Reactie op verzoek commissie over de petitie van de Koninklijke Hondenbescherming voor betaalbare dierenartszorg
Dierenwelzijn
Brief regering
Nummer: 2024D39609, datum: 2024-10-18, bijgewerkt: 2024-11-05 09:23, versie: 2
Directe link naar document (.docx), link naar pagina op de Tweede Kamer site.
Gerelateerde personen:- Eerste ondertekenaar: J.F. Rummenie, staatssecretaris van Landbouw, Visserij, Voedselzekerheid en Natuur
Onderdeel van kamerstukdossier 28286 -1351 Dierenwelzijn.
Onderdeel van zaak 2024Z16388:
- Indiener: J.F. Rummenie, staatssecretaris van Landbouw, Visserij, Voedselzekerheid en Natuur
- Voortouwcommissie: vaste commissie voor Landbouw, Visserij, Voedselzekerheid en Natuur
- 2024-10-22 15:45: Regeling van werkzaamheden (Regeling van werkzaamheden), TK
- 2024-10-23 13:00: Dieren buiten de veehouderij (Commissiedebat), vaste commissie voor Landbouw, Visserij, Voedselzekerheid en Natuur
- 2024-11-13 11:15: Procedurevergadering LVVN (Procedurevergadering), vaste commissie voor Landbouw, Visserij, Voedselzekerheid en Natuur
Preview document (🔗 origineel)
28286 Dierenwelzijn
Nr. 1351 Brief van de staatssecretaris van Landbouw, Visserij, Voedselzekerheid en Natuur
Aan de Voorzitter van de Tweede Kamer der Staten-Generaal
Den Haag, 18 oktober 2024
Hierbij stuur ik u de reactie op de petitie van de Koninklijke Hondenbescherming te Den Haag, zoals door u verzocht op 6 september 2024, met kenmerk 2024Z12108/2024D31501.
De Koninklijke Hondenbescherming pleit in deze petitie voor betaalbare dierenartszorg en doet daarvoor drie voorstellen:
Maximumprijzen voor basiszorg dierenartsbehandelingen en een rem op buitenlandse investeerders.
Verlaging van het btw-tarief van 21% naar 9%.
Meer dierenartsen in het vak krijgen en houden
Ik neem de zorgen zoals verwoord door de Koninklijke Hondenbescherming over de stijgende prijzen van de diergeneeskundige zorg serieus. De markt voor diergeneeskundige zorg is een vrije markt, waarin dierenartspraktijken zelf hun prijzen vaststellen. In deze markt is de afgelopen decennia veel veranderd. Eventuele stijging van prijzen kan afhankelijk zijn van veel factoren. Het is van belang eerst een goed en objectief beeld te krijgen van de prijsontwikkeling in de diergeneeskundige zorg en de oorzaken daarvan.
De voormalig minister van LNV heeft u daarom in de Kamerbrief van 10 juni 20241 toegelicht welke acties er op dit moment in gang zijn gezet, in reactie op de brede zorgen en signalen over mogelijke prijsstijgingen, de mogelijke rol van ketenvorming daarbij, en de betaalbaarheid van zorg. Zo voert het onderzoeksbureau Ecorys op dit moment een onderzoek uit naar de prijsontwikkeling in de diergeneeskundige zorg. Daarnaast laat ik een externe analyse uitvoeren naar maatregelen die ter regulering van de bekostiging of de ketenvorming in de diergeneeskundige zorg zijn genomen, of zijn overwogen in meerdere relevante lidstaten en derde landen. Ten slotte werk ik, samen met de minister van EZ, aan een verkenning naar de mogelijkheden die de overheid heeft om prijzen en ketenvorming te reguleren.
De verschillende lopende acties zijn erop gericht de feitelijke en economische situatie rondom de diergeneeskundige zorg in beeld te brengen en te bezien wat er nodig is en welke rol en verantwoordelijkheid er ligt voor de eigenaar, de dierenarts en de overheid. Ik verwacht u voor het eind van dit jaar te kunnen informeren over zowel de uitkomsten van het onderzoek naar de prijsontwikkeling, de buitenlandanalyse, als de stand van zaken van de hiervoor genoemde verkenning naar de mogelijkheden die de overheid heeft om prijzen en ketenvorming te reguleren. Deze uitkomsten zijn van belang om te bepalen welke vervolgstappen gezet kunnen worden. Op basis van de resultaten zal worden bezien of en zo ja, welke maatregelen nodig en effectief kunnen zijn. Over de uitkomsten van deze verschillende acties zal ik ook in overleg gaan met stakeholders.
In de Kamerbrief van 10 juni 2024 wordt ook ingegaan op de verlaging van de werkdruk en de mogelijkheden om meer dierenartsen in het vak te krijgen en behouden, ter uitvoering van de aangenomen motie van het lid Beckerman2 terzake. Voor dit onderwerp verwijs ik u derhalve naar voornoemde brief.
De staatssecretaris van Landbouw, Visserij, Voedselzekerheid en Natuur,
J.F. Rummenie