Antwoord op vragen van het lid Rikkers-Oosterkamp over de artikelen 'Criminele zorgmedewerkers ronselen kwetsbare cliënten voor uithalen cocaïne' en ‘Drugshandelaren en plofkrakers 'op grote schaal' actief in de zorg, kwetsbare patiënten in gevaar’
Antwoord schriftelijke vragen
Nummer: 2025D04379, datum: 2025-02-04, bijgewerkt: 2025-02-05 11:13, versie: 3 (versie 1, versie 2)
Directe link naar document (.pdf), link naar pagina op de Tweede Kamer site, officiële HTML versie (ah-tk-20242025-1210).
Gerelateerde personen:- Eerste ondertekenaar: M. Agema, minister van Volksgezondheid, Welzijn en Sport (Ooit PVV kamerlid)
- Mede namens: D.M. van Weel, minister van Justitie en Veiligheid
Onderdeel van zaak 2024Z17713:
- Gericht aan: M. Agema, minister van Volksgezondheid, Welzijn en Sport
- Gericht aan: D.M. van Weel, minister van Justitie en Veiligheid
- Indiener: M.G.F. Rikkers-Oosterkamp, Tweede Kamerlid
- Voortouwcommissie: TK
Preview document (🔗 origineel)
Tweede Kamer der Staten-Generaal | 2 |
Vergaderjaar 2024-2025 | Aanhangsel van de Handelingen |
Vragen gesteld door de leden der Kamer, met de daarop door de regering gegeven antwoorden |
1210
Vragen van het lid Rikkers-Oosterkamp (BBB) aan de Ministers van Volksgezondheid, Welzijn en Sport en van Justitie en Veiligheid over de artikelen «Criminele zorgmedewerkers ronselen kwetsbare cliënten voor uithalen cocaïne» en «Drugshandelaren en plofkrakers «op grote schaal» actief in de zorg, kwetsbare patiënten in gevaar» (ingezonden 7 november 2024).
Antwoord van Minister Agema (Volksgezondheid, Welzijn en Sport), mede namens de Minister van Justitie en Veiligheid (ontvangen 4 februari 2025).
Vraag 1
Bent u bekend met de berichten over zware criminelen die de zorgsector binnendringen, zoals beschreven in de artikelen van RTL Nieuws en NRC?1, 2
Antwoord 1
Ja.
Vraag 2
Welke concrete stappen onderneemt u momenteel om te voorkomen dat zware criminelen toegang krijgen tot de zorgsector?
Antwoord 2
Er zijn verschillende stappen gezet om malafide zorgaanbieders beter te kunnen weren. Ten eerste is per 1 januari 2025 de Wet bevorderen samenwerking en rechtmatige zorg (Wbsrz) in werking getreden. Hiermee wordt onder andere mogelijk gemaakt dat zorgverzekeraars, zorgkantoren en gemeenten elkaar voor frauderende zorgaanbieders, waaronder diens bestuurders en leidinggevenden, kunnen waarschuwen. Daarmee kan worden tegengaan dat zij hun activiteiten elders voortzetten of anderszins opnieuw beginnen.
Ten tweede is de doelgroep voor de vergunningplicht Wet toetreding zorgaanbieders (Wtza) per 1 januari 2025 uitgebreid. Dit betekent dat alle zorginstellingen die zorg verlenen op grond van de Zorgverzekeringswet (Zvw) of Wet langdurig zorg (Wlz) moeten beschikken over een toelatingsvergunning. Ook de kleinere zorginstellingen met 10 of minder zorgverleners.
Ten derde zal begin 2025 het wetsvoorstel Integere bedrijfsvoering zorg- en jeugdhulpaanbieders (Wibz) aan de Tweede Kamer worden aangeboden. Met dit wetsvoorstel worden de weigerings- en intrekkingsgronden van een vergunning uitgebreid en kunnen zorgaanbieders waarvan niet aannemelijk is dat ze aan de voorwaarden voor het verlenen van goede en rechtsmatige zorg gaan voldoen, beter worden geweerd of gestopt.
Mede in dat kader wordt ook bezien welke van de interventies tot verbetering van screening van zorgaanbieders aan de voorkant, zoals die naar voren zijn gekomen tijdens de in september 2023 afgeronde pilot met zorgverzekeraar DSW, de Inspectie Gezondheidszorg en Jeugd (IGJ), de Nederlandse Zorgautoriteit (NZa) en het CIBG, eraan kunnen bijdragen het net verder te sluiten.
