Veiligheidsmonitor 2023
Naar een veiliger samenleving
Brief regering
Nummer: 2024D07484, datum: 2024-03-01, bijgewerkt: 2024-03-06 09:20, versie: 3
Directe link naar document (.pdf), link naar pagina op de Tweede Kamer site, officiële HTML versie (kst-28684-737).
Gerelateerde personen:- Eerste ondertekenaar: D. Yesilgöz-Zegerius, minister van Justitie en Veiligheid (VVD)
Onderdeel van kamerstukdossier 28684 -737 Naar een veiliger samenleving.
Onderdeel van zaak 2024Z03270:
- Indiener: D. Yesilgöz-Zegerius, minister van Justitie en Veiligheid
- Voortouwcommissie: vaste commissie voor Justitie en Veiligheid
- 2024-03-05 15:45: Regeling van werkzaamheden (Regeling van werkzaamheden), TK
- 2024-03-06 14:30: Procedures en brieven (Procedurevergadering), vaste commissie voor Justitie en Veiligheid
- 2024-09-04 10:00: Criminaliteitsbestrijding, ondermijning en georganiseerde criminaliteit (Commissiedebat), vaste commissie voor Justitie en Veiligheid
- 2024-09-05 13:34: Aanvang middagvergadering Regeling van werkzaamheden (Regeling van werkzaamheden), TK
Preview document (đ origineel)
Tweede Kamer der Staten-Generaal | 2 |
Vergaderjaar 2023-2024 |
28 684 Naar een veiliger samenleving
Nr. 737 BRIEF VAN DE MINISTER VAN JUSTITIE EN VEILIGHEID
Aan de Voorzitter van de Tweede Kamer der Staten-Generaal
Den Haag, 1Â maart 2024
Hierbij bied ik u de publicatie «Veiligheidsmonitor 2023» aan.
Veiligheidsmonitor 2023
De Veiligheidsmonitor is een grootschalige enquĂȘte, uitgevoerd in opdracht van het Centraal Bureau voor de Statistiek (CBS) en het Ministerie van Justitie en Veiligheid. Hierin worden onder meer de ervaren leefbaarheid en overlast in de woonbuurt, veiligheidsbeleving, slachtofferschap van veelvoorkomende traditionele criminaliteit en online criminaliteit en het oordeel van de burger over het optreden van de politie onderzocht. In 2023 hebben ruim 180 duizend personen van 15 jaar en ouder de vragenlijst ingevuld. Het is mogelijk de landelijke uitkomsten geografisch uit te splitsen naar de 55 grootste (70-duizend-plus-)gemeenten, en de 10 regionale eenheden, 43 districten en 166 basisteams van politie.
De Veiligheidsmonitor is in 2021 grondig herzien vanwege de wens beter aan te sluiten op de maatschappelijke ontwikkelingen. Met behulp van zogeheten omrekenfactoren kunnen voor belangrijke indicatoren toch langjarige trends in beeld worden gebracht. In 2023 is er een beperkt aantal wijzigingen aangebracht in de vragenlijst. Zo zijn er enkele vragen toegevoegd over ervaringen met controle door de politie en over discriminatie. Ook zijn er bij de achtergrondkenmerken vragen toegevoegd over geslachtsregistratie, genderidentiteit en intersekse zijn.
De vorige Veiligheidsmonitor, Veiligheidsmonitor 2021, verscheen op 1Â maart 2022 (Kamerstuk 28Â 684, nr. 692). De cijfers van de Veiligheidsmonitor 2021, zoals die over overlast- en veiligheidsbeleving en slachtofferschap van criminaliteit, hebben betrekking op de coronaperiode, toen beperkende maatregelen golden. Het ligt voor de hand dat dit invloed heeft gehad op de uitkomsten van 2021. Het slachtofferschap van traditionele criminaliteit was bijvoorbeeld in 2021 het laagst in 10 jaar. De cijfers in de Veiligheidsmonitor 2023 hebben betrekking op de periode na corona. Hiermee dient rekening gehouden te worden in de interpretatie van ontwikkelingen tussen 2021 en 2023.
Beeld over 2023
Het aantal mensen dat in 2023 aangaf slachtoffer te zijn geweest van traditionele criminaliteit, zoals geweld, diefstal en inbraak, en vernielingen, is na een jarenlange daling voor het eerst weer toegenomen. 20 procent van de Nederlanders is in 2.023 jaar slachtoffer geworden van een of meerdere vormen van traditionele criminaliteit. In 2021 was dit 17 procent. Per categorie van veel traditionele criminaliteit kunnen onder andere de volgende constateringen worden gedaan:
â 11 procent is in 2023 slachtoffer geworden van vermogensdelicten. In 2021 was dit 9 procent;
â In 2023 geeft 7 procent van de ondervraagden aan slachtoffer te zijn geweest van vernielingen, in 2021 was dit 6 procent;
â 6 procent van de Nederlanders was in 2023 slachtoffer van geweldsdelicten, tegenover 5 procent in 2021.
Het slachtofferschap van online criminaliteit1 is in vergelijking met 2021 gedaald, van 17 naar 16 procent. Slachtofferschap van hacken is afgenomen ten opzichte van 2021, de andere online delicten (online oplichting en fraude, online bedreiging en intimidatie) zijn nauwelijks veranderd.
Over onveiligheidsgevoelens meldt de Veiligheidsmonitor 2023 onder andere de volgende bevindingen:
â In 2023 voelde 35 procent van de Nederlanders zich wel eens onveilig in het algemeen. Dat is meer dan in 2021 (33 procent). 2 procent voelt zich vaak onveilig. Dit is vergelijkbaar met twee jaar eerder.
