Geannoteerde agenda Eurogroep en Ecofinraad van 7 en 8 oktober 2024
Bijlage
Nummer: 2024D35140, datum: 2024-09-25, bijgewerkt: 2024-10-28 13:00, versie: 1
Directe link naar document (.docx), link naar pagina op de Tweede Kamer site.
Bijlage bij: Geannoteerde agenda Eurogroep en Ecofinraad van 7 en 8 oktober 2024 (2024D35139)
Preview document (🔗 origineel)
Geannoteerde agenda Eurogroep en Ecofinraad 7 - 8 oktober 2024
Eurogroep
Voorbereiding van de internationale overleggen, inclusief
ontwikkeling van de wisselkoersen
Document: N.v.t.
Aard bespreking: Gedachtewisseling
Besluitvormingsprocedure: N.v.t.
Toelichting:
De Eurogroep zal van gedachten wisselen over de voorbereiding van de jaarvergadering van het IMF en de Wereldbank. De jaarvergadering zal zich vermoedelijk richten op mondiale ontwikkelingen zoals geo-economische fragmentatie en geopolitieke spanningen, waaronder de Russische agressieoorlog tegen Oekraïne en het conflict in het Midden-Oosten, en de impact daarvan op de economische vooruitzichten. Ook zal een centraal thema zijn hoe overheden uitdagingen als klimaatverandering en lage productiviteitsgroei kunnen aanpakken tegen een achtergrond van al hoge tekorten en schuldniveaus. Daarnaast zal er aandacht zijn voor de toenemende schuldenlast in kwetsbare landen en de rol van het IMF daarbij. Er zal waarschijnlijk een presentatie worden gegeven over de ontwikkeling van de wisselkoersen. In de afgelopen paar maanden waren wisselkoersontwikkelingen beperkt. De euro is licht in waarde gestegen tegenover andere belangrijke valuta, waaronder de US dollar. Nederland zal de gedachtewisseling aanhoren. Uw Kamer wordt apart geïnformeerd over de inzet van het Koninkrijk middels de geannoteerde agenda’s voor de Jaarvergadering van het IMF en de Wereldbank.
Digitale euro: stand van zaken
Document: N.v.t.
Aard bespreking: Gedachtewisseling
Besluitvormingsprocedure: N.v.t.
Toelichting:
De Eurogroep zou in september mogelijk van gedachten wisselen over de
stappen die nog gezet moeten worden in het onderhandelingsproces over
wetsvoorstellen voor een mogelijke digitale euro, een elektronische vorm
van publiek geld. Dit onderwerp is toen echter doorgeschoven naar de
Eurogroep-vergadering van oktober. De bespreking is van belang vanwege
de ontwikkelingstappen die de ECB zet en de praktische uitvoering
daarvan.
Nederland is van mening dat kwaliteit in dit proces belangrijker is dan snelheid. Een digitale euro moet voldoen aan de juiste randvoorwaarden, zoals stevige privacy-waarborgen en een proportionele verdeling van kosten. Indien relevant zal Nederland dit in de bespreking onder de aandacht brengen.
De verwachting is dat het nieuwe Europees Parlement de behandeling van de voorstellen voor de wettelijke basis van de mogelijke digitale euro later dit najaar zal continueren. De raadsonderhandelingen worden onder het Hongaars voorzitterschap van de Raad voortgezet.
Eurogroep in inclusieve samenstelling
Internationaal dialoog met de Braziliaanse minister van
Financiën
Document: N.v.t.
Aard bespreking: Gedachtewisseling
Besluitvormingsprocedure: N.v.t.
Toelichting:
De Eurogroep houdt een gedachtewisseling met de minister van Financiën
van Brazilië, dhr. Fernando Haddad. Brazilië is dit jaar voorzitter van
de G20, en tijdens de bespreking zullen ministers waarschijnlijk
vooruitblikken op de vierde ministeriële bijeenkomst van de ministers
van Financiën en presidenten van de centrale banken van de G20. Deze
vergadering vindt op 23 oktober plaats in Washington D.C., en marge van
de jaarvergadering van het IMF. De Europese inzet voor deze vergadering
wordt overeengekomen in de EU G20 Terms of Reference, die voorliggen in
de Ecofinraad. Waarschijnlijk zal ook worden gesproken over bredere
economische samenwerking met Brazilië en de Latijns-Amerikaanse
regio.
Concurrentievermogen in de eurozone: discussie richting
afronding van de werkstroom
Document: N.v.t.
Aard bespreking: Gedachtewisseling
Besluitvormingsprocedure: N.v.t.
Toelichting:
In het afgelopen half jaar zijn vier gedachtewisselingen gevoerd in de
Eurogroep over het thema concurrentievermogen.
