Antwoord op van de leden Martens-America en Kisteman over het bericht ’Kleding SHEIN vol hormoonverstorende stoffen, slippers 325 keer giftiger dan toegestaan’
Antwoord schriftelijke vragen
Nummer: 2025D03615, datum: 2025-01-30, bijgewerkt: 2025-01-30 15:30, versie: 2
Directe link naar document (.docx), link naar pagina op de Tweede Kamer site.
Gerelateerde personen:- Eerste ondertekenaar: D.S. Beljaarts, minister van Economische Zaken
Onderdeel van zaak 2024Z21909:
- Gericht aan: D.S. Beljaarts, minister van Economische Zaken
- Indiener: C. Martens-America, Tweede Kamerlid
- Medeindiener: A. Kisteman, Tweede Kamerlid
- Voortouwcommissie: TK
Preview document (🔗 origineel)
AH 1165
2024Z21909
Antwoord van minister Beljaarts (Economische Zaken) (ontvangen 30 januari 2025)
1
Bent u bekend met het artikel ’Kleding SHEIN vol hormoonverstorende stoffen, slippers 325 keer giftiger dan toegestaan’?
Antwoord
Ja.
2
Deelt u de mening dat het aanbieden van producten die de Nederlandse veiligheidsnormen ver overschrijden oneerlijke concurrentie is voor Nederlandse ondernemers die zich wel aan de regels houden?
Antwoord
Ja, deze mening deel ik. Voor een gelijk speelveld is het belangrijk dat alle bedrijven die een product in de EU aanbieden zich aan de geldende wet- en regelgeving houden.
3
Klopt het dat twee van de vijf producten van webwinkel SHEIN die zijn
onderzocht niet voldoen aan de Nederlandse normen? Kunt u met de Kamer
cijfers delen over het percentage producten van SHEIN wat niet aan de
normen voldoet? Zo nee, bent u bereid dit te onderzoeken, andere
buitenlandse webshops kunnen ook in het onderzoek worden
meegenomen?
Antwoord
Verschillende Europese markttoezichthouders onderzochten in hoeverre producten afkomstig van online platforms buiten de Europese Unie (hierna: EU), waaronder SHEIN, voldoen aan de EU-productregelgeving. Uit deze onderzoeken blijkt dat circa 85-95% van de onderzochte producten niet voldoet aan de Europese productregels voor veiligheid, gezondheid en duurzaamheid1. Dit zijn non-conforme producten. Gezien de selectie van producten binnen het grote productaanbod op deze platforms kan niet worden vastgesteld dat dit percentage representatief is voor het volledige productaanbod. Desondanks zijn de uitkomsten van deze onderzoeken wel zorgwekkend.
4
Welke rechtsgrond hebben Nederlandse instanties om op te treden tegen deze schending van regelgeving door een buitenlandse webwinkel?
5
Welke rechtsgrond hebben Europese instanties om op te treden tegen deze schending van regelgeving door een buitenlandse webwinkel?
Antwoord
Ik beantwoord de vragen 4 en 5 hieronder samen. Er zijn een aantal wettelijke instrumenten die ingezet kunnen worden om op te treden tegen online platforms buiten de EU.
De digitaledienstenverordening (hierna: “DSA”) bevat verschillende zorgvuldigheidsverplichtingen voor online dienstverleners, waaronder online platforms. Deze verplichtingen zorgen voor een betere bescherming van gebruikers en bestrijding van illegale inhoud op online platforms, zoals misleiding. De strengste regels in de DSA gelden voor zogenaamde “zeer grote online platforms” (very large online platforms, ofwel “VLOPS”) en zeer grote online zoekmachines (very large online search engines, ofwel “VLOSEs”). Deze worden aangewezen door de Europese Commissie. Op 26 april 2024 heeft de Commissie SHEIN aangewezen als zeer groot online platform. De Europese Commissie is exclusief bevoegd ten aanzien van de verplichtingen in de DSA die uitsluitend gelden voor VLOPs en VLOSEs. De vijf Nederlandse markttoezichthouders2 voor producten kunnen informatie en andere signalen over non-conforme producten op de online interface van VLOPs aanleveren bij de Europese Commissie. Deze informatie kan de Commissie helpen bij het toezicht op VLOPS.
Verder is de toezichthouder in de lidstaat waar het hoofdkantoor van de online marktplaats (dienstverlener) is gevestigd bevoegd om hierop toezicht te houden. In het geval van SHEIN is dat de Ierse toezichthouder. Deze houdt toezicht op de overige (niet-VLOP-) verplichtingen uit de DSA en ondersteunt het toezicht door de Europese Commissie. De Autoriteit Consument en Markt (ACM), als (beoogd) Nederlandse toezichthouder, speelt dus in beginsel geen rol in het toezicht op en het handhaven van de DSA ten aanzien van SHEIN. De Europese Commissie doet op dit moment onderzoek naar SHEIN in het kader van de DSA3.
