ministerie van Justitie en Veiligheid (€ 1,5 mln.) en budgetoverhevelingen naar artikel 1 van de Belastingdienst ten behoeve van investeringen in de programma's Douane Wetboek van de Unie (€ 5,4 mln.) en Digitale Snelweg Douane (€ 5,3 mln.). Voorts kan een deel (€ 4,9 mln.) van beoogde investeringen in 2023 niet plaatsvinden; dit budget valt vrij.

Artikel 13 Toeslagen

Budgettaire gevolgen van beleid

Verplichtingen 1.428.553 135.486 1.564.039
Uitgaven (1) + (2) 1.876.391 ‒ 23.514 1.852.877
Apparaatsuitgaven (1) 453.081 ‒ 22.668 430.413
Personele uitgaven 436.687 ‒ 22.991 413.696
Eigen personeel 169.138 ‒ 18.932 150.206
Inhuur externen 264.122 ‒ 4.059 260.063
Overig personeel 3.427 0 3.427
Materiële uitgaven 16.394 323 16.717
ICT 275 0 275
Bijdrage aan SSO's 0 0 0
Overige materiële uitgaven 16.119 323 16.442
Programma-uitgaven (2) 1.423.310 ‒ 846 1.422.464
Bijdrage aan ZBO's/RWT's 126 0 126
Bijdrage overige ZBO's/RWT's 126 0 126
Bijdrage aan (inter-)nationale organisaties 3.800 0 3.800
Bijdrage aan (inter)nationale organisaties 3.800 0 3.800
Opdrachten 47.109 1.700 48.809
ICT opdrachten 82 1.350 1.432
Overige opdrachten 47.027 350 47.377
Bijdrage aan medeoverheden 104.826 ‒ 846 103.980
Bijdrage aan medeoverheden 104.826 ‒ 846 103.980
(Schade)vergoeding 1.060.092 ‒ 1.700 1.058.392
Compensatie toeslagengedupeerden 347.220 ‒ 19.700 327.520
Kwijtschelden private schulden 145.692 0 145.692
Herstelprogramma voor kinderen 535.432 0 535.432
Herstelregeling voor ex-partners 10.820 0 10.820
Herstelregeling voor gedupeerden andere toeslagen 1.700 0 1.700
Overige (schade)vergoedingen 19.228 18.000 37.228
Bijdrage aan (andere) begrotingshoofdstukken 207.357 0 207.357
Toegerekende uitgaven van Belastingen 207.357 0 207.357
Ontvangsten 22.088 0 22.088
Programma-ontvangsten 22.088 0 22.088

Toelichting

Verplichtingen

Het verplichtingenbudget wordt in 2023 per saldo verhoogd met € 135,5 mln. Deels hangt dit samen met de uitgavenmutaties (zie de toelichting onder 'Uitgaven') en deels betreft het specifieke verplichtingenmutaties. De voornaamste specifieke verplichtingenmutatie betreft het verhogen van de verplichtingenraming op (Schade)vergoeding met circa € 153,5 mln. Dit is gebaseerd op een geactualiseerde prognose van het aantal kinderen van gedupeerde ouders die vallen onder de Kindregeling. Tevens wordt het verplichtingenritme bij de regeling voor ex-toeslagpartners en bij de regeling voor gedupeerden van andere Toeslagen (HZK) geactualiseerd.

Uitgaven

Personele uitgaven

Dit budget wordt in 2023 met € 22,9 mln. naar beneden bijgesteld. De voornaamste reden hiervoor is de krapte op de arbeidsmarkt, wat leidt tot lagere bezetting ten opzichte van de formatie en daarmee lagere dan eerder begrote loonkosten. Dit geldt zowel voor Eigen personeel als Inhuur externen.

