Wijziging Bekostigingsregeling opvang ontheemden Oekraïne (BooO) nav kostprijsonderzoek
Bijlage
Nummer: 2024D43796, datum: 2024-11-13, bijgewerkt: 2024-11-13 15:20, versie: 1
Directe link naar document (.docx), link naar pagina op de Tweede Kamer site.
Bijlage bij: Verzamelbrief opvang Oekraïne (2024D43792)
Preview document (🔗 origineel)
Inleiding
Sinds de grootschalige militaire invasie in Oekraïne op 24 februari 2022 staat Nederland voor de opgave om grote aantallen ontheemden uit Oekraïne op te vangen. Het kabinet compenseert gemeenten voor de realisatie van opvangplekken en andere verstrekkingen aan ontheemden middels de Bekostigingsregeling opvang ontheemden Oekraïne (BooO). De BooO ziet op zowel de Gemeentelijke Opvang Oekraïne (GOO) als de Particuliere Opvang Oekraïne (POO).
Sinds de zomer van 2022 vindt er jaarlijks een kostprijsonderzoek plaats. Per 1 januari jl. zijn de normbedragen per dag per gerealiseerde opvangplek voor de GOO en POO herijkt. De normbedragen zijn gebaseerd op het kostprijsonderzoek dat in de zomer van 2023 is uitgevoerd. Nu de oorlog voortduurt is het van belang om ook per 1 januari 2025 reële compensatie te kunnen blijven bieden aan gemeenten die kosten maken voor de opvang van ontheemden uit Oekraïne.
In de zomer van 2024 is er wederom door een externe partij onderzoek gedaan naar de samenstelling van de kosten die gemeenten maken voor de opvang. Aanvullend zijn dit jaar ook de kosten die gemeenten (gaan) maken voor het heffen van een eigen bijdrage en het inhouden van leefgeld onderzocht. De resultaten van het onderzoek vormen een belangrijke onderbouwing voor de herijkte normbedragen voor de GOO en POO die per 1 januari 2025 in werking zullen treden.1
Deze nota bevat het voorstel waarmee we het besluitvormingstraject richting de ACAenM ingaan. Voorafgaand aan het ambtelijk overleg met VNG hierover en de eerste formele stap hierin, krijgen we graag uw steun voor dit voorstel.
Geadviseerd besluit
U wordt geadviseerd akkoord te gaan met:
Het herijken van het huidige GOO-normbedrag per dag per gerealiseerde
opvangplek van €61 naar €442, waarbij de kostencomponent catering uit het normbedrag wordt gehaald en de kosten voor hotel en schepen uit het gewogen gemiddelde voor accommodatie en inventaris worden gehaald, met voortzetting van de uitzonderingsbepaling om werkelijke meerkosten per dag per gerealiseerde opvangplek te declareren.
Daarnaast wordt u geadviseerd akkoord te gaan met:
Een wijziging van het huidige POO-normbedrag van €92 naar €48 per geregistreerde persoon per maand waarin aan deze persoon een verstrekking is gedaan;
Het verhogen van de GOO en POO-normbedragen met de uit het kostenonderzoek gemiddelde kostenraming voor het heffen van een eigen bijdrage en het inhouden van leefgeld (respectievelijk €2,17 per GOO-plek per dag en €6 per POO-plek per maand);
De restrisico’s zoals die blijken uit de geactualiseerde analyse op misbruik en oneigenlijk gebruik van de BooO3;
En kennis te nemen van:
Het verhogen van het GOO-normbedrag met 3.2% en het POO-normbedrag van 4,7%, rekening houdend met de inflatie in 2025.
Een afdracht van €1,47 per GOO opvangplek en €1 per geregistreerde persoon per maand in de POO aan het BTW-compensatiefonds bij de najaarsnota van 2025;
Het toevoegen van lid 4 onder artikel 2 van de BooO, met de volgende strekking: ‘De gemeente, bedoeld in het eerste lid, verstrekt op verzoek van de Minister een onderbouwing van de wijze waarop zij invulling geeft aan een continue en voldoende betrouwbare uitvoering van de taak bedoeld in lid een tot en met lid drie.’
