Tweeminutendebat Pacht (CD 30/1) (ongecorrigeerd)
Stenogram
Nummer: 2025D07588, datum: 2025-02-20, bijgewerkt: 2025-02-21 10:07, versie: 1
Directe link naar document (.docx), link naar pagina op de Tweede Kamer site.
Onderdeel van activiteiten:- 2025-02-20 13:50: Tweeminutendebat Pacht (CD 30/1) (Plenair debat (tweeminutendebat)), TK
Preview document (🔗 origineel)
Pacht
Pacht
Aan de orde is het tweeminutendebat Pacht (CD d.d.
30/01).
De voorzitter:
We gaan door met het tweeminutendebat Pacht op hetzelfde beleidsterrein,
namelijk dat van LVVN. De eerste spreker is de heer Holman. Hij heeft
dit debat aangevraagd. Hij spreekt namens de fractie van Nieuw Sociaal
Contract. Het lid Kostić heeft een vraag.
Kamerlid Kostić (PvdD):
Ik sta niet op de lijst. Zou ik mee mogen doen aan dit debat?
De voorzitter:
Is daar bezwaar tegen bij de leden? Niet. Dan wordt u toegevoegd aan de
lijst. Ook met twee minuten voor een inbreng, begrijp ik? Ja. De heer
Holman heeft het woord.
De heer Holman (NSC):
Voorzitter. We hebben een goed debat gehad over pacht. We hebben het ook
gehad over de intentie en waar het heen moet. We hebben het ook gehad
over de verantwoordelijkheid van de overheid, in de vorm van gemeentes,
waterschappen en het Rijk. Dan helpt het als één gemeente in deze
kwestie laat zien hoe het niet moet, want dan is het direct heel
duidelijk waar het over gaat. Dat is de gemeente Teylingen. Die heeft
een bijzondere procedure gehad, waar de raad over heeft gediscussieerd.
Naar aanleiding daarvan willen we de volgende motie indienen.
De Kamer,
gehoord de beraadslaging,
constaterende dat in de gemeente Teylingen prijs de zwaarstwegende
factor was in de aanbestedingsprocedure, dit niet goed was
gecommuniceerd en dit tot veel maatschappelijke ophef heeft
geleid;
overwegende dat deze casus laat zien hoe het echt niet moet;
overwegende dat de overheid in dezen een slecht voorbeeld geeft;
overwegende dat prijs in aanbestedingen een beperkte rol moet spelen en
maatschappelijke baten een zeer nadrukkelijke;
verzoekt de regering om een duidelijke richtlijn te maken hoe overheden
om moeten gaan met het verpachten van grond en de daarbij behorende
aanbestedingsprocedures,
en gaat over tot de orde van de dag.
De voorzitter:
Deze motie is voorgesteld door de leden Holman en Vedder.
Zij krijgt nr. 90 (27924).
Mevrouw Bromet (GroenLinks-PvdA):
Ik zal zo meteen in mijn termijn ook nog wat zeggen over die kwestie in
Teylingen, maar mijn vraag aan de heer Holman is wat voor richtlijn dat
dan is. Gemeentelijke overheden kunnen zelf punten toekennen aan een
aanbesteding. Is het niet veel verstandiger om snel door te pakken in de
nieuwe Pachtwet, met de voorstellen die ik samen met de VVD doe? Daar
was de heer Holman in het debat nog een beetje weifelachtig over.
De heer Holman (NSC):
De intentie is natuurlijk dat dit punt zeer nadrukkelijk onder de
aandacht wordt gebracht en dat het geregeld wordt. Dat kan door het
werkelijk in de Pachtwet op te nemen. Dat zie ik met belangstelling
tegemoet. Daar zullen we ook enthousiast over zijn. Maar wij willen
graag dat het ministerie, de staatssecretaris, de overheden duidelijk
wijst op de verantwoordelijkheden die ze hebben en duidelijk overbrengt
wat de wens van de Kamer is in dezen. Dat is eigenlijk de bedoeling van
deze motie. Dat is wat ik hoop dat de staatssecretaris straks als
antwoord gaat geven.
