Lijst van vragen en antwoorden over financiering van het mkb
Bedrijfslevenbeleid
Lijst van vragen en antwoorden
Nummer: 2024D43186, datum: 2024-11-11, bijgewerkt: 2024-11-13 17:16, versie: 3
Directe link naar document (.docx), link naar pagina op de Tweede Kamer site.
Gerelateerde personen:- Eerste ondertekenaar: I.J.M. Michon-Derkzen, voorzitter van de vaste commissie voor Economische Zaken (VVD)
- Mede ondertekenaar: C.M. Teske, adjunct-griffier
Onderdeel van kamerstukdossier 32637 -655 Bedrijfslevenbeleid.
Onderdeel van zaak 2024Z18056:
- Indiener: D.S. Beljaarts, minister van Economische Zaken
- Voortouwcommissie: vaste commissie voor Economische Zaken
- 2024-11-13 13:55: Aanvang middagvergadering: Regeling van werkzaamheden (Regeling van werkzaamheden), TK
- 2024-11-19 17:30: Procedurevergadering vaste commissie voor Economische Zaken (Procedurevergadering), vaste commissie voor Economische Zaken
Preview document (🔗 origineel)
32 637 Bedrijfslevenbeleid
Nr. 655 Lijst van vragen en antwoorden Vastgesteld 11 november 2024
De vaste commissie voor Economische Zaken en Klimaat heeft een aantal vragen voorgelegd aan de minister van Economische Zaken en over financiering van het mkb.
De minister heeft deze vragen beantwoord bij brief van 11 november 2024. Vragen en antwoorden, voorzien van een inleiding, zijn hierna afgedrukt.
De voorzitter van de commissie,
Michon-Derkzen
Adjunct-griffier van de commissie,
Teske
Inleiding
Hierbij zend ik u de antwoorden op de vragen van de vaste commissie voor Economische Zaken over financiering aan het mkb (kenmerk: 2024D33855; ingezonden: 18 september 2024). Een deel van de vragen, vragen 4, 5, 6, 8, 11, 16 t/m 30 en 46 liggen primair op het terrein van de minister van Financiën. De beantwoording van de vragen is daarom mede namens de minister van Financiën gegeven.
De minister van Economische Zaken,
D.S. Beljaarts
Vragen en antwoorden
1
Waarom kunnen kredietunies (met meer specifieke branchekennis)
wel financieringen doen tot 1 miljoen euro terwijl banken dit minder
doen?
Antwoord
Er zijn verschillende kredietunies, regionaal of branchegericht. Een kredietunie kenmerkt zich door dat ondernemers in een branche of regio geld inleggen om andere ondernemers in diezelfde branche respectievelijk regio te kunnen financieren. De betrokkenen ondernemers zetten hun middelen, contacten, kennis en ervaring in om collega-ondernemers in de eigen regio of branche vooruit te helpen. Daardoor heeft een kredietunie kennis in huis over branche/regio en de financieringsexpertise georganiseerd. Kredietunies hebben daardoor lage kosten voor het beoordelen en verstrekken van een krediet.
2
Hoe kijkt u aan tegen het kredietpaspoort van het Instituut voor het Midden- en Kleinbedrijf (IMK) waarmee ondernemers zelf met een kredietwaardigheidsrapport bij banken aan kunnen kloppen?
Antwoord
Informatie-asymmetrie is een aandachtspunt in de mkb financieringsmarkt. Het is belangrijk dat ondernemer en financier goed geïnformeerd en op gelijke voet met elkaar in gesprek kunnen over ondernemings- en financieringsplannen. Het kredietpaspoort van het Instituut voor het Midden- en Kleinbedrijf (IMK) is een privaat initiatief waar mkb’ers gebruik van kunnen maken om hun kredietscore in te schatten volgens een gestandaardiseerd kredietbeoordelingssysteem. Dit kan ondernemers die op zoek zijn naar externe financiering helpen hun eigen kredietwaardigheid te beoordelen. Ik moedig dergelijke private initiatieven daarom aan. Ook in het rapport van de Gezant MKB-Financiering is aandacht voor het beter beschikbaar stellen van informatie voor financiers. Een reactie op het rapport van de gezant stuur ik in november naar de Kamer.
3
Hoe kan het dat het bedrijfsleven ervaart dat banken weinig zicht hebben op de kredietwaardigheid van het bedrijfsleven?
Antwoord
Banken hebben juist goed zicht op de kredietwaardigheid van bedrijven. Ze beschikken over professionele kredietscoringsmodellen, uitgebreide bankrekeningdata om deze modellen mee te voeden en expertise gericht op het kredietverleningsproces. Dit kredietverleningsproces maakt immers onderdeel uit van het businessmodel van een bank. Bij kredietverlening zal echter iedere financier -bank of anderszins- een afweging maken tussen risico en rendement.
4
Hoe kijkt u naar het feit dat banken enorm veel regels en eisen ervaren waaraan zij moeten voldoen bij het verstrekken van een financiering?
Antwoord
Voor het verstrekken van financieringen zijn regels opgesteld. Prudentiële regels hebben als primaire doel het borgen van stabiliteit van financiële instellingen en het financiële systeem. Deze regels zorgen ervoor dat iedereen veilig gebruik kan maken van de diensten van banken. Ook maken deze regels het financiële systeem robuust. Het maakt banken weerbaarder, zodat zij ook in economisch mindere tijden hun kritieke maatschappelijke functies, zoals financiering aan het bedrijfsleven, kunnen blijven uitoefenen en zij niet gered hoeven te worden met publiek geld.
5
Zijn banken helemaal vrij om zelf hun aanbod te bepalen, aangezien uit gesprekken met banken blijkt dat zij weinig rendement maken op financieringen tot 100 duizend euro?
Antwoord
Ja, die contractsvrijheid heeft een bank.
6
Hoe kijkt u aan tegen het speelveld van banken op de financieringsmarkt, is er voldoende concurrentie?