De eerste bespreking, in maart 2024, ging met name over handelsfragmentatie. De Commissie stelde in een voorbereidende notitie dat handel steeds vaker langs de lijnen van geopolitieke nabijheid plaatsvindt. Lidstaten benadrukten dat mondiale fragmentatie van de wereldhandel tot kosten kan leiden en dat de EU er belang bij heeft een open, multilateraal, op regels gebaseerd handelssysteem te blijven steunen. Nederland onderstreepte dit, en benadrukte de kracht van de interne markt beter te willen gebruiken door de interne markt, inclusief de kapitaalmarkten, te versterken en te verdiepen. Ook onderschreef Nederland het belang van het versterken van internationale samenwerkingsverbanden.
De tweede bespreking, in mei 2024, stond in het teken van de kenniskloof. In een voorbereidende notitie werd de positie van de EU ten aanzien van kennis en innovatie vergeleken met China, de VS en Japan. Het beeld dat daaruit ontstond was gemengd: hoewel de EU op een aantal sleuteltechnologieën gelijke trend houdt, is met name bij digitale technologieën de innovatiekloof met de VS aanzienlijk. Ook ten aanzien van private investeringen voor onderzoek en innovatie loopt de EU achter op de VS. Michiel Scheffer, voorzitter van de Europese Innovatieraad, benadrukte ook de noodzaak van meer privaat kapitaal voor investeringen en innovatie. Nederland onderstreepte dit, en liet weten dat de kapitaalmarktunie van groot belang is voor financiering van innovatieve projecten en bedrijven.
De derde bespreking, in juni 2024, ging over industriebeleid en marktintegratie. Industriebeleid is in de afgelopen jaren wereldwijd belangrijker geworden. In de voorbereidende notitie van de Commissie en in de inbreng van de Kristalina Georgieva, Managing Director bij het Internationaal Monetair Fonds (IMF), werd benadrukt dat industriebeleid welvaartsverhogend kan zijn wanneer aan een aantal voorwaarden is voldaan, zoals gericht op het bestrijden van marktfalen, tijdelijkheid en doelgerichtheid van maatregelen, juiste randvoorwaarden, en het garanderen van een gelijk speelveld. Nederland herkende dat beeld, en benadrukte het belang van juiste voorwaarden om het concurrentievermogen structureel te verbeteren, zoals een sterke interne markt en versterking van de kapitaalmarktunie.
De vierde bespreking, in juli 2024, stond in het teken van het financieringsgat (funding gap). Hier was geen voorbereidende notitie voor opgesteld. Dhr. Letta was als gastspreker uitgenodigd en benadrukte de noodzaak voor de EU om meer privaat kapitaal te mobiliseren. Dit pleidooi werd onderschreven door de ECB en door verschillende lidstaten, waaronder Nederland. Zij gaven aan dat mobilisatie van privaat kapitaal het beste kan worden bereikt door verdere versterking van de kapitaalmarktunie.
Op het moment van schrijven is geen duidelijkheid over de invulling van de bespreking over concurrentievermogen. Nederland zal aangeven de inhoudelijke discussies over dit onderwerp te waarderen. De inbreng van Nederland zal conform de inzet tijdens eerdere besprekingen en de prioriteiten van Nederland zijn, met o.a. een nadruk op het verbeteren van het vestigingsklimaat, mobiliseren van privaat kapitaal, effectief inzetten van publieke middelen, versterken van de interne markt, verlagen van de regeldruk voor bedrijven, en gericht industrie- en innovatiebeleid.
Mogelijk komt in deze bespreking van de Eurogroep het recente rapport van de heer Draghi over het concurrentievermogen van de Europese Unie ter sprake, maar het rapport staat niet op de agenda. Zoals de minister-president tijdens de Algemene Politieke Beschouwingen heeft aangegeven deelt Nederland de analyse van de heer Draghi dat het concurrentievermogen van Europa moet worden versterkt en de productiviteit omhoog moet. De versterking van de interne markt moet prioriteit hebben en daarnaast is het van belang dat Europese lidstaten, ook op Europees niveau, duidelijke keuzes maken en hervormen. Er moet worden gezorgd voor de juiste randvoorwaarden zoals het terugbrengen van de administratieve lasten, versterking van de interne markt, economische kansen voor groene groei en het mobiliseren van privaat kapitaal. Nederland ziet dit rapport als een oproep aan lidstaten om nationale hervormingen te blijven doorvoeren en ruimte te blijven maken voor noodzakelijke investeringen. Nederland is geen voorstander van gemeenschappelijke schulden voor nieuwe instrumenten. Indien relevant zal Nederland deze noties ook bij de Eurogroep inbrengen.
De voorzitter van de Eurogroep streeft naar afronding van deze
werkstroom in november 2024. Dit zal waarschijnlijk in de vorm van een
verklaring van de Eurogroep zijn, waarbij de beleidsimplicaties van de
besprekingen in de Eurogroep worden opgenomen. Zoals gebruikelijk zal
het parlement hierover voorafgaand aan de bespreking in de Eurogroep
geïnformeerd worden.
Kapitaalmarktunie - inventarisatie van de navolging van de
overeengekomen initiatieven
Document: N.v.t.
Aard bespreking: Gedachtewisseling
Besluitvormingsprocedure: N.v.t.