De voorzitter:
Dank, dat was ook uw inbreng?
De heer Holman (NSC):
Nee, ik heb nog een motie. In het pachtdebat kwamen ook de
ontwikkelingen op de grondmarkt, de hoge prijzen en het feit dat het
steeds moeilijker wordt voor boeren om grond in eigendom te hebben en er
steeds meer particuliere pensioenbeleggers en speculanten op de markt
komen, naar voren. Die zijn vrijgesteld van overdrachtsbelasting, wat
eigenlijk niet de bedoeling is.
De Kamer,
gehoord de beraadslaging,
overwegende dat er een explosieve stijging is van grondprijzen de
afgelopen jaren;
overwegende dat betaalbare pacht voor de boeren bijna niet meer mogelijk
is;
overwegende dat steeds meer beleggers, speculanten en ontwikkelaars
grond kopen;
overwegende dat vrijstelling van overdrachtsbelasting bedoeld is voor
agrariërs;
verzoekt de regering te onderzoeken of er ten spoedigste een eind
gemaakt kan worden aan de vrijstelling van overdrachtsbelasting voor
niet-agrariërs die grond kopen,
en gaat over tot de orde van de dag.
De voorzitter:
Deze motie is voorgesteld door de leden Holman en Grinwis.
Zij krijgt nr. 91 (27924).
De heer Holman (NSC):
Ik heb nog één seconde over, voorzitter. Dank u wel.
De voorzitter:
Dank. Dan luisteren we nu naar de heer Pierik, die het woord voert
namens de BBB-fractie.
De heer Pierik (BBB):
Dank, voorzitter. Het was goed om met elkaar een debat te hebben over
het pachtbeleid. Wij zien er ook erg naar uit dat de staatssecretaris zo
snel mogelijk met de nieuwe Pachtwet komt. Dat dat heel erg noodzakelijk
is, hebben we in ieder geval gezien in het voorbeeld van Teylingen, waar
eerdere collega's al over spraken.
We hebben drie moties.
De Kamer,
gehoord de beraadslaging,
overwegende dat sommige boeren al decennialang dezelfde grond pachten op
basis van kortlopende contracten, en dat zij het risico lopen hun
bedrijfsmatige continuïteit te verliezen;
verzoekt de regering om te onderzoeken of er maatregelen te treffen zijn
om te stimuleren dat boeren die al lange tijd dezelfde grond pachten van
de overheid, deze niet plotseling kwijtraken bij een nieuwe
pachtuitgifte,
en gaat over tot de orde van de dag.
De voorzitter:
Deze motie is voorgesteld door de leden Pierik en Grinwis.
Zij krijgt nr. 92 (27924).
Een ogenblik. Mevrouw Bromet.
Mevrouw Bromet (GroenLinks-PvdA):
Maar dit zou toch ook juist een rem op verduurzaming kunnen zijn? De
vorige spreker, de heer Holman, zei dat je duurzaamheid eigenlijk ook
moet laten meewegen in de gunning. Als je doet wat de heer Pierik
voorstelt, kan je niet-duurzame boeren eindeloos een contract geven en
krijgen de duurzame boeren nooit een voet tussen de deur.
De heer Pierik (BBB):
Volgens mij werkt het twee kanten op. Er zijn nu ook boeren die
kortlopende contracten hebben bij Staatsbosbeheer, waarbij die grond
heel erg duurzaam wordt gebruikt. Die zouden die pacht dus ook kwijt
kunnen raken. Het werkt dus beide kanten op. Ik denk dat het heel goed
is om dit goed te verankeren in de nieuwe Pachtwet.
De voorzitter:
De heer Pierik vervolgt zijn betoog.
De heer Pierik (BBB):
Mijn tweede motie.
De Kamer,
gehoord de beraadslaging,
overwegende dat terreinbeherende organisaties zoals Staatsbosbeheer en
Natuurmonumenten veel grond bezitten die niet altijd optimaal wordt
benut;
constaterende dat landbouw en natuur goed kunnen samengaan;
verzoekt de regering om in overleg te treden met de terreinbeherende
organisaties om te onderzoeken op welke wijze agrarisch medegebruik van
de gronden van TBO's gestimuleerd kan worden,
en gaat over tot de orde van de dag.