De voormalig Minister van OCW, heeft met de brief van 6 november 2024 mbo-instellingen verzocht om tot nader order voor een aantal opleidingscodes terughoudend te zijn met het in behandeling nemen van ervaringscertificaten (EVC) van EVC-aanbieders. Instellingen moeten er zeker van te zijn dat het EVC-ervaringscertificaat deugdelijk is onderbouwd. De examencommissies zijn gewezen op hun wettelijke taak om zorgvuldig om te gaan met het verlenen van vrijstellingen.3
Vraag 3
Hoe werkt u samen met de verschillende zorginstellingen om de screening en beveiliging van personeel te verbeteren?
Antwoord 3
De screening van het personeel is de verantwoordelijkheid van de zorginstellingen. Deze instellingen hebben een vergewisplicht. Dat houdt in dat zorginstellingen zich ervan moeten vergewissen dat de wijze waarop zorgverleners in het verleden hebben gefunctioneerd, niet in de weg staat bij het verlenen van zorg nu. Indien het om een BIG-geregistreerde zorgverlener gaat, kan gekeken worden of de zorgverlener is ingeschreven in het BIG-register. Daarbij kan ook een Verklaring Omtrent het Gedrag (VOG) worden verlangd van de (potentiële) werknemer. Bij de VOG-beoordeling wordt beoordeeld of het justitiële verleden van iemand een bezwaar vormt voor het vervullen van een specifieke taak of functie in de samenleving.
Vraag 4
Hoe zorgt u ervoor dat informatie over criminele activiteiten binnen de zorgsector snel en effectief wordt gedeeld tussen zorginstellingen en opsporingsdiensten?
Antwoord 4
Zorginstellingen die een rechtspersoon (Besloten Vennootschap (B.V.), Naamloze Vennootschap (N.V.), stichtingen, verenigingen en coöperaties) zijn, vallen onder de Wet controle op rechtspersonen (Wcr). Bij belangrijke veranderingen binnen een rechtspersoon, bijvoorbeeld een oprichting of bestuurswisseling, screent Justis de rechtspersoon en het netwerk van ondernemingen en functionarissen rondom de rechtspersoon. Dit doorlopende toezicht gebeurt automatisch met risicoprofielen, gevolgd door nader onderzoek door een analist. Justis stelt een risicomelding op en stuurt deze vervolgens naar een toezichthoudende, handhavende en/of opsporingsinstantie die verantwoordelijk is voor het aanpakken van dit risico, bijvoorbeeld de Nederlandse Arbeidsinspectie (NLA), de Belastingdienst, FIOD, Politie of Openbaar Ministerie. De ontvanger kan bepalen of nader onderzoek of verscherpt toezicht nodig is of bepaalt welke interventie passend is. Voor de toevoeging van de NZa en de IGJ aan de kring van ontvangers van risicomeldingen wordt het Besluit controle op rechtspersonen (Bcr) aangepast. Dit besluit is voorgelegd voor consultatie.
Vraag 5
Welke stappen worden er ondernomen om ervoor te zorgen dat criminele elementen die al in de zorgsector werkzaam zijn, snel worden geïdentificeerd en verwijderd?
Antwoord 5
Het bestrijden van zorgfraude en ondermijning in de zorg vraagt om een integrale aanpak. Een belangrijke voorwaarde voor een effectieve bestrijding van zorgfraude is fraudebestendige wet- en regelgeving. Er zijn verbeterde wettelijke kaders nodig om informatie-uitwisseling tussen ketenpartners mogelijk te maken. Verder is regelgeving essentieel die zorgaanbieders verplicht transparant te zijn over wie binnen een complexe organisatiestructuur daadwerkelijk zorg verleent. Complexe structuren – zoals bijvoorbeeld onder-aanneming -bemoeilijken controle, toezicht en strafrechtelijke opsporing van mogelijk malafide zorgaanbieders. In de Jaarbrief TIZ, die de Minister van VWS op 18 oktober 2024 aan uw Kamer heeft gestuurd, hebben de samenwerkingspartners in de Taskforce Integriteit Zorgfraude (TIZ)4 hierover een signaal afgegeven aan de Minister van VWS.5 Een inhoudelijke reactie van VWS op de jaarbrief TIZ volgt begin 2025.
De aanpak van ondermijning in de zorg (zorgcriminaliteit) vraagt ook om maatregelen voor een integere en weerbare economie en maatschappij. Conform de in eerder genoemde Kamerbrief aan uw Kamer gedane toezegging, wordt u op korte termijn nader geïnformeerd over vervolgacties. Daar wordt aan gewerkt op basis van een brede integrale benadering en in samenwerking met onder andere de betrokken ministeries, gemeenten, toezichthouders, opsporingsdiensten, zorgkantoren, opleiders en zorgverzekeraars. Het doel van de aanpak is om het zo onaantrekkelijk mogelijk te maken voor criminelen om nog in het zorgdomein actief te zijn en om de zorgsector weerbaarder te maken tegen criminelen.