Antwoord
Ik vind het belangrijk dat er voldoende concurrentie is op de financieringsmarkt en heb hier aandacht voor. Voldoende concurrentie zorgt ervoor dat er geen excessieve winstmarges worden behaald op individuele producten en diensten en ondersteunt op die manier optimaal de behoeften van huishoudens en bedrijven. Onderzoek van De Nederlandsche Bank (DNB) laat zien dat de financieringsmarkt voor bedrijven wordt gekenmerkt door een dominante positie van de drie Nederlandse grootbanken, te weten ING, Rabobank en ABN AMRO.1 Het Interdepartementaal Beleidsonderzoek (IBO) Bedrijfsfinanciering, dat recent aan de Tweede Kamer is gestuurd, beschrijft dat het aandeel van buitenlandse banken in de totale kredietverstrekking aan het bedrijfsleven de afgelopen jaren wel is gegroeid (19% in 2023 t.o.v. 12% in 2014).2 Bovendien kunnen banken in toenemende mate ook concurrentiedruk ondervinden vanuit non-bancaire financiële instellingen die alternatieve financieringsvormen aanbieden. Hierbij kan gedacht worden aan de uitgifte van aandelen of obligaties door het grootbedrijf, en financieringsoplossingen zoals lease, factoring, private equity, durfkapitaal, direct lending en crowdfunding voor het mkb.
Het is niet eenvoudig om eenduidige conclusies te trekken over de mate van concurrentie in de Nederlandse financieringsmarkt. Winstmarges op individuele producten en diensten zijn bedrijfsvertrouwelijk en vaak lastig vergelijkbaar. De hoge concentratie (c.q. de dominante positie van de grootbanken) is niet per definitie een signaal van onvoldoende concurrentie. Wel concludeert het IBO Bedrijfsfinanciering dat een te grote afhankelijkheid van een beperkt aantal banken kan leiden tot suboptimale uitkomsten voor bedrijven, bijvoorbeeld hogere rentes op bancaire leningen.
Om voldoende concurrentie te kunnen faciliteren vind ik het van belang om in te blijven zetten op een goed vestigingsklimaat. Nieuwe toetreders, zoals non-bancaire financiers, kunnen de concurrentiedynamiek op de Nederlandse financieringsmarkt vergroten. Daarnaast wordt op internationaal niveau gesproken over een Europese kapitaalmarktunie, wat kan bijdragen aan kapitaalmarkten die opener en toegankelijker zijn en daarmee concurrentie tussen aanbieders van financieringsoplossingen kan bevorderen.
7
Welke mogelijkheden ziet u voor het verbinden, verbeteren en aanvullen van de midden- en kleinbedrijfsfinanciering (mkb financiering) tot 1 miljoen euro?
Antwoord
Het IBO Bedrijfsfinanciering constateert een knelpunt in de mkb-financieringsmarkt tot 1 miljoen euro en stelt een aantal beleidsopties vast die deze knelpunten kunnen verlichten. Ook het recent door de Gezant MKB-Financiering aangedragen rapport doet aanbevelingen ter verbetering van de financiering voor deze financieringen. In november volgt een reactie op zowel het IBO als de aanbevelingen van de Gezant.
Daarnaast zet ik in op voorlichting van de financieringsmogelijkheden via de Financieringsgids die dit jaar operationeel zal zijn bij de KVK. Via het reguliere financieringsinstrumentarium worden de financieringsmogelijkheden verbeterd zoals via garantieregelingen, Qredits, het Dutch Alternative Credit Instrument (DACI). De ontwikkeling van de non-bancaire financieringsmarkt is ook belangrijk zodat ondernemers meer financieringsmogelijkheden hebben, daarom ondersteun ik de Stichting MKB Financiering (SMF) financieel.
Tot slot wordt, conform moties Romke De Jong c.s. (Kamerstuk 32 637, nr. 580) en v/d Graaf – Stoffer (Kamerstuk 36 410 XIII, nr. 63), onderzoek gedaan naar een achtergesteld leningenfonds voor het mkb en een durfkapitaalregeling voor het mkb. De onderzoeksresultaten worden eind dit jaar verwacht en zullen uiterlijk in het eerste kwartaal van 2025 met de Kamer worden gedeeld.
8
Welke financiële wet- en regelgeving belemmert of beperkt de mkb-financiering tot 1 miljoen euro?
Antwoord
Wet- en regelgeving kan effect hebben op bedrijfsfinanciering. De impact hiervan is niet gemakkelijk te duiden omdat het moeilijk is om te onderscheiden welke kosten direct voortvloeien uit de regelgeving en welke kosten behoren tot het reguliere risicomanagement van een bank of andere kredietverlener.
Er is geen aanleiding om te veronderstellen dat de kapitaaleisen voor banken leiden tot afnemende kredietverlening. Dit blijkt uit het recent gepubliceerde IBO Bedrijfsfinanciering, waarin staat dat uit economische literatuur blijkt dat er momenteel geen indicatie is dat kapitaaleisen hebben geleid tot afnemende kredietverlening en dat dit beeld werd bevestigd in de gevoerde gesprekken. De kapitaaleisen voor banken komen voort uit internationale afspraken (‘de Bazel-standaarden’) over de hoeveelheid kapitaal en liquiditeit die banken moeten aanhouden om deze banken en het bancaire systeem weerbaar te houden en overheidsingrijpen te voorkomen. Bancaire activiteiten gaan immers inherent gepaard met risico’s, onder andere op het gebied van liquiditeit, krediet en rente. Deze kapitaalvereisten beïnvloeden de hoeveelheid geld die banken beschikbaar hebben voor leningen en de kosten daarvan, maar zijn in Europese wetgeving voor MKB-leningen al met 24% verlaagd t.o.v. de internationale standaarden.
Uit de regelgeving voor banken volgen ook vereisten inzake adequaat risicobeheer. Ter invulling daarvan heeft de Europese Bankenautoriteit richtsnoeren opgesteld over het verstrekken en monitoren van leningen. Deze richtsnoeren geven onder meer richting aan het proces van de beoordeling van de financiële positie en kredietwaardigheid van bedrijven. Om dit te doen, moeten banken gedetailleerde en actuele financiële informatie van hun klanten verzamelen en regelmatig bijwerken. Dit betekent dat bedrijven vaak extra documenten moeten aanleveren, boven op de documenten die banken al vroegen voor hun reguliere risicobeheer. Hoewel ook de impact hiervan op bedrijfsfinanciering niet goed kan worden vastgesteld, geldt in het bijzonder voor het (kleinere) mkb dat het aanleveren van deze informatie tijdrovend kan zijn.
