[overzicht] [activiteiten] [ongeplande activiteiten] [besluiten] [commissies] [geschenken] [kamerleden] [kamerstukdossiers] [open vragen]
[toezeggingen] [stemmingen] [verslagen] [🔍 uitgebreid zoeken] [wat is dit?]

CBR kwartaalrapportage tweede kwartaal 2024 'corona-inhaalslag examens'

Maatregelen verkeersveiligheid

Brief regering

Nummer: 2024D29864, datum: 2024-08-13, bijgewerkt: 2024-08-21 08:18, versie: 3

Directe link naar document (.pdf), link naar pagina op de Tweede Kamer site, officiële HTML versie (kst-29398-1112).

Gerelateerde personen: Bijlagen:

Onderdeel van kamerstukdossier 29398 -1112 Maatregelen verkeersveiligheid.

Onderdeel van zaak 2024Z12373:

Onderdeel van activiteiten:

Preview document (🔗 origineel)


Tweede Kamer der Staten-Generaal 2
Vergaderjaar 2023-2024

29 398 Maatregelen verkeersveiligheid

Nr. 1112 BRIEF VAN DE MINISTER VAN INFRASTRUCTUUR EN WATERSTAAT

Aan de Voorzitter van de Tweede Kamer der Staten-Generaal

Den Haag, 13 augustus 2024

Hierbij ontvangt u de aanbiedingsbrief van het CBR van 9 juli jongstleden en de kwartaalrapportage «corona-inhaalslag examens» tweede kwartaal 2024, zoals toegezegd met de Kamerbrief van 23 maart 20211.

De rapportage biedt inzicht in de aantallen afgenomen theorie- en praktijkexamens en rijtesten, de actuele reserveringstermijnen voor een praktijk- en theorie-examen en het slagingspercentage voor het praktijkexamen B (bijlage 2).

Ontwikkeling reserveringstermijnen praktijkexamens B

De reserveringstermijnen voor de praktijkexamens B daalden vanaf het voorjaar van 2022 geleidelijk van 21 weken in april 2022 naar iets minder dan 12 weken in oktober 2022. Vervolgens liepen de termijnen weer op om vanaf de zomer van 2023 weer stapsgewijs te dalen tot januari 2024 om vervolgens (conform reguliere seizoensinvloeden) weer te stijgen. Gemiddeld lagen de reserveringstermijnen in juni 2024 op 11,5 weken. Dit is boven de reguliere key performance indicator (kpi) van 7 weken. Er zijn nog aanzienlijke verschillen tussen de 54 locaties voor praktijkexamens. De reserveringstermijnen variëren van 1 week op sommige locaties in de regio tot 19 weken op enkele locaties in de Randstad.

Prognose CBR: einde 2024 binnen key performance indicator van 7 weken

De huidige reserveringstermijnen zijn vrijwel conform de prognose die eerder dit jaar door het CBR is opgesteld. De vraag naar examens blijft hoog. De verwachting is daarom dat de gemiddelde reserveringstermijnen tot de zomer nagenoeg op het huidige niveau blijven, om na de zomer structureel te dalen en eind 2024 gemiddeld op of onder de kpi uit te komen.

De structurele daling is het gevolg van het werven van nieuwe examinatoren die nu uit de opleiding stromen en inmiddels zijn gestart of staan ingepland voor het afnemen van examens. Vanaf maart 2021 hebben 156 nieuwe examinatoren met succes de opleiding afgerond en zijn inmiddels aan het werk.

Op 1 april 2024 is een klas met 34 examinatoren in opleiding gestart en in september aanstaande start een klas met 25 examinatoren. Daarnaast wordt volop geworven voor de klassen die in oktober en januari aanstaande starten.

De slagingspercentages voor rijbewijs B fluctueren sinds september 2022 rond de 50–53%. Het CBR blijft oproepen tot het verbeteren van de slagingspercentages door te investeren in een goede rijopleiding waar kandidaten goed worden voorbereid en pas op examen komen als ze er ook echt klaar voor zijn. Ter indicatie: een procent stijging van de slagingspercentages scheelt bijna een week in reserveringstermijn. In september 2023 is het CBR gestart met het stimuleren van rijscholen om beter te presteren als het gaat om de slagingspercentages; examens op zaterdag kunnen alleen door die rijscholen worden gereserveerd die een slagingspercentage hebben voor het eerste B-examen boven de 30%. Het CBR is voornemens om deze ondergrens in het najaar te veranderen in 40%.

Alles overziend zien het CBR en het ministerie geen aanleiding om één van de tijdelijke noodmaatregelen in te zetten.

De ontwikkelingen van de reserveringstermijnen worden continu gemonitord. Zoals afgesproken ontvangt u hierover eens per kwartaal een rapportage. De volgende rapportage ontvangt u in het najaar.

De Minister van Infrastructuur en Waterstaat,
B. Madlener


  1. Kamerstukken 29 398, nr. 909.↩︎