Beleidsreactie op adviesrapport van de Evaluatiecommissie van de Nederlandse Gedragscode Wetenschappelijke Integriteit
Brief regering
Nummer: 2025D07799, datum: 2025-02-21, bijgewerkt: 2025-02-21 16:07, versie: 1
Directe link naar document (.docx), link naar pagina op de Tweede Kamer site.
Gerelateerde personen:- Eerste ondertekenaar: E.E.W. Bruins, minister van Onderwijs, Cultuur en Wetenschap (Ooit ChristenUnie kamerlid)
- Evaluatie Nederlandse Gedragscode Wetenschappelijke Integriteit 2024
- Beslisnota bij Beleidsreactie op adviesrapport van de Evaluatiecommissie van de Nederlandse Gedragscode Wetenschappelijke Integriteit
Onderdeel van zaak 2025Z03449:
- Indiener: E.E.W. Bruins, minister van Onderwijs, Cultuur en Wetenschap
- Voortouwcommissie: vaste commissie voor Onderwijs, Cultuur en Wetenschap
Preview document (🔗 origineel)
De voorzitter van de Tweede Kamer der Staten-Generaal Postbus 20018 2500 EA DEN HAAG |
---|
Datum | 21 februari 2025 |
---|---|
Betreft | Beleidsreactie op adviesrapport van de Evaluatiecommissie van de Nederlandse Gedragscode Wetenschappelijke Integriteit |
Onderzoek en Wetenschapsbeleid Rijnstraat 50 Den Haag Postbus 16375 2500 BJ Den Haag |
Onze referentie 50315691 |
Bijlagen |
1 |
Het adviesrapport van de onafhankelijke commissie (hierna: evaluatiecommissie) die de Nederlandse Gedragscode Wetenschappelijke Integriteit (hierna: NGWI) heeft geëvalueerd, is in juli vorig jaar verschenen.1 Mijn ambtsvoorganger heeft toegezegd uw Kamer te informeren over de uitkomsten van deze evaluatie.2 Dat doe ik met deze brief. Een afschrift van het evaluatierapport vindt uw Kamer in de bijlage.
De NGWI geeft principes, richtlijnen en normen voor goede en integere wetenschapsbeoefening en is daarmee essentieel voor een integere en betrouwbare wetenschap. De code ondersteunt de zelfregulering van onderzoekers en onderzoeksinstellingen en heeft een belangrijke didactische en preventieve functie. Ook biedt de NGWI een toetsingskader waarmee vermeende schendingen van wetenschappelijke integriteit worden beoordeeld en, indien nodig, gesanctioneerd kunnen worden. Het is cruciaal dat de NGWI effectief is en wordt nageleefd.
Gezien het belang van de NGWI voor een integere en betrouwbare wetenschap en omdat zich incidenten voordeden die de onafhankelijkheid van onderzoek en wetenschappelijke integriteit ondermijnden, heeft mijn ambtsvoorganger de besturen van de opstellende organisaties van de NGWI (hierna: de opstellers) verzocht deze te laten evalueren door een onafhankelijke commissie.3 De evaluatiecommissie heeft als taak gekregen te evalueren in hoeverre de huidige NGWI voldoet aan de eisen die aan een dergelijke code gesteld worden door de wetenschap en maatschappij.4 Eerder is aan de opstellers gevraagd om aan de volgende punten aandacht te besteden in de evaluatie:
De normen en zorgplichten die gerelateerd zijn aan transparantie en onafhankelijkheid en het voorkomen van oneigenlijke beïnvloeding door derden.5
De toereikendheid en effectiviteit van de zorgplichten en normen van de NGWI voor het borgen van wetenschappelijke integriteit en of de NGWI aansluit bij de onderzoekspraktijken van hogescholen en TO2-instellingen.
De vraag of wettelijke verankering van enkele normen of zorgplichten ten aanzien van wetenschappelijke integriteit nodig is.
Daarnaast is een uitnodiging gedaan om zaken te benoemen die OCW vanuit haar stelselverantwoordelijkheid kan faciliteren of bevorderen.
Bevindingen evaluatiecommissie op hoofdlijnen
De commissie vindt het positief dat de NGWI alle wetenschappelijke disciplines en typen wetenschappelijk onderzoek omvat. Het is volgens de commissie van belang dat de NGWI een heldere focus op wetenschappelijke integriteit behoudt. Dat maakt het mogelijk om dit onderwerp te onderscheiden van verwante, maar andere thema’s (zoals sociale veiligheid en academische vrijheid). De code blijft zo werkbaar, logisch en actueel.
De NGWI is volgens de commissie een essentieel instrument om het gesprek op de werkvloer over wetenschappelijke integriteit te bevorderen. Daarnaast vindt de commissie de aandacht voor de zorgplichten van de onderzoeksinstellingen ten aanzien van wetenschappelijke integriteit van belang. Deze zorgplichten benadrukken namelijk dat de verantwoordelijkheid voor wetenschappelijke integriteit niet uitsluitend op de schouders van de individuele wetenschapper rust. Verder adviseert de commissie om de NGWI te reviseren en daarvoor een schrijfcommissie in te stellen. Hiervoor heeft zij aanbevelingen in haar rapport opgenomen, naast aanvullende aanbevelingen aan onderzoeksinstellingen en OCW. De opstellers hebben een schrijfcommissie ingesteld die de gedragscode gaat herzien. De nieuwe code zal naar verwachting begin volgend jaar gereed zijn.6
Beleidