Reactie op verzoek commissie over petitie ‘Verzoek tot aanbieding petitie Koninkrijkspas’
Suriname
Brief regering
Nummer: 2024D36329, datum: 2024-10-02, bijgewerkt: 2024-10-25 13:54, versie: 3
Directe link naar document (.pdf), link naar pagina op de Tweede Kamer site, officiële HTML versie (kst-20361-222).
Gerelateerde personen:- Eerste ondertekenaar: C.C.J. Veldkamp, minister van Buitenlandse Zaken (Ooit Nieuw Sociaal Contract kamerlid)
Onderdeel van kamerstukdossier 20361 -222 Suriname.
Onderdeel van zaak 2024Z14879:
- Indiener: C.C.J. Veldkamp, minister van Buitenlandse Zaken
- Voortouwcommissie: vaste commissie voor Buitenlandse Zaken
- : Suriname (Notaoverleg), vaste commissie voor Buitenlandse Zaken
- 2024-10-03 17:30: Consulaire Zaken (Commissiedebat), vaste commissie voor Buitenlandse Zaken
- 2024-10-08 15:45: Regeling van werkzaamheden (Regeling van werkzaamheden), TK
- 2024-10-09 14:00: Procedurevergadering (Procedurevergadering), vaste commissie voor Buitenlandse Zaken
- 2024-10-23 09:45: Consulaire Zaken (voortzetting) (Commissiedebat), vaste commissie voor Buitenlandse Zaken
Preview document (🔗 origineel)
Tweede Kamer der Staten-Generaal | 2 |
Vergaderjaar 2024-2025 |
20 361 Suriname
Nr. 222 BRIEF VAN DE MINISTER VAN BUITENLANDSE ZAKEN
Aan de Voorzitter van de Tweede Kamer der Staten-Generaal
Den Haag, 2 oktober 2024
De vaste commissie voor Buitenlandse Zaken (hierna: de commissie BZ) heeft in de procedurevergadering van 24 september 2024 verzocht om een reactie per brief op de brief en petitie «Verzoek tot aanbieding petitie Koninkrijkspas» d.d. 27 augustus 2024. De petitie verzoekt om op korte termijn Surinamers die in het Koninkrijk der Nederlanden zijn geboren de mogelijkheid te geven de Koninkrijkspas aan te vragen.
Hierbij bied ik mijn reactie aan op dit verzoek.
Ik onderschrijf de nauwe band tussen het Koninkrijk der Nederlanden en de Republiek Suriname. Vanwege de verbondenheid van onze samenlevingen reizen jaarlijks veel Surinamers naar Nederland en andersom. Onze beide landen hechten hier waarde aan en het is daarmee ook in ieders belang dat de visumdienstverlening zorgvuldig, soepel en snel verloopt. Het Ministerie van Buitenlandse Zaken zet zich hier dagelijks voor in.
Nederland is als Schengenlidstaat gebonden aan de EU-brede regels en afspraken van het Schengengebied. Het Schengensysteem is gebaseerd op gemeenschappelijke afspraken en bindende juridische instrumenten die van toepassing zijn op alle Schengenlidstaten. De bevoegdheid voor het instellen of afschaffen van de visumplicht ligt bij de Europese Commissie. De Europese Commissie kan na een grondig onderzoek besluiten een voorstel hiertoe te doen, dat vervolgens zal worden bestudeerd door alle lidstaten. Het is daarom niet mogelijk voor Nederland om unilateraal een specifieke uitzondering te maken voor Suriname, bijvoorbeeld middels het instellen van een Koninkrijkspas. Door het vrij verkeer van personen binnen het Schengengebied verschaft toegang tot Nederland namelijk ook toegang tot de overige Schengenlidstaten.
Suriname kan in aanmerking komen voor visumliberalisatie door te voldoen aan bepaalde voorwaarden. Nederland steunt en ondersteunt Suriname in het proces van visumliberalisatie. Het initiatief om een verzoek hiertoe in te dienen bij de Europese Commissie ligt echter bij Suriname. Nederland heeft de Surinaamse regering laten weten bereid te zijn om, indien gewenst, ondersteuning te bieden bij het vervullen van deze voorwaarden, bijvoorbeeld door waar mogelijk te assisteren in het leggen van contacten en het onder de aandacht brengen van de wensen van Suriname in dit traject richting de Europese Commissie.
Sinds 2020 hanteren de Schengenlanden een zogenoemd cascade model (progressieve opbouw) voor het afgiftebeleid van visa geldig voor meerdere binnenkomsten (meervoudig visum). Dit kan o.a. als de visumaanvrager kan motiveren regelmatig te zullen reizen en als de integriteit en betrouwbaarheid is aangetoond, met name aan de hand van het juiste gebruik van eerder afgegeven visa. Bij de beoordeling van visumaanvragen maakt Nederland waar mogelijk gebruik van deze ruimte in de Europese regelgeving, gevraagd maar veelal ook ongevraagd. In die gevallen kan de geldigheid van het meervoudige visum oplopen tot maximaal vijf jaar, afhankelijk van de individuele feiten en omstandigheden en de geldigheid van het paspoort van de visumaanvrager. Het aantal meervoudige visa als aandeel van het totaal uitgeven aantal visa aan Surinamers is in de afgelopen jaren toegenomen.
De Minister van Buitenlandse Zaken,
C.C.J. Veldkamp