Tot slot wordt vanuit de bankensector aangegeven dat de verplichtingen die volgen uit de anti-witwasregelgeving impact hebben. Anti-witwasregelgeving is cruciaal voor het voorkomen van witwaspraktijken en andere soorten crimineel misbruik van het financieel systeem. Uit het IBO Bedrijfsfinanciering zijn geen concrete bewijzen voortgekomen dat de anti-witwasregelgeving daadwerkelijk impact heeft op mkb financiering. Wel krijgt het kabinet signalen dat een opeenstapeling van verplichtingen die volgen uit de Wet ter voorkoming van witwassen en financieren van terrorisme (Wwft) een groeiende kostenpost is en mogelijk effect heeft op toegang tot mkb financiering. Hier kom ik verder op terug in de reactie op het IBO Bedrijfsfinanciering dat in november aan uw Kamer zal worden aangeboden.
9
Waarom is er in Nederland weinig durfkapitaal beschikbaar en hoe kan dat worden gestimuleerd?
Antwoord
Uit het IBO bedrijfsfinanciering blijkt dat de financieringsmarkt en het huidige financieringsinstrumentarium op hoofdlijnen goed functioneert, dat geldt ook voor durfkapitaal. De meta-evaluatie die recent met uw Kamer is gedeeld3 schetst een vergelijkbaar beeld, en signaleert met name uitdagingen in de zeer vroege fase voor scale-ups en grote tickets. Beperkte beschikbaarheid van durfkapitaal komt voornamelijk doordat private kapitaalverstrekkers doorgaans risico-avers zijn en daarmee beperkt investeren in risicovolle bedrijven. Om de beschikbaarheid van voldoende durfkapitaal in de vroege fase te borgen heeft de overheid financieringsinstrumenten opgezet zoals de Seed Capital regeling en Vroege Fase Financiering voor startups, die de toegang tot financiering voor startende en snelgroeiende tech-bedrijven verbeteren. Daarnaast investeert het kabinet via Invest-NL en Regionale Ontwikkelingsmaatschappijen (ROM’s) in innovatieve bedrijven. Zij hebben een aanzienlijk investeringsvermogen, dat voor een groot deel wordt ingezet voor de scale-up fase. Daarnaast heeft het kabinet € 900 miljoen aan additionele middelen voor Invest-NL vrijgemaakt waarmee de slagkracht van de instelling wordt vergroot en wat bijdraagt aan investeringen in onder andere de doorgroei van startups naar scale-ups. Met fondsen zoals het Deep Tech Fonds, het in 2020 opgerichte Dutch Future fund en fonds-in-fonds initiatieven zoals het Dutch Venture Initiative en deelname aan het European Tech Champions Initiative (ETCI) verbetert het kabinet de beschikbaarheid van investeringsfondsen voor startups en scale-ups.
10
Hoe kunnen banken weer meer bijdragen aan het financieren van het mkb?
Antwoord
Ten eerste dragen banken hier direct aan bij door het verstrekken van financiering. Banken zijn de grootste financier van het mkb.
Daarnaast zijn de banken medeondertekenaars van het nationaal convenant MKB-financiering. Op de aanbevelingen uit het rapport van de gezant Menno Snel kom ik terug in de kabinetsreactie op het IBO bedrijfsfinanciering die in november naar de Kamer verstuurd zal worden.
11
Welke mogelijkheden biedt de kapitaalmarktunie voor de verbetering van de financiering van het mkb? Welke plannen zijn er in het kader van de kapitaalmarktunie die de financiering voor het mkb daadwerkelijk kunnen verbeteren?
Antwoord
Diepe, toegankelijke en geïntegreerde Europese kapitaalmarkten dragen bij aan een betere beschikbaarheid van financiering. Acties voor betere financiering van het mkb zijn met name gericht op het faciliteren van eigenvermogenfinanciering (equity). In de EU blijft dit soort financiering achter en vindt financiering met name via bancaire leningen plaats. Betere toegang tot durfkapitaal en een beursnotering bieden mkb-ondernemers, in het bijzonder innovatieve start- en scale-ups, meer groeimogelijkheden.
Binnen de ontwikkeling van de kapitaalmarktunie zijn reeds belangrijke stappen gezet ten behoeve van het mkb. Zo wordt met de recent aangenomen Europese Listing Act beoogd de administratieve lasten voor beursnoteringen te verminderen. Hiervan profiteert onder meer het mkb door vereenvoudiging en daarmee betere toegang tot de kapitaalmarkten.
12
Wat doen andere landen in het kader van de financiering van het mkb beter en wat kunnen we van hen leren?
Antwoord
In recente onderzoeken van PWC4 en Oliver Wyman5 is naar mkb financieringsbeleid in een aantal buurlanden gekeken. Uit die analyses kwam naar voren dat de Borgstelling MKB-kredieten (BMKB) mogelijk geoptimaliseerd kan worden door de provisie te verlagen, vergelijkbaar met bijvoorbeeld garantieproducten in Polen en België. Ook kan worden overwogen om garanties op portefeuilles te verstrekken in plaats van op individuele leningen. Zo zijn vergelijkbare producten in het Verenigd Koninkrijk ingericht. Daarnaast zou een eventuele opvolger van het Dutch Alternative Finance Instrument (DACI), wat non-bancaire financiers helpt in het aantrekken van funding, nog beter aan kunnen sluiten bij de markt. De Britse British Businness Bank heeft hier met het ENABLE Funding-programma ervaring mee. In november ontvangt uw Kamer de kabinetsreactie op het IBO bedrijfsfinanciering, waarin ik hier op inga.
13
Wanneer komt de kabinetsreactie op het rapport van de gezant mkb-financiering?
Antwoord
In november, tegelijk met de kabinetsreactie op het IBO bedrijfsfinanciering.
14
Hoe kunt u bijdragen aan concretisering van de aanbevelingen in het rapport?
Antwoord
Om de aanbevelingen van het rapport te concretiseren en op te volgen heb ik de aanstelling van de Gezant MKB-Financiering verlengd tot het zomerreces van 2025. De aanbevelingen van de Gezant zal ik per kabinetsreactie in november appreciëren en zal ik aangeven hoe deze worden opgevolgd.
15
Hoe kan het doorverwijzen van banken naar andere (combinaties van) financieringsmogelijkheden worden gestimuleerd?