De voorzitter:
Deze motie is voorgesteld door het lid Pierik.
Zij krijgt nr. 93 (27924).
De heer Pierik (BBB):
Dan mijn laatste motie.
De Kamer,
gehoord de beraadslaging,
overwegende dat het toekennen van pachtgrond aan boeren in de directe
omgeving bijdraagt aan een sterke lokale landbouwsector, efficiënt
grondgebruik en vermindering van onnodig transport;
constaterende dat uit de Didam-jurisprudentie volgt dat
overheidsorganisaties verplicht zijn om in het geval dat er meerdere
gegadigden voor grond zijn, hiervoor een openbare selectieprocedure te
gebruiken en dat de selectieprocedure plaats moet vinden aan de hand van
vooraf bekendgemaakte objectieve, toetsbare en redelijke criteria;
verzoekt de regering om bij de uitgifte van pachtgrond in eigen beheer
prioriteit te geven aan boeren in de directe omgeving en boeren die de
laatste pachter waren, dit standaard onderdeel te laten zijn van de
vooraf bekengemaakte criteria, en dit ook te verzoeken aan de
medeoverheden en TBO's,
en gaat over tot de orde van de dag.
De voorzitter:
Deze motie is voorgesteld door de leden Pierik en Grinwis.
Zij krijgt nr. 94 (27924).
Dank voor uw inbreng. We gaan luisteren naar de heer Van Campen, die zijn inbreng namens de VVD-fractie gaat houden.
De heer Van Campen (VVD):
Voorzitter, dank. Ik was eigenlijk niet van plan om een motie in te
dienen, omdat mevrouw Bromet en ik onze initiatiefnota hebben
gepresenteerd. De Kamer heeft daar inmiddels al een aantal vragen over
ingediend. Wij gaan daar met onze teams naar kijken, om die op juiste
wijze te beantwoorden.
Maar de vraag van de heer Holman delen wij, zijn zorg over de
gronduitgiften en die pachtovereenkomsten in Teylingen. Dat hebben we
allemaal gevolgd. We hebben gehoord, zoals de heer Pierik ook al in zijn
motie benoemde, dat het Didam-arrest de beperkende factor zou zijn. Maar
we weten ook dat er mogelijkheden zijn om via punten te kijken hoe
duurzame pachtcontracten gesloten kunnen worden. Ik denk dat het goed is
dat we bij de hele herziening van het pachtstelsel toch even met elkaar
scherp gaan krijgen op welke punten dat Didam-arrest de beperkende
factor is, maar ook welke alternatieven er zijn om ondanks het
Didam-arrest over te kunnen gaan tot duurzame pachtovereenkomsten.
Daarom alsnog de volgende motie.
De Kamer,
gehoord de beraadslaging,
verzoekt de regering in kaart te brengen hoe overheden over kunnen gaan
tot duurzame pachtcontracten zonder het Didam-arrest de beperkende
factor te laten zijn,
en gaat over tot de orde van de dag.
De voorzitter:
Deze motie is voorgesteld door de leden Van Campen en Bromet.
Zij krijgt nr. 95 (27924).
Dank u wel. Dan gaan we nu luisteren naar mevrouw Bromet, namens de fractie van GroenLinks-Partij van de Arbeid. Gaat uw gang.
Mevrouw Bromet (GroenLinks-PvdA):
Voorzitter. Pacht lijkt een heel saai onderwerp, maar gezien de
uitdagingen waar we voor staan wat betreft de veranderingen in de
landbouw, is het ook een heel nuttig onderwerp. Ik heb het debat
daarover dus ook als heel nuttig en interessant ervaren, zeker omdat de
basis van het debat voor een groot deel de initiatiefnota was die ik
samen met de heer Van Campen heb gemaakt. Het is heel ingewikkelde
materie, maar ik vind het heel mooi dat GroenLinks-PvdA en de VVD, niet
heel logische partners, samen tot een aantal voorstellen zijn gekomen.
