[overzicht] [activiteiten] [ongeplande activiteiten] [besluiten] [commissies] [geschenken] [kamerleden] [kamerstukdossiers] [open vragen]
[toezeggingen] [stemmingen] [verslagen] [🔍 uitgebreid zoeken] [wat is dit?]

Antwoord op vragen van het lid Baudet over onderzoeken of (voormalige) regeringspartijen of politici verbonden aan (voormalige) regeringspartijen zijn gefinancierd met geld uit Oekraïne of de Verenigde Staten

Antwoord schriftelijke vragen

Nummer: 2024D35336, datum: 2024-09-26, bijgewerkt: 2024-10-02 10:06, versie: 3

Directe link naar document (.pdf), link naar pagina op de Tweede Kamer site, officiële HTML versie (ah-tk-20242025-83).

Gerelateerde personen: Bijlagen:

Onderdeel van zaak 2024Z12434:

Preview document (🔗 origineel)


Tweede Kamer der Staten-Generaal 2
Vergaderjaar 2024-2025 Aanhangsel van de Handelingen
Vragen gesteld door de leden der Kamer, met de daarop door de regering gegeven antwoorden

83

Vragen van het lid Baudet (FVD) aan de Minister van Binnenlandse Zaken en Koninkrijksrelaties over onderzoeken of (voormalige) regeringspartijen of politici verbonden aan (voormalige) regeringspartijen zijn gefinancierd met geld uit Oekraïne of de Verenigde Staten (ingezonden 19 augustus 2024).

Antwoord van Minister Uitermark (Binnenlandse Zaken en Koninkrijksrelaties), mede namens de Ministers van Buitenlandse Zaken en van Justitie en Veiligheid (ontvangen 26 september 2024)

Vraag 1

Bent u van mening dat statelijke actoren belang kunnen hebben bij het beïnvloeden van de Nederlandse binnenlandse politiek? Kunt u uw antwoord toelichten?

Antwoord 1

Ja. Veel landen, ook Nederland, hebben beleid en organiseren activiteiten om hun eigen belangen in het buitenland te behartigen en zichzelf in een goed daglicht te zetten. Denk aan publieke diplomatie, lobbyactiviteiten, reclame, promotie-evenementen en netwerkgesprekken. Het staat landen vrij dergelijk beleid te voeren.

Invloed van statelijke actoren wordt onwenselijk zodra het de nationale veiligheidsbelangen van Nederland raakt. Dergelijke ongewenste beïnvloeding is vaak onzichtbaar voor de samenleving, maar kan grote schade toebrengen aan onze open manier van samenleven. Het ondermijnt de democratie en vormt een bedreiging voor de nationale veiligheid. Onze inlichtingendiensten waarschuwen al langere tijd dat inmengingsactiviteiten van andere landen in toenemende mate een bedreiging vormen.1

De Minister van BZK ziet het als haar taak en verantwoordelijkheid om de democratische rechtsstaat en het vrije en open publieke debat te beschermen tegen ongewenste beïnvloeding. Zij vindt het van groot belang dat we ons verder wapenen tegen ongewenste beïnvloeding en het publieke debat versterken, bijvoorbeeld met de recent aangekondigde nieuwe maatregelen tegen de verspreiding van desinformatie.2

Vraag 2

Welke vormen van buitenlandse beïnvloeding worden door de Nederlandse staat erkend en in kaart gebracht? Vallen hieronder ook buitenlandse financiering, het verspreiden van desinformatie, het uitreiken van onderscheidingen aan Nederlandse politici door buitenlandse statelijke actoren en het besturen van denktanks met een specifiek buitenlands landsbelang?

Antwoord 2

Openlijke vormen van beïnvloeding die binnen de grenzen van onze wet- en regelgeving vallen, zoals genoemd in de eerste alinea van het antwoord op vraag 1, worden door de overheid niet in kaart gebracht.

