Re-integratiedienstverlening voor WW-gerechtigden met een kwetsbare arbeidsmarktpositie
Structuur van de uitvoering werk en inkomen (SUWI)
Brief regering
Nummer: 2025D07330, datum: 2025-02-20, bijgewerkt: 2025-02-21 11:27, versie: 2
Directe link naar document (.docx), link naar pagina op de Tweede Kamer site.
Gerelateerde personen:- Eerste ondertekenaar: Y.J. van Hijum, minister van Sociale Zaken en Werkgelegenheid (Ooit Nieuw Sociaal Contract kamerlid)
- Beschrijvende toelichting bij het onderzoek naar de RMT-regeling
- Eindrapport Onderzoek RMT-regeling 12 december 2024
- Beslisnota bij Kamerbrief over re-integratiedienstverlening voor WW-gerechtigden met een kwetsbare arbeidsmarktpositie
- Beslisnota bij Kamerbrief over re-integratiedienstverlening voor WW-gerechtigden met een kwetsbare arbeidsmarktpositie
Onderdeel van kamerstukdossier 26448 -802 Structuur van de uitvoering werk en inkomen (SUWI).
Onderdeel van zaak 2025Z03254:
- Indiener: Y.J. van Hijum, minister van Sociale Zaken en Werkgelegenheid
- Voortouwcommissie: vaste commissie voor Sociale Zaken en Werkgelegenheid
- 2025-03-11 16:30: Procedures en brieven SZW (Procedurevergadering), vaste commissie voor Sociale Zaken en Werkgelegenheid
Preview document (🔗 origineel)
26 448 Structuur van de uitvoering werk en inkomen (SUWI)
Nr. 802 Brief van de minister van Sociale Zaken en Werkgelegenheid
Aan de Voorzitter van de Tweede Kamer der Staten-Generaal
Den Haag, 20 februari 2025
De werkloosheidswet voorziet mensen van een inkomen bij het verlies van hun baan gedurende de tijd dat zij naar ander werk zoeken. Het grootste deel van de WW-gerechtigden komt met de reguliere dienstverlening van UWV en/of op eigen kracht weer aan het werk. Voor een aantal specifieke groepen is op dit moment (de inkoop van) extra dienstverlening mogelijk in de vorm van een zogenoemd traject van re-integratiedienstverlening. Het gaat om:
i) zieke werkloze werknemers, ii) personen die minder dan 35% arbeidsongeschikt zijn o.b.v. de Ziektewet en iii) personen die na afloop van de wachttijd geen recht hebben op een WIA-uitkering. Met deze faciliteiten is er passende ondersteuning voor veruit de meeste WW-gerechtigden die daar baat bij hebben.
UWV ziet echter dat er nog steeds een kleine groep WW-gerechtigden (ongeveer 700 mensen) overblijft die niet binnen de gedefinieerde uitzonderingsgroepen valt, maar voor wie re-integratiedienstverlening het best passend zou zijn. Dit blijkt ook uit een (structureel) knelpunt van de Stand van de uitvoering. Deze WW-gerechtigden hebben, ondanks hun recente werkervaring, een kwetsbare arbeidsmarktpositie. Bijvoorbeeld door gebrekkige sociale en werknemersvaardigheden, doordat zij onvoldoende effectief zijn in hun optreden (en bijv. daardoor werkstress ervaren), of door een structurele functionele beperking. Deze mensen zullen zonder nadere re-integratiedienstverlening niet of pas na lange tijd terugkeren naar (duurzaam) werk.
In de periode van 22 maart 2021 tot 1 januari 2025 was de inzet van re-integratiedienstverlening voor WW-uitkeringsgerechtigden met een kwetsbare arbeidsmarktpositie mogelijk via de regionale mobiliteitsteams (RMT’s). De resultaten voor deze WW-groep zijn positief.1 Vanuit de RMT’s werden voor WW-gerechtigden bijvoorbeeld specifieke werkfittrajecten en taaltrajecten ingezet. Vanaf 1 januari 2025 is de tijdelijke regeling voor de RMT’s gestopt. Daarmee ontstaat de situatie dat voor een kleine groep WW-gerechtigden geen re-integratiedienstverlening kan worden ingezet, terwijl dit wel het meest passende instrument is om deze mensen weer aan het werk te helpen. Stopzetting van re-integratiedienstverlening is zowel voor de betrokken groep WW-gerechtigden als voor de uitvoering zeer ongewenst.
Ik heb daarom begin dit jaar besloten om de inzet van re-integratiedienstverlening voor deze groep WW-gerechtigden voort te zetten, vooruitlopend op een wetswijzing die dit formeel mogelijk maakt. Het structureel maken van deze dienstverlening vergt een wetswijziging, welke ik voornemens ben onderdeel te laten uitmaken van het wetsvoorstel versterking arbeidsmarktinfrastructuur. Dit wetsvoorstel is een uitwerking van maatregelen om de arbeidsmarktinfrastructuur te versterken, zoals beschreven in de Kamerbrief van 29 april 2024.2 De beoogde inwerkingtredingsdatum is 1 juli 2026. Het voorstel gaat binnenkort in internetconsultatie.
Voor de tussenliggende periode heb ik besloten om de inzet vanuit UWV te gedogen zodat diegenen die daar baat bij hebben, op een passende manier worden ondersteund. Daarnaast voorkom ik dat UWV wordt geconfronteerd met het stilleggen van uitvoering die straks opnieuw opgestart moet worden. UWV financiert de huidige inzet vanuit het re-integratiebudget AG. Financiering voor de structurele verlenging is onderdeel van de voorjaarsbesluitvorming. UWV is reeds opdracht gegeven om, totdat een wettelijk grondslag is gerealiseerd, re-integratiedienstverlening in zetten voor diegenen voor wie dit passend is.
Het inzetten van re-integratiedienstverlening aan WW-uitkeringsgerechtigden heeft tot doel een snellere en duurzame arbeidsbetrekking te realiseren. Zo wordt voorkomen dat mensen langdurig werkloos zijn en mogelijk daarna doorstromen naar een bijstandsuitkering. In het kader van arbeidsmarktkrapte is het belangrijk dat iedereen die (met hulp) aan de slag kan, dat ook daadwerkelijk doet. Het is de bedoeling dat UWV maatwerk kan toepassen. Door middel van de term “kwetsbare arbeidsmarktpositie” en daarmee een hoge blijf-kans in een uitkeringssituatie, wordt maatwerk mogelijk en blijft tegelijkertijd de inzet van re-integratiedienstverlening beperkt. In de memorie van toelichting bij het wetsvoorstel versterking arbeidsmarktinfrastructuur ga ik hier nader op in.
Ik hoop u hiermee voldoende te hebben geïnformeerd.
De minister van Sociale Zaken en Werkgelegenheid,
Y.J. van Hijum