Ik ben ook blij dat de minister heeft gezegd: de basis voor mijn
wetsontwerp zal een deel van die nota zijn. Daar kijken we dus naar uit.
We gaan die nota ook nog verder behandelen met de Kamer.
Maar ik vond het eigenlijk wel heel treurig dat slechts een paar dagen
na het debat die hele kwestie met die boeren in Teylingen aan de orde
kwam. Dat had heel goed onderdeel kunnen zijn van het debat, denk ik, om
het wat beeldender te maken. Maar ik denk dat wij allemaal die hele week
geappt, gemaild en gebeld zijn door allerlei mensen die zich ontzettend
zorgen maken over boeren die het heel goed doen en die dus geen toekomst
meer hebben op het moment dat er gemeentes zijn die alleen maar
aanbesteden op grond van prijs. Ik denk dat de winst van dit debat en
van de ontwikkelingen in de gemeente Teylingen, waar zelfs een wethouder
om deze kwestie is afgetreden, is dat duurzaamheid een veel zwaarder
gewicht krijgt bij die pachtconstructies. Ik kijk uit naar het vervolg
en naar het wetsontwerp dat de minister naar de Kamer gaat sturen.
De voorzitter:
Hartelijk dank. Dan gaan we luisteren naar de heer Grinwis. O nee, die
had nul minuten spreektijd. Sorry. Dan is het woord aan de heer Flach,
namens de SGP. Gaat uw gang.
De heer Flach (SGP):
Voorzitter. Dank u wel. Pacht moet een goed financieringsinstrument voor
de landbouw blijven, zeker met het oog op onze jonge boeren. Ik vind dat
we daar een mooi debat over hebben gehad, waarin er een betrekkelijk
hoge mate van eensgezindheid was; dat komt ook weleens voor.
Mijn belangrijkste punt in het debat was dat er echt vaart gemaakt moet
worden met de wijziging van de Pachtwet. Het moet nu gaan gebeuren. Kan
de staatssecretaris toezeggen dat hij zich ervoor gaat inspannen dat het
wetsvoorstel ruim voor de zomer naar de Raad van State wordt
gestuurd?
Tot slot. Ik heb nog een motie om meer zicht te krijgen op de
representativiteit van de selectie van bedrijven voor de berekening van
de pachtnormen. Die luidt als volgt.
De Kamer,
gehoord de beraadslaging,
overwegende dat soms sprake is van grote wijzigingen in de pachtnormen
die niet goed te verklaren zijn vanuit de teeltopbrengsten;
verzoekt de regering ervoor te zorgen dat er openheid van zaken gegeven
wordt over de selectie van bedrijven in de verschillende regio's voor de
berekening van de pachtnormen, dan wel dat er een onafhankelijke toets
op de representativiteit wordt uitgevoerd, bijvoorbeeld door het
CBS,
en gaat over tot de orde van de dag.
De voorzitter:
Deze motie is voorgesteld door de leden Flach en Vedder.
Zij krijgt nr. 96 (27924).
Dank u wel. Dan gaan we luisteren — even kijken — naar mevrouw Vedder van de CDA-fractie. Gaat uw gang.
Mevrouw Vedder (CDA):
Voorzitter, dank. Ook vanuit het CDA herhalen we de oproep om
voortvarend en zo snel mogelijk met de nieuwe Pachtwet te komen. We
wachten daar al ongelofelijk lang op. Ik voorspel dat het heel wat
moties zou schelen als die Pachtwet er zou komen, en als we daarmee een
boel dingen de goede kant op kunnen gaan sturen.
Voorzitter. Ik heb daar nog één vraag over. Tijdens het commissiedebat
liet de staatssecretaris weten dat hij ook het belang onderschrijft van
het aantrekkelijker maken van langjarige pacht en het ontmoedigen van
kortlopende pacht. Daar is het CDA het van harte mee eens. Maar tijdens
het debat werd mij nog niet duidelijk waarom de staatssecretaris dan wel
overweegt om het mogelijk te maken om de maximale looptijd van zes jaar
voor kortlopende pacht eenmalig te verlengen tot twaalf jaar. Dat voelt
voor mij toch een beetje als het afzwakken van wat wij het
"ontmoedigingsbeleid" noemen. Ik zou graag aan de staatssecretaris
willen vragen of hij uit kan leggen waarom hij dat dan toch zou
willen.