Het vervangen van ‘de Staatssecretaris van Justitie en Veiligheid’ en ‘Ministerie van Justitie’ in de BooO door ‘de Minister van Asiel en Migratie’ en ‘Ministerie van Asiel en Migratie’
Kernpunten
De systematiek van de BooO bestaat in 2024 uit meerdere onderdelen:
Het betalen van een normbedrag per dag per gerealiseerde opvangplek in de GOO. Het bedrag is sinds de inwerkingtreding van de BooO (met terugwerkende kracht vanaf 1 maart 2022) twee keer eerder herijkt4;
Een uitzonderingsbepaling om de werkelijke kosten te vergoeden indien een gemeente het GOO-normbedrag in betekenende mate onder- of (en vooral) overschrijdt gerekend over alle locaties in de gemeente;
De opbrengsten uit de eigen bijdrage, die in mindering worden gebracht op de vergoeding volgend uit de twee onderdelen hierboven;
Het vergoeden van werkelijk uitgekeerd leefgeld aan ontheemden in de GOO en POO;
Het betalen van een normbedrag ter dekking van de uitvoeringskosten van gemeenten per geregistreerde persoon per maand waarin aan deze persoon een verstrekking is gedaan. Dit is het POO-normbedrag;
De transitiekosten voor opvang ontheemden in de gemeentelijke opvang.
Hieronder wordt per besluit een nadere toelichting gegeven.
Ad A. Herijking huidig GOO-normbedrag
Het doel van de BooO is tweeledig: zorgen dat gemeenten geen financieel nadeel ondervinden van de opvang van ontheemden uit Oekraïne, en daarnaast bijdragen aan de realisatie van de benodigde opvangplekken door financiële drempels weg te nemen. Belangrijke uitgangspunten hierbij zijn 1) de administratieve last van gemeenten niet onevenredig hoog maken; 2) rekening houden met de uitvoerbaarheid bij het controleren van de aanvragen door het Rijk en 3) zorgdragen dat er voor gemeenten een prikkel bestaat tot doelmatig handelen.
In 2023 is onderzoek gedaan naar het herzien van de bekostigingssystematiek. Opties om af te zien van de bekostiging via één basisnormbedrag, bijvoorbeeld door bekostiging via een (lager) basisnormbedrag aangevuld met een vergoeding van de werkelijke kosten, verschillende normbedragen gedifferentieerd naar accommodatietype of bekostiging door vergoeding op basis van alle werkelijk gemaakte kosten, stuitten op meer nadelen dan voordelen ten opzichte van de huidige bekostigingssystematiek.
Gemeenten blijven dringend verzocht worden om eventuele overschotten bij de gemeentelijke opvang van ontheemden uit Oekraïne vrijwillig terug te storten naar het Rijk. Daar wordt echter maar weinig gebruik van gemaakt. Ons beeld is dat in ieder geval een deel van de gemeenten eventuele overschotten reserveert in de begroting, en dan geen beroep doet op de uitzonderingsbepaling indien het normbedrag het jaar erop daalt.
Er zijn meerdere opties voor de herijking van het GOO-normbedrag per 1 januari 2025 onderzocht. De verschillende opties worden hieronder nader toegelicht.
A1. Het herijken van het huidige GOO-normbedrag per dag per gerealiseerde
opvangplek van €61 naar €55, met voortzetting van de
uitzonderingsbepaling om werkelijke meerkosten per dag per
gerealiseerde opvangplek te declareren;
Bij deze herijking wordt vastgehouden aan het gewogen gemiddelde, zonder kostencomponenten uit het normbedrag te halen. Gezien de hoge bezettingsgraad, het lange termijn perspectief en daarmee de verschuiving naar semipermanente opvang en de grote uitdagingen waarmee gemeenten te maken hebben bij de opvang, zou kunnen worden gerechtvaardigd dat het normbedrag niet lager wordt vastgesteld dan het gemiddelde dat uit het eindrapport volgt.