Het is aan de AIVD en de MIVD om onderzoek te doen naar statelijke actoren en de mate waarin zij een bedreiging vormen voor de nationale veiligheid. Daarbij staan spionage, heimelijke beïnvloeding en ongewenste inmenging centraal. Zie verder ook het antwoord op vraag 1.3

Het kabinet heeft daarnaast speciale aandacht voor de ondermijnende impact van heimelijke beïnvloeding van de democratische rechtsstaat. Hier is sprake van wanneer heimelijke beïnvloeding is gericht op het beïnvloeden van verkiezingen, het partijstelsel en volksvertegenwoordiging, het publiek debat, of bestuurders.4 Met wet- en regelgeving heeft de overheid daarom waarborgen ingebouwd om beïnvloeding transparant te maken of tegen te gaan. Een voorbeeld is dat in de Wet financiering politieke partijen is vastgelegd dat giften van niet-Nederlanders aan politieke partijen vanaf 1 januari 2023 niet meer zijn toegestaan. Ook is er een maximumdonatie ingesteld van € 100.000 en dienen giften boven de € 10.000 binnen drie werkdagen gemeld te worden bij het Ministerie van BZK.

Tot slot is toezicht op fracties in de Tweede Kamer of op individuele Kamerleden geregeld in het Reglement van Orde van de Tweede Kamer. Dit reglement bevat ook afspraken ten behoeve van de transparantie van beïnvloeding, zoals het register nevenactiviteiten en belangen.

Vraag 3

Welke statelijke actoren kunnen volgens de Nederlandse staat mogelijk proberen de Nederlandse binnenlandse politiek te beïnvloeden en waarom? Kunt u uw antwoord toelichten?

Antwoord 3

Zie antwoord vraag 1.

Vormen van ongewenste en heimelijke vormen van buitenlandse beïnvloeding staan genoemd in het Dreigingsbeeld Statelijke Actoren 2 en de jaarverslagen van de AIVD en MIVD.5

Zo benoemt de AIVD in het jaarverslag 2023 dat is vastgesteld dat met name Rusland en China gebruikmaken van spionage. Zo ontdekte de AIVD samen met de MIVD dat Russische inlichtingendiensten onopgemerkt toegang probeerden te krijgen tot informatiesystemen van de toeleveringsindustrie van Defensie. De Nederlandse krijgsmacht is interessant voor Russische diensten, mede vanwege de militaire steun die Nederland aan Oekraïne levert sinds de Russische inval in Oekraïne. De Russische inlichtingendiensten zijn ook geïnteresseerd in het Nederlandse overheidsbeleid over Rusland en Oekraïne, en in informatie over de NAVO, de EU en de Nederlandse hightechsector. China probeerde het afgelopen jaar in Nederland aan technologische- en bedrijfsgeheimen te komen die het land kunnen helpen de eigen hoogwaardige kennisindustrie verder te ontwikkelen.

Waar het gaat om heimelijke beïnvloeding heeft de AIVD vastgesteld dat Rusland in 2023 voortdurend probeerde westerse landen in een kwaad daglicht te stellen, onderlinge eenheid te ondermijnen en de sfeer in samenlevingen te beïnvloeden. Zo had Rusland de hand in demonstraties tegen westerse steun aan Oekraïne, die plaatsvonden in Nederland en andere westerse landen. Het doel ervan leek vooral Russen (en sympathisanten) het idee te geven dat er in het Westen veel kritiek is op steun aan Oekraïne. Ook de inlichtingendiensten van enkele andere landen waren in Nederland actief om politieke besluitvorming te beïnvloeden in hun eigen belang.

Vraag 4

Bent u van mening dat Rusland belang kan hebben bij het beïnvloeden van de Nederlandse binnenlandse politiek? Zo ja, waarom? Zo nee, waarom niet?

Antwoord 4

Zie antwoord vragen 1 en 3.

Vraag 5

Bent u van mening dat de Verenigde Staten belang kunnen hebben bij het beïnvloeden van de Nederlandse binnenlandse politiek? Zo ja, waarom? Zo nee, waarom niet?

Antwoord 5

Zie antwoord vragen 1 en 3.