Dank, voorzitter.
De voorzitter:
Dank u wel. Tot slot het lid Kostić van de Partij voor de Dieren.
Kamerlid Kostić (PvdD):
Dank, voorzitter. Ik heb slechts één motie.
De Kamer,
gehoord de beraadslaging,
constaterende dat meer sturen op een biologisch en natuurinclusief
landbouwsysteem niet alleen integraal bijdraagt aan het oplossen van de
verschillende problemen, maar uiteindelijk de boeren ook minder
complexiteit en minder afhankelijkheid kan opleveren;
constaterende dat volgens het kabinetsbeleid in 2030 15% van het
Nederlandse landbouwoppervlak voor biologische landbouw moet worden
gebruikt, maar dit nog niet opschiet;
verzoekt de regering te verkennen welke stappen in het pacht- en
grondbeleid kunnen helpen om het areaal van biologische landbouw te
vergroten (conform bestaande doelen rondom biologische landbouw), en
hierover voor de zomer van 2025 aan de Kamer te rapporteren,
en gaat over tot de orde van de dag.
De voorzitter:
Deze motie is voorgesteld door het lid Kostić.
Zij krijgt nr. 97 (27924).
Dank. Dat was ook de termijn van de Kamer. We gaan even tien minuten
schorsen. Dan krijgen we een reactie van de staatssecretaris en een
appreciatie van de acht ingediende moties.
De vergadering is tien minuten geschorst.
De vergadering wordt van 14.14 uur tot 14.24 uur geschorst.
De voorzitter:
Ik heropen de vergadering. Aan de orde is de voortzetting van het
tweeminutendebat Pacht. We zijn toe aan de termijn van de zijde van het
kabinet. Ik geef het woord aan de staatssecretaris van LVVN.
Staatssecretaris Rummenie:
Dank u wel, voorzitter. Ik begin met de motie op stuk nr. 90 over
richtlijnen medeoverheden gunningsprocedure. Ik kan deze motie oordeel
Kamer geven, mits ik deze zo mag interpreteren dat ik een handreiking
aanbied aan mijn medeoverheden waarin ik aangeef dat kwaliteitscriteria
zwaarder moeten wegen dan prijscriteria. Ik wil namelijk niet treden in
de autonome bevoegdheid van medeoverheden. Daarnaast weten medeoverheden
beter wat er speelt op lokaal niveau. Dus oordeel Kamer met
interpretatie.
De voorzitter:
De heer Holman steekt zijn duim op.
Staatssecretaris Rummenie:
Dan de motie op stuk nr. 91 van de heer Holman en de heer Grinwis over
fiscaliteit. Ik begrijp het probleem dat projectontwikkelaars,
speculanten en beleggers net zoals agrariërs geen overdrachtsbelasting
betalen bij voortgezet agrarisch gebruik. De vrijstelling wordt verleend
op basis van het gebruik van de grond, ongeacht door wie en voor welk
uiteindelijk doel de grond wordt gekocht. Ik kan mij goed voorstellen
dat dit de vraag op de grondmarkt doet toenemen, wat uiteraard een
prijsopdrijvend effect kan hebben. Het is echter niet aan mij om de Wet
op belastingen van rechtsverkeer aan te passen. Dit is, net zoals het
onderzoek naar de mogelijkheden voor het vervallen van de vrijstelling
overdrachtsbelasting voor niet-agrariërs, de verantwoordelijkheid van
mijn collega Fiscaliteit, Belastingdienst en Douane van het ministerie
van Financiën. Ik verzoek u daarom de motie aan te houden. Anders moet
ik deze het oordeel "ontijdig" geven.
