Effectonderzoek nieuwe aanpak arbeidsongevallen, kwantitatieve analyse
Arbeidsomstandigheden
Brief regering
Nummer: 2024D49285, datum: 2024-12-12, bijgewerkt: 2024-12-12 16:43, versie: 2
Directe link naar document (.docx), link naar pagina op de Tweede Kamer site.
Gerelateerde personen:- Eerste ondertekenaar: J.N.J. Nobel, staatssecretaris van Sociale Zaken en Werkgelegenheid
- Beslisnota's bij Kamerbrief over effectonderzoek nieuwe aanpak arbeidsongevallen, kwantitatieve analyse
- Rapport kwantitatief gedeelte nieuwe aanpak ongevalsonderzoek
Onderdeel van kamerstukdossier 25883 -517 Arbeidsomstandigheden.
Onderdeel van zaak 2024Z20903:
- Indiener: J.N.J. Nobel, staatssecretaris van Sociale Zaken en Werkgelegenheid
- Voortouwcommissie: vaste commissie voor Sociale Zaken en Werkgelegenheid
- 2024-12-17 15:45: Regeling van werkzaamheden (Regeling van werkzaamheden), TK
- 2024-12-17 16:30: Procedures en brieven SZW (Procedurevergadering), vaste commissie voor Sociale Zaken en Werkgelegenheid
- 2025-06-11 10:00: Gezond en veilig werken (Commissiedebat), vaste commissie voor Sociale Zaken en Werkgelegenheid
Preview document (🔗 origineel)
25 883 Arbeidsomstandigheden
Nr. 517 Brief van de staatssecretaris van Sociale Zaken en Werkgelegenheid
Aan de Voorzitter van de Tweede Kamer der Staten-Generaal
Den Haag, 12 december 2024
Per 1 januari 2023 hanteert de Nederlandse Arbeidsinspectie een nieuwe werkwijze binnen het onderzoek naar arbeidsongevallen.
Het doel van de aanpak is de nadruk te leggen op het lerend vermogen van werkgevers om daarmee een blijvend positief effect op de veiligheid van werkenden te realiseren.
De totstandkoming van de nieuwe aanpak is in jaarplannen en brieven aan uw Kamer beschreven waarbij tevens effectonderzoek is aangekondigd1.
Hierbij bied ik u dat effectonderzoek aan. Het rapport geeft de eerste resultaten van deze aanpak van arbeidsongevallen op basis van 540 vervolginspecties.
Ongewijzigd
Arbeidsongevallen moeten door de werkgever bij de inspectie worden gemeld2 als het ziekenhuisopname, blijvend letsel of de dood tot gevolg heeft.
Ongewijzigd is dat dodelijke en zeer ernstige ongevallen door inspecteurs worden onderzocht, dat gestart wordt in het strafrecht en dat bijvoorbeeld familie-inspecteurs betrokken worden3.
Voor de ongevallen die niet in het strafrecht starten, geldt dat een inspecteur, net als in de oude aanpak, ter plekke gaat en zonodig materiaal veiligstelt en verklaringen afneemt.
Nieuwe aanpak
Anders dan in de oude aanpak is in de nieuwe aanpak vervolgens de werkgever aan zet. Die voert zelf het ongevalsonderzoek uit en stelt een werkgeversrapportage op. In een aantal specifieke situaties of als de werkgever het niet wil of niet goed doet, neemt de inspecteur het onderzoek ter hand4.
Waar van toepassing, onderzoekt de werkgever dus zelf het arbeidsongeval en stelt hij een werkgeversrapportage op. Onderdeel van de werkgeversrapportage is een verbeterplan waarin de werkgever maatregelen uitwerkt die gericht zijn op het vermijden van toekomstige arbeidsongevallen bij het bedrijf. Hierbij benoemt de werkgever niet alleen maatregelen met betrekking tot de directe oorzaak (de oorzaak van het ongeval), maar ook zogeheten basisoorzaken (ook wel achterliggende oorzaken genoemd).
Daarnaast kan de werkgever maatregelen benoemen met betrekking tot de bredere veiligheid in het bedrijf. Als de werkgeversrapportage en het verbeterplan akkoord zijn bevonden door de Arbeidsinspectie, volgt er na verloop van tijd een vervolginspectie. Het doel van de vervolginspectie is om te beoordelen of de werkgever het verbeterplan voldoende heeft geïmplementeerd.
Eerste Resultaten nieuwe aanpak
Het onderzoek laat op basis van 540 vervolginspecties zien dat de eerste ervaringen met de nieuwe aanpak over het algemeen positief zijn.
Uit het onderzoek blijkt dat 84% van de bedrijven bij de vervolginspectie alle maatregelen genoemd in het verbeterplan heeft doorgevoerd. Bij 11% van de vervolginspecties handhaaft de inspecteur op een of meerdere onderwerpen.
Tijdens de vervolginspecties blijkt 39% van de bedrijven aanvullende veiligheidsmaatregelen te hebben genomen die niet in het verbeterplan zijn genoemd. In de meeste gevallen zijn dit maatregelen met betrekking tot de bredere veiligheid in het bedrijf.
Naar inschatting van de inspecteurs zorgen het arbeidsongeval en/of de daaropvolgende interventie, dat wil zeggen de werkgeversrapportage, bij de meeste bedrijven voor een verhoging van het veiligheidsbewustzijn en het reflecterend vermogen. Ook schatten inspecteurs in dat bij meer dan de helft van de bedrijven de bedrijfscultuur ten opzichte van de veiligheid binnen het gehele bedrijf veranderd is naar aanleiding van het ongeval en de werkgeversrapportage.
Er is slechts een kleine groep bedrijven (minder dan 5%) waar volgens inschatting van de inspecteur tijdens de vervolginspectie geen verbetering op deze punten heeft plaatsgevonden.
De werkgeversrapportage en het verbeterplan zijn in ongeveer de helft van de gevallen direct goedgekeurd door de Arbeidsinspectie. In de andere helft van de gevallen is de werkgeversrapportage en/of het verbeterplan in tweede instantie goedgekeurd.
In ongeveer 1% van de ongevalszaken waarbij de interventie werkgeversrapportage is ingezet, keurt de Arbeidsinspectie de werkgeversrapportage en/of het verbeterplan af, en vindt er dan alsnog een ongevalsonderzoek door de Arbeidsinspectie plaats.
De eerste resultaten geven daarmee een overwegend positief beeld van de nieuwe aanpak. In 2025 verschijnt een rapport over het kwalitatieve gedeelte van het effectonderzoek. Hierin zullen op basis van gesprekken met werkgevers en ongevalsslachtoffers hun ervaringen met de nieuwe werkwijze worden beschreven.
Ik zal dit kwalitatieve onderzoek te zijner tijd ook aan uw Kamer sturen.
De staatssecretaris van Sociale Zaken en Werkgelegenheid,
J.N.J. Nobel
Kamerstuk 25 883, nr. 452.↩︎
Zie bijvoorbeeld: Jaarverslag 2022 Nederlandse Arbeidsinspectie↩︎
De werkgever mag weigeren om de werkgeversrapportage zelf op te stellen en er zijn situaties waarbij het uitvragen van een werkgeversrapportage niet passend wordt geacht (zie artikel 3 Beleidsregel werkgeversrapportage onderzoek bedrijfsongevallen). In dat geval volgt er een ongevalsonderzoek dat wordt uitgevoerd door de Arbeidsinspectie.↩︎