[overzicht] [activiteiten] [ongeplande activiteiten] [besluiten] [commissies] [geschenken] [kamerleden] [kamerstukdossiers] [🧑mijn] [open vragen]
[toezeggingen] [stemmingen] [verslagen] [🔍 uitgebreid zoeken] [wat is dit?]

Antwoorden op vragen commissie, gesteld tijdens het Commissiedebat van 23 januari 2025 over Uitvoering op het Boerenerf

Toekomstvisie agrarische sector

Brief regering

Nummer: 2025D04713, datum: 2025-02-05, bijgewerkt: 2025-02-10 12:28, versie: 3

Directe link naar document (.pdf), link naar pagina op de Tweede Kamer site, officiële HTML versie (kst-30252-180).

Gerelateerde personen: Bijlagen:

Onderdeel van kamerstukdossier 30252 -180 Toekomstvisie agrarische sector.

Onderdeel van zaak 2025Z02063:

Onderdeel van activiteiten:

Preview document (🔗 origineel)


Tweede Kamer der Staten-Generaal 2
Vergaderjaar 2024-2025

30 252 Toekomstvisie agrarische sector

Nr. 180 BRIEF VAN DE MINISTER VAN LANDBOUW, VISSERIJ, VOEDSELZEKERHEID EN NATUUR

Aan de Voorzitter van de Tweede Kamer der Staten-Generaal

Den Haag, 5 februari 2025

Naar aanleiding van het Commissiedebat Uitvoering op het Boerenerf van 23 januari 2025 zijn door de leden van uw Kamer enkele vragen gesteld die vanwege tijdgebrek tijdens het debat niet konden worden beantwoord. Met deze brief wil ik u voorzien van een schriftelijke beantwoording van de resterende vragen, zoals toegezegd.

De laatste vraag in de brief was in het debat doorgeleid naar de Minister van Volksgezondheid, Welzijn en Sport en is namens haar opgenomen in deze beantwoording.

De Minister van Landbouw, Visserij, Voedselzekerheid en Natuur,
F.M. Wiersma

Beantwoording vragen Commissiedebat Uitvoering op het Boerenerf

Vraag en antwoord

Kamerlid H. Holman (NSC)

Wat gaat de Minister doen met productschappen?

Antwoord: Het versterken van de uitvoeringskracht is voor mij een belangrijk aandachtspunt. In lijn met het regeerprogramma onderzoeken we hoe we de uitvoering dichter bij de ondernemer kunnen brengen. In dat kader ben ik gestart met een inventarisatie van de verschillende behoeften en ideeën die hierover leven. Bij deze inventarisatie betrek ik ook de mogelijkheden van bestaande regelingen voor producenten- en brancheorganisaties. Ik streef ernaar om de Kamer in de zomer nader te informeren over de uitkomsten van deze inventarisatie en de vervolgstappen die hieruit voortvloeien.

Kamerlid A. Podt (D66)

Kan Minister Wiersma garanderen dat de groeipijnen uit de huidige opkoopregelingen voorkomen worden bij nieuwe uitkoopregelingen? Welke stappen worden gezet om gedupeerde boeren tegemoet te komen?

Antwoord: Bij het opstellen van de nieuwe brede beëindigingsregeling worden de ervaringen en leerpunten uit eerdere beëindigingsregelingen zorgvuldig meegenomen. In dit kader heeft al overleg plaatsgevonden met sectorpartijen, medeoverheden en zaakbegeleiders. Hierbij zijn signalen uit de LBV- en LBV-plus-regelingen meegenomen om de nieuwe regeling zo goed mogelijk te kunnen vormgeven.

De signalen van ondernemers, zaakbegeleiders en de Rijksdienst voor Ondernemend Nederland (RVO) over mogelijke belemmeringen in de uitvoering worden serieus genomen. Waar nodig en mogelijk pas ik de uitvoering van de regelingen daarop aan.

Binnen de aanpak piekbelasting wordt ondernemers de mogelijkheid geboden gebruik te maken van generieke regelingen en de ondersteuning van zaakbegeleiders. Daarnaast wordt maatwerk als aanvulling ingezet om zowel toekomstperspectief te bieden als het doelbereik van de aanpak piekbelasting te vergroten. Dit maatwerk is specifiek gericht op ondernemers die niet binnen de generieke regelingen passen, maar waarbij zwaarwegende redenen en publiek belang vragen om alternatieve oplossingen. In dergelijke gevallen wordt gekeken of maatwerk een passende oplossing kan bieden.

