Antwoord op vragen van het lid Eerdmans over de oproep van Extinction Rebellion om de A12 te bezetten op 6 juli 2024
Antwoord schriftelijke vragen
Nummer: 2024D29905, datum: 2024-08-15, bijgewerkt: 2024-08-21 13:33, versie: 3
Directe link naar document (.pdf), link naar pagina op de Tweede Kamer site, officiƫle HTML versie (ah-tk-20232024-2280).
Gerelateerde personen:- Eerste ondertekenaar: D.M. van Weel, minister van Justitie en Veiligheid
- Mede namens: J.J.M. Uitermark, minister van Binnenlandse Zaken en Koninkrijksrelaties (Ooit Nieuw Sociaal Contract kamerlid)
- Mede namens: F.L. Idsinga, staatssecretaris van Financiƫn (Ooit Nieuw Sociaal Contract kamerlid)
Onderdeel van zaak 2024Z11780:
- Gericht aan: D.M. van Weel, minister van Justitie en Veiligheid
- Indiener: B.J. Eerdmans, Tweede Kamerlid
- Voortouwcommissie: TK
Preview document (š origineel)
Tweede Kamer der Staten-Generaal | 2 |
Vergaderjaar 2023-2024 | Aanhangsel van de Handelingen |
Vragen gesteld door de leden der Kamer, met de daarop door de regering gegeven antwoorden |
2280
Vragen van het lid Eerdmans (JA21) aan de Minister van Justitie en Veiligheid over de oproep van Extinction Rebellion om de A12 te bezetten op 6Ā juli 2024 (ingezonden 4Ā juli 2024).
Antwoord van Minister Van Weel (Justitie en Veiligheid), mede namens de Minister van Binnenlandse Zaken en Koninkrijksrelaties en de Staatssecretaris van FinanciĆ«n (ontvangen 15Ā augustus 2024). Zie ook Aanhangsel Handelingen, vergaderjaar 2023ā2024, nr.Ā 2219.
Vraag 1
Bent u ermee bekend met het feit dat Extinction Rebellion (hierna: XR) 2Ā juli jl. de A12 heeft geblokkeerd om te Ā«demonstrerenĀ» en dat zij dreigen om op 6Ā juli aanstaande de A12 weer te bezetten?
Antwoord 1
Ja.
Vraag 2
Deelt u de mening dat een blokkade van XR op de A12, de dag dat het Nederlands elftal tegen Turkije speelt (6Ā juli 2024), een extra veiligheidsrisico met zich meebrengt?
Antwoord 2
Het is niet aan mij om dat te beoordelen. De lokale driehoek is verantwoordelijk voor de veiligheid rond demonstraties en acties waarbij de wet wordt overtreden.
Vraag 3
Kunt u aangeven hoe vaak XR het afgelopen jaar en dit jaar de A12 heeft bezet? Kunt u tevens aangeven, desnoods via een schatting, hoeveel agenten hierbij zijn ingezet? Kunt u tevens aangeven hoeveel Ā«demonstrantenĀ» hierbij zijn opgepakt?
Antwoord 3
De A12 is ongeveer 35 keer onrechtmatig bezet geweest. Gemiddeld zijn er per demonstratie bij een blokkade van de A12 vanuit de politieorganisatie 450 functionarissen ingezet. Hieronder vallen meerdere pelotons ME, Politie Netwerk Team (onderhoudt contact met demonstranten), motoragenten, verkeersregelaars, functionarissen meldkamer en functionarissen Staf GrootSchalig en Bijzonder Optreden (SGBO). In 2023 en 2024 zijn tot nu toe in totaal ruim 10.000 aanhoudingen verricht bij deze demonstraties.
Vraag 4
In hoeverre bent u voornemens de personen die nu al oproepen een snelweg te blokkeren, preventief op te pakken?
Antwoord 4
Het is niet aan mij om zoiets te besluiten. Het eventueel aanhouden van mensen is aan de politie onder gezag van het Openbaar Ministerie.
Vraag 5
Welke mogelijkheden zijn er om olievaten, die later gevuld worden met cement en ingezet zijn op de demonstratie op 2Ā juli jl., preventief in beslag te nemen om zodoende de duur van politie inzet enigszins te beperken?
Antwoord 5
In het algemeen geldt dat de politie bij de openbare-ordehandhaving bevoegd is tot tijdelijke inbeslagneming van goederen die de openbare orde verstoren.1
Specifiek voor wat betreft demonstraties geldt dat demonstranten zelf kunnen bepalen welke voorwerpen of objecten zij bij een demonstratie gebruiken. De burgemeester kan het dragen van voorwerpen wel beperken of verbieden op grond van de Wet openbare manifestaties als dit noodzakelijk is ter bescherming van de gezondheid, in het belang van het verkeer of om wanordelijkheden te voorkomen. Het handelen in strijd met een door de burgemeester opgelegde beperking of verbod levert een strafbaar feit op waarbij door de politie kan worden opgetreden. Het is aan het lokale gezag om toepassing te geven aan deze bevoegdheden in een concrete situatie. Dat geldt ook voor het in beslag nemen van voorwerpen.
Vraag 6 en 7
Steeds vaker lijmen relschoppers van XR zich vast aan het wegdek, het verwijderen van de relschoppers vergt hierdoor niet alleen extra tijd, maar brengt ook een risico met zich mee qua verwondingen van de relschoppers, in hoeverre zijn er mogelijkheden om vooraf te fouilleren op dergelijke stoffen? Wie kan voor dergelijk letsel aansprakelijk worden gesteld?
In hoeverre hindert het preventief fouilleren op materialen, zoals speciale lijmsoorten, het demonstratierecht van de relschoppers van XR?