Antwoord
Binnen de Gedragscode Klein Zakelijke Financiering van de Nederlandse Vereniging van Banken (NVB) is afgesproken dat banken informatie beschikbaar stellen voor klanten van wie de bank de financieringsaanvraag helemaal of deels afwijst. De manier waarop en naar welke partijen banken klanten doorverwijzen verschilt per bank. Jaarlijks vindt er, in opdracht van de NVB, monitoring plaats of de gedragscode wordt gehanteerd.
Daarnaast wordt op dit moment gewerkt aan de FinancieringsGids. Belangrijk bij de doorverwijzing naar andere financieringsmogelijkheden, door banken maar ook door andere financiers, is dat de doorverwijssystematiek overzichtelijk en transparant is voor de ondernemer. Er moet geen ‘kastje naar de muur’ dynamiek of willekeur ontstaan. De FinancieringsGids is niet alleen een centraal oriëntatiepunt voor de ondernemer, met hands-on financieringsadvies indien nodig, maar ook een betrouwbaar referentiepunt voor de financier om naar te verwijzen vanuit het oogpunt van klantbelang. Duidelijke afspraken over wanneer en hoe wordt doorverwezen -bij uiteenlopende maturiteit van ondernemingsplannen- zijn daarbij ook cruciaal om te zorgen dat de FinancieringsGids mensen en middelen optimaal kan aanwenden. Tot slot moeten deze afspraken worden vastgelegd en gemonitord.
16
Bent u bekend met een lijst die gehanteerd wordt door banken waarop de Standaard Bedrijfsindeling (SBI) voor bedrijven staat, waar op basis van deze SBI-code negatief door een bank besloten kan worden tot het overgaan van het openen van een account?
Antwoord
De NVB geeft desgevraagd aan dat er geen algemene lijst met SBI-codes bestaat waar banken standaard negatief over besluiten. Iedere bank bepaalt haar eigen individuele risicobereidheid.
17
Als u bekend bent met deze lijst (zie vraag 16), kunt u dan de meest actuele lijst die gehanteerd wordt met de Kamer delen?
Antwoord
Zie het antwoord op vraag 16.
18
Ziet u ook dat op basis van een SBI-code nooit een besluit genomen kan en mag worden voor het wel of niet overgaan tot het openen van een account?
Antwoord
De Wet ter voorkoming van witwassen en financieren van terrorisme (Wwft) biedt geen basis voor het generiek weigeren van dienstverlening op basis van SBI-codes. Op grond van de Wwft moeten banken individueel cliëntonderzoek uitvoeren en indien zij bij een specifieke client witwasrisico’s vaststellen moeten zij mitigerende maatregelen treffen die passen bij de risico’s van de specifieke client.
19
Bent u op de hoogte dat banken ondernemers die ook over de grens ondernemen en daar contant geld ontvangen het advies krijgen om dan in bijvoorbeeld Duitsland een rekening te openen?
20
Ziet u ook in dat dit onnodige kosten en regeldruk voor die ondernemers veroorzaakt en dat wij letterlijk het geld het land uitsturen?
Antwoord vragen 19 en 20
Ik ben bekend met het gegeven dat sommige ondernemers uit sectoren met een hoog risico op witwassen en relatief hoge contante geldstromen belemmeringen ervaren met de toegang tot het betalingsverkeer. Contante geldstromen hebben twee kanten: aan de ene kant is contant geld een wettig betaalmiddel en dient de toegankelijkheid van contant geld gewaarborgd te worden. Aan de andere kant kan de samenleving haar ogen niet sluiten voor het gegeven dat er hoge witwasrisico’s kleven aan contant geld. Dit blijkt niet alleen uit de praktijk van de opsporingsinstanties, maar ook uit verschillende studies.6 Er zal daarom een balans getroffen moeten worden tussen aan de ene kant het effectief mitigeren van de witwasrisico’s en aan de andere kant de toegang van bonafide burgers tot contant geld waarborgen.
Om deze balans te waarborgen, is het ministerie van Financiën al geruime tijd in gesprek met verschillende sectoren die belemmeringen ervaren tot het betalingsverkeer, de NVB en De Nederlandsche Bank. Deze gesprekken hebben geleid tot verschillende acties waarover gerapporteerd is aan uw Kamer.7 Met deze acties wordt beoogd banken handvatten te bieden bij een meer risicogebaseerde aanpak bij de uitvoering van de verplichtingen ten aanzien van de aanpak van witwassen. De NVB zal de uitkomsten op termijn evalueren.
21
Bent u bekend met de regel gehanteerd door banken dat als een ondernemer meer dan 20% van zijn jaaromzet nog ontvangt in contant geld deze ondernemer niet aanmerking kan komen van een financiering?
Antwoord
Ik ben niet bekend met deze regel. De NVB heeft desgevraagd aangegeven deze regel niet te herkennen.
22
Bent u op de hoogte dat ondernemers om deze reden uit moeten wijken naar alternatieve financieringsmogelijkheden die dan duurder uit pakken?
Antwoord
Zoals aangegeven in het antwoord op vraag 21 ben ik niet bekend met deze regel. Wel stimuleer ik de toegang tot non-bancaire financiering middels het Dutch Alternative Credit Instrument (DACI) en werk ik aan verdere professionalisering en transparantie van de non-bancaire markt via een subsidie aan de Stichting MKB Financiering (SMF). Daarnaast heeft een deel van de non-bancaire financiers toegang tot de BMKB.
23
Ziet u ook dat dit een ongelijk speelveld creëert voor ondernemers die wel onder die 20% uitkomen?
Antwoord
Zie het antwoord op vraag 21.
24
Bent u bekend met het te lage aantal Geldmaten en de problematiek van veilig en tijdig afstorten, omdat deze automaten vaak buiten werking zijn? Ziet u ook dat dit het langer vasthouden van ontvangen contant geld in de hand werkt, omdat men geen veilige, werkende geldmaat kan vinden?