Vraag 6

Bent u van mening dat Oekraïne belang kan hebben bij het beïnvloeden van de Nederlandse binnenlandse politiek? Zo ja, waarom? Zo nee, waarom niet?

Antwoord 6

Zie antwoord vragen 1 en 3.

Vraag 7

Bent u van mening dat in Nederland desinformatie is verspreid over het opblazen van de Nord Stream-pijpleiding, aangezien op 14 augustus jl. openbaar is geworden dat Oekraïners – met ten minste het medeweten van de Oekraïense president Zelensky – achter deze daad van agressie zitten, terwijl – vanaf het eerste moment na de aanslag tot 14 augustus jl. – door vrijwel alle westerse politici, academici en media het narratief werd verspreid dat Rusland de dader zou zijn? Kunt u uw antwoord toelichten?

Antwoord 7

Het kabinet speculeert niet over de toedracht van de explosies bij de Nord Stream pijpleidingen en wacht de resultaten van het Duitse onderzoek naar de toedracht af.

Vraag 8

Bent u op de hoogte van het feit dat voormalig D66-Kamerlid Sjoerd Sjoerdsma een presidentiële onderscheiding heeft gekregen van de Oekraïense autoriteiten – voor zijn «onwrikbare steun» aan Oekraïne in een periode dat zijn partij in de Nederlandse regering zat?6

Antwoord 8

Ja.

Vraag 9

Bent u op de hoogte van het feit dat VVD-Minister en voormalig VVD-Kamerlid, Ruben Brekelmans, en CDA-Kamerlid, Derk Boswijk, lid zijn of waren van de Atlantische Commissie – in elk geval in de periode dat zij Kamerlid waren namens een partij die in de Nederlandse regering zat?7 Bent u op de hoogte van het feit dat de Atlantische Commissie de Nederlandse tak is van de Amerikaanse Atlantic Council – een entiteit die naar eigen zeggen het Amerikaanse wereldwijde leiderschap poogt te versterken?

Antwoord 9

Ten aanzien van het eerste deel van de vraag: ja, daarvan ben ik op de hoogte. De heer Boswijk maakt nog steeds deel uit van het bestuur van de Atlantische Commissie. De heer Brekelmans heeft zijn bestuurslidmaatschap opgezegd bij zijn aantreden als Minister.

Ten aanzien van het tweede deel van de vraag: de Nederlandse Atlantische Commissie is een stichting onder Nederlands recht en heeft dientengevolge een zelfstandig bestuur. De Atlantische Commissie is niet de Nederlandse tak van de Atlantic Council. Er is ook geen operationele relatie. Beide organisaties zijn, net als onder andere de overige nationale Atlantische Commissies, lid van de Atlantic Treaty Association (ATA), een onafhankelijke internationale organisatie die als doel heeft het bevorderen van de Euro-Atlantische waarden en het belang van de NAVO voor het behoud van vrede en stabiliteit.

Vraag 10

Is het in uw ogen wenselijk dat Nederlandse (voormalige) regeringspartijen of politici verbonden aan (voormalige) regeringspartijen desinformatie verspreiden over de motieven achter buitenlandse daden van agressie met enorme internationale gevolgen – in dit geval over de motieven achter het opblazen van de Nord Stream-pijpleiding; dat zij worden onderscheiden door buitenlandse statelijke actoren voor hun «onwrikbare steun» aan die statelijke actor – in dit geval door Oekraïne; of dat zij deel uitmaken van het bestuur van denktanks met een specifiek buitenlands landsbelang – in dit geval dat van de Verenigde Staten? Zo ja, waarom wel? Zo nee, waarom niet?

Antwoord 10

Ten aanzien van het eerste deel van de vraag: Het kabinet speculeert niet over de toedracht van de explosies bij de Nord Stream pijpleidingen en wacht de resultaten van het Duitse onderzoek naar de toedracht af.