Vraag 6
Bent u bereid om wet- en regelgeving aan te passen om de screening en beveiliging in de zorgsector te versterken? Zo ja, op welke termijn kan de Kamer hier concrete voorstellen voor verwachten?
Antwoord 6
Zoals ik bij vraag 2 heb aangegeven is per 1 januari 2025 de doelgroep voor de vergunningplicht Wtza uitgebreid. Ook trad op 1 januari 2025 de Wbsrz in werking. In het eerste kwartaal 2025 zal ik de Wibz aan de TK aanbieden.
Vraag 7
Bent u bereid het onderzoek van politie midden-Nederland met de Kamer te delen? Zo nee, waarom niet?
Antwoord 7
Het betreft een intern signaaldocument opgesteld door één politie-eenheid. Dit schetst dus geen representatief landelijk beeld zoals een fenomeenanalyse. Het document is daarnaast opgesteld voor interne opvolging en de informatie ziet daar dus ook specifiek op. Het signaaldocument is daarom niet geschikt om te delen met de Kamer.
Vraag 8
Hoe werkt u samen met Dienst Uitvoering Onderwijs (DUO) om de controle van diploma's en certificaten te verbeteren en te intensiveren?
Antwoord 8
DUO beschikt over meer dan 10 miljoen diplomagegevens van diploma's die zijn behaald aan een door OCW erkende opleiding. Via Mijn diploma's kan de diplomahouder zelf gratis een digitaal uittreksel downloaden en dit overleggen aan een werkgever als deze om bewijs van een diploma of certificaat vraagt.6
DUO levert de volgende bijdrage om de controle van diploma's en certificaten te verbeteren en te intensiveren:
Het actief onder de aandacht brengen van de mogelijkheden van Mijn diploma's bij diverse stakeholders, zoals toezichthouders, werkgevers etc.
Het ontwikkelen van een online tool waarmee werkgevers op een simpele manier de echtheid van het document afkomstig uit Mijn diploma’s kunnen controleren. In Q1 van 2025 is deze beschikbaar voor alle werkgevers op DUO.nl.
Het bieden van een oplossing om digitaal betrouwbare diplomagegevens uit Mijn diploma’s, met toestemming van betrokkene, te delen met verschillende organisaties via een beveiligde omgeving.
Vraag 9
Wat doet u om malafide uitzendbureaus, die personeel leveren aan zorginstellingen, op te sporen en te sluiten?
Antwoord 9
De aanpak van malafide uitzendbureaus valt onder de beleidsportefeuille van de Minister van Sociale Zaken. De Tweede Kamer is geïnformeerd over de voortgang en planning van de aanpak die gericht is op het weren van malafide uitzendbureaus.7 Voor de screening van personeel, ook als zij via een uitzendbureau werkzaam worden voor zorginstellingen, is het mogelijk om de VOG aan te vragen. Zie ook mijn antwoord bij vraag 3.
RTL Nieuws, 5 november 2024, Drugshandelaren en plofkrakers «op grote schaal» actief in de zorg, kwetsbare patiënten in gevaar↩︎
NRC, 6 november 2024, «Criminele zorgmedewerkers ronselen kwetsbare cliënten voor uithalen cocaïne»↩︎
Zie Tweede Kamer, vergaderjaar 2023–2024, kamerstuk 28 828, nr. 137↩︎
De volgende partijen zijn verenigd in de TIZ: Nederlandse Zorgautoriteit (NZa), Inspectie voor de Gezondheidszorg en Jeugd (IGJ), Zorgverzekeraars Nederland (ZN), Nederlandse Arbeidsinspectie (NLA), Belastingdienst, Openbaar Ministerie (OM), Centrum Indicatiestelling Zorg (CIZ), Sociale Verzekeringsbank (SVB), Vereniging van Nederlandse Gemeenten (VNG) en het Ministerie van Volksgezondheid, Welzijn en Sport (VWS).↩︎
Zie Tweede Kamer, vergaderjaar 2024–2025, kamerstuk 28 828, nr. 140↩︎
De werkgever kan het uittreksel hier controleren: Uittreksel Mijn diploma's controleren - Diploma's - DUO Zakelijk↩︎
Zie Tweede Kamer, vergaderjaar 2023–2024, kamerstuk 36 446, nr. 5↩︎