4 Beleidsartikelen Nationale Schuld (IXA)

Artikel 11 Financiering staatsschuld

Budgettaire gevolgen van beleid

Verplichtingen 46.367 ‒ 4.294 42.073
Uitgaven 46.367 ‒ 4.294 42.073
Opdrachten 22 0 22
Overige kosten 22 0 22
Rente 5.164 ‒ 253 4.911
Rente vaste schuld 4.345 ‒ 238 4.107
Rente vlottende schuld 774 ‒ 24 750
Rente derivaten lang 45 9 54
Leningen 41.181 ‒ 4.041 37.140
Aflossing vaste schuld 31.654 0 31.654
Mutatie vlottende schuld 9.527 ‒ 4.041 5.486
Ontvangsten 50.031 ‒ 4.000 46.031
Rente 30 0 30
Rente vlottende schuld 30 0 30
Rente derivaten lang 0 0 0
Leningen 50.001 ‒ 4.000 46.001
Uitgifte vaste schuld 50.001 ‒ 4.000 46.001
Mutatie vlottende schuld 0 0 0

Toelichting

Verplichtingen en uitgaven

Rente

Per saldo vallen de rentelasten naar verwachting € 253,0 mln. lager uit. De verklaringen hiervoor zijn:

  1. Rente vaste schuld
    De rentelasten vaste schuld vallen in 2023 naar verwachting € 238,0 mln. lager uit dan eerder geraamd. Als gevolg van het bijgestelde financieringsplan zal er in 2023 minder schuld uitgegeven worden op de kapitaalmarkt. Hierdoor nemen de verwachte rentelasten af.
  1. Rente vlottende schuld
    De rentelasten op de vlottende schuld zijn naar beneden bijgesteld als gevolg van de actuele realisaties op de geldmarkt.
  2. Rente derivaten lang
    De rentelasten op de langlopende derivaten zijn naar verwachting € 9,0 mln. hoger ten opzichte van de suppletoire begroting Prinsjesdag 2023 als gevolg van de gestegen rente.

Leningen

Mutatie vlottende schuld

De mutatie van de vlottende schuld daalt naar verwachting met € 4,04 mld. in het lopende jaar. Dit is het gevolg van een lagere financieringsbehoefte doordat de raming van het kastekort voor het lopende begrotingsjaar sterk is afgenomen. Schommelingen in de financieringsbehoefte in een lopend begrotingsjaar worden zoveel mogelijk opgevangen op de geldmarkt.

Ontvangsten

Leningen

Uitgifte vaste schuld

De raming voor de uitgifte van vaste schuld is met € 4 mld. naar beneden bijgesteld als gevolg van het gewijzigde financieringsplan. Het financieringsplan geeft een beschrijving van de geschatte omvang en de totstandkoming van de financieringsbehoefte van de Nederlandse Staat voor 2023 en een overzicht van de manier waarop het Agentschap van plan is deze in te vullen.

Artikel 12 Kasbeheer

Budgettaire gevolgen van beleid

Verplichtingen 5.626 471 6.097
Uitgaven 5.626 471 6.097
Rente 3.226 ‒ 29 3.197
Rente kasbeheer 3.226 ‒ 29 3.197
Voortijdige beëindiging binnen kasbeheer 0 0 0
Leningen 2.200 500 2.700
Verstrekte leningen 2.200 500 2.700
Mutaties in rekening-courant en deposito's 200 0 200
Mutaties in rekening courant en deposito 200 0 200
Ontvangsten 27.163 ‒ 863 26.301
Rente 120 5 125
Rente kasbeheer 120 5 124
Voortijdige beëindiging binnen kasbeheer 0 1 1
Leningen 1.116 23 1.139
Ontvangen aflossingen 1.116 23 1.139
Mutaties in rekening-courant en deposito's 25.927 ‒ 890 25.037
Mutaties in rekening courant en deposito 25.927 ‒ 890 25.037

Toelichting

Verplichtingen en uitgaven

Rente

Rente kasbeheer

De raming van de rentelasten is lager dan geraamd als gevolg van een uitstroom van middelen op rekeningen-courant.

Leningen

Verstrekte leningen

Naar verwachting worden er in 2023 meer leningen verstrekt aan de deelnemers van het schatkistbankieren dan eerder geraamd. De raming wordt daardoor met € 0,5 mld. naar boven bijgesteld.

Ontvangsten

Leningen

Ontvangen aflossingen

Op basis van de actuele inzichten wordt verwacht dat de aflossingen op de leningen € 22,6 mln. hoger uitvallen dan eerder geraamd. Dit zijn leningen die door agentschappen, rechtspersonen met een wettelijke taak (RWT's) en derden in het kader van schatkistbankieren zijn afgesloten.

