De studie naar de ervaringen van Joodse en Israëlische studenten en medewerkers tijdens de protesten na 7 oktober
Schriftelijke vragen
Nummer: 2024D38114, datum: 2024-10-11, bijgewerkt: 2024-10-22 15:24, versie: 2
Directe link naar document (.pdf), link naar pagina op de Tweede Kamer site, officiële HTML versie (kv-tk-2024Z15685).
Gerelateerde personen:- Eerste ondertekenaar: C. Stoffer, Tweede Kamerlid (SGP)
Onderdeel van zaak 2024Z15685:
- Gericht aan: E.E.W. Bruins, minister van Onderwijs, Cultuur en Wetenschap
- Indiener: C. Stoffer, Tweede Kamerlid
- Voortouwcommissie: TK
Preview document (🔗 origineel)
Tweede Kamer der Staten-Generaal | 2 |
Vergaderjaar 2024-2025 | Vragen gesteld door de leden der Kamer |
2024Z15685
Vragen van het lid Stoffer (SGP) aan de Minister van Onderwijs, Cultuur en Wetenschap over de studie naar de ervaringen van Joodse en Israëlische studenten en medewerkers tijdens de protesten na 7 oktober (ingezonden 11 oktober 2024).
Vraag 1
Bent u bekend met de studie naar de ervaringen van Joodse en Israëlische studenten en medewerkers tijdens de protesten na 7 oktober?1
Vraag 2
Deelt u de constatering dat het hoger onderwijs, gelet op het beeld uit deze studie, kennelijk niet in staat is de basale veiligheid van alle studenten te waarborgen? Hoe reageert u op de bevinding dat een substantieel deel van de Joodse studenten zelfs te maken heeft met intimidatie, pesterijen en haatzaaiende uitingen?
Vraag 3
In hoeverre zijn de klachten en incidenten uit dit onderzoek te herkennen in de informatie die de instellingen zelf rapporteren als het gaat om de veiligheid van Joodse studenten? Is binnen de instellingen een toereikende systematiek van signalering en behandeling van misstanden aanwezig die recht doet aan deze problematiek?
Vraag 4
In hoeverre zijn de zorgen over de veiligheid van Joodse studenten in de afgelopen periode onderwerp van gesprek geweest tussen studentenraden en instellingen? Heeft u over deze zorgen gesproken met studentenorganisaties?
Vraag 5
Deelt u de suggestie van de onderzoekers dat instellingen sterkere, meer ondersteunende maatregelen moeten nemen om antisemitisme op de campus te bestrijden? Welke maatregelen staat daarbij voor u centraal?
Vraag 6
Hoe zorgt u ervoor dat de instellingsmonitor sociale veiligheid met spoed geïmplementeerd wordt, zoals afgesproken in het bestuursakkoord uit 2022? Vindt u ook dat incidenten, net als in het middelbaar beroepsonderwijs, op gelijke wijze met gelijke categorieën geregistreerd zouden moeten worden door instellingen?
Vraag 7
Onderkent u dat het gelet op de aard van de problematiek niet toereikend is om instellingen in algemene zin te laten registreren en rapporteren over discriminatieklachten? Bent u voornemens ook specifiek te kijken naar de registratie van antisemitische incidenten in het kader van het wetsvoorstel over sociale veiligheid?
Vraag 8
Bent u bereid een stuurgroep antisemitisme in het hoger onderwijs in te richten met experts ten aanzien van sociale veiligheid en antisemitisme? Hoe voorziet u erin dat instellingen gebruik maken van de expertise van de Nationaal coördinator antisemitismebestrijding?
EW Magazine, d.d. 4 oktober 2024, «Onderzoek: op welke universiteit voelen Joden zich nog veilig?», https://www.ewmagazine.nl/nederland/achtergrond/2024/10/onderzoek-op-welke-universiteit-voelen-joden-zich-nog-veilig-1433349/↩︎