Ten aanzien van het tweede deel van de vraag: Het staat politici vrij contacten te leggen met buitenlandse statelijke actoren en denktanks, zolang dit gebeurt binnen de grenzen van onze wet- en regelgeving en de onderling gemaakte afspraken, zoals het reglement van orde van de Tweede Kamer en de Gedragscode Leden van de Tweede Kamer der Staten Generaal. Zie verder het antwoord op vragen 1 en 2.

Vraag 11

Bent u bereid om op korte termijn de Algemene Rekenkamer te vragen om te onderzoeken of en, zo ja, op welke wijze (voormalige) regeringspartijen en politici verbonden aan (voormalige) regeringspartijen in Nederland vanaf 2014 – mede door middel van buitenlandse financiering (financieel of in natura) – zijn beïnvloed door Oekraïne of de Verenigde Staten? Zo nee, waarom niet? Zo ja, bent u bereid de Kamer zo spoedig mogelijk over de uitkomsten van dit onderzoek te informeren? Kunt u uw antwoord toelichten?

Antwoord 11

Het kabinet zal geen onderzoek vragen aan de Algemene Rekenkamer over de gevraagde periode. Sinds 1 januari 2023 is het politieke partijen niet toegestaan giften te ontvangen van niet-Nederlanders.8 Het overzicht van giften en schulden van politieke partijen wordt jaarlijks gepubliceerd op de website van de rijksoverheid.9 Voor verkozen politici geldt dat het volksvertegenwoordigende orgaan zelf bepaalt welke regels er gelden t.a.v. de transparantie van financiering. Zo bepalen het reglement van orde van de Tweede Kamer en de gedragscode leden van de Tweede Kamer der staten generaal bijvoorbeeld dat leden van de Tweede Kamer opgave dienen te doen van inkomsten uit nevenactiviteiten en de ontvangst van giften met een waarde boven de € 50. Ook heeft het Kabinet n.a.v. de motie Timmermans c.s. de afdeling advisering van de Raad van State verzocht om advies over de (on)mogelijkheden van onafhankelijk toezicht op verkozen volksvertegenwoordigers en fracties in de Staten-Generaal.10

Vraag 12

Kunt u deze vragen zo spoedig mogelijk en afzonderlijk van elkaar beantwoorden?

Antwoord 12

Ja.


  1. Zie bijvoorbeeld het AIVD Jaarverslag 2022 (Kamerstukken II 2022–2023, 30 977, nr. 168) en het Dreigingsbeeld Statelijke Actoren (Kamerstukken II 2022–2023, 30 821, nr. 175).↩︎

  2. Kamerstukken II, 2023–2024, 30 821, nr. 230.↩︎

  3. Kamerstukken II, 2022–2023, 30 921, nr. 175, bijlage 2; Kamerstukken II, 2023–2024, 30 977, 173, bijlage 2; Kamerstukken II, 2023–2024, 29 924, nr. 260, bijlage 2.↩︎

  4. Kamerstukken II, 2023–2024, 29 279, nr. 854.↩︎

  5. Kamerstukken II, 2022–2023, 30 921, nr. 175, bijlage 2; Kamerstukken II, 2023–2024, 30 977, 173, bijlage 2; Kamerstukken II, 2023–2024, 29 924, nr. 260, bijlage 2.↩︎

  6. NOS, 15 februari 2024, «Oekraïense onderscheiding voor oud-Kamerlid Sjoerdsma», https://nos.nl/collectie/13965/artikel/2508921-oekraiense-onderscheiding-voor-oud-kamerlid-sjoerdsma↩︎

  7. Jaarverslag Atlantische Commissie 2023, atlantische-commissie-s3-bucket.s3.eu-west-1.amazonaws.com/wp-content/uploads/2024/06/03095408/JAARVERSLAG-2023.pdf↩︎

  8. Wet financiering politieke partijen, Artikel 23a, lid 1↩︎

  9. Zie bijvoorbeeld het overzicht over het jaar 2022 op https://www.rijksoverheid.nl/documenten/jaarverslagen/2023/09/25/overzichten-financiering-politieke-partijen-2022↩︎

  10. Kamerstukken II, 2023/24, 30 821, nr. 210.↩︎