Kwaliteit Wajong-dienstverlening
Structuur van de uitvoering werk en inkomen (SUWI)
Brief regering
Nummer: 2025D02794, datum: 2025-01-24, bijgewerkt: 2025-01-28 17:00, versie: 3
Directe link naar document (.pdf), link naar pagina op de Tweede Kamer site, officiële HTML versie (kst-26448-798).
Gerelateerde personen:- Eerste ondertekenaar: J.N.J. Nobel, staatssecretaris van Sociale Zaken en Werkgelegenheid
- Beslisnota bij Kwaliteit Wajong-dienstverlening
- Overkoepelende rapportage Kwaliteit Beoordeling Wajong2015
Onderdeel van kamerstukdossier 26448 -798 Structuur van de uitvoering werk en inkomen (SUWI).
Onderdeel van zaak 2025Z01250:
- Indiener: J.N.J. Nobel, staatssecretaris van Sociale Zaken en Werkgelegenheid
- Voortouwcommissie: vaste commissie voor Sociale Zaken en Werkgelegenheid
- 2025-01-28 15:40: Regeling van werkzaamheden (Regeling van werkzaamheden), TK
- 2025-02-04 16:30: Procedures en brieven SZW (Procedurevergadering), vaste commissie voor Sociale Zaken en Werkgelegenheid
Preview document (🔗 origineel)
Tweede Kamer der Staten-Generaal | 2 |
Vergaderjaar 2024-2025 |
26 448 Structuur van de uitvoering werk en inkomen (SUWI)
Nr. 798 BRIEF VAN DE STAATSSECRETARIS VAN SOCIALE ZAKEN EN WERKGELEGENHEID
Aan de Voorzitter van de Tweede Kamer der Staten-Generaal
Den Haag, 24 januari 2025
In de brief van 22 november jl.1 heeft de Minister uw Kamer geïnformeerd over de problematiek van de kwaliteit van sociaal-medische beoordelingen van UWV in het kader van de WIA. Net als bij de WIA vindt bij een Wajong-aanvraag een sociaal-medische beoordeling plaats. Voor de Wajong geldt dat UWV vanaf 2020 geen periodieke kwaliteitscontroles heeft uitgevoerd naar de Wajong-dienstverlening. Hierdoor is niet duidelijk of de kwaliteit van de Wajong-beoordelingen op orde is. Ik vind deze onzekerheid voor mensen die een Wajong aanvraag hebben gedaan extra vervelend omdat zij zich, nog vaker dan bij de WIA al het geval is, in een kwetsbare positie bevinden.
In de evaluatie van de sociaal-medische centra2 uit 2024 bleek dat de kwaliteit mogelijkerwijs niet op orde is3. De evaluatie van de sociaal-medische centra geeft echter geen representatief beeld van de Wajong-kwaliteit. Mede tegen die achtergrond heeft UWV heeft in de afgelopen tijd de kwaliteit nader onderzocht. UWV heeft een eerder gestart auditonderzoek afgerond over enkele maanden in 2023 en een eerste Meting operationele kwaliteit (MOK) over de laatste maanden van 2024. Deze onderzoeken geven inzicht in de kwaliteit van 2023 en 2024. Over de jaren 2020–2022 zijn geen kwaliteitsmetingen beschikbaar. Daardoor kan het beeld van de kwaliteit alleen op basis van de onderzoeken over 2023 en 2024 worden bepaald.
Ik vind het van belang, zoals toegezegd in de Stand van de Uitvoering december jl.4, u daar zo snel mogelijk over te informeren. Helaas moet ik uw Kamer melden dat er nog steeds onzekerheid is over de kwaliteit van de door UWV uitgevoerde Wajong-beoordelingen. Ook de uitgevoerde onderzoeken geven nog niet de gewenste duidelijkheid op dit punt. Enerzijds doordat de onderzoeken onvoldoende inzicht geven of er daadwerkelijk fouten zijn gemaakt en wat de mogelijke gevolgen zijn voor mensen die een Wajong-uitkering hebben aangevraagd.
Anderzijds zijn de uitgevoerde kwaliteitscontroles over 2024 nog onvoldoende betrouwbaar. Wanneer een beoordeling als onjuist is aangemerkt, wil dat overigens niet zeggen dat iemand onterecht wel of geen uitkering heeft ontvangen. Er kan ook sprake van zijn dat de uitkering te vroeg of te laat is gestart of dat er een andere fout is gemaakt met gevolgen voor de ontvangen van de uitkering. Omdat de mensen om wie het gaat duidelijkheid verdienen, doen we hier nog verder inhoudelijk onderzoek naar.
Hieronder ga ik kort in op de aard van de Wajong. Daarna geef ik de uitkomsten van de onderzoeken van UWV weer. Die weergave is gebaseerd op de rapportage van UWV die als bijlage bij deze brief is gevoegd. UWV publiceert het onderliggend audit-onderzoek op haar website. Tot slot ga ik in op welke opvolging ik aan deze voorlopige uitkomsten wil geven.