Antwoord
Het kabinet vindt het belangrijk dat er een goede toegang tot contant geld is. Daarom wordt er momenteel gewerkt aan de Wet chartaal betalingsverkeer, waarin, onder andere, eisen worden opgenomen over de beschikbaarheid en bereikbaarheid van afstortautomaten. Tot die tijd gelden de afspraken uit het Convenant Contant Geld8. Geldmaat heeft de beschikbaarheidsnormen uit het Convenant Contant geld in het voorjaar niet altijd gehaald. Dit had te maken met een storingsgevoelig component in een van hun typen geldautomaten. Geldmaat heeft, conform de afspraken in het convenant, een verbeterplan opgeleverd en diverse maatregelen getroffen om dit probleem op te lossen. DNB heeft regelmatig gesprekken met Geldmaat over de voortgang van verbetering en houdt de voortgang nauwlettend in de gaten.
Eind januari heeft de minister van Financiën een concept van de Wet chartaal betalingsverkeer openbaar geconsulteerd.9 Momenteel ligt het wetsvoorstel aan de Raad van State voor ter advies. De verwachting is dat aan het einde van dit kalenderjaar het wetsvoorstel aan de Tweede Kamer kan worden aangeboden.
In het wetsvoorstel worden grote banken (de huidige aandeelhouders van Geldmaat) wettelijk verplicht om beschikbaarheidseisen te halen. Bij overtreding kan DNB bijvoorbeeld een boete of een dwangsom opleggen. Totdat de wet in werking treedt blijft het convenant gelden, en blijft het ministerie de partijen aansporen om zich aan die afspraken te houden.
25
Bent u op de hoogte dat er actief door banken wordt gebeld en zeer indringend wordt gevraagd om af te stappen van het ontvangen van contant geld?
Antwoord
Zie het antwoord op vraag 30.
26
Ziet u ook dat dit ontmoedigingsbeleid haaks staat op de aankomende Wet voor acceptatieplicht van contant geld?
Antwoord
In de beantwoording op vragen 19 en 20 is de noodzaak toegelicht om aan de ene kant effectief de witwasrisico’s die contant geld met zich meebrengt te mitigeren en aan de andere kant de toegang van bonafide burgers tot contant geld te waarborgen. Ook is toegelicht welke acties in dit kader worden ondernomen.
Het wetsvoorstel chartaal betalingsverkeer stelt regels ten behoeve van de goede werking van het chartale betalingsverkeer, om de maatschappelijke functies en publieke belangen van contant geld te borgen. Op grond van het voorstel worden grote banken verplicht om een landelijk dekkende basisinfrastructuur van geldautomaten te verzorgen, zoals ze via hun gezamenlijke onderneming Geldmaat al doen. Ook worden banken verplicht om hun betaalrekeninghouders toegang te bieden tot de chartale basisinfrastructuur, tegen maximumtarieven (voor particulieren gratis).10 Daarbij moet eerst en vooral gedacht worden aan het opnemen en storten van contant geld.
Ter voorkoming van interferentie met het Europese voorstel Contant geld als wettig betaalmiddel11 bevat het voorstel voor de Wet chartaal betalingsverkeer geen maatregelen over de acceptatie van contant geld.12 Wel ligt momenteel via een amendement van de Tweede Kamer een voorstel tot acceptatieplicht voor ter behandeling in de Eerste Kamer.13
27
Bent u op de hoogte dat er door banken vragenlijsten worden verstuurd en afgevuurd op ondernemers om hen te controleren?
28
Bent u op de hoogte dat deze vragenlijsten niet zijn vastgesteld en dat men dus willekeurig vragen kan stellen en dat deze de randen opzoeken van wat een bank mag vragen?
29
Bent u op de hoogte dat als men deze vragenlijsten heeft beantwoord dit binnen een maand zich weer kan herhalen?
30
Ziet u ook dat dit onnodige kosten en regeldruk voor de ondernemer met zich meebrengt en dat dit een verlammende werking heeft op de ondernemer?
Antwoord vragen 25, 27, 28, 29 en 30
Ik ben bekend met signalen dat ondernemers lasten ervaren van de uitvoering van verplichtingen in het kader van de aanpak van witwassen door banken. Banken moeten op grond van de Wwft clientonderzoek doen naar hun cliënten, om te voorkomen dat criminelen het financiële stelsel misbruiken om geld wit te wassen. Dit onderzoek moet risicogebaseerd gebeuren. Dat betekent dat een bank moet inschatten hoe hoog het risico op witwassen en terrorismefinanciering is bij een bepaalde client. Brengt een client een hoog risico met zich mee, dan dienen er maatregelen getroffen te worden om de risico’s te mitigeren (bijvoorbeeld: vragen naar de herkomst van het geld). Bij een client met een laag risico kan met een minder indringend onderzoek worden volstaan.
In 2022 heeft DNB het rapport ‘Van herstel naar balans’14 uitgebracht. DNB concludeert hierin dat banken meer risicogebaseerd kunnen werken dan dat zij nu doen. Naar aanleiding van dit rapport heeft DNB samen met de bancaire sector stevig ingezet op het verbeteren van de risicogebaseerde aanpak van banken bij de naleving van de Wwft. Dit heeft inmiddels tot verschillende concrete handvatten geleid die banken kunnen gebruiken bij het meer risicogebaseerd uitvoeren van hun verplichtingen.15 De werking van deze handvatten zal worden geëvalueerd door de NVB. Daarnaast heeft DNB recent de ‘Q&As en Good Practices Wwft’16 uitgebracht. Ook hierin is meer aandacht besteed aan manieren waarop instellingen invulling kunnen geven aan de risicogebaseerde aanpak door praktische uitleg en voorbeelden te geven over de toepassing van verplichtingen. Hierin is ook expliciet aandacht voor wat te doen bij klanten met een laag risico, zodat instellingen de focus leggen op de klanten waar de risico’s het hoogst zijn. Ik blijf in overleg met de DNB over de verbetering van de risicogebaseerde aanpak.
31
Kunt u een appreciatie geven van de rapportage van de gezant mkb-financiering Menno Snel, ‘’Aanbevelingen ter verbetering van de mkb-financiering tot 1 mln’’?
Antwoord
Zie antwoorden 7, 13 en 14.
32
Waarom is ervoor gekozen om de financieringshub bij de Kamer van Koophandel (KvK) onder te brengen?