Toelichting:
De Eurogroep in inclusieve samenstelling zal wederom spreken
over de kapitaalmarktunie, zoals is opgenomen in de high-level
roadmap van de Eurogroep-voorzitter met betrekking tot opvolging
van de verklaring van de Eurogroep over dit onderwerp.1, 2
Voor dit overleg is een inventarisatie voorzien van de stand van zaken
van de initiatieven die zijn opgenomen in de Eurogroep-verklaring,
inclusief maatregelen om de toegang tot kapitaal voor mkb-ondernemingen
in alle EU-lidstaten te faciliteren. Enkele van deze initiatieven, met
name waar EU-lidstaten zelf voor aan de lat staan, worden momenteel
nader uitgewerkt in het Financial Services Committee door
middel van uitwisseling van best practices, en zullen op een
later moment in de Eurogroep worden besproken. Voor andere initiatieven
is de verwachting dat de Europese Commissie na aantreden nieuwe
voorstellen hiertoe zal doen.
Het kabinet is van mening dat de kapitaalmarktunie verdiept en
geïntegreerd moet worden, door het wegnemen van barrières tot het vrije
verkeer van kapitaal in de EU.3 Een diepe, geïntegreerde
en veerkrachtige Europese kapitaalmarkt is essentieel voor de benodigde
investeringen in defensie digitalisering, (economische) veiligheid en
duurzaamheid. Ook bieden efficiënte en toegankelijke kapitaalmarkten
burgers en investeerders goede opties voor vermogensopbouw. Bovendien
draagt dit bij aan economische en financiële stabiliteit in de
Economische en Monetaire Unie. Er is al veel werk verzet in de afgelopen
jaren, maar de doelstellingen van een daadwerkelijke kapitaalmarktunie
zijn nog niet bereikt. Daarom is een ambitieus Commissie-werkprogramma
en nieuw actieplan nodig om de grootste knelpunten komende jaren
voortvarend aan te pakken. In het bijzonder kan Nederland pleiten voor
nationale acties zoals ontwikkeling van pensioenstelsels om kapitaal te
mobiliseren. Daarnaast kan Nederland inzetten op Europese acties om
nationale regelgeving te verbeteren en te standaardiseren ter
bevordering van grensoverschrijdende financiering, met name daar waar er
obstakels zijn op het terrein van het ondernemingsrecht,
faillissementsrecht of jaarverslaggeving. Tot slot kan Nederland ervoor
pleiten om het toezicht op de kapitaalmarkten te verbeteren door
versterking van de rol van ESMA, de Europese toezichthouder.
Voorbereiding van de Eurotop in oktober
Document: N.v.t.
Aard bespreking: Gedachtewisseling
Besluitvormingsprocedure: N.v.t.
Toelichting:
En marge van de Europese Raad van 17 en 18 oktober 2024 vindt
waarschijnlijk een Eurotop plaats. Dit is een bijeenkomst van de
staatshoofden of regeringsleiders van de eurozone, de voorzitter van de
Europese Commissie en de voorzitter van de Eurotop die zijn oorsprong
kent in het Verdrag inzake stabiliteit, coördinatie en bestuur in de
Economische en Monetaire Unie. De voorzitter van de Eurogroep en de
president van de Europese Centrale Bank worden doorgaans uitgenodigd. De
voorzitter van de Eurotop is doorgaans de voorzitter van de Europese
Raad. Vaak zijn ook de landen die de euro niet als munt hebben aanwezig,
met name voor besprekingen die relevant zijn voor de EU als geheel en
besprekingen over de architectuur en fundamentele regels van de
eurozone. De Eurotop vindt in principe twee keer per jaar plaats en
wordt voorbereid door de Eurogroep.
Tijdens de Eurotop zullen de regeringsleiders waarschijnlijk de economische situatie bespreken. Ook zal de voorzitter van de Eurogroep de Eurotop informeren over de voortgang op de lopende dossiers in de Eurogroep. In de Eurogroep van 7 oktober zal de voorzitter van de Eurogroep aangeven op welke wijze hij de Europese Raad wil informeren over deze dossiers. Nederland kan de toelichting aanhoren.
Ecofinraad
Economisch herstel in Europa: herstel- en
veerkrachtfaciliteit
Document: Commissie voorstel voor een
uitvoeringsbesluit van de Raad over het aanpassen van het Litouwse
herstel- en veerkrachtplan: b50f7e9b-d1bf-49f9-a3d2-07ac134201fe_en
(europa.eu)
Commissie voorstel voor een uitvoeringsbesluit van de Raad over het
aanpassen van het Portugese herstel- en veerkrachtplan: bce3f280-8528-432b-8524-20034f7135ad_en
(europa.eu)
Aard bespreking: Gedachtewisseling en aanname
uitvoeringsbesluit van de Raad
Besluitvormingsprocedure: Gekwalificeerde
meerderheid
Toelichting:
Tijdens de Ecofinraad zal worden stilgestaan bij de stand van zaken ten
aanzien van de herstel- en veerkrachtfaciliteit. Naar verwachting zal de
Commissie een update geven over de implementatie. Nederland kan de
update aanhoren.
