Brief van de werkgroep Voor een Kamer die Werkt met enkele aanbevelingen voor de strategische procedurevergadering
Voor een Kamer die Werkt
Brief commissie
Nummer: 2024D51119, datum: 2024-12-19, bijgewerkt: 2024-12-19 16:02, versie: 1
Directe link naar document (.docx), link naar pagina op de Tweede Kamer site.
Gerelateerde personen:- Eerste ondertekenaar: R.J. Kamminga, Tweede Kamerlid (VVD)
- Mede ondertekenaar: M. Schukkink, griffier
Onderdeel van kamerstukdossier 36673 -1 Voor een Kamer die Werkt.
Onderdeel van zaak 2024Z21671:
- Indiener: R.J. Kamminga, Tweede Kamerlid
- Medeindiener: M. Schukkink, griffier
- Voortouwcommissie: TK
Preview document (🔗 origineel)
36 673 Voor een Kamer die Werkt
Nr. 1 BRIEF VAN DE WERKGROEP VOOR EEN KAMER DIE WERKT
Aan de Voorzitter van de Tweede Kamer der Staten-Generaal
Den Haag, 19 december 2024
Hierbij biedt de werkgroep Voor een Kamer die Werkt u een brief aan die zij op 11 november 2024 naar de leden van de vaste Kamercommissies heeft verstuurd met enkele aanbevelingen ter voorbereiding op de strategische procedurevergadering van de commissies.
De voorzitter van de werkgroep Voor een Kamer die Werkt,
Kamminga
De griffier van de werkgroep Voor een Kamer die Werkt,
Schukkink
BIJLAGE:
BRIEF VAN DE WERKGROEP VOOR EEN KAMER DIE WERKT
Aan de leden
Den Haag, 11 november 2024
De komende tijd zullen veel commissies een strategische procedurevergadering
plannen. Een belangrijk instrument van de commissies. In deze brief doet de Werkgroep-Kamminga met als werktitel “Voor een Kamer die Werkt”1 graag enkele aanbevelingen om deze commissievergadering zo goed mogelijk te benutten. Deze aanbevelingen vloeien voort uit eerdere adviezen, rapporten en moties die de Kamer heeft omarmd.
Wat is een strategische procedurevergadering (SPV)?
Dit instrument vloeit voort uit de aanbevelingen van de werkgroep-Van der Staaij over de versterking van de Tweede Kamer en is bedoeld om verder vooruit te kijken naar aankomende wetgeving en beleid, EU-dossiers en kennisversterking en op die manier meer grip op en sturing aan het werk van de commissies te geven. Bovendien biedt de SPV ruimte om de eigen werkwijze en de werkwijze tussen commissie en bewindspersoon te bespreken. Commissies kunnen zo verder vooruit plannen, maar ook prioriteiten stellen en besluiten hoe gaan zij hun instrumenten inzetten en welke debatten zij willen voeren. Op deze manier kan worden gewerkt aan een meer gedragen koers en eigenaarschap in de commissie, waarbij nagedacht wordt over de beste aanpak, effectiever kan worden samengewerkt en activiteiten beter gepland kunnen worden. Bij reguliere procedurevergaderingen kan hier vervolgens op worden teruggevallen. Daarom is het van groot belang dat er zoveel mogelijk fracties bij de SPV vertegenwoordigd zijn2.
Kijk verder vooruit naar de wetgevingsagenda
Op basis van de planningsbrief kan de commissie verder vooruit kijken naar aankomende wetgeving. Zo kan vroegtijdig worden bezien of de inzet van wetgevingsrapporteurs of kennisinstrumenten wenselijk is3. De commissie kan haar wijze van voorbereiding op die manier beter afstemmen op de verwachte zwaarte of complexiteit van een wetsvoorstel. Daarbij kan ook meer aandacht worden besteed aan belangrijke aspecten als de uitvoerbaarheid van wetgeving, grondrechtelijke en constitutionele aspecten4,4 het doenvermogen van burgers en de mogelijkheid van maatwerk.
Breng meer structuur en focus aan in het commissiewerk
Voor een goede parlementaire controle is het van belang om meer systematisch zicht en grip te houden op de beschikbare informatie over de uitvoering van (nieuwe) wetgeving en beleid. Op belangrijke dossiers kunnen hoofdlijnenbrieven, uitvoeringstoetsen, periodieke evaluaties en invoeringstoetsen e.d. beter gemonitord en geanalyseerd worden. Zo wordt de Kamer minder afhankelijk van berichten over incidenten. Tijdens de SPV kunt u daartoe prioritaire dossiers aanwijzen. Ook de kennisagenda kan worden benut voor gestructureerde kennisversterking op specifieke dossiers. U kunt op deze dossiers vervolgens rapporteurs benoemen of een voorbereidingsgroep instellen, of de staf vragen extra aandacht te geven aan ontwikkelingen op die dossiers.
Bij het benoemen van rapporteurs of het samenstellen van voorbereidingsgroepen is het aan te raden om te zorgen voor een goede balans en samenwerking tussen coalitie en oppositie en een evenredige inzet van alle fracties.
