Verslag
Goedkeuring van de op 14 december 2022 te Brussel tot stand gekomen Kaderovereenkomst inzake een partnerschap en samenwerking tussen de Europese Unie en haar lidstaten, enerzijds, en de regering van Maleisiƫ, anderzijds (Trb. 2023, 8)
Verslag (initiatief)wetsvoorstel (nader)
Nummer: 2025D07355, datum: 2025-02-20, bijgewerkt: 2025-02-20 15:24, versie: 1
Directe link naar document (.docx), link naar pagina op de Tweede Kamer site.
Gerelateerde personen:- Eerste ondertekenaar: J.F. Klaver, voorzitter van de vaste commissie voor Buitenlandse Zaken (GroenLinks-PvdA)
- Mede ondertekenaar: L.B. Blom, adjunct-griffier
Onderdeel van kamerstukdossier 36690 -5 Goedkeuring van de op 14 december 2022 te Brussel tot stand gekomen Kaderovereenkomst inzake een partnerschap en samenwerking tussen de Europese Unie en haar lidstaten, enerzijds, en de regering van Maleisiƫ, anderzijds (Trb. 2023, 8).
Onderdeel van zaak 2025Z01783:
- Indiener: C.C.J. Veldkamp, minister van Buitenlandse Zaken
- Volgcommissie: vaste commissie voor Europese Zaken
- Voortouwcommissie: vaste commissie voor Buitenlandse Zaken
- 2025-02-04 15:45: Regeling van werkzaamheden (Regeling van werkzaamheden), TK
- 2025-02-06 12:30: Procedurevergadering (Procedurevergadering), vaste commissie voor Buitenlandse Zaken
- 2025-02-19 14:00: Goedkeuring van de op 14 december 2022 te Brussel tot stand gekomen Kaderovereenkomst inzake een partnerschap en samenwerking tussen de Europese Unie en haar lidstaten, enerzijds, en de regering van Maleisiƫ, anderzijds (Trb. 2023, 8) (Inbreng verslag (wetsvoorstel)), vaste commissie voor Buitenlandse Zaken
Preview document (š origineel)
36 690 | Goedkeuring van de op 14 december 2022 te Brussel tot stand gekomen Kaderovereenkomst inzake een partnerschap en samenwerking tussen de Europese Unie en haar lidstaten, enerzijds, en de regering van Maleisiƫ, anderzijds (Trb. 2023, 8) |
Nr. 5 | VERSLAG Vastgesteld 20 februari 2025 De vaste commissie voor Buitenlandse Zaken, belast met het voorbereidend onderzoek van dit wetsvoorstel, heeft de eer als volgt verslag uit te brengen van haar bevindingen. Onder het voorbehoud dat de regering op de gestelde vragen en de gemaakte opmerkingen afdoende zal hebben geantwoord, acht de commissie de openbare behandeling van dit wetsvoorstel voldoende voorbereid. De voorzitter van de commissie, Klaver Adjunct-griffier van de commissie, Blom |
Inhoudsopgave
A. ALGEMEEN DEEL
1. Algemene inleiding
1.1 De Europese Unie en Maleisiƫ
1.2 Geschiedenis en totstandkoming van de partnerschapsovereenkomst
1.3 Inhoud en beoordeling van de partnerschapsovereenkomst
1.4 Aard van de partnerschapsovereenkomst
2. ARTIKELSGEWIJZE TOELICHTING
Preambule
Aard en toepassingsgebied (artikelen 1 tot en met 4)
Bilaterale, regionale en internationale samenwerking (artikelen 3 en 4)
Samenwerking inzake internationale vrede, veiligheid en stabiliteit (artikelen 5 tot en met 9)
Samenwerking inzake handel en investeringen (artikelen 10 tot en met 17)
Samenwerking inzake justitie en veiligheid (artikelen 18 tot en met 24)
Samenwerking in andere sectoren en op het gebied van wetenschap, technologie en innovatie (artikelen 25 tot en met 46)
Vormen van samenwerking (artikelen 47 tot en met 49)
Institutioneel kader (artikel 50)
Slotbepalingen (artikelen 51 tot en met 60)
3. EEN IEDER VERBINDENDE BEPALINGEN
4. KONINKRIJKSPOSITIE
A. ALGEMEEN DEEL
De leden van de VVD-fractie hebben kennisgenomen van het wetsvoorstel Goedkeuring van de op 14 december 2022 te Brussel tot stand gekomen Kaderovereenkomst inzake een partnerschap en samenwerking tussen de Europese Unie en haar lidstaten, enerzijds, en de regering van Maleisiƫ, anderzijds (Trb. 2023, 8) en hebben daarover enkele vragen.