Daarnaast geeft de productregelgeving onder de markttoezichtverordening en de algemene productveiligheidsverordening (GPSR) markttoezichthouders verschillende bevoegdheden om te handhaven op non-conforme producten. De markttoezichtverordening ziet toe op goederen waarvoor product specifieke Europese regels bestaan, zoals textiel, batterijen, speelgoed en chemische stoffen. De algemene productveiligheidsverordening, die in december 2024 in werking trad, ziet toe op de veiligheid van consumentenproducten waar geen specifieke Europese regels voor zijn. Deze verordeningen schrijven ook samenwerking voor tussen markttoezichthouders binnen de Europese Unie. Zo moeten markttoezichthouders hun toezicht bevindingen registreren in een EU-brede database: Information and Communication System for Market Surveillance (ICSMS), Safety Gate en Eudamed voor medische hulpmiddelen.
In de verordening algemene productveiligheid en de markttoezichtverordening staat dat een product alleen in de EU in handel mag worden gebracht als er sprake is van een verantwoordelijk persoon die in de EU is gevestigd. Deze EU-verantwoordelijke is onder andere verplicht om technische documentatie te overleggen met de markttoezichtouder. Dit moet ervoor zorgen dat er altijd iemand in de EU is die de markttoezichthouder kan aanspreken op de verkoop van non-conforme producten.
Ook moeten online marktplaatsen volgens de algemene productveiligheidsverordening een centraal contactpunt aanwijzen dat de markttoezichtautoriteiten kunnen benaderen. Daarnaast moeten deze online marktplaatsen hun interface zo inrichten dat verkopers op deze platforms verplichte informatie over productveiligheid kunnen plaatsen. Hierbij kan gedacht worden aan informatie die de identificatie van het product mogelijk maakt en informatie over de contactgegevens van de fabrikant en, in voorkomend geval, de gemachtigde.
6
Welke aanvullende stappen gaat u nemen om de Europese Commissie in
beweging te krijgen gezien u eerder aangaf een schending van regelgeving
door buitenlandse webwinkels serieus te nemen en dit daarom bij de
Europese Commissie zou aankaarten?
Antwoord
De Europese Commissie (EC) komt in februari met een mededeling over e-commerce. In aanloop naar deze mededeling heb ik de EC meegegeven waar Nederland mogelijkheden ziet om de e-commerce problematiek aan te pakken op Europees niveau en hoe we hier als Nederland aan kunnen bijdragen.
Hierbij zet het kabinet in op de volgende punten:
Benadrukken van het belang van effectieve handhaving van de DSA in het aanpakken van online platforms uit derde landen die non-conforme producten aanbieden.
Mijn collega – staatssecretaris Fiscaliteit, Belastingdienst en Douane – zet zich in de Europese onderhandelingen van het nieuwe Douane Wetboek van de Unie in voor een beter beheersbaar proces omtrent het toezicht op e-commerce. De Douane controleert op zowel fiscale als productveiligheidsverplichtingen aan de EU-buitengrens. Het businessmodel van platformen gevestigd buiten de EU, die individuele pakketjes direct naar de consument in de EU sturen bemoeilijkt dit toezicht. Dit door de enorme omvang van de stroom (momenteel 3 miljoen per dag). Het kabinet heeft een non-paper geschreven met een voorstel dat zich richt op het stimuleren van bulk import en het demotiveren van directe import van individuele pakketjes. Zo kan het toezicht op een meer overzichtelijke en uniforme goederenstroom plaats vinden. Dit non-paper4 dient als basis voor de onderhandelingen omtrent de herziening van het Douane Wetboek in de komende periode.
Een spoedige evaluatie van de markttoezichtverordening, zodat deze gelijk wordt getrokken met de algemene productveiligheidsverordening en dat de bevoegdheden van markttoezichthouders worden versterkt. Zo kunnen markttoezichthouders beter handhaven op online platforms.
Het vergroten van de bewustwording bij consumenten over de gevaren van online aankopen in derde landen is als laatste ook een belangrijke pijler. In het kader daarvan hebben het ministerie van EZ, de markttoezichthouders en de Douane diverse campagnes gevoerd. Een toelichting hierop staat in vraag 7. Ik heb de EC verzocht om ook dergelijke campagnes te voeren, zodat de zorgen omtrent de veiligheid van de producten van deze platforms EU-breed worden gehoord.
Het is belangrijk om te benadrukken dat er niet één oplossing is. Ik zet mij daarom in voor een meer integrale Europese aanpak, zoals hierboven toegelicht. Recent heb ik ook een signaal ontvangen van de toezichthouders hierover.5 Op 13 februari 2025 ga ik daarom verder in gesprek met het bedrijfsleven, toezichthouders en andere belangenorganisaties over de e-commerce problematiek, de huidige beleidsinzet en eventueel aanvullende maatregelen.