Mutaties in rekening courant en deposito's

Mutaties in rekening courant en deposito

De wijziging in de geraamde mutatie van het saldo op de rekeningen- courant en deposito’s van de deelnemers van schatkistbankieren is het gevolg van het actualiseren van de geraamde uitgaven en inkomsten van sociale fondsen (€ 0,89 mld.). De mutaties in rekeningen-courant en deposito’s worden veroorzaakt door de uitgaven en ontvangsten van de deelnemers van het schatkistbankieren.

5 Niet-beleidsartikelen

Artikel 8 Apparaat Kerndepartement

Verplichtingen 411.228 105.836 517.064
Uitgaven 411.140 5.836 416.976
Personele uitgaven 255.104 1.406 256.510
Eigen personeel 236.734 ‒ 13.731 223.003
Inhuur externen 17.283 14.938 32.221
Overig personeel 1.087 199 1.286
Materiële uitgaven 156.036 4.430 160.466
ICT 24.739 1.069 25.808
Bijdrage aan SSO's 49.505 3.260 52.765
Overig materieel 81.792 101 81.893
Ontvangsten 58.147 11.554 69.701
Apparaatsontvangsten 58.147 11.554 69.701

Toelichting

Verplichtingen

Het verplichtingenbudget op artikel 8 Apparaat Kerndepartement wordt opgehoogd met € 105,8 mln. Dit hangt met name samen met de in 2023 afgesloten contracten voor onder andere Vakkennis en Persoonsontwikkeling en met de afgesloten meerjarige overeenkomst voor de uitvoering van de Regeling Vervroegde Uittreding.

Ontvangsten

Apparaatsontvangsten

De ontvangsten op artikel 8 Apparaat Kerndepartement vallen circa € 11,6 mln. hoger uit dan eerder verwacht. Dit komt met name door hogere verhuurontvangsten van het Rijksvastgoedbedrijf en de hogere verkoopontvangsten van Domeinen Roerende Zaken.

Artikel 10 Nog onverdeeld

Verplichtingen 15.404 ‒ 15.404 0
Uitgaven 15.404 ‒ 15.404 0
Nog te verdelen 15.404 ‒ 15.404 0
Loonbijstelling programma 0 0 0
Loonbijstelling apparaat 713 ‒ 713 0
Prijsbijstelling apparaat 4.975 ‒ 4.975 0
Onvoorzien programma 250 ‒ 250 0
Onvoorzien apparaat 9.466 ‒ 9.466 0
Ontvangsten 0 0 0

Toelichting

Verplichtingen en uitgaven

Nog te verdelen

Van de € 15,4 mln. nog te verdelen middelen valt € 13,9 mln. vrij. € 1,5 mln., vanuit de budgettaire reservering op artikel 10 om de informatiehuishouding van het ministerie op orde te brengen, wordt overgeheveld naar artikel 8 Apparaat.


  1. __Zie bijlage «Stand van zaken actuele onderwerpen, moties en toezeggingen» bij Kamerstukken II 2022-2023, 31 066, nr. 1276↩︎

  2. __Zie bijlage bij Kamerstukken II 2022-2023, 31 935, nr. 82↩︎

  3. __Zie Kamerstukken II 2023-2024, 36 045, nr. 169↩︎

  4. __Zie https://open.overheid.nl/documenten/372a8b32-378c-4d5c-bdd8-8d684f3007e3/file↩︎

  5. __Zie bijlage «Stand van zaken actuele onderwerpen, moties en toezeggingen» bij Kamerstukken II 2022-2023, 31 066, nr. 1276.↩︎

  6. __Zie https://open.overheid.nl/documenten/372a8b32-378c-4d5c-bdd8-8d684f3007e3/file↩︎

  7. __Zie bijlage bij Kamerstukken II 2022-2023, 31 935, nr. 82↩︎

  8. __Zie Kamerstukken II 2023-2024, 36 045, nr. 169↩︎

  9. __Kamerstukken II 2022-2023, 19 637, nr. 2994↩︎