Antwoord
Om ondernemers goed te kunnen helpen is het belangrijk dat zij op een goed vindbare, betrouwbare, onafhankelijke en transparante wijze van informatie en hulp kunnen worden voorzien bij hun vragen over financiering (conform verzoek motie Inge van Dijk c.s.17). Deze uitvoerende organisatie moet voldoende robuust en veilig zijn (onder meer vanuit het oogpunt van dataprotectie) en op afstand staan van de overheid. Op basis van deze voorwaarden heb ik op advies van de Gezant MKB-Financiering én na consultatie van de sector de FinancieringsGids bij KVK ondergebracht. De FinancieringsGids (voorheen financieringshub) past binnen de wettelijke taak van de Kamer van Koophandel, die bovendien een ZBO is, waarmee voldoende afstand van de overheid wordt bewaard. Ook staat de KVK dicht bij de lokale ondernemer, zoals via de Ondernemerspleinen en de KVK Financieringsdesk.
33
Zijn er alternatieven overwogen naast onderbrengen bij de KvK en zo ja, welke?
Antwoord
Een van de acties van het Convenant MKB-Financiering betrof een verkenning naar welke geschikte organisaties er zijn waar de FinancieringsGids het beste ondergebracht zou kunnen worden. Eén die voldoet aan de in de voorgaande vraag benoemde randvoorwaarden die de sector belangrijk acht om ondernemers middels de FinancieringsGids goed te kunnen helpen. Het gezantschap heeft uit deze verkenning geen andere onafhankelijke organisatie in beeld gekregen die geschikt zou zijn om de FinancieringsGids te ontwikkelen en uit te voeren.
34
Kunt u aangeven waar specifiek de expertise van de KvK op het gebied van mkb-financiering ligt? Hoe wordt deze expertise geborgd binnen de nieuwe financieringshub?
Antwoord
Het bij de KvK onderbrengen van de FinanceringsGids past binnen de wettelijke taken die de KVK thans al heeft met betrekking tot onafhankelijke voorlichting en advies aan ondernemers. De KVK informeert en adviseert ondernemers over diverse inhoudelijke aan financiering gerelateerde onderwerpen zoals het opstellen van ondernemersplannen en beschikbare subsidies. Dat gebeurt veelal integraal via onder andere de Financieringsdesk en de bedrijfsfinancieringsgids. De voorlichting over mkb financiering en, in het kader daarvan, inzicht geven in de aanbieders (op 1e-lijnsniveau) van verschillende financieringsvormen sluit goed aan bij de deze eerstelijns voorlichtingsactiviteiten van de KVK.
35
Klopt het dat de financieringshub alleen een rol krijgt in het doorverwijzen van ondernemers en het bieden van informatie? Is dat voldoende om de knelpunten om te lossen?
Antwoord
In het recente IBO Bedrijfsfinanciering en het rapport van de Gezant MKB-Financiering is beschreven dat kleinere bedrijven minder toegang hebben tot financiering. Om ondernemers bij die toegang te ondersteunen bestaan al verschillende instrumenten, zoals Qredits, DACI en de BMKB. Additioneel ontwikkelt het Kabinet de FinancieringsGids met als doel dat mkb’ers aanbieders van financiering beter kunnen vinden en daardoor betere toegang krijgen tot financiering. Er zijn verschillende publieke en private partijen die de ondernemer tegen betaling of onbetaald op een betrouwbare en transparante wijze kunnen ondersteunen om de juiste financiers en het juiste financieringsproduct te vinden. Deze partijen zijn niet altijd goed vindbaar voor de ondernemer. Ook daarvoor biedt de FinancieringsGids een oplossing. In het kader van de FinancieringsGids ontwikkelt de KvK eveneens aldus een tool die ondernemers eenvoudig en snel kan helpen om bij de onderneming en haar financieringsbehoefte passende financiering te identificeren alsmede om betrouwbare partijen te vinden die hen daarover op een transparante wijze kunnen adviseren. Ook kunnen ondernemers die ondersteuning zoeken bij hun vraag over financiering KvK adviseurs spreken. Nadat de FinancieringsGids operationeel is geworden, zal ik, samen met de KVK, in gesprek blijven met ondernemers en de sector om de FinancieringsGids waar nodig te blijven verbeteren en nog beter bij de behoeften van ondernemers te laten aansluiten.
36
Welke lessen heeft u getrokken uit het model van de British Business Bank en in hoeverre komen deze terug in de opzet van de financieringshub?
Antwoord
De British Business Bank (BBB) één van de inspiratiebronnen geweest voor de FinancieringsGids. De BBB is een plek waar ondernemers veel praktische informatie over financiering kunnen vinden. Tevens ziet de BBB toe op afspraken met Britse banken om bij afwijzing door te verwijzen naar alternatieve platforms. In de lijn met wat de BBB in Groot-Brittannië doet, heeft de FinancieringsGids als ambitie om de ondernemer een compleet beeld te geven van het Nederlandse mkb financieringslandschap. Daarnaast worden afspraken gemaakt met financiers om ondernemers op de Financieringsgids te wijzen. De banken hebben zich overigens in de Gedragscode Kleinzakelijk Financieren reeds verplicht om ondernemers die zij niet kunnen financieren te wijzen op alternatieve financieringsvormen. Ten slotte hecht ik er veel waarde aan dat de FinancieringsGids, net zoals de BBB, een voor ondernemers betrouwbaar platform is. Om deze reden zal de Financieringsgids voorlichting bieden over partijen die voldoen aan bestaande gedragscodes en de daarbij behorende keurmerken.
37
Herinnert u zich de uitspraken van de voormalige minister van EZK dat het belangrijk is om de financieringshub door te ontwikkelen naar hét platform voor ondernemers met voldoende expertise en brede betrokkenheid van stakeholders en financiers? Hoe is dit geborgd in de nieuwe financieringshub?
Antwoord
De FinancieringsGids heeft als doel om ondernemers een overzicht te bieden van de verschillende financieringsvormen die er in het financieringslandschap zijn. Ondernemers staan hierin centraal waarbij de stakeholders en financiers een belangrijke rol vervullen. Met de sector maken we, in samenwerking met de gezant MKB-financiering, dan ook afspraken over doorverwijzingen van financiers naar de FinancieringsGids. Tevens ben ik doorlopend met de stakeholders van de FinancieringsGids in overleg en zullen zij een rol in de (door-) ontwikkeling van de FinancieringsGids blijven hebben. Ik geef daarmee graag opvolging aan de samenwerking voortkomend uit het Nationaal Convenant MKB financiering om zo samen met onder meer de financiële sector (de Nederlandse Vereniging van Banken, Stichting MKB Financiering, MKB-NL, Qredits, Invest-NL en Invest International) een optimaal functionerend financieringsklimaat in Nederland te creëren. Ook zal er blijvend ingezet worden op de benutting van de kennis en capaciteit van de sector opdat de FinancieringsGids ondernemers optimaal kan ondersteunen in de zoektocht naar financiering.