7
Na eerdere mondelinge vragen over privacy- en consumentenrechtschendingen van webwinkel Temu gaf u aan campagnes te voeren voor bewustwording bij Nederlandse consumenten. Hoe groot is het bereik van deze campagnes? Richt deze campagne zich naar uw mening op de juiste doelgroep, en zo ja, waar leest u dat aan af?
Antwoord
In 2024 zijn er diverse campagnes gevoerd om bewustwording bij consumenten over online aankopen (buiten de EU) te vergroten. Deze campagnes zijn onder andere ontwikkeld vanwege de toename van het aantal e-commerce aankopen en signalen die de toezichthouders krijgen. Primair richten de campagnes zich op de doelgroep tussen de 16-45 jaar. Secundair bereiken de campagnes uiteraard ook een bredere doelgroep via media en eigen kanalen. De doelgroep wordt onder andere bepaald aan de hand van meldingen en reacties die binnenkomen bij toezichthouders. Daarnaast ligt de focus op een iets jongere doelgroep, omdat zij vaker online bestellen en de risico’s hiervan over het algemeen lager inschatten.
Onderstaand vindt u een opsomming van de verschillende campagnes:
“Productenmeldwijzer”. Mijn ministerie heeft online campagne gevoerd om meer bekendheid te genereren voor de Productenmeldwijzer en consumenten bewuster te maken van de gevaren van online aankopen uit derde landen.
“Weet wat je online koopt”. Deze campagne is opgezet door de markttoezichthouders en de Douane en wijst consumenten op de risico's van online aankopen van producten buiten de EU.
“Check de regels”. Dit is een campagne van de Douane over de regels omtrent online bestellen buiten de EU.
“Eerst checken, dan bestellen.” Dit is een campagne van de ACM waarin zij waarschuwt voor onbetrouwbare webshops.
8
Hoeveel meldingen zijn er de afgelopen drie jaar binnengekomen bij Productenmeldwijzer? Indien mogelijk, kunt u de beantwoording uitsplitsen naar de herkomst van de (web)winkel?
Antwoord
De Productenmeldwijzer is op 24 september 2024 live gegaan. Daarom hebben wij nog geen cijfers over het aantal meldingen die via de Productenmeldwijzer zijn binnengekomen bij de markttoezichthouders.
9
Na hoeveel meldingen bij Productenwijzer heeft de Autoriteit Consument en Markt ook daadwerkelijk actie ondernomen om de betreffende (web)winkel te sanctioneren? Om welke (web)winkels ging dit?
Antwoord
De Productenmeldwijzer is ontwikkeld in samenwerking met de vijf markttoezichthouders op producten: NVWA, RDI, ILT, Arbeidsinspectie en de IGJ. De ACM is geen markttoezichthouder op producten en daarom niet aangesloten op de Productenmeldwijzer. Op de Productenmeldwijzer kunnen consumenten en ondernemers de juiste markttoezichthouder vinden om hun non-conforme product te melden. Informatie over lopende onderzoeken van de markttoezichthouders naar non-conforme producten zijn niet openbaar.
10
Deelt u de mening dat een intensivering van de aanpak tegen webwinkels die zich niet aan de Nederlandse regels houden eigenlijk ruim vóór de feestdagen had moeten plaatsvinden? Zo ja, waarom heeft u hier niet voor gekozen, ondanks een oproep van de leden op 19 november 2024?
Antwoord
Ik vind het belangrijk dat online marktplaatsen zich gedurende het hele jaar aan de regels houden. Als minister neem ik geen besluit over de (tijdelijke) intensivering van het toezicht. Dat is aan de toezichthouders.
In december 2024 heb ik wel een publiekscampagne laten uitvoeren om de Productenmeldwijzer te promoten en consumenten bewust te maken van de risico’s van online aankopen.
Inspectieresultaten uit ICSMS (een Europees registratiesysteem voor toezichthouders om toezicht bevindingen te registreren) van verschillende Europese markttoezichthouders laten dit zien: E-commerce platforms buiten de EU zorgen voor onveilige (markt)producten | Signaalrapportage | Inspectie Leefomgeving en Transport (ILT)↩︎
De Nederlandse Voedsel- en Warenautoriteit (NVWA), De Rijksinspectie Digitale Infrastructuur (RDI), De Inspectie Leefomgeving en Transport (ILT), De Nederlandse Arbeidsinspectie (NLA) en de Inspectie Gezondheidszorg en Jeugd (IGJ).↩︎
Commission requests information from online marketplaces Temu and Shein on compliance with the Digital Services Act | Shaping Europe’s digital future.↩︎
https://www.rijksoverheid.nl/documenten/publicaties/2025/01/10/bijlage-2-non-paper-e-commerce↩︎
E-commerce platforms buiten de EU zorgen voor onveilige (markt)producten | Signaalrapportage | Inspectie Leefomgeving en Transport (ILT)↩︎