De heer Holman (NSC):
Ik snap de redenatie; die had ik ook verwacht. Mijn verzoek is slechts
of u dit in het kabinet zou willen bespreken met de staatssecretaris
Fiscaliteit en dan de appreciatie wil geven. Ik wil 'm toch graag
indienen om het signaal te geven en dan te kijken hoe we dit vorm kunnen
geven. Het unieke van deze motie is: we mogen nooit een motie indienen
die geld kost, maar deze motie gaat echt geld opleveren. Die gaat toch
datgene doen wat we willen in het kader van de ontwikkelingen op de
grondmarkt. Mijn verzoek is: gaat u overleggen met de staatssecretaris
Fiscaliteit en komt u als kabinet met een voorstel hoe u dit vorm kunt
geven.
Staatssecretaris Rummenie:
Dat wil ik wel toegeven, maar ik houd 'm dan wel aan, dus.
De voorzitter:
De staatssecretaris kan een motie niet aanhouden. De staatssecretaris
kan een toezegging doen om iets te bespreken.
Staatssecretaris Rummenie:
Nou ja, een appreciatie geven.
De voorzitter:
Ik noteer even als oordeel: ontijdig. Het kan zijn dat voor de
stemmingen — die zijn pas op 4 maart — de staatssecretaris al heeft
kunnen overleggen en de Kamer misschien iets laat weten. Anders komt de
motie met het oordeel "ontijdig" dinsdag 4 maart in stemming. Ja?
Staatssecretaris Rummenie:
Dat wou ik ook zeggen: dan ontijdig.
De voorzitter:
Dank. Dan gaan we door.
Staatssecretaris Rummenie:
Dan de motie op stuk nr. 92 van de heer Pierik en de heer Grinwis over
uitgifte grond aan vorige pachter. Ik kan deze motie oordeel Kamer
geven, mits ik deze zo mag interpreteren dat we onderzoeken hoe dit vorm
te geven zonder daarbij nadrukkelijk niet alle andere kandidaten bij
voorbaat uit te sluiten. Volgens de uitspraak in het Didam-arrest moet
er, als de overheid de verpachter is, gebruik worden gemaakt van
objectieve, toetsbare en redelijke criteria die goed gemotiveerd moeten
kunnen worden om een pachter te vinden. Het is niet toegestaan de
criteria toe te schrijven naar één bepaalde pachter. Pacht is een
privaatrechtelijke overeenkomst. Het staat verpachters en pachters vrij
om afspraken te maken binnen de pachtregelgeving. Met deze interpretatie
geef ik 'm oordeel Kamer.
De voorzitter:
Is dat akkoord wat de heer Pierik betreft? Ja. Dan heeft de motie op
stuk nr. 92 oordeel Kamer.
Staatssecretaris Rummenie:
De motie op stuk nr. 93 van de heer Pierik gaat over het landbouwkundig
medegebruik van gronden van TBO's. Ik onderschrijf het belang van
verpachting door de TBO's om zo ook de natuurgronden maximaal bij te
laten dragen aan de opgave waar de agrarische sector voor staat. Een
mooi voorbeeld in dit kader is het concept natuurinclusieve landbouw,
dat ook wordt ondersteund vanuit LVVN. Daarbij worden door TBO's
langjarige pachtovereenkomsten aangegaan met agrariërs, zodat deze in de
gelegenheid worden gesteld hun bedrijfsvoering te extensiveren. Ik geef
deze motie oordeel Kamer.
Dan de motie op stuk nr. 94, van de heer Pierik en de heer Grinwis, over
prioriteit directe omgeving. Ik kan ook deze motie oordeel Kamer geven,
mits ik deze zo mag interpreteren dat we dit meenemen als een van de
selectiecriteria en we dus niet alle andere kandidaten bij voorbaat
uitsluiten. Bij Staatsbosbeheer wordt een dergelijk afstandscriterium al
toegepast. Mijn collega van Volkshuisvesting en Ruimtelijke Ordening
gaat over de grond van het Rijksvastgoedbedrijf. Maar ik kan mij goed
vinden in deze gedachte en ga graag in gesprek met mijn collega om dit
punt onder haar aandacht te brengen. Dus: oordeel Kamer, mits
interpretatie.
De voorzitter:
De heer Pierik knikt instemmend.
Staatssecretaris Rummenie:
Dan de motie op stuk nr. 95, van de heer Van Campen en mevrouw Bromet.