De leden van de D66-fractie hebben kennisgenomen van het wetsvoorstel Goedkeuring van de op 14 december 2022 te Brussel tot stand gekomen Kaderovereenkomst inzake een partnerschap en samenwerking tussen de Europese Unie en haar lidstaten, enerzijds, en de regering van Maleisiƫ, anderzijds (Trb. 2023, 8) en hebben daarover enkele vragen.
De leden van de SGP-fractie hebben kennisgenomen van de Partnerschapsovereenkomst tussen Maleisiƫ enerzijds en de EU en haar lidstaten anderzijds. Zij danken de regering voor het toezenden daarvan. De aan het woord zijnde leden zijn overwegend positief over het gesloten verdrag en hebben nog enige vragen en opmerkingen.
1. Algemene inleiding
Kan de regering het besluit voor een gemengde overeenkomst nader toelichten en daarbij de voor- en nadelen schetsen, zo vragen de leden van de SGP-fractie.
1.1 De Europese Unie en Maleisiƫ
1.2 Geschiedenis en totstandkoming van de partnerschapsovereenkomst
De leden van de VVD-fractie constateren dat er in de wetsvoorstellen geen aandacht wordt besteed aan samenwerking met individuele ASEAN-landen op het gebied van kritieke grondstoffen. Dit terwijl individuele ASEAN-landen wel interessant zijn om mee samen te werken op het gebied van kritieke grondstoffen. Daarom vragen deze leden hoe de regering kijkt naar de samenwerking tussen de EU en individuele ASEAN-landen op het gebied van kritieke grondstoffen. Hoe zet de regering zich in voor samenwerking tussen de EU en individuele ASEAN-landen op het gebied van kritieke grondstoffen?
1.3 Inhoud en beoordeling van de partnerschapsovereenkomst
De leden van de VVD-fractie constateren dat in het wetsvoorstel niet expliciet verwezen wordt naar samenwerking met Maleisiƫ op het gebied van kritieke grondstoffen. Dit terwijl samenwerking met Maleisiƫ op het gebied van kritieke grondstoffen wel interessant kan zijn voor de EU. Deze leden vragen de regering waarom kritieke grondstoffen niet in het voorstel voorkomen. Hoe zetten de EU en Nederland zich verder in voor samenwerking met Maleisiƫ op het gebied van kritieke grondstoffen?
De leden van de D66-fractie zijn groot voorstander van het versterken van de banden met Maleisiƫ. Het is ook in het belang van Nederland om een tegenwicht te bieden aan de regionale druk van China. Daarnaast bieden dergelijke partnerschappen de mogelijkheid tot dialoog over het bevorderen van mensenrechten.
De leden van de D66-fractie constateren dat lhbtiq+ personen in Maleisiƫ anno 2025 helaas nog steeds worden geconfronteerd met hoge straffen en discriminatie. Kan de regering toezeggen de ruimte binnen deze overeenkomst te gebruiken om de rechten van lhbtiq+ personen aan de orde te stellen, zo vragen deze leden.