Daarnaast zullen tijdens de Ecofinraad naar verwachting aanpassingen van de uitvoeringsbesluiten ter goedkeuring van de herstel- en veerkrachtplannen (HVP) van Litouwen en Portugal ter besluitvorming voorliggen.
Litouwen
Litouwen heeft op 25 juli 2024 een aanvraag bij de Commissie ingediend
voor een aanpassing van het oorspronkelijke HVP dat middels een
uitvoeringsbesluit van de Raad op 28 juli 2021 werd goedgekeurd. Dit
uitvoeringsbesluit is eerder aangepast op 9 november 2023.
Litouwen maakt gebruik van de mogelijkheid om een HVP aan te passen op grond van objectieve omstandigheden. Voor een uitgebreide toelichting op deze grondslag voor wijziging verwijs ik u graag naar het verslag van de Eurogroep- en Ecofinraad van juni 2024. De aanpassing in het Litouwse HVP heeft betrekking op twee maatregelen. De objectieve omstandigheden leiden ertoe dat voor één maatregel gerelateerd aan het verminderen van broeikasgasemissies in veengebieden, hetzelfde doel met een beter alternatief kan worden behaald. Voor een andere maatregel gerelateerd aan belastinghervormingen wordt op grond van objectieve omstandigheden een alternatief tijdspad voorgesteld waardoor de administratieve lasten worden verminderd.
De Commissie oordeelt dat de redenen die Litouwen aandraagt een aanpassing van het plan rechtvaardigen en dat het herstelplan ook na de aanpassing voldoet aan de eisen van de HVF-verordening.
Het kabinet kan zich vinden in het oordeel van de Commissie. Nederland is daarom voornemens om in te stemmen met het voorstel tot aanpassing van het uitvoeringsbesluit van de Raad.
Portugal
Portugal heeft op 1 en 12 augustus 2024 een aanvraag bij de Commissie
ingediend voor een aanpassing van het oorspronkelijke HVP dat middels
een uitvoeringsbesluit van de Raad op 13 juli 2021 werd goedgekeurd. Dit
uitvoeringsbesluit is eerder aangepast op 10 oktober 2023.
Portugal maakt gebruik van de mogelijkheid om een HVP aan te passen op grond van objectieve omstandigheden. De aanpassing heeft betrekking op 22 maatregelen. De objectieve omstandigheden leiden er voor acht maatregelen toe dat hetzelfde doel met een beter alternatief kan worden behaald. Ze leiden er voor 12 maatregelen toe er alternatieven zijn waardoor de administratieve lasten kunnen worden verminderd.
Daarnaast heeft Portugal aangegeven dat voor vier maatregelen het niet mogelijk is om het behalen van acht mijlpalen en doelen te bewijzen, doordat de interne procedures niet voorzien in bewijsmateriaal waarmee expliciet kan worden geverifieerd of aan de respectievelijke mijlpalen en doelen is voldaan. Daarnaast heeft Portugal aangegeven dat één maatregel gedeeltelijk niet langer haalbaar is vanwege een vraaggebrek aan technici van bosbouwproducenten.
De Commissie oordeelt dat de redenen die Portugal aandraagt een aanpassing van het plan rechtvaardigen en dat het herstelplan ook na de aanpassing voldoet aan de eisen van de HVF-verordening.
Het kabinet kan zich vinden in het oordeel van de Commissie. Nederland is daarom voornemens om in te stemmen met het voorstel tot aanpassing van het uitvoeringsbesluit van de Raad.
Overige plannen
Mogelijk worden meer voorstellen tot aanpassing van uitvoeringsbesluiten
ter goedkeuring van een HVP van landen gepubliceerd in aanloop naar de
Ecofinraad. In dat geval zal de Kamer hierover een nazending van deze
geannoteerde agenda ontvangen waarin de aanpassing wordt toegelicht en
een kabinetsappreciatie wordt gegeven.
Economische en financiële impact van de Russische agressieoorlog
tegen Oekraïne
Document: N.v.t.
Aard bespreking: Gedachtewisseling
Besluitvormingsprocedure: N.v.t.
Toelichting:
De Ecofinraad zal van gedachten wisselen over de economische en
financiële impact van de Russische agressie tegen Oekraïne en over
Europese steunmaatregelen. Oekraïne is afhankelijk van externe steun,
zowel militair als niet-militair, om de Russische agressie te blijven
weren en de maatschappij overeind te houden. Specifiek op niet-militair
terrein raamt de Wereldbank de totale herstel- en wederopbouwnoden op
USD 486 mld. over de komende tien jaar, terwijl het Internationaal
Monetair Fonds (IMF) het externe financieringstekort raamt op minimaal
USD 122 mld. in de periode 2023-2027Q1.4 De
EU-Oekraïne-faciliteit van EUR 50 miljard, waarvan ca. EUR 38 mld.
macro-financiële bijstand voor de periode 2024-2027 en het
IMF-programma5 zijn belangrijke onderdelen van de
internationale inzet om deze tekorten (deels) te dekken en om Oekraïne
in staat te stellen de strijd tegen Russische agressie voort te zetten.
