Preview document (🔗 origineel)

---

31 490 Vernieuwing van de rijksdienst

Nr. 348 Brief van de minister van Binnenlandse Zaken en Koninkrijksrelaties

Aan de Voorzitter van de Tweede Kamer der Staten-Generaal

Den Haag, 4 november 2024

Hierbij bied ik u ter kennisneming aan de herziene Leidraad externe commissies 2024.

Deze Leidraad biedt een praktische handreiking die de ministeries de weg wijst bij het instellen van een onafhankelijke commissie, niet zijnde een adviescollege in de zin van de Kaderwet adviescolleges. Dat zijn bijvoorbeeld onderzoeks- of begeleidingscommissies, of commissies die adviseren over de uitvoering van beleid.

Door middel van deze leidraad wordt – bij gebrek aan kaderstellende wetgeving voor het instellen en de werkwijze van dit type commissies - bijgedragen aan standaardisering en transparantie.
Een eerdere leidraad, uit 2018, was op een aantal punten verouderd. Daarnaast was het wenselijk de leidraad aan te vullen met een bepaling over de werkwijze van onderzoekscommissies. Deze bepaling is toegevoegd in aansluiting op mijn brief aan uw Kamer van 1 oktober 2021.¹ Voor onderzoekscommissies wordt nu expliciet in het model bepaald dat wordt gewerkt volgens de principes en normen voor goede onderzoekspraktijken, zoals neergelegd in de Nederlandse gedragscode wetenschappelijke integriteit 2018. Daarmee is een betere verankering van deze principes en normen beoogd.
Daarnaast zijn suggesties van de Algemene Rekenkamer over diversiteit in adviescolleges² verwerkt in deze leidraad, zodat daarmee ook rekening wordt gehouden bij de samenstelling van de in deze leidraad bedoelde commissies.

De minister van Binnenlandse Zaken en Koninkrijksrelaties,

J.J.M. Uitermark

---

1. Kamerstuk 31 490, nr. 306↩︎

2. Bijlage bij de brief van 29 juni 2020 (bijlage bij Kamerstuk 31490, nr. 280) met een nadere reflectie op het rapport ‘Diversiteit in vaste adviescolleges van de regering’ van de Algemene Rekenkamer, Kamerstuk 28101, nr. 16.↩︎