â 15 procent van de bevolking voelde zich wel eens onveilig in de eigen buurt. Ook dat is meer dan in 2021 (14 procent). 2 procent voelt zich vaak onveilig in de buurt, iets meer dan twee jaar eerder.
In 2023 deed 32 procent van de slachtoffers van traditionele criminaliteit aangifte van wat hen overkomen was. 37 procent deed een melding. In 2021 waren deze percentages respectievelijk 33 en 38 procent.
Van alle slachtoffers van online criminaliteit deed 17 procent aangifte bij de politie. 46 procent van de slachtoffers van dit type criminaliteit deed een melding bij een instantie. In 2021 was dit respectievelijk 19 en 47 procent.
Ruim een op de tien van de Nederlanders zegt zich in de afgelopen 12 maanden gediscrimineerd te hebben gevoeld. Dat is evenveel als in 2021. 11 procent van de mensen die zich in 2023 gediscrimineerd voelden hebben dit gemeld bij een of meer instanties. Dat is iets vaker dan in 2021 (9 procent).
Van de ondervraagde mensen is 68 procent (zeer) tevreden over het laatste politiecontact in de gemeente, iets meer dan in 2021 (67 procent). De tevredenheid met het functioneren van de politie in de buurt is iets gedaald ten opzichte van 2021 (van 37 naar 36 procent). Bijna 1 op de 3 is (zeer) tevreden over de zichtbaarheid van de politie in de buurt. De tevredenheid over de zichtbaarheid van de politie in de buurt is in 2023 iets lager dan twee jaar eerder.
In de Veiligheidsmonitor 2023 is voor het eerst gevraagd naar ervaringen met controles door de politie:
â 8 procent van de Nederlanders is de afgelopen 12 maanden door politie gecontroleerd. Mannen worden twee keer zo vaak gecontroleerd als vrouwen, en 15- tot 25-jarigen ruim vijf keer zo vaak als 65-plussers. Mensen met een niet-Nederlandse herkomst zeggen vaker dat ze gecontroleerd zijn door de politie dan mensen met een Nederlandse herkomst. Wanneer rekening gehouden wordt met geslacht, leeftijd, opleidingsniveau en stedelijkheid van de woongemeente, worden de verschillen kleiner, maar ze blijven bestaan.
â 80 procent van de gecontroleerde mensen geeft aan dat de controle rustig, respectvol en correct is verlopen. Vooral mensen die in Nederland geboren zijn, maar hun ouder(s) niet, geven dit minder vaak aan.
â Ongeveer een op de tien personen die gecontroleerd is, heeft het gevoel dat afkomst, huidskleur of uiterlijk aanleiding vormde voor de controle. Van de mensen met Nederlandse herkomst denkt 4 procent dit. Van de mensen die in Nederland zijn geboren, maar hun ouder(s) in Marokko, is dat 35 procent, en van de mensen geboren in Nederland, maar hun ouder(s) in Turkije of Suriname, 31 procent.
â Aangezien dit onderwerp in 2023 voor het eerst is gemeten, kan nog niet gezegd worden of er sprake is van een stijging of daling ten opzichte van eerdere jaren.
Beeld over de middellange termijn
â Tussen 2005 en 2023 is er in totaliteit een daling van 53 procent te zien van slachtofferschap van traditionele criminaliteit. Tussen 2005 en 2021 liet het slachtofferschap van traditionele criminaliteit, enkele fluctuaties uitgezonderd, een dalende trend zien. Vanaf 2021 is er sprake van een stijging. Het sterkst afgenomen over de hele periode 2005â2023 is het slachtofferschap van vermogensdelicten. Dit is met 59 procent gedaald, gevolgd door vernielingen (48 procent) en geweldsdelicten (27 procent).
â De algemene veiligheidsbeleving heeft zich tussen 2005 en 2023 per saldo gunstig ontwikkeld. In totaliteit zijn de algemene onveiligheidsgevoelens in deze periode met 30 procent afgenomen. De daling van de onveiligheidsgevoelens was het sterkst in de periode 2005â2008. Tussen 2019 en 2021 is het beeld stabiel, daarna is er een stijging.
â De buurtgerelateerde onveiligheidsgevoelens (gemeten vanaf 2008) laten na een aanvankelijke stijging tussen 2008 en 2009 een fluctuerend beeld zien tot ongeveer 2015. Daarna is er een dalende trend zichtbaar die vanaf 2019 ombuigt in een stijgende trend. Ten opzichte van 2008 zijn de onveiligheidsgevoelens in de buurt in totaliteit met 5 procent afgenomen.
â In de periode van 2005â2023 is te zien dat de tevredenheid over het contact met de politie in de gemeente tussen 2010 en 2019 is gestegen, daarna is ze min of meer gelijk gebleven. Ook de tevredenheid over het functioneren van de politie in de buurt is tussen 2010 en 2019 â zij het iets minder sterk â gestegen, daarna is deze afgenomen. Over de hele periode 2005â2023 gezien is de tevredenheid over het contact met de politie in de gemeente met 20 procent toegenomen en de tevredenheid over het functioneren van de politie in de buurt met 6 procent.
Voor alle overige uitkomsten verwijs ik u naar de Veiligheidsmonitor 2023, die te vinden is in de bijlage of via: https://www.cbs.nl/nl-nl/publicatie/2024/09/veiligheidsmonitor-2023
De Minister van Justitie en Veiligheid,
D. YeĆilgöz-Zegerius
Vormen van online criminaliteit: online oplichting en fraude, hacken, online bedreiging en intimidatie, overige online delicten.â©ïž