De Wereldbank heeft sinds de uitbraak van de oorlog ongeveer USD 48 mld.
gemobiliseerd voor kritieke herstelwerkzaamheden en wederopbouwsteun.
Kabinetsbeleid is dat Nederland Oekraïne politiek, militair, financieel
en moreel onverminderd blijft steunen in tijd van oorlog, herstel en
wederopbouw, zolang dat nog nodig is.
Het Oekraïneplan is de door Oekraïne opgestelde hervormings- en
investeringsagenda die de basis vormt voor de macro-financiële steun die
wordt verleend onder de EU Oekraïne-faciliteit. Het plan bevat stappen
waaraan moet worden voldaan door Oekraïne voordat tot uitbetaling van
nieuwe tranches overgegaan kan worden. De Raad stemt per
Raadsuitvoeringsbesluit in met het oordeel van de Commissie dat aan de
voorwaarden is voldaan. Dit volgt uit een aanvraag die Oekraïne
driemaandelijks kan indienen bij de Commissie. De Commissie beoordeelt
de mate waarin Oekraïne aan de corresponderende conditionaliteiten uit
het Oekraïneplan voldoet en legt een concept-Raadsuitvoeringsbesluit
voor aan de Raad. De Raad moet hier binnen drie weken over
besluiten.
In augustus heeft Nederland ingestemd met het eerste
Raadsuitvoeringsbesluit voor de uitbetaling van de eerste tranche
reguliere macro-financiële steun uit de Oekraïne-faciliteit van ca. EUR
4,3 mld. De Kamer werd eerder over dit voornemen geïnformeerd via het
verslag van de Raad Buitenlandse Zaken van juli jl.6 Tot
nu toe is er in totaal 12,2 mld. betaald vanuit de faciliteit, waaronder
EUR 6 mld. overbruggingsfinanciering en EUR 1,89 mld. prefinanciering.
De Kamer wordt geïnformeerd over de besluitvorming over volgende
tranches.
Tijdens de Ecofinraad zal ook worden gesproken over de voortgang van de uitwerking van het EU-aandeel van het G7-akkoord over het gebruik van de buitengewone rente-inkomsten over geïmmobiliseerde tegoeden van de Russische Centrale Bank voor Oekraïne, om leningen tot USD50 mld. te faciliteren voor Oekraïne. In lijn met de moties Krul c.s., Dobbe c.s. en Brekelmans c.s. is het kabinet ambitieus ten aanzien van het verkennen van mogelijkheden voor rechtmatig gebruik van de (rente-inkomsten van) geïmmobiliseerde Russische Centrale Banktegoeden en verwelkomt het kabinet spoedige uitwerking van de EU-bijdrage aan het G7-akkoord. Bij uitwerking is het van belang dat de EU samen optrekt met internationale partners, waarbij risico’s en verantwoordelijkheden zoveel mogelijk worden gedeeld en geanalyseerd en dit in de besluitvorming wordt betrokken.
Op 20 september presenteerde de Europese Commissie een voorstel voor
het organiseren van het aandeel van de EU in het G7-akkoord. Daarbij
stelt de Commissie voor het EU-aandeel van de leningen te verstrekken
via macro-financiële bijstand. Daarbij stelt de Commissie een mechanisme
voor om de buitengewone rente-inkomsten ter beschikking te stellen aan
Oekraïne ten behoeve van het dekken van de financieringslasten van de
door de Unie en de G7-landen te verstrekken leningen. De Europese Unie
zal de middelen die nodig zijn om de lening aan Oekraïne te verstrekken,
lenen op de kapitaalmarkt. Als de Raad van de Europese Unie en het
Europees Parlement met dit voorstel instemmen leidt dit tot een garantie
vanuit de zogenoemde headroom van het Eigenmiddelenbesluit. In
dat geval dient in de begroting van het ministerie van Financiën een
nieuwe garantie opgenomen te worden. Uw Kamer wordt zo spoedig mogelijk
geïnformeerd over de kabinetsappreciatie van het voorstel van de
Europese Commissie en de budgettaire gevolgen.
Europees Semester 2024: geleerde lessen
Document: N.v.t.
Aard bespreking: Gedachtewisseling
Besluitvormingsprocedure: N.v.t.
Toelichting:
De Raad zal spreken over de geleerde lessen uit het verloop van het
Europees Semester van 2024. Het Europees Semester is het jaarlijkse
proces waarin EU-lidstaten hun economisch, arbeidsmarkt- en
begrotingsbeleid coördineren. De oorsprong hiervan ligt in het Verdrag
betreffende de werking van de Europese Unie, in bijzonder Artikel
121(2), 126(3) en 148(4), en de afspraken die daarin zijn gemaakt over
het economisch beleid en het werkgelegenheidsbeleid.