A2. Het herijken van het huidige GOO-normbedrag per dag per gerealiseerde
opvangplek van €61 naar €51, waarbij de kostencomponent catering uit het normbedrag wordt gehaald, met voortzetting van de uitzonderingsbepaling om werkelijke meerkosten per gerealiseerde opvangplek te declareren;
Bij deze herijking wordt vastgehouden aan het gewogen gemiddelde, maar wordt de kostencomponent catering uit het normbedrag gehaald. De kostencomponent catering kent, naast accommodatie, de grootste spreiding van alle kostencomponenten. Een normbedrag leent zich niet voor een dergelijke spreiding van kosten. Daarbij komt dat uit het eindrapport blijkt dat minder dan een kwart van de bedden zich bevindt op een locatie waar catering is, voornamelijk bij schepen en hotels. Voor locaties met catering is het gemiddelde bedrag ruim onvoldoende, maar voor meer dan 75% van de bedden zijn er helemaal geen kosten voor deze soort. Dit betekent dat de component catering leidt tot een €4 hoger GOO-normbedrag, terwijl er bij driekwart van de plekken dus geen kosten voor catering worden gemaakt. Het gevolg van deze keuze zou zijn dat gemeenten die nog locaties hebben waar catering nodig is sneller aangewezen zijn op de uitzonderingsbepaling om hun kosten vergoed te krijgen, inclusief de hogere administratieve last die daarbij hoort. Dit kan leiden tot het ontmoedigen van locaties waar catering wordt aangeboden, wat de participatie en zelfredzaamheid van de ontheemden (verder) kan vergroten. Daar tegenover staat dat de realisatie van nieuwe plekken stagneert, en dat ook de plekken met catering voorlopig nog hard nodig zijn.
A3. Het herijken van het huidige GOO-normbedrag per dag per gerealiseerde
opvangplek van €61 naar €445, waarbij de kostencomponent catering uit het normbedrag wordt gehaald en de kosten voor hotel en schepen uit het gewogen gemiddelde voor accommodatie en inventaris worden gehaald, met voortzetting van de uitzonderingsbepaling om werkelijke meerkosten per dag per gerealiseerde opvangplek te declareren;
Deze optie wordt u geadviseerd. Bij deze herijking wordt vastgehouden aan het gewogen gemiddelde, maar wordt de kostencomponent catering en de kosten voor hotel en schepen uit het gewogen gemiddelde voor accommodatie en inventaris gehaald. De onderbouwing om de kostencomponent catering uit het normbedrag te halen vindt u onder Ad A2. Door aanvullend de relatief duurdere accommodatietypen (hotels en schepen) uit het gewogen gemiddelde voor accommodatie en inventaris te halen, wordt de bekostiging accurater en beter afgestemd op het overgrote deel van de accommodatietypen. Met het vaststellen van een lager normbedrag speelt het Rijk ook een sturende rol in de opvangkeuze: hoewel het gebruik van een hotel of schip niet onmogelijk wordt gemaakt6, wordt het gebruik van relatief dure accommodatietypen wel ontmoedigd door de extra administratieve lasten die dit met zich meebrengt. Dit past ook in het lange termijn beleid ten aanzien van de groep ontheemden: meer nadruk op zelfredzaamheid en participatie van de ontheemden. Deze aanpak biedt een sterke prikkel voor doelmatigheid en komt het dichtst in de buurt van de daadwerkelijke kosten.
Ad B. Wijziging van het huidige POO-normbedrag van €92 naar €48
Het nieuwe normbedrag van €48 is overeenkomstig met de gemiddelde kosten volgens de uitkomsten van het onderzoek (€40), ter dekking van de uitvoeringskosten van een gemeente per geregistreerde persoon per maand waarin aan deze maand door de gemeente een verstrekking is gedaan. Daar is bij opgeteld de gemiddelde kosten voor het verplicht inhouden van leefgeld per maand van €6, ook is rekening gehouden met de inflatie.