38
Hoe ziet u de doorontwikkeling van de financieringshub na de opstart eruit? Welke stappen zet u daartoe?
Antwoord
Dit jaar ligt de nadruk op het operationeel maken van de FinancieringsGids. Volgend jaar wordt op de verdere ontwikkeling ingezet. Daarover blijf ik samen met de KVK en de stakeholders in gesprek. Hierbij kijk ik naar relevante vragen die ondernemers op het gebied van financiering hebben. Bij de verdere vormgeving van de FinancieringsGids zullen bestaande en toekomstige onderzoeken, zoals het recente IBO Bedrijfsfinanciering, worden betrokken en zal de informatie uit gesprekken met ondernemers en stakeholders over hun behoeften en wensen in hoge mate leidend zijn.
39
Klopt het dat nog steeds de ambitie is om de financieringshub in 2024 operationeel te laten zijn?
Antwoord
Ja. Op dit moment wordt er door de KVK en alle overige stakeholders hard gewerkt om de FinancieringsGids dit jaar operationeel te laten zijn.
40
Hoeveel capaciteit en budget is er beschikbaar voor de financieringshub?
Antwoord
De ontwikkeling en start van de FinancieringsGids is opgenomen in het Regeerprogramma (toen nog onder de werktitel Financieringshub). Voor 2024 is er € 2,5 mln. en voor 2025 is er € 4,2 mln. beschikbaar voor de doorontwikkeling en de uitvoering van de FinancieringsGids. Er zijn nog geen structurele middelen beschikbaar voor de FinancieringsGids in de jaren na 2025. In aanvulling op de capaciteit van de Financieringsdesk van de KVK, zal ook de expertise van alle betrokken partners worden benut.
41
Welke stappen zet u om flankerend beleid te ontwikkelen, zoals aanvullende financiële of fiscale regelingen die kunnen bijdragen aan het succes van de financieringshub?
Antwoord
De nadruk ligt nu op de operationalisering en het verder uitbouwen van de FinancieringsGids. In een latere fase zal worden bezien wat er nodig is om de werking van de FinancieringsGids verder te ondersteunen. In de kabinetsreactie op het IBO Bedrijfsfinanciering die in november met uw Kamer zal worden gedeeld zal ik ook ingaan op de motie van Inge van Dijk18, waarvan de strekking deels gelijkluidend is aan deze vraag.
42
Welke instrumenten heeft u tot uw beschikking om financiering voor vrouwelijke ondernemers te bevorderen?
Antwoord
De Rijksoverheid heeft een uitgebreid instrumentarium beschikbaar om de toegang tot financiering te vergroten voor alle bedrijven. Deze instrumenten zijn onder gelijke voorwaarden toegankelijk voor alle ondernemers in Nederland, zonder onderscheid des persoons. Voor het mkb worden via Qredits directe leningen verstrekt aan bedrijven die niet bij een financier in aanmerking komen voor financiering. Ook via garanties zoals de Borgstelling MKKB-kredieten (BMKB) wordt de toegang tot financiering vergroot voor bedrijven met te weinig zekerheden. Daarnaast werkt het kabinet momenteel aan de FinancieringsGids waar ondernemers informatie en ondersteuning kunnen krijgen bij een financieringsvraag. Verder is de Rijksoverheid betrokken bij de Code-V Versnelt vrouwelijk ondernemerschap. Code-V is een initiatief van onder andere financiële marktpartijen met betrokkenheid van de overheid en belangenorganisaties als VNO-NCW en de Nederlandse Vereniging van Banken om vrouwelijk ondernemerschap te stimuleren. In dit kader hebben het ministerie van Economische Zaken, het ministerie van Financiën en het Ministerie van Buitenlandse Zaken ter stimulering van dit initiatief in 2024 gezamenlijk een eenmalige bijdrage geleverd van 55.000 euro.
43
Welke instrumenten heeft u tot uw beschikking om financiering voor migrantenondernemers en andere vormen van inclusief ondernemerschap te bevorderen?
Antwoord
Zie het antwoord op vraag 42.
44
Wat doet u om start-ups en scale-ups beter te helpen en financieren? Welke instrumenten en middelen heeft u hiervoor ter beschikking?
Antwoord
Er is een breed instrumentarium beschikbaar voor start-ups en scale-ups voor iedere levensfase van deze bedrijven. Dit betreft onder meer de Vroege Fase Financiering, het Innovatiekrediet, de TTT-regeling, de SEED capital regeling, de Regionale Ontwikkelingsmaatschappijen (ROM’s) en voor de latere fase Invest-NL, en diverse fondsinitiatieven tussen het ministerie van Economische Zaken en het Europese Investeringsfonds (EIF en Invest-NL). De innovatie regelingen hebben een jaarlijks budget van 130 miljoen euro en zijn voor een belangrijk deel revolverend, zoals de SEED capital regeling. Het totale fondskapitaal van alle ROM-fondsen (eigen fondsen en fondsen in uitvoering) bedraagt ruim 2 miljard euro. Aan Invest-NL is bij oprichting 1,7 miljard euro toegekend, Aanvullend heeft het kabinet 900 miljoen euro beschikbaar gemaakt voor Invest-NL. Dit staat los van de andere fondsen die Invest-NL in beheer heeft, zoals het Deeptech Fonds waar in 2022 250 miljoen euro aan is gealloceerd, en het Dutch Future Fund (DFF) van 300 miljoen euro. Daarnaast draagt Nederland met 100 miljoen euro bij aan het European Tech Champion Initiative (ETCI), om de financiering en doorgroei van scale-ups te bevorderen.