Nederland verwelkomt de eerdere publicatie van de in-depth reviews
(IDRs) in het Europees Semester afgelopen jaar. Hierdoor was er meer
tijd om deze IDRs te bediscussiëren, wat de multilaterale
beleidscoördinatie ten goede is gekomen. Daarnaast was er afgelopen jaar
speciale aandacht in het Europees Semester voor het versterken van het
concurrentievermogen van de lidstaten en de EU. Het kabinet verwelkomt
deze aandacht in het Europees Semester voor het concurrentievermogen en
zal pleiten voor een voortzetting hiervan in de aanstaande
semester-cyclus. Daarbij hecht het kabinet aan het behouden van de focus
van het Semester op economisch, begrotings- en
werkgelegenheidsbeleid.
Voorbereiding van de internationale overleggen
Document: N.v.t.
Aard bespreking: Inzetbepaling
Besluitvormingsprocedure: Consensus
Toelichting:
De Raad zal spreken over de Europese inzet voor de jaarvergadering van
het IMF, die van 21 tot en met 26 oktober plaatsvindt in Washington D.C.
Specifiek zal de Raad van gedachten wisselen over het EU statement voor
de International Monetary and Financial Committee (IMFC) en de EU Terms
of Reference voor de G20 Finance Ministers’ and Central Bank Governors’
(FMCBG). Nederland zal het EU IMFC-statement en de EU G20 Terms of
Reference steunen. De jaarvergadering zal zich vermoedelijk
richten op mondiale ontwikkelingen zoals geo-economische fragmentatie en
geopolitieke spanningen, waaronder de Russische agressieoorlog tegen
Oekraïne en het conflict in het Midden-Oosten, en de impact daarvan op
de economische vooruitzichten. Ook zal een centraal thema zijn hoe
overheden uitdagingen als klimaatverandering en lage
productiviteitsgroei kunnen aanpakken tegen een achtergrond van reeds
hoge tekorten en schuldniveaus. Daarnaast zal er aandacht zijn voor de
toenemende schuldenlast in kwetsbare landen en de rol van het IMF
daarbij.
Raadsconclusies over klimaatfinanciering voor de conferentie van
de Verenigde Naties over klimaatverandering
Document: N.v.t.
Aard bespreking: Aanname Raadsconclusies
Besluitvormingsprocedure: Consensus
Toelichting:
De Raad zal de Raadsconclusies over klimaatfinanciering aannemen. De
Raadsconclusies leggen de EU-inzet voor COP29 inzake klimaatfinanciering
vast. COP29 vindt plaats van 11 november tot en met 22 november in
Bakoe, Azerbeidzjan. De Raadsconclusies roepen op tot een ambitieuze
bijdrage van EU-landen aan de implementatie van de doelen uit het
Parijsakkoord. Daarnaast worden EU-initiatieven op het gebied van
klimaat en energie beschreven, zoals de voortgang t.a.v. het
fit-for-55-pakket en resultaten van de Europese
Investeringsbank (EIB). De conclusies benadrukken het belang van het in
lijn brengen van financiële stromen met een transitiepad naar een lage
uitstoot van broeikasgassen en klimaatbestendige ontwikkeling. De
conclusies benadrukken ook de noodzaak van investeringen in de
klimaattransitie, waaronder in klimaatadaptatie, en de belangrijke rol
die internationale financiële instellingen (IFI’s) en de private sector
hierin hebben.
Voorts benadrukken de conclusies dat de EU constructief deelneemt aan onderhandelingen over een nieuwe langetermijndoelstelling voor klimaatfinanciering. De conclusies spreken steun uit voor een financieringskader waarin alle financieringsbronnen - nationaal en internationaal, publiek en privaat - complementair zijn en elkaar ondersteunen. Tot slot spreken de conclusies waardering uit voor het werk van de Coalition of Finance Ministers for Climate Action, waar Nederland co-voorzitter van is.
Nederland kan zich goed vinden in de inzet zoals geschetst in de
Raadsconclusies en zal er mee instemmen. De inzet is in lijn met de
kabinetsbrede inzet voor de COP29 zoals vastgelegd in de Kamerbrief over
de Milieuraad van 14 oktober.
Conclusies van de herziening van de Europese lijst van
niet-coöperatieve jurisdicties voor belastingdoeleinden
Document: N.v.t.
Aard bespreking: Aanname Raadsconclusies
Besluitvormingsprocedure: Unanimiteit
Toelichting:
De Raad zal conclusies van de Gedragscodegroep aannemen over de
wijziging van de huidige Europees fiscale lijst van niet-coöperatieve
jurisdicties.