Ad C. Toevoegen van de kosten voor het heffen van een eigen bijdrage en het inhouden van leefgeld aan de GOO en POO-normbedragen
Vanaf 1 juli 2024 is het voor gemeenten verplicht om bij werkende gezinnen uit Oekraïne leefgeld in te houden en een eigen bijdrage te heffen. Op dit moment loopt de implementatieperiode van zes maanden, en uiterlijk 1 januari 2025 moeten gemeenten aan de nieuwe regelgeving voldoen. In dit kader is onderzoek gedaan naar de extra kosten die gepaard gaan met de uitvoering van deze taken.
De kosten voor de structurele inzet inhouden leefgeld GOO bedraagt €10 per bed per maand, de kosten voor de structurele inzet voor het heffen van de eigen bijdrage bedraagt €56. Dit betekent dat de totale kosten uitkomen op €2,17 per dag. Voorgesteld wordt dit bedrag toe te voegen aan het GOO-normbedrag, daar dit bij alle gemeenten in enigszins vergelijkbare mate speelt en het de meest pragmatische manier is om dit bedrag toe te kennen aan de gemeenten.
Ad D. Restrisico’s analyse misbruik en oneigenlijk gebruik
In de bijlage zijn de documenten opgenomen die samen de risicoanalyse vormen op misbruik en oneigenlijk gebruik van de BooO. De risicoanalyse wordt als bijlage meegestuurd met de Verzamelbrief Opvang Oekraïne, wanneer de Tweede Kamer geïnformeerd wordt over de wijzigingen.
Ad E. Verhogen van de normbedragen rekening houdend met inflatie
De cijfers in het eindrapport zijn raming gebaseerd op de kosten van gemeenten in mei en juni 2024. Ook de voorgestelde normbedragen in het rapport zijn hierop gebaseerd. Er wordt geadviseerd rekening te houden met inflatie door 3.2% toe te voegen aan het GOO-normbedrag en 4,7% aan het POO-normbedrag. Deze normbedragen gaan vanaf 1 januari 2025 gelden.
Ad F. Afdracht aan het BTW-compensatiefonds
Een deel van alle omzetbelasting die drukt op de kosten die toerekenbaar zijn aan de opvang van ontheemden uit Oekraïne komt in aanmerking voor compensatie uit het BTW-compensatiefonds. Met dit besluit wordt het BTW-compensatiefonds aangevuld, ter dekking van het beroep dat gemeenten naar verwachting op het fonds zullen doen. De bedragen komen overeen met het advies uit het eindrapport.
Ad G. Toevoegen extra lid onder artikel 2 van de BooO
Het voorgestelde artikelonderdeel bevat de juridische basis om meer informatie bij gemeenten op te kunnen vragen indien dat nodig wordt geacht bij het toekennen van een voorschot of het beoordelen van de verantwoording. Gemeenten leveren op dit moment op verzoek van de NOO op vrijwillige basis informatie aan. Dat gebeurt met name als de NOO vermoedt dat er iets is vergeten, op de verkeerde plaats is opgenomen of is dubbel geteld. Vaak blijkt de inschatting van de NOO te kloppen en leidt een dergelijke ingreep tot een aangepaste aanvraag vanuit de gemeente, waardoor herstelwerkzaamheden achteraf en/of onrechtmatigheden kunnen worden voorkomen. De BooO biedt nu formeel gezien geen grondslag voor het vragen van informatie en dat wordt met deze toevoeging gecorrigeerd. Het toevoegen van dit artikel verhoogt overigens de consistentie met de Bekostigingsregeling eerste opvang ontheemden Oekraïne door Regionale openbare lichamen, dat al een dergelijk artikel bevat.
Ad H. Administratieve naamswijziging
Dit betreft een administratieve wijziging om recht te doen aan de oprichting van het nieuwe Ministerie van Asiel en Migratie.