Antwoord 6 en 7
Preventief fouilleren is mogelijk als door de raad of door de burgemeester een veiligheidsrisicogebied is aangewezen. Dit kan uitsluitend bij verstoring van de openbare orde door de aanwezigheid van wapens, dan wel bij ernstige vrees voor het ontstaan daarvan. In dat geval kan door de politie in opdracht van de officier van justitie gefouilleerd worden op het bezit van wapens of munitie. Onder wapens vallen tevens voorwerpen waarvan, gelet op hun aard of de omstandigheden waaronder zij worden aangetroffen, redelijkerwijs kan worden aangenomen dat zij bestemd zijn om letsel aan personen toe te brengen of te dreigen. Er kan dus niet preventief worden gefouilleerd op lijm.
Wat betreft aansprakelijkheid voor letsel geldt dat verwondingen die demonstranten hebben opgelopen als gevolg van hun eigen handelen voor hun eigen rekening komen. Ook de kosten voor eventuele schade die zij hebben geleden door hun eigen toedoen, zullen zij zelf moeten dragen. Indien een betrokken demonstrant van mening is dat (letsel)schade is ontstaan door toedoen van onrechtmatig handelen van de politie, kan hij of zij een schadeclaim indienen bij de politie. Het is in voorkomende gevallen aan een rechter om zich daarover uit te laten.
Vraag 8
In hoeverre classificeert u de oproep van XR, om Ā«iedereenĀ» naar Den Haag te laten komen op 6Ā juli, om de snelweg A12 te blokkeren, als opruiing?
Antwoord 8
Ik kan als Minister geen uitspraken doen over of een oproep wel of niet als opruiing classificeert. Dit is aan het Openbaar Ministerie om te beoordelen.
Vraag 9
Bent u ermee bekend dat Extinction Rebellion (Stichting Vrienden van XR) over een algemeen nut beogende instelling (ANBI)-status beschikt, zoals onder andere op de website en in de jaarverslagen van de organisatie zelf wordt vermeld?
Antwoord 9
Ja, in het ANBI-register op de website van de Belastingdienst zijn drie stichtingen vermeld met de naam Stichting vrienden van XR evenals de ingangsdata waarop de stichtingen als ANBI kwalificeren.
Vraag 10, 11, 12 en 13
Deelt u de conclusie dat onder andere het illegaal betreden van verboden terrein op Eindhoven Airport, het continu bezetten van de A12, het bekladden van het Havenbedrijf Rotterdam en het dreigen met kantoorsluitingen van Rabobank-filialen verwerpelijke acties zijn die geenszins van Ā«algemeen nutĀ» getuigen? Zo nee, waarom?
Deelt u de mening dat het richting de samenleving niet te verantwoorden is dat een club die zich schuldig maakt aan dergelijke onwettige en vandalistische acties belastingvoordelen krijgt? Zo nee, waarom niet?
Deelt u de conclusie dat de ANBI-status van Extinction Rebellion (Stichting Vrienden van XR) kan worden ingetrokken op basis van een veroordeling voor een misdrijf door Ć©Ć©n of meerdere betrokkenen bij acties van Extinction Rebellion? Zo nee, waarom niet?
Bent u bereid om over te gaan tot het intrekken van de ANBI-status van XR? Zo nee, waarom niet?
Antwoord 10, 11, 12 en 13
Zoals uiteengezet in de beantwoording van Kamervragen van 12Ā december 2023 over de ANBI-status van Extinction Rebellion,2 is het beoordelen van de ANBI-status aan de Belastingdienst. De Belastingdienst is gehouden aan de geheimhoudingsplicht van artikelĀ 67 van de Algemene wet inzake rijksbelastingen (AWR) en kan daarom geen nadere informatie verstrekken over individuele instellingen.
In het algemeen kan worden gesteld dat om door de Belastingdienst als ANBI te kunnen worden aangemerkt een instelling onder andere het algemeen nut moet beogen en daarnaast uitsluitend of nagenoeg uitsluitend (ten minste 90%) het algemeen nut dienen. Het begrip Ā«algemeen nutĀ» is in de wet neutraal vormgegeven en wordt, zoals ook uit de jurisprudentie blijkt, neutraal getoetst. Dit is een belangrijke eigenschap van de ANBI-regelgeving, maar kan soms ongemakkelijk voelen als sprake is van gedrag van ANBIās dat conflicteert met gangbare maatschappelijke waarden en opvattingen. Dit is echter inherent aan het neutrale karakter van de ANBI-regelgeving.
De grens van de vrijheid van ANBIās om hun doelen na te streven ligt bij overtreding van de wet (of daar waar toepassing van de integriteitstoets binnen de ANBI-regeling in beeld komt) of daar waar een instelling door de rechter verboden wordt. Indien de instelling, een bestuurder, feitelijk leidinggevende of gezichtsbepalend persoon van de instelling zich in relatie tot de ANBI schuldig heeft gemaakt aan een in de ANBI-regeling genoemd misdrijf, kan de inspecteur ā onder bepaalde voorwaarden ā de ANBI-status niet verlenen of intrekken. Het gaat hierbij om misdrijven die een ernstige inbreuk op de rechtsorde opleveren. Verdenkingen, niet-vervolgbare activiteiten of handelingen die simpelweg niet aansluiten bij eenieders overtuiging van wat behoort tot het Ā«algemeen nutĀ» zijn geen redenen om een instelling de ANBI-status te ontnemen.
Vraag 14
Kunt u deze vragen voor 6Ā juli 2024 beantwoorden?
Antwoord 14
Het is helaas niet gelukt om de vragen binnen de reguliere termijn te beantwoorden.