De Gedragscodegroep is oorspronkelijk in het leven geroepen om binnen de EU schadelijke belastingconcurrentie op het gebied van bedrijfsbelastingen tegen te gaan. Sinds 2016 heeft de Gedragscodegroep ook een tweede, externe taak: het beoordelen of landen buiten de EU voldoen aan de Europese minimum fiscale standaard. Landen die daar niet aan voldoen komen te staan op de Europees fiscale lijst van niet-coöperatieve jurisdicties (hierna: de zwarte lijst). De Gedragscodegroep is een politieke afspraak tussen de lidstaten en valt niet binnen het toepassingsbereik van het VWEU. De besluitvorming vindt plaats met unanimiteit.
Tijdens de Ecofinraad van 5 december 2017 was de eerste versie van de zwarte lijst vastgesteld. Daarnaast is er ook een grijze lijst opgesteld van landen die niet voldeden aan de standaard maar op hoog politiek niveau hadden toegezegd om binnen een bepaalde periode alsnog aan de hieronder opgestelde criteria te voldoen:
1. Fiscale transparantie: de jurisdicties voldoen aan de wereldwijde standaard op het gebied van de uitwisseling van fiscale informatie, en
2. Geen schadelijke belastingconcurrentie: de jurisdicties mogen geen schadelijke preferentiële regimes of schadelijke generieke 0% regimes toepassen, en
3. De jurisdicties participeren aan het internationale proces van de OESO om grondslaguitholling en winstverschuiving tegen te gaan.
Sindsdien worden de lijsten op halfjaarlijkse basis aangepast. De
huidige lijsten zijn tijdens de Ecofinraad van 20 februari 2024
vastgesteld: 127 landen staan nu op de zwarte lijst
en 108 landen op de grijze lijst. Beide
lijsten zullen gedurende deze Ecofinraad worden herzien. Nederland kan
zich vinden in de voorgestelde wijzigingen van zowel de zwarte als de
grijze lijst en zal instemmen met de Raadsconclusies. Vanwege
diplomatieke gevoeligheid kan de nieuwe lijst pas openbaar worden
gemaakt na akkoord van de Ecofinraad. Daarom zal in het verslag over de
Ecofinraad nader ingegaan worden op de aanpassingen van de lijst.
Bevordering van internationale samenwerking op belastinggebied
bij de Verenigde Naties: standpunt van de Europese Unie en haar
lidstaten
Document: N.v.t
Aard bespreking: Aanname gezamenlijke positie
Besluitvormingsprocedure: Consensus
Toelichting:
De Ecofinraad beslist over een gezamenlijke positie van de EU
en haar lidstaten in aanloop naar de 79e Algemene Vergadering van de
Verenigde Naties.
Medio december 2022 heeft de algemene vergadering van de Verenigde Naties (‘AVVN’) een resolutie aangenomen waarin wordt opgeroepen om onder auspiciën van de Verenigde Naties een intergouvernementele discussie te starten over de wijze waarop de inclusiviteit en effectiviteit van internationale samenwerking op belastinggebied kan worden versterkt.
Er is tot nu toe in een Ad Hoc Comité (‘AHC’) onderhandeld over de basisprincipes (Terms of Reference ‘ToR’) voor een VN-raamwerkverdrag dat deze inclusievere en effectievere internationale samenwerking zou moeten bewerkstelligen. Op 16 augustus jl. is een concept ToR aangenomen door het AHC. Bij de stemming hebben een achttal landen tegengestemd, 44 landen (waaronder de EU) hebben onthouden van stemming en 110 landen hebben voor de ToR gestemd. De EU heeft zich onthouden van stemming omdat men wel achter de doelstellingen van het VN-proces staat maar vindt dat er tot nu toe te weinig rekening is gehouden met de zorgen over het proces dat door de EU en haar lidstaten is geuit.9
Tijdens de 79e AVVN zal een resolutie worden besproken die leden van de AVVN oproept om steun uit te spreken voor de ToR en een mandaat te geven aan een comité dat de inhoudelijke onderhandelingen zal voeren over het raamwerkverdrag.
De gezamenlijke positie herhaalt de eerdere algemene beginselen die de EU en haar lidstaten hebben opgesteld en roept het onderhandelingscomité op om transparante en inclusieve procedures voor de onderhandelingen op te zetten. Het belangrijkste algemene principe is dat besluitvorming over internationale belastingsamenwerking bij consensus dient te geschieden en dat voortgebouwd dient te worden op bestaand werk van andere internationale fora.
Nederland kan de gezamenlijke positie van de EU en haar lidstaten
steunen omdat het overeen komt met de Nederlandse positie en een
herhaling is van de algemene principes die de EU al eerder gezamenlijk
heeft opgesteld.
Stand van zaken implementatie regelgeving financiële
diensten
Document: N.v.t.
Aard bespreking: Informatie van de Europese
Commissie
Besluitvormingsprocedure: N.v.t.
Toelichting:
De Europese Commissie zal een update geven over de stand van zaken van
de implementatie van regelgeving op het terrein van financiële diensten.