1.4 Aard van de partnerschapsovereenkomst
2. ARTIKELSGEWIJZE TOELICHTING
Preambule
De leden van de SGP-fractie constateren dat er veel gedeelde waarden en toewijding aan mensenrechten en internationaal recht opgenomen zijn en waarderen dat. Wat betreft de aan het woord zijnde leden is een van de belangrijkste rechten daarvan godsdienstvrijheid. Christenvervolging is nog een groot probleem in MaleisiĆ« en het land is nog maar kort geleden van de Open Doors Ranglijst af. Wat deze leden opvalt is dat er fatwaās tegen kerkbezoek worden uitgevaardigd in deelstaten (CVandaag, 12 april 2023, āStaat in MaleisiĆ« verbiedt moslims via fatwa de toegang tot kerkenā) en dat een ontvoering van een dominee, met vermoedelijk overheidsbetrokkenheid, nog steeds niet is opgelost (Open Doors, 8 november 2023, āRechter bezoekt plek waar Raymond Koh is ontvoerdā). Deze leden vragen graag welke handvatten de waarden uit de preambules en de bepalingen van artikel 1 en 25 bieden om christenvervolging aan te pakken en geloofsvrijheid te verbeteren voor de christenminderheid in MaleisiĆ«.
Aard en toepassingsgebied (artikelen 1 tot en met 4)
Bilaterale, regionale en internationale samenwerking (artikelen 3 en 4)
Samenwerking inzake internationale vrede, veiligheid en stabiliteit (artikelen 5 tot en met 9)
De leden van de SGP-fractie constateren dat het verdrag een interessante bepaling bevat voor misdrijven die de internationale gemeenschap aangaan, waar ook de misdaad van agressie onder valt. Welke handvatten biedt dit artikel en overige diplomatieke inzet om de Maleisische houding te bespreken inzake OekraĆÆne en Rusland, zo vragen de leden van de SGP-fractie.
De leden van de SGP-fractie vragen naar de oorsprong van artikel 9 en of deze in veel andere verdragen is vastgelegd of dat het hier een unicum betreft. En waar en hoe pleit de regering voor meer gematigdheid in internationale betrekkingen?
Samenwerking inzake handel en investeringen (artikelen 10 tot en met 17)
De leden van de D66-fractie constateren dat in januari is aangekondigd dat de onderhandelingen tussen de Europese Commissie en Maleisiƫ over een vrijhandelsakkoord opnieuw zijn gestart. Deze leden staan hier positief tegenover, ook in het licht van de positionering van de Verenigde Staten (VS) ten aanzien van de handel met Europa en de onzekerheid die dit veroorzaakt bij ondernemers, bedrijven en consumenten. Meer handelsbanden met derde landen los van de VS en China maakt Europa minder kwetsbaar, menen deze leden. Kan de regering aangeven wat haar verwachting met betrekking tot het verdere proces van deze onderhandelingen is en hoe de regering naar deze vrijhandelsovereenkomst kijkt, zo vragen zij.
Samenwerking inzake justitie en veiligheid (artikelen 18 tot en met 24)
Samenwerking in andere sectoren en op het gebied van wetenschap, technologie en innovatie (artikelen 25 tot en met 46)
Vormen van samenwerking (artikelen 47 tot en met 49)
Institutioneel kader (artikel 50)
Slotbepalingen (artikelen 51 tot en met 60)
3. EEN IEDER VERBINDENDE BEPALINGEN
4. KONINKRIJKSPOSITIE
De leden van de SGP-fractie constateren dat het verdrag geldt voor het Europese deel van het koninkrijk, en dat is vaker zo bij verdragen. Dat begrijpen deze leden mede gelet op de bijzonderheden van de behandelde onderwerpen. Ook begrijpen de aan het woord zijnde leden dit gelet op de gemengde overeenkomst tussen de EU en haar lidstaten met Maleisiƫ. Zijn er hierdoor voordelen van dit verdrag en andere verdragen die het Caribische deel van ons Koninkrijk mist?