Wajong
De Wajong is een voorziening om mensen die op jonge leeftijd vanwege ziekte of gebrek duurzaam geen arbeidsvermogen hebben in hun levensonderhoud te voorzien. Mensen die een Wajong-uitkering aanvragen krijgen een sociaal-medische beoordeling om vast te stellen of ze recht hebben op een uitkering. Deze beoordeling kent twee uitkomsten. Iemand heeft wel of geen recht op Wajong. Mensen met arbeidsvermogen of «tijdelijk geen arbeidsvermogen» komen niet in aanmerking voor een Wajong-uitkering. Anders dan bij een WIA-beoordeling wordt geen onderscheid gemaakt in de mate van arbeidsongeschiktheid of het verzekerd inkomen. De hoogte van de uitkering wordt vastgesteld op basis van het wettelijk minimumloon. Er hangt veel af van een Wajong-aanvraag. Een toekenning betekent dat iemand volgens het UWV duurzaam geen arbeidsvermogen heeft en dus niet kan werken. Wanneer iemand wordt afgewezen betekent dat dat diegene voor het levensonderhoud afhankelijk is van inkomen uit werk, partner, familie of de Participatiewet.
Iedereen moet erop kunnen vertrouwen dat de procedures en criteria voor de uitvoering van de Wajong op een voorspelbare, consistente en rechtmatige manier worden toegepast, zodat zij weten of zij wel of niet in aanmerking komen voor een Wajong-uitkering. Dit leidt niet alleen tot bestaanszekerheid van burgers, maar ook tot vertrouwen in een overheid die transparant, rechtvaardig en effectief handelt in het belang van haar burgers.
Auditonderzoek 2023
Een landelijk team van auditoren heeft in een steekproef 295 Wajong beoordelingen uit 2023 gecontroleerd. Hieruit volgt het beeld dat in de meerderheid van de gecontroleerde dossiers (56%) een juiste beslissing is genomen. In 3% van de dossiers is een onjuiste beslissing genomen. Voor een groot deel van de getoetste dossiers (41%) is op basis van de verslaglegging niet te bepalen is of er een juiste of onjuiste beslissing is genomen, deze dossiers krijgen het oordeel «nader te bepalen».
Voor de dossiers met het oordeel «nader te bepalen» heeft UWV de bevindingen bij de behandelaren van de betreffende dossiers teruggelegd met het verzoek of de missende informatie kan worden aangevuld. Op basis van een eerste bestudering van deze aanvullende informatie heeft een groot deel van de dossiers alsnog de beoordeling «juist» of «onjuist» gekregen. Van de 119 dossiers hebben 100 dossiers na de teruglegging het oordeel «juist» gekregen en 6 dossiers het oordeel «onjuist».
Dit leidt tot een voorlopig auditresultaat: 90% juist, 5% fout en 4% «nader te bepalen». Om de voorlopige resultaten van het auditonderzoek zorgvuldig te kunnen wegen vindt er nog aanvullend inhoudelijk onderzoek plaats en een validatiesessie met professionals. In april zal UWV een definitief beeld geven van de uitkomsten van de terugleggingen.
Indien er een foute beslissing is genomen, kan dit om een fout met financiële gevolgen voor de aanvrager gaan. Zo kan het zijn dat de aanvrager onterecht wel of geen Wajong-uitkering heeft ontvangen. Er kan ook sprake zijn van een verkeerde ingangsdatum. Daarnaast kan het zo zijn dat bij de beoordeling onterecht geen hulpbehoevendheid is vastgesteld, waardoor iemand niet in aanmerking komt voor een verhoging van de uitkering wegens hulpbehoevendheid. UWV heeft op dit moment nog geen adequaat beeld waar de fouten betrekking op hebben.
Meting operationele kwaliteit 2024
UWV is in oktober 2024 gestart met de Meting operationele kwaliteit (MOK) voor de Wajong. Er is een steekproef van 305 dossiers gecontroleerd. Voor de MOK toetst een UWV-district kruiselings de dossiers, die onderdeel uitmaken van de steekproef, van een ander district. Vervolgens toetst het landelijk team van auditors een deel van de getoetste dossiers. Uit deze landelijke controles blijkt dat er verschillen zitten in hoe de controles in de praktijk worden uitgevoerd. Als gevolg van deze praktijkvariatie is er nog onvoldoende consistentie tussen de controles. Hierdoor zijn de uitkomsten nog niet betrouwbaar en kunnen daar nog geen harde conclusies aan worden verbonden. Het streven is deze praktijkvariatie zo klein mogelijk te krijgen. Mede gezien mijn toezegging om uw Kamer zo snel en compleet mogelijk te informeren, deel ik nu al wel de informatie met deze kanttekening.
Uit de kruiselingse controle komt het beeld naar voren dat de beslissingen in de meerderheid van de dossiers (67%) beoordelingen juist zijn. In 1% van de gecontroleerde dossiers is volgens de controles een foute beslissing genomen. Voor een groot deel van de dossiers (31%) heeft de toetser in het district niet kunnen beoordelen of er een juiste beslissing is genomen, deze dossiers krijgen het oordeel «nader te bepalen».