Politieke context
Op 30 juli jl. zijn er Kamervragen gesteld over het bericht: ‘Overijsselse gemeenten houden tientallen miljoenen over aan opvang Oekraïners’. Daarin is toegelicht dat bewust is gekozen voor één normbedrag per gemeentelijke (of particuliere) opvangplek, omdat deze methodiek bijdraagt aan stabiliteit in de bekostiging, en dat dit gezien de huidige bezettingsgraad en de opgave om het aantal opvangplekken uit te breiden gewenst is. Bovendien is in de afgelopen tweeënhalf jaar gebleken dat het hanteren van deze methodiek zowel voor het Rijk als voor gemeenten goed uitvoerbaar is. Een alternatieve bekostiging op basis van werkelijke kosten brengt extra administratieve lasten en een groter aantal ambtenaren met zich mee voor indiening, beoordeling en controle. De huidige methodiek bevordert de controleerbaarheid en eenvoud van de uitvoering, waardoor gemeenten efficiënt kunnen werken binnen de gestelde financiële kaders.
Verder blijft er veel aandacht voor de financiering voor opvang van ontheemden uit Oekraïne, met name vanuit de VNG en gemeenten. Zij pleiten voor een structurele financiering voor de opvang.
De BooO regelt een specifieke uitkering aan gemeenten. Oekraïne is uitgezonderd van de taakstelling op specifieke uitkeringen uit het Hoofdlijnenakkoord. Vanuit gemeenten en Tweede Kamer wordt aandacht gevraagd voor de gefragmenteerde financiering van het opvanglandschap, ook in relatie tot de krapte op de woningmarkt waardoor doorstroom wordt bemoeilijkt. Zie onder meer de motie Podt.7 De systematiek van de BooO is mede ook onderdeel van een verkenning over het verkleinen van het aantal financieringsstromen richting gemeenten in dit domein en het vereenvoudigen van de financiering die er al is.
Financiële overwegingen
Beleidskeuze uitgelegd Onderbouwing doeltreffend, doelmatig en evaluatie (CW 3.1) |
|
---|---|
1. Doel | Het doel van de BooO is tweeledig: zorgen dat gemeenten geen financieel nadeel ondervinden van de opvang van ontheemden uit Oekraïne, en daarnaast bijdragen aan de creatie van meer opvangplekken door financiële drempels weg te nemen. |
2. Beleidsinstrument(en) | Het kabinet heeft in 2022 aan de voorzitters van de Veiligheidsregio’s de opdracht gegeven om samen met gemeenten opvanglocaties te realiseren en te exploiteren. Het kabinet heeft toegezegd dat de kosten die worden gemaakt vergoed worden. Een van de beleidsinstrumenten om invulling te geven aan deze toezegging is een specifieke uitkering aan gemeenten op basis van de BooO. Op basis van kostprijsonderzoeken in 2022 en 2023 is het normbedrag dat gemeenten ontvangen tweemaal herijkt. Ook dit jaar (2024) is er weer een kostprijsonderzoek uitgevoerd door een externe partij, om te bepalen wat een reële vergoeding aan gemeenten is. Het onderzoeksrapport is aanleiding voor een wijziging van het normbedrag in de BooO. |
3A. Financiële gevolgen voor het Rijk | Gezien de fluïde situatie in Oekraïne is het aantal ontheemden uit Oekraïne dat door gemeenten moet worden opgevangen onzeker. In de prognose wordt rekening gehouden met een maximum aantal van 160.750 ontheemden uit Oekraïne, waarvan 118.404 in de GOO, tot en met 4 maart 2027 (RTB + 1 jaar). Voor de komende jaren betekent een verlaging van de norm van €61 naar €44 het volgende: een besparing van €639 mln. in 2025, een besparing van €726 mln. in 2026 en €134 mln. tot aan 4 maart 2027 ten opzichte van het huidige GOO-normbedrag.8 Daarnaast wordt het POO-normbedrag met dit voorstel aangepast van €92 naar €48. Ervan uitgaande dat de gemeente voor 75% van de POO bewoners kosten maakt, komt dit neer op een besparing van €15 mln. in 2025, €17 mln. in 2026 ene 3 mln. tot aan 4 maart 2027 ten opzichte van het huidige POO-normbedrag. |