45
Wat zijn uw plannen om te zorgen voor betere toegang tot financiering voor het mkb dat hier problemen mee ervaart, zoals innovatieve bedrijven met een grote kapitaalbehoefte (vanaf circa 50 miljoen euro), het brede mkb met een financieringsbehoefte tot 1 miljoen euro en het internationaal opererend mkb?
Antwoord
De reactie van het kabinet op het IBO bedrijfsfinanciering, waarin deze twee knelpunten worden geadresseerd, zal naar verwachting in november met uw Kamer worden gedeeld. Voor bedrijven met een grote kapitaalbehoefte zet het kabinet in ieder geval in op versterking van Invest-NL met 900 miljoen euro. Voor het brede mkb met een financieringsbehoefte tot 1 miljoen euro verwijs ik naar antwoorden op vragen 7, 10, 14 en 15.
46
Hoe geeft u opvolging aan het advies van het Interdepartementaal Beleidsonderzoek (IBO) Bedrijfsfinanciering dat aangeeft dat de Europese kapitaalmarkten te gefragmenteerd is en aanbeveelt de ontwikkeling van de Europese kapitaalmarktunie te intensiveren?
Antwoord
Het kabinet zet zich in Europa in voor versterking van de kapitaalmarktunie, zoals ook in het Regeerprogramma is opgenomen. Hiertoe draagt zij constructief bij aan besprekingen in onder meer de Eurogroep. Daarnaast roept het kabinet op tot een ambitieus actieplan van de Europese Commissie. Het kabinet zal in november zijn reactie op het IBO aan uw Kamer doen toekomen.
47
Hoe gaan de (groot)banken precies bijdragen aan het verbeteren van de financiering aan het mkb?
Antwoord
Banken onderschrijven de belangrijke rol van het mkb in onze economie. Daarom werk ik samen met de banken via het convenant mkb-financiering. Samen met de Gezant MKB-Financiering zoek ik naar mogelijkheden om de ondersteunende rol van de banken voor het mkb te maximaliseren. Zie ook het antwoord op vraag 10.
48
Hoe komt het dat banken zeggen tot 1 miljoen wel te financieren terwijl uit het IBO-rapport blijkt dat er bij financieringen tot 1 miljoen knelpunten zijn?
Antwoord
Het IBO Bedrijfsfinanciering identificeert knelpunten tot 1 miljoen maar laat ook zien dat banken nog steeds een belangrijke financier zijn onder de 1 miljoen. Uit data van de DNB blijkt dat banken nog voor meer dan 7 miljard aan financiering verstrekten onder de 1 miljoen, door de non-bancaire sector werd voor meer dan 4 miljard aan financiering verstrekt in dit segment.19 Het IBO laat ook zien dat financiering niet in alle gevallen passend of haalbaar is. In sommige gevallen kan dit terecht zijn, financiers hebben een belangrijke screeningsfunctie. Het kan ook voorkomen dat financiering niet tot stand komt door hoge transactiekosten of doordat financieringsaanvragen niet binnen bestaande beoordelingsmodellen passen. De afgelopen jaren wordt de non-bancaire sector steeds belangrijker voor het segment onder 1 miljoen.
DNB (2023): Banken in beweging↩︎
Kamerstuk 32 637, nr. 646.↩︎
Kamerstuk 36 410 XIII, nr. 100↩︎
Kamerstuk 32 637, nr. 642↩︎
Kamerstuk 32 637, nr. 578↩︎
Onder andere de recente National Risk Assessment (NRA) Witwassen (Kamerstuk 31 477, nr. 96) laat zien dat contant geld een rol speelt bij de dreigingen met het grootste risiconiveau bij zowel witwassen, als het financieren van terrorisme. Ook in de meest recente supranationale risicobeoordeling (Commission staff working document accompanying the document Report from the Commission to the European Parliament and the Council on the assessment of the risk of money laundering and terrorist financing affecting the internal market and relating to cross-border activities, COM(2022)554final), uitgevoerd door de Europese Commissie, wordt contant geld in de hoogste risicocategorie geplaatst met betrekking tot witwassen en financieren van terrorisme. De Europese Commissie roept de lidstaten dan ook op om mitigerende maatregelen te nemen in relatie tot hoge transacties in contanten en bedrijven die veel gebruik maken van contant geld.↩︎
Kamerstuk 31 477, nr. 100↩︎
Met dit convenant spreken de vier grote banken en de Betaalvereniging Nederland, vertegenwoordigers van consumenten en ouderen, winkeliers, horeca en tankstations, chartale dienstverleners en De Nederlandsche Bank af ervoor te zorgen dat contant geld goed beschikbaar en bruikbaar blijft. De afspraken gelden in beginsel voor vijf jaar.↩︎
Zie: Overheid.nl | Consultatie Wet chartaal betalingsverkeer (internetconsultatie.nl)↩︎
Dit geldt niet voor de kleinste banken (minder dan 50.000 betaalrekeninghouders in Nederland).↩︎
Voorstel voor een Verordening van het Europees Parlement en de Raad inzake eurobankbiljetten en -munten als wettig betaalmiddel, COM(2023) 364. Zie voor het BNC-fiche Kamerstuk 22 112, nr. 3765.↩︎
Voorstel voor een Verordening van het Europees Parlement en de Raad inzake eurobankbiljetten en -munten als wettig betaalmiddel, COM(2023) 364. Zie voor het BNC-fiche Kamerstuk 22 112, nr. 3765. Nederland is voorstander van een acceptatieplicht, mits die proportioneel en uitvoerbaar is voor toonbankinstellingen. 2 Zie gezamenlijk onderzoek van DNB en Betaalvereniging Nederland, Betalen aan de kassa 2022, april 2023, te raadplegen op https://www.dnb.nl/media/e3ucvv4h/betalenaan-de-kassa.pdf .↩︎
Kamerstuk 36 228, nr. 19↩︎
Kamerstuk 31 477, nr. 81↩︎
https://www.nvb.nl/themas/veilig-en-integer-financieel-stelsel/een-meer-risicogebaseerd-klantonderzoek/↩︎
Q&As en Good Practices Wwft | De Nederlandsche Bank (dnb.nl).↩︎
Kamerstuk 32 637, nr. 608↩︎
Kamerstuk 36 410 IX, nr. 12↩︎
Onderzoek non-bancaire financiering 2023: Met veerkracht naar voorspoed, Stichting MKB-Financiering 2024.↩︎