UWV heeft de dossiers met het oordeel «nader te bepalen» en «onjuist» inmiddels teruggelegd bij de behandelaars. Van de 100 dossiers die eerst als «nader te bepalen» of «onjuist» zijn aangemerkt, zijn na een eerste bestudering alsnog 61 dossiers als «juist» aangemerkt en 23 dossiers als «onjuist». Dit leidt tot het voorlopige inzicht van de MOK: 87% juist, 9% fout en 4% «nader te bepalen».
De laatste stap in het MOK-proces betreft een inhoudelijk onderzoek naar de terugleggingen en een validatiesessie met professionals. Dit moet nog plaatsvinden.
Net als bij het auditonderzoek heeft UWV nog geen adequaat inzicht in de aard van de fouten die volgens de MOK-methode in 27 dossiers zijn gevonden. Ook is niet zeker of het oordeel van de controles klopt, doordat de kwaliteitscontroles niet consistent zijn uitgevoerd.
Vervolg
De uitgevoerde onderzoeken geven nog onvoldoende inzicht voor een betrouwbaar beeld over de kwaliteit van de Wajong-beoordelingen. In de voortgangsbrief over de Verbeteraanpak WIA van maart zal ik de meeste recente inzichten op de Wajong met uw Kamer delen. Vervolgens verwacht ik in april de definitieve uitkomsten van de kwaliteitsonderzoeken met uw Kamer te kunnen delen. Vooruitlopend op een beter inzicht wil ik aan de slag met een verbetering van de Wajong-dienstverlening.
Het is van groot belang dat UWV de kwaliteit van de Wajong-beoordelingen verbetert, aanvullend op wat de Minister uw Kamer heeft gemeld in de brief van 22 november jl. over de algemene kwaliteitsverbetering op het brede terrein van sociaal medisch beoordelen5. UWV werkt hieraan door te investeren in het opleidingsaanbod en kennisniveau van medewerkers. Ook verkent UWV of de beoordeling voor de Wajong 2015 verder kan worden gespecialiseerd en gecentraliseerd binnen UWV. Eerder is uw Kamer gemeld dat UWV een extern onderzoek laat uitvoeren naar het kwaliteitsmanagementsysteem6. Inmiddels is besloten dat dit onderzoek wordt uitgebreid naar een volledige doorlichting van de kwaliteit binnen het organisatieonderdeel Sociaal Medische Zaken van UWV, waar de uitvoering van de Wajong-beoordeling deel van uitmaakt.
Daarnaast verwacht ik van UWV dat ze de betrouwbaarheid van de nieuwe kwaliteitscontroles zo snel als mogelijk op orde brengen. UWV heeft aangegeven hieraan te werken en vanaf september 2025 een betrouwbaar beeld te kunnen geven van de kwaliteit van de Wajong-beoordelingen.
Ik kan me goed voorstellen dat twijfel over de kwaliteit van Wajong-beoordelingen tot onzekerheid leidt bij mensen. Daarom werk ik samen met UWV aan ondersteuning die we deze mensen kunnen bieden. Mensen die vragen hebben kunnen altijd contact opnemen met UWV via telefoonnummer 088–898 9294. Het is hierbij van belang te weten dat iemand na een eerdere afwijzing altijd nogmaals een beoordeling kan aanvragen als er sprake is van nieuwe feiten die bij de laatste beoordeling niet zijn meegenomen en die leiden tot een andere uitkomst. Als er geen sprake is van nieuwe feiten of omstandigheden kunnen mensen altijd een verzoek indienen dat UWV terugkomt van een beslissing, ook bij een afwijzing Wajong. Voor eventuele verdere ondersteuning is het belangrijk om meer inzicht krijgen in de mogelijke fouten die zijn gemaakt, zodat UWV gericht dienstverlening kan inrichten voor mensen in onzekerheid.
Ik zal uw Kamer in de voortgangsbrief van maart over de Verbeteraanpak WIA informeren over de stand van zaken op dit dossier.
De Staatssecretaris van Sociale Zaken en Werkgelegenheid,
J.N.J. Nobel
Kamerstukken II 2024/25, 26 448, nr. 793.↩︎
Kamerstukken II 2024/25, 26 448, nr. 788. Evaluatie sociaal-medische centra 2024 | UWV↩︎
In de evaluatie wordt een gemiddeld foutpercentage van 10% genoemd en komt naar voren dat er bij een fors deel van de beoordelingen (32%) niet duidelijk is hoe de beoordeling tot stand is gekomen (de categorie «nader te bepalen»).↩︎
Kamerstukken II 2024/25, 26 448, nr. 797.↩︎
Kamerstukken II 2024/25, 26 448, nr. 793.↩︎
Kamerstukken II 2024/25, 26 448, nr. 767.↩︎