4. Nagestreefde doeltreffendheid | Een van de drempels bij het realiseren van voldoende opvangplekken voor gemeenten is dat er mogelijk niet voldoende (zekerheid over) financiering is. Het doel van de specifieke uitkering is om die drempel weg te nemen. Daarbij is gezocht naar een financieringssystematiek die voor gemeenten de grootste flexibiliteit biedt om plekken te creëren, reële compensatie beidt en tot doelmatigheid leidt. Rekening houdend met de huidige ontwikkelingen in de bezettingsgraad is gekozen om vast te houden aan de huidige bekostigingssystematiek, maar wel het normbedrag te herijken. |
5. Nagestreefde doelmatigheid | Door te kiezen voor een specifieke uitkering is het mogelijk gemeenten te compenseren per gerealiseerde opvangplek. Daarmee is het instrument expliciet gericht op het doel om opvangplekken te realiseren. Het juridische instrument (de ministeriële bekostigingsregeling) is relatief eenvoudig te wijzigen indien de situatie daar om vraagt. Vanuit financieel-economisch oogpunt is het zo veel mogelijk bekostigen op basis van werkelijke kosten preciezer en gerichter, terwijl een normbedrag eenvoudiger en sturend werkt. Rekening houdend met de huidige ontwikkelingen in de bezettingsgraad is gekozen de huidige bekostigingssystematiek te behouden en het normbedrag te herijken. |
6. Evaluatieparagraaf | Het kostprijsonderzoek dat van juli tot en met september 2024 is uitgevoerd is een evaluatie van de oorspronkelijke bekostigingsregeling die op 1 januari 2024 van kracht is gegaan. |
Juridische overwegingen
De Regeling opvang ontheemden Oekraïne (RooO) geeft nadere regels over de wettelijke taak van de burgemeester om zorg te dragen voor de opvang, waaronder begrepen wordt de huisvesting en verzorging van ontheemden uit Oekraïne, alsmede de voorbereidingen daartoe. De RooO heeft een sterke relatie met de bekostigingsregeling.
Daarnaast is de Tijdelijke wet opvang ontheemden Oekraïne per 27 juni jl. in werking getreden. Bij koninklijk besluit van 31 maart 2022 waren de artikelen 2c en 4 van de Wet verplaatsing bevolking (hierna: Wvb) in werking gesteld.9 Daarmee hadden de burgemeesters de wettelijke taak gekregen zorg te dragen voor de opvang en verzorging van ontheemden uit Oekraïne. Sinds de inwerkingtreding van de wet, zijn gemeenten, meer specifiek het college van burgemeesters en wethouders, langer belast met de materiële en immateriële opvang van ontheemden. De wet biedt ook grondslag voor de vaker dan éénmalige verstrekking van een specifieke uitkering.
Uiteindelijk wordt de huidige bekostigingsregeling bij de herijking van het normbedrag op relevante punten gewijzigd. Zoals onder Ad. G te lezen is, wordt bij de wijziging ook de oprichting van het nieuwe Ministerie Asiel en Migratie meegenomen.
Krachtenveld
Het wijzigen van de bekostigingsregeling heeft in de eerste plaats effect op de gemeenten die het normbedrag ontvangen. Op dit moment heeft het eerste gesprek met DFEZ, NOO, BZK en FIN plaatsgevonden. Zij volgen op hoofdlijnen de richting van de nota. FIN heeft daarbij aangegeven de nota nog intern af te moeten stemmen. Op donderdag 3 oktober, na de staf, volgt nader overleg met de VNG over bovengenoemde inzet voor het wijzigen van het normbedrag.
Strategie
De komende periode wordt het volgende traject voorzien:
14 oktober Directeurenoverleg Oekraïne (DOEK);
24 oktober Ambtelijke Commissie Asiel en Migratie (ACAenM);
Eventueel: 5 november Raad van Asiel en Migratie (RAenM);
Communiceren wijzigen van het normbedrag per 1 januari 2025 via de Verzamelbrief opvang Oekraïne op 8 november 2024;
1 januari 2025 inwerkingtreding bekostigingsregeling.
