[overzicht] [activiteiten] [ongeplande activiteiten] [besluiten] [commissies] [geschenken] [kamerleden] [kamerstukdossiers] [open vragen]
[toezeggingen] [stemmingen] [verslagen] [🔍 uitgebreid zoeken] [wat is dit?]

Antwoord op vragen van de leden Stoffer en Ceder over uitingen van UNRWA medewerkers rond 7 oktober en de oorlog in Israël en Gaza

Antwoord schriftelijke vragen

Nummer: 2024D06688, datum: 2024-02-23, bijgewerkt: 2024-02-26 14:34, versie: 3

Directe link naar document (.pdf), link naar pagina op de Tweede Kamer site, officiële HTML versie (ah-tk-20232024-1091).

Gerelateerde personen: Bijlagen:

Onderdeel van zaak 2024Z00168:

Preview document (🔗 origineel)


Tweede Kamer der Staten-Generaal 2
Vergaderjaar 2023-2024 Aanhangsel van de Handelingen
Vragen gesteld door de leden der Kamer, met de daarop door de regering gegeven antwoorden

1091

Vragen van de leden Stoffer (SGP) en Ceder (ChristenUnie) aan de Ministers van Buitenlandse Zaken en voor Buitenlandse Handel en Ontwikkelingssamenwerking over uitingen van UNRWA medewerkers rond 7 oktober en de oorlog in Israël en Gaza (ingezonden 11 januari 2024).

Antwoord van Minister Van Leeuwen (Buitenlandse Handel en Ontwikkelingssamenwerking), mede namens de Minister van Buitenlandse Zaken (ontvangen 23 februari 2024).

Vraag 1

Bent u bekend met de berichten van UN Watch1 en Jerusalem Post2 en het rapport van de NGO IMPACT-se3 over uitingen van Organisatie van de Verenigde Naties voor hulpverlening aan Palestijnse vluchtelingen in het Nabije Oosten (UNRWA)-medewerkers rond 7 oktober jongstleden en de oorlog in Israël en Gaza?

Antwoord 1

Ja.

Vraag 2

Veroordeelt u ook de uitspraken van UNRWA-medewerkers die het geweld van Hamas verheerlijken?

Antwoord 2

Ja. Het kabinet is van mening dat het aanzetten tot haat en geweld in alle gevallen onacceptabel is. Indien werknemers van UNRWA de gedragscode niet volgen, inclusief zero tolerance ten aanzien van discriminatie en het aanzetten tot haat en geweld, dan is het aan UNRWA om daar ondubbelzinnig tegen op te treden.

Vraag 3

Deelt u de mening dat het verhinderen van vrijwillige verplaatsingen van Palestijnen na Israëlische voorzorg en waarschuwingen verwerpelijk is en bijdraagt aan het aantal burgerdoden?

Antwoord 3

Het kabinet is bekend met zorgelijke berichten dat Hamas controleposten zou hebben opgericht om te voorkomen dat mensen vanuit het noorden van Gaza naar het zuiden zouden vluchten. Deze berichten zijn evenwel niet onafhankelijk bevestigd.

Vraag 4

U hebt in de decemberbrief nog 10 miljoen euro vrijgemaakt voor noodhulp aan Palestijnen om via het UNRWA te besteden; was u destijds ook al op de hoogte van het IMPACT-se rapport uit november 2023 waarin voorbeelden van geweldsverheerlijking naar aanleiding van 7 oktober jongstleden werden uitgelicht?

Antwoord 4

In reactie op de aantijgingen genoemd onder vraag 1 heeft UNRWA een onderzoek ingesteld en de donoren geïnformeerd. Er zijn disciplinaire maatregelen genomen waaronder ontslag. Aantijgingen tegen een aantal (ex)stafleden bleek ongegrond. De extra financiële middelen zijn destijds via zorgvuldig gekozen kanalen gedistribueerd om zodoende mensen in de hoogste nood te kunnen helpen. Zie verder het antwoord op vraag 5.

Vraag 5

In 2019 werd na verschillende schandalen bij de UNRWA financiering opgeschort4, bent u bereid dat weer te doen? Zo nee, waarom niet?

Antwoord 5

Ja. Het kabinet heeft naar aanleiding van de berichten dat een aantal UNRWA-medewerkers betrokken zou zijn bij de schokkende aanvallen op 7 oktober, besloten eventuele additionele financiële bijdragen aan UNRWA tot nader orde op te schorten, zoals ook besproken met de Kamer tijdens de begrotingsbehandeling Buitenlandse Handel en Ontwikkelingssamenwerking op 30 en 31 januari jl.