Zojuist kreeg ik de motie van de heer Holman over het doen van een
handreiking. Ik kan dit hierin meenemen.
De voorzitter:
En daarmee is het oordeel?
Staatssecretaris Rummenie:
Oordeel Kamer.
De motie op stuk nr. 96, van de heer Flach en mevrouw Vedder, gaat over
pachtnormen. Deze moet ik ontraden. De steekproef met gebruikmaking van
de gegevens van het Bedrijveninformatienet is zorgvuldig samengesteld op
basis van representativiteit conform het Pachtprijzenbesluit 2007. Dit
gebeurt op vrijwillige basis. De bedrijven geven hierin inzicht in hun
bedrijfsgevoelige informatie en persoonsgegevens. Als wij de indruk
wekken dat deze bedrijfsgegevens openbaar worden gemaakt, staat het hele
BIN ter discussie. Daarnaast wordt het BIN periodiek op
representativiteit gecheckt. De resultaten hiervan zijn publiek
beschikbaar. Ik heb daarom geen reden om te twijfelen aan de
representativiteit. Ik ontraad dus de motie.
De heer Flach (SGP):
Ik heb mijn twijfels geuit in het pachtdebat over bepaalde regio's waar
die representativiteit betwijfeld wordt. Wat betekent dit, vraag ik de
staatssecretaris. Stel dat die motie wordt aangenomen. Wat zegt dat over
de uitvoerbaarheid ervan?
Staatssecretaris Rummenie:
Ik denk dat het heel moeilijk wordt, om de redenen die ik net heb
aangegeven. Als dit gebeurt, denk ik dat wij geen bedrijven meer zullen
vinden die willen meedoen aan deze BIN-regeling.
De voorzitter:
Heeft dat nog consequenties? Wordt de motie aangehouden?
De heer Flach (SGP):
Dat neem ik in overweging, maar vooralsnog laat ik 'm staan.
De voorzitter:
Dan blijft het oordeel "ontraden".
Dan de motie op stuk nr. 97.
Staatssecretaris Rummenie:
De motie op stuk nr. 97, van het lid Kostić, gaat over biologisch
areaal. Ik wil het best verkennen, dus ik geef de motie oordeel
Kamer.
De voorzitter:
Hartelijk dank aan de staatssecretaris. We gaan op 4 maart over deze
moties stemmen, de dinsdag na het reces. Dan gaan we door met een
volgend onderwerp …
Staatssecretaris Rummenie:
Nee, nee, nee, nee. Ik had nog twee vragen, voorzitter.
De voorzitter:
O, oké! Nou, voor deze keer.
Staatssecretaris Rummenie:
Haha. De heer Flach vroeg: kan de staatssecretaris toezeggen dat het
wetsvoorstel ruim voor het zomerreces naar de Raad van State gaat? Ik
heb in het debat aan u toegezegd dat het wetsvoorstel voor de Kamer
gereed zal zijn voor internetconsultatie. Op dit moment wordt er hard
aan gewerkt om deze mijlpaal te behalen. In het derde kwartaal gaat die
naar de Raad van State.
Mevrouw Vedder vroeg: waarom overweegt de staatssecretaris om
kortlopende pacht met zes jaar te kunnen verlengen als het de bedoeling
is om kortlopende pacht te ontmoedigen? Het klopt absoluut, mevrouw
Vedder, dat ik kortlopende pacht wil ontmoedigen. In mijn brief heb ik
echter aangegeven dat de duur tussen de kortlopende pacht en de duurzaam
lopende pacht een kernpunt is in de discussie. De mogelijkheid van een
eenmalige verlenging of een progressief prijsstelsel moet enige
flexibiliteit bieden in de uitgifte van gronden. Ik ben daar nog niet
uit, maar ik wil hier een gedegen afweging van kunnen maken. Ik neem dit
zeker mee naar de deskundigensessies.
Dat waren de vragen, voorzitter.
De voorzitter:
Nogmaals dank.
De beraadslaging wordt gesloten.
De voorzitter:
We stemmen dus op 4 maart over de ingediende moties.