Implementatie
Vervolgstap is het schrijven van de nieuwe BooO en het ontwikkelen van SiSa verantwoordingsindicatoren voor de periode vanaf 1 januari 2025. Dit gebeurt in samenwerking met MinBZK, MinFIN, VNG, enkele gemeenten en gemeentelijke accountants, NBA en in aanwezigheid van de ADR.
Communicatie
Gemeenten worden geïnformeerd over de herijking van de GOO- en POO-normbedragen via de Verzamelbrief opvang Oekraïne, de VNG (webinars) en de NOO. Ook worden er FAQs voorbereid en op rijksoverheid geplaatst. Vanuit de NOO wordt een e-mail gestuurd naar de SiSa contactpersonen bij gemeenten en BZK stuurt de IBI nieuwsbrief.
Ontwikkelingen hiervoor
In 2022 is het GOO-normbedrag herijkt van €100 naar €83 per dag per gerealiseerde opvangplek. Dit bedrag sloot aan bij de gemiddelde kosten per dag uit het onderzoek naar de bekostiging opvang Oekraïners uit 2022. In 2023 is opnieuw onderzoek gedaan naar de kosten, en is het normbedrag van €83 (incl. leefgeld) verlaagt naar €61 (exclusief leefgeld). Uit het kostprijsonderzoek in 2023 kwamen de gemiddelde totale kosten per dag uit op €55, maar doordat 1) de ramingen in het eindrapport gebaseerd zijn op kosten van gemeenten in mei en juni van dat jaar; 2) er in het eindrapport werd geadviseerd rekening te houden met inflatie; en 3) er ook werd geadviseerd rekening te houden met een aantal specifieke kostenontwikkelingen, is in 2023 gekozen een inflatiecorrectie van €6 toe te kennen bovenop de gemiddelde kosten per dag per gerealiseerde opvangplek. De gemeenten zijn dringend verzocht om eventuele overschotten bij de gemeentelijke opvang van ontheemden uit Oekraïne vrijwillig terug te storten naar het Rijk. Dit gebeurt echter slechts sporadisch.
Informatie die niet openbaar gemaakt kan worden
Toelichting
De persoonsgegevens van de ambtenaren zijn niet openbaar ter bescherming van de persoonlijke levenssfeer.
-------------------------------------------------------------------------------------------
Bijlage 1: Kostprijsonderzoek opvang ontheemden Oekraïne 2024.↩︎
Alle GOO-normbedragen zijn weergegeven inclusief de kosten voor het heffen van een eigen bijdrage en het inhouden van leefgeld van respectievelijk €2,17. Dit hangt samen met uw besluit bij punt C. Ook de inflatiecorrectie van 3,2% is in dit bedrag meegenomen. Zie daarvoor punt E.↩︎
Bijlage 2, 3 en 4: MO beschrijving BooO, MO risicotabel, tijdslijn pdOEK.↩︎
Van 1 maart 2022 tot 15 oktober 2022 bedroeg het normbedrag €100, van 15 oktober 2022 tot en met 31 december 2023 €83 en met ingang van 1 januari 2024 bedraagt het normbedrag €61 per dag per gerealiseerde opvangplek.↩︎
Alle GOO-normbedragen zijn weergegeven inclusief de kosten voor het heffen van een eigen bijdrage en het inhouden van leefgeld van respectievelijk €2,17. Dit hangt samen met uw besluit bij punt C.↩︎
De uitzonderingsbepaling blijft in alle voorgestelde opties bestaan, zodat werkelijke meerkosten per dag per gerealiseerde opvangplek gedeclareerd kunnen worden wanneer nodig.↩︎
Motie lid Podt over het onderzoeken hoe financiering van opvang en huisvesting van de verschillende doelgroepen kan worden ontschot, 26 maart 2024.↩︎
De kanttekening die hierbij geplaatst moet worden is dat bij een verlaging van het normbedrag meer gebruik gemaakt zal worden van de uitzonderingsbepaling om werkelijke meerkosten per dag per gerealiseerde opvangplek te declareren.↩︎
Stb. 2022, 133.↩︎