Bij complexe beleids- of uitvoeringsvraagstukken kan ook een parlementaire verkenning worden overwogen: een nieuw instrument dat het midden houdt tussen een hoorzitting of rondetafelgesprek en een volwaardig parlementair onderzoek. Dit is de afgelopen periode drie keer toegepast in de commissies, namelijk rondom de strafrechtketen (J&V), betalen naar gebruik (I&W/FIN) en verward gedrag/veiligheid (J&V)5. Deze werkgroep zal een reflectie geven op deze drie parlementaire verkenningen en van daaruit aanbevelingen formuleren voor de ontwikkeling van dit instrument.
Denk na over de voorbereiding en behandeling van invoeringstoetsen
De invoeringstoets is een instrument dat in 2021 door het kabinet is ingevoerd om kort na de inwerkingtreding van een nieuwe wet (d.w.z. na ongeveer 1 jaar) een eerste verkenning te doen van de effecten van de wet in de praktijk. Dit instrument is nog in ontwikkeling. De afgelopen periode is vanuit de commissies een aantal keer gevraagd om een invoeringstoets bij de behandeling van een wetsvoorstel. Ook is enkele keren gevraagd om een opzet voor de invoeringstoets met de Kamer te delen, waarop de commissie vervolgens input leverde. De werkgroep beveelt aan om invoeringstoetsen actief te behandelen, zodat signalen over problemen in de uitvoering vroegtijdig kunnen worden opgevangen en zo nodig kan worden ingegrepen. Desgewenst kan de commissie daarvoor rapporteurs benoemen of de staf verzoeken om een analyse te maken6.
Werk aan een goede relatie met departementen en uitvoeringsorganisaties
Diverse rapporten hebben benadrukt dat het van belang is om te werken aan meer vertrouwen tussen Kamer, departementen en uitvoeringsorganisaties. Tijdens de SPV kan de commissie nadenken over de inzet van instrumenten en activiteiten om goede contacten te bevorderen. Zo is de commissie Financiën recent op bezoek geweest bij de Belastingdienst, waarbij Kamerleden informeel en laagdrempelig aan verschillende thematafels in gesprek konden gaan met ambtenaren uit verschillende lagen en dienstonderdelen. Daarnaast voert de commissie SZW minimaal één keer per jaar een gesprek met de uitvoeringsorganisaties UWV en SVB en hun cliëntenraden over hun knelpuntenbrieven. Ook Kamerbrede initiatieven zoals de Dag van de Publieke Dienstverlening kunnen hieraan bijdragen. Verder kunnen commissies met bewindspersonen afspraken maken over informatievoorziening.
Creëer ruimte voor onderling contact en overleg
Voor effectieve en collegiale samenwerking binnen de commissie is het belangrijk dat er ook buiten commissievergaderingen ruimte is voor ontmoeting en overleg, zowel tussen commissieleden als tussen de commissie en de staf. Bijvoorbeeld door ruimte in de agenda te creëren voor informeel overleg direct na een (procedure)vergadering, of door de staf te vragen om mondelinge briefings aan leden of fractiemedewerkers te geven naar aanleiding van notities.
In de planning van de SPV is het ten slotte verstandig om overlap met andere activiteiten, alsook andere SPV’s, te vermijden. Zo kunnen zoveel mogelijk leden – ook van kleinere fracties – deelnemen.
De voorzitter van de werkgroep Voor een Kamer die Werkt,
Kamminga
De griffier van de werkgroep Voor een Kamer die Werkt,
Schukkink
De werkgroep bestaat uit Roelien Kamminga (VVD, voorzitter), Senna Maatoug (GroenLinks-PvdA), Sandra Palmen (NSC), Inge van Dijk (CDA), Pieter Grinwis (ChristenUnie) en Pepijn van Houwelingen (FvD). De werkgroep is onderdeel van de Commissie voor de Werkwijze en is ingesteld naar aanleiding van de motie-Kamminga c.s. (Kamerstuk 35 867, nr. 10). De werkgroep is gevraagd om inzichtelijk te maken wat de stand van zaken is met betrekking tot de aanbevelingen van een aantal relevante rapporten die de afgelopen jaren zijn verschenen over de versterking van de werkwijze van de Tweede Kamer. Naar aanleiding daarvan zal de werkgroep zo nodig nadere suggesties of voorstellen aan de Kamer doen.↩︎
Zie voor meer informatie en goede voorbeelden ook de tussentijdse monitor van de werkgroep-Van der Staaij.↩︎
Voor meer informatie over de mogelijkheden van het wetgevingsrapporteurschap verwijst de werkgroep naar de recente brief van de rapporteurs wetgevingskwaliteit Michon en Sneller. Zie voor meer informatie over kennisinstrumenten ook de producten- en dienstencatalogus voor de commissies.↩︎
Op 5 november 2024 stemde de Kamer in met de instelling van de tijdelijke commissie grondrechten en constitutionele toetsing.↩︎
De vaste commissie voor Justitie en Veiligheid besteedt op de website van de Tweede Kamer aandacht aan de inzet van het instrument parlementaire verkenning binnen die commissie.↩︎
Meer informatie is te vinden in de eerder genoemde brief van de rapporteurs Michon en Sneller.↩︎