RSJ-advies Kind-onveiligheid in complexe (ex-) partnerrelaties
Jeugdzorg
Brief regering
Nummer: 2024D37145, datum: 2024-10-07, bijgewerkt: 2024-10-24 09:07, versie: 3
Directe link naar document (.pdf), link naar pagina op de Tweede Kamer site, officiële HTML versie (kst-31839-1026).
Gerelateerde personen:- Eerste ondertekenaar: T.H.D. Struycken, staatssecretaris van Justitie en Veiligheid
- Mede ondertekenaar: I. Coenradie, staatssecretaris van Justitie en Veiligheid
- Beslisnota bij RSJ-advies Kind-onveiligheid in complexe (ex-) partnerrelaties
- Kind-onveiligheid in complexe (ex-) partnerrelaties. Een advies over veiligheidsrisico’s in gezag- en omgangszaken
Onderdeel van kamerstukdossier 31839 -1026 Jeugdzorg.
Onderdeel van zaak 2024Z15230:
- Indiener: T.H.D. Struycken, staatssecretaris van Justitie en Veiligheid
- Medeindiener: I. Coenradie, staatssecretaris van Justitie en Veiligheid
- Voortouwcommissie: vaste commissie voor Justitie en Veiligheid
- 2024-10-09 14:00: Aanvang middagvergadering: Regeling van werkzaamheden (Regeling van werkzaamheden), TK
- 2024-10-24 12:00: Procedures en brieven (Procedurevergadering), vaste commissie voor Justitie en Veiligheid
- 2024-12-05 10:00: Jeugdbescherming (Commissiedebat), vaste commissie voor Justitie en Veiligheid
Preview document (🔗 origineel)
Tweede Kamer der Staten-Generaal | 2 |
Vergaderjaar 2024-2025 |
31 839 Jeugdzorg
31 015 Kindermishandeling
Nr. 1026 BRIEF VAN DE STAATSSECRETARISSEN VAN JUSTITIE EN VEILIGHEID
Aan de Voorzitter van de Tweede Kamer der Staten-Generaal
Den Haag, 7 oktober 2024
Hierbij bieden wij uw Kamer het advies «Kind-onveiligheid in complexe (ex-) partnerrelaties» aan dat op verzoek van het Ministerie van Justitie en Veiligheid door de Raad voor Strafrechtstoepassing en Jeugdbescherming (RSJ) is opgesteld.
De RSJ gaat in dit advies over veiligheidsrisico’s in gezag- en omgangszaken in op knelpunten in de regie en samenwerking, signalering en screening en het hulpaanbod aan kinderen en gezinnen die te maken hebben met geweld in afhankelijkheidsrelaties, waaronder kindermishandeling. Als gevolg van deze knelpunten blijkt het in veel situaties moeilijk om vast te stellen of er sprake is van dermate grote kind-onveiligheid dat omgang met één van beide ouders ontraden moet worden. De RSJ concludeert dat er bij de ketenpartners zeker toenemende aandacht is voor de (on)veiligheid van kinderen in gezag- en omgangskwesties, maar dat dit nog niet altijd voldoende is om kind-onveiligheid te signaleren of te voorkomen.
De aanbevelingen van de RSJ zien onder meer op het verbeteren van de regie en het op een goede manier bij elkaar brengen van informatie door verschillende organisaties in de keten, kennisbevordering over geweld in afhankelijkheidsrelaties en onveiligheid bij kinderen, verbeteren en uniformeren van screening en diagnostiek van kind-onveiligheid en het ontwikkelen van een passend hulpaanbod. Deze aanbevelingen sluiten goed aan bij onder meer het plan van aanpak Stop Femicide, het programma Toekomstscenario Kind- en Gezinsbescherming en het versterken van de vroegtijdige samenwerking rond huiselijk geweld en kindermishandeling in de aanpak Veiligheid Voorop. In de context van die programma’s en samenwerkingsverbanden zullen de aanbevelingen van de RSJ expliciet aan de orde komen en worden meegenomen.
De RSJ constateert in het advies dat er recent bij de rechtspraak en andere organisaties toenemende aandacht is voor geweld in afhankelijkheidsrelaties en de ongelijke positie die tussen ouders kan bestaan. Inzetten op gezamenlijkheid is niet altijd meer het uitgangspunt. Rechters zijn tot het voortschrijdende inzicht gekomen dat geweld in sommige situaties na een scheiding kan verergeren en dat interventies zoals mediation in het geval van intieme terreur contraproductief werken, aldus de RSJ. In het advies wordt een recente uitspraak van het Gerechtshof Arnhem-Leeuwarden geciteerd: «Voor het hof betekent dit dat het bij de beslissingen over de omgang er rekening mee zal houden dat de rechten en de veiligheid van de moeder en de minderjarige gewaarborgd zijn».
De focus in dit RSJ-advies ligt vooral op (on)veiligheid van kinderen. Belangrijke vragen over het voorkomen en tegengaan van geweld door (ex-)partners in de context van de toepassing van het familierecht zijn daarmee nog onvoldoende beantwoord. Hoe kan er in beslissingen over gezag en omgang beter rekening worden gehouden met veiligheidsrisico’s door (signalen van) huiselijk geweld? Welke knelpunten en mogelijke oplossingen zijn er?
Het Verwey-Jonker Instituut is recent gestart met een onderzoek naar hoe huiselijk geweld als factor wordt meegewogen in beslissingen over gezag en omgang onder de titel «Waar geweld uit beeld raakt». In dat onderzoek worden onder meer advocaten bevraagd rond dit thema. Daarmee verwachten we dat scherper in beeld komt hoe in de familierechtspraak wordt omgegaan met huiselijk geweld en bovengenoemde vragen kunnen worden beantwoord. We wachten de uitkomsten van dit onderzoek af en zullen u hierover voor de zomer van 2025 informeren in de voortgangsbrief over het plan van aanpak Stop Femicide.
De Staatssecretaris van Justitie en Veiligheid,
T.H.D. Struycken
De Staatssecretaris van Justitie en Veiligheid,
I. Coenradie