Vraag 6

Mocht u weer bereid zijn om de financiering van UNRWA op te schorten, welke hervormingen zou u dan willen zien worden doorgevoerd bij de UNRWA om financiering weer op te starten?

Antwoord 6

Eventuele Nederlandse aanvullende financiering aan UNRWA is tot nader orde opgeschort. Op initiatief van de Secretaris Generaal van de VN (SGVN) en met steun van UNRWA-donoren, waaronder Nederland, zijn inmiddels twee onderzoeken gestart. Allereerst wordt een onderzoek uitgevoerd door het onafhankelijke onderzoeksorgaan van de VN, de Office of Investigation and Oversight (OIOS), naar de aantijgingen over betrokkenheid van UNRWA-medewerkers bij de aanvallen van 7 oktober. Een eerste tussentijdsrapport wordt begin maart verwacht.

Daarnaast heeft de SGVN opdracht gegeven tot een onderzoek door een panel van onafhankelijke experts, waarbij het integriteitsbeleid en risicomanagement van UNRWA tegen het licht wordt gehouden in de context waarin het opereert. Deze review zal helderheid moeten scheppen over de adequaatheid van de maatregelen die UNRWA neemt bij de diverse aantijgingen die regelmatig tegen hen worden gedaan. Het onderzoek wordt uitgevoerd onder leiding van voormalige Franse Minister van Buitenlandse zaken, Catherine Colonna, en wordt verder uitgevoerd door drie instituten, namelijk Raoul Wallenberg Institute (Zweden), Chr. Michelsen Institute (Noorwegen) en het Danish Institute for Human Rights (Denemarken). Een eerste tussentijdsrapport wordt rond 20 maart met de SGVN gedeeld en het eindrapport is voorzien voor 20 april.

Het kabinet is tevens geschrokken van de informatie van Israël over tunnels onder het hoofdkantoor van UNRWA en ziet graag een gedetailleerde toelichting van UNRWA tegemoet. Het kabinet dringt erop aan om deze informatie mee te nemen in het lopende onderzoek naar het integriteitsbeleid en risicomanagement van UNRWA.

In algemene zin maken Nederland en andere donoren zich er hard voor dat de voorlopige resultaten van de onderzoeken zo snel als mogelijk beschikbaar zijn. Nederland zal de ontwikkelingen rondom de onderzoeken nauwlettend volgen. Het is van belang dat de onderzoeken snel helderheid scheppen om vertrouwen in UNRWA te kunnen herstellen.

Vraag 7

Kunt u de meerwaarde schetsen van het hebben van een aparte hulporganisatie voor specifiek Palestijnse vluchtelingen? Welke cruciale functies kunnen niet door de UNHCR, WFP, het internationale Rode Kruis en de Rode Halve Maan worden ondervangen?

Antwoord 7

Na de Palestijnse vluchtelingenstroom in 1948, is UNRWA in 1949 door de Algemene Vergadering (AVVN resolutie 302) in het leven geroepen om hulp aan Palestijnse vluchtelingen te bieden. Het wereldwijde mandaat van UNHCR (opgericht door de AVVN in 1950) kent een expliciete uitzondering met betrekking tot Palestijnse vluchtelingen.

Inmiddels voorziet UNRWA meer dan 6 miljoen Palestijnse vluchtelingen van basisdiensten op het gebied van gezondheidszorg, onderwijs en sociale dienstverlening en vervult daarmee een stabiliserende factor in de regio. Ook speelt het een rol als pleitbezorger voor de basisrechten van Palestijnse vluchtelingen, en heeft het belangrijke infrastructuur ter plekke die in de huidige situatie in Gaza van groot belang zijn voor het kunnen verstrekken van humanitaire hulp.


  1. UN Watch, 10 januari 2024, «Group of 3,000 UNRWA teachers celebrates Hamas massacre and rape» (https://unwatch.org/group-of-3000-unrwa-teachers-celebrates-hamas-massacre-and-rape/)↩︎

  2. The Jerusalem Post, 10 januari 2024, «Telegram group with 3,000 UNRWA teachers praises October 7 attacks – UN Watch» (https://www.jpost.com/israel-news/article-781531)↩︎

  3. IMPACT-se, november 2023, «UNRWA Education: Textbooks and Terror» (https://www.impact-se.org/wp-content/uploads/UNRWA-Education-Textbooks-and-Terror-Nov-2023.pdf)↩︎

  4. Reformatisch Dagblad, 28 november 2019, «Nederland hervat financiering VN-agentschap» (https://www.rd.nl/artikel/824426-nederland-hervat-financiering-vn-agentschap)↩︎