De Kamer wordt regelmatig geïnformeerd over de stand van zaken van
lopende onderhandelingen en implementatie van Europese regelgeving. Zo
ontvangt de Kamer vier maal per jaar een kwartaalrapportage van alle
lopende behandelingen van Europese Commissie voorstellen. Daarin zijn
ook de lopende onderhandelingen op het terrein van financiële diensten
terug te vinden. De meest recente kwartaalrapportage ontving u in juni
jl.10. De volgende kwartaalrapportage
ontvangt de Kamer binnenkort met het verslag van de informele Ecofinraad
van 13 september 2024.
Overig – vervroegde aflossing door Griekenland van bilaterale
leningen van de eurolanden en vrijstelling pro-rata aflossing EFSF en
ESM
Hierbij informeer ik uw Kamer over het voornemen van Griekenland om EUR 7,953 mld. aan bilaterale leningen onder de Greek Loan Facility (GLF) vervroegd af te lossen op 15 december 2024. De GLF is het eerste financiële steunprogramma voor Griekenland, overeengekomen in mei 2010, en bestaat uit bilaterale leningen van eurozone landen aan Griekenland. Het bedrag van EUR 7,935 miljard staat gelijk aan de aflossing die was voorzien voor 2026, 2027 en 2028. Voor Nederland gaat het om een vervroegde aflossing van EUR 479,8 miljoen. Vorig jaar loste Griekenland de voorziene aflossing voor 2024 en 2025 al vervroegd af.
Bij een vervroegde aflossing aan de GLF bestaat een verplichting om een proportioneel bedrag ook af te lossen aan het Europees Stabiliteitsmechanisme (ESM) en de Europese Financiële Stabiliteitsfaciliteit (EFSF). Griekenland heeft hiervoor, net als bij eerdere vervroegde aflossingen aan het Internationaal Monetair Fonds en van de GLF, een vrijstelling gevraagd. Besluitvorming hierover door de aandeelhouders van het ESM en het EFSF vindt naar verwachting in november plaats. Bij eerdere vervroegde aflossingen van de GLF in 2022 en 2023, en daarvoor van het IMF, is deze vrijstelling ook verstrekt door het ESM en het EFSF.
De Europese Commissie geeft in haar beoordeling van het Griekse verzoek aan positief tegenover dit voorstel te staan. De vervroegde aflossing zou de gemiddelde looptijd van de overheidsschuld van Griekenland verlengen en daardoor de risico's van schuldvernieuwing verminderen en het schuldbeheer vergemakkelijken. Volgens de Commissie zou de vervroegde aflossing ook een positief signaal afgeven aan de financiële markten met betrekking tot de financiële positie van Griekenland.
Nederland staat net als de Commissie positief tegenover het verzoek van Griekenland voor vervroegde aflossing. De vervroegde aflossing brengt voor Nederland geen extra kosten met zich mee en is positief voor het schuldbeheer van het land. Nederland heeft begrip voor het verzoek van Griekenland om geen proportionele vervroegde aflossing te hoeven doen op de uitstaande schuld bij het ESM en het EFSF en is voornemens om binnen deze instellingen in te stemmen met het verlenen van de benodigde vrijstelling hiervoor.
Eurogroep, ‘Statement by the Eurogroup President on the follow-up to the Eurogroup agreement on the
future of the Capital Markets Union’, Brussel, 14 mei 2024,
https://www.consilium.europa.eu/en/press/press-releases/2024/05/14/eurogroup-president-statement-on-the-follow-up-to-the-eurogroup-agreement-on-the-future-of-the-capital-markets-union/.↩︎
Eurogroep, ‘Statement of the Eurogroup in inclusive format on the future of the Capital Markets Union’, Brussel, 11 maart 2024, Statement of the Eurogroup in inclusive format on the future of Capital Markets Union - Consilium (europa.eu).↩︎
Kamerstukken II 2023-2024, 21 501-07, nr. 2011, bijlage Deep and integrated capital markets for a resilient and competitive EU; Dutch vision and priorities for the next steps in strengthening the Capital Markets Union, https://www.rijksoverheid.nl/documenten/rapporten/2024/03/01/bijlage-2-dutch-vision-and-priorities-for-the-next-steps-in-strengthening-the-capital-markets-union.↩︎
Ukraine - Third Rapid Damage and Needs Assessment (RDNA3) February 2022 – December 2023 (worldbank.org)↩︎
Ukraine: Third Review of the Extended Arrangement Under the Extended Fund Facility (imf.org)↩︎
Kamerstuk 21 501-02.↩︎
Amerikaanse Maagdeneilanden, Amerikaans Samoa, Anguilla, Antigua & Barbuda, Fiji, Guam, Palau, Panama, Rusland, Samoa, Trinidad & Tobago, Vanuatu.↩︎
Armenië, Belize, Britse Maagdeneilanden, Costa Rica, Curaçao, Eswatini, Maleisië, Seychellen, Turkije, Vietnam.↩︎
Kamerstukken II 2023-2024, 2024Z12625, nr. 2571↩︎
Kwartaalrapportage lopende EU-wetgevingsvoorstellen op het terrein van Financiën, mei 2024↩︎