Kamerlid C.A.M. van der Plas (BBB)

Hoe kan de Minister zorgen voor een meer integrale benadering van regels, denk bijv. Aan de omschakeling van naar Beter Leven 1 ster bij pluimvee waarvoor vergunningverlening nu lastig is)?

Antwoord: Ik onderschrijf het belang van integrale regelgeving, waarbij soms een zorgvuldige afweging nodig is tussen verschillende belangen, zoals het verminderen van emissies en het bevorderen van dierwaardigheid. Bij het opstellen van regels houd ik nadrukkelijk rekening met deze balans. Zo worden bij de eisen voor dierwaardigheid ook de gevolgen voor emissies meegenomen om tot een evenwichtige aanpak te komen.

Specifiek ten aanzien van de omschakeling naar 1 ster Beter Leven in de pluimveehouderij werk ik nauw samen met betrokken partijen in een regiegroep in het kader van het marktprogramma verduurzaming dierlijke producten. Deze samenwerking is gericht op het ondersteunen van de omschakeling en het aanpakken van eventuele knelpunten.

Kamerlid C.A.M. van der Plas (BBB)

Kan de stikstofuitgiftebeperking na suikerbietproductie op zandgronden, zoals vastgelegd in het actieprogramma Nitraatrichtlijn, anders worden ingericht? Momenteel komt deze niet overeenkomt met de regeling binnen het Gemeenschappelijk Landbouwbeleid (GLB)?

Antwoord: In het 7e Actieprogramma Nitraatrichtlijn is opgenomen dat na de teelt van overige gewassen (anders dan maïs) de inzaai van een vanggewas wordt gestimuleerd. Dit gebeurt door middel van een oplopende korting op de stikstofgebruiksnorm in het daaropvolgende kalenderjaar. Deze zogenoemde stimuleringsmaatregel voor vanggewassen is een belangrijke maatregel in het verminderen van de uitspoeling van nitraat naar het grondwater. Daarnaast vormt deze maatregel een belangrijk onderdeel van de afspraken met de Europese Commissie in het kader van de derogatiebeschikking.

Voor suikerbieten geldt overigens al een uitzondering op deze regeling: suikerbieten die na 1 november worden geoogst, worden aangemerkt als een winterteelt. In dergelijke gevallen wordt geen korting op de stikstofgebruiksnorm berekend.

In het 8e Actieprogramma Nitraatrichtlijn zal worden bezien hoe vanaf 2026 zal worden omgegaan met maatregelen die betrekking hebben op kalenderlandbouw. Op dit moment kan ik daar echter nog niet op vooruitlopen. Overigens wil ik opmerken dat in het Gemeenschappelijk Landbouwbeleid (GLB) de eco-activiteit voor het vroeg rooien van gewassen vóór 1 november sinds dit jaar is komen te vervallen.

Kamerlid A. Podt (D66)

Heeft de Minister de aanbevelingen quickscan-rapport over uitvoerbaarheid van beleid meegenomen in aanpak voor stikstof en mest?

Antwoord: In de quick-scan worden specifiek de volgende uitgangspunten benoemd:

− Vereenvoudiging van wet- en regelgeving

− Praktijkkennis beter benutten

− Potentiële uitvoeringsproblemen eerder signaleren.

Deze benoemde uitgangspunten onderschrijf ik volledig en beschouw ik als van groot belang. Deze uitgangspunten staan centraal in het beleid dat ik ontwikkel en ondersteun.

Ik waardeer ook dat in de quick-scan bijvoorbeeld specifiek aandacht wordt besteed aan de overgang van middel- naar doelsturing. De aanbevelingen uit het rapport vormen een belangrijke leidraad en worden meegenomen in de vormgeving van deze omslag. Hierover heb ik de Kamer eerder geïnformeerd in mijn brief van 21 oktober 2024.

Kamerlid A. Podt (D66)

Zorgboerderijen zijn heel waardevol: wat kan de Minister doen om ervoor te zorgen dat zorgboerderijen geen last hebben van de Wet toetreding Zorgaanbieders (Wtza) en Wet Integere Bedrijfsvoering zorg- en jeugdhulpaanbieders (Wibz)?

Antwoord: De Minister van VWS stuurt het wetsvoorstel integere bedrijfsvoering zorg- en jeugdhulpaanbieders zo spoedig mogelijk naar uw Kamer. U kunt uw vragen over het wetsvoorstel conform de gebruikelijke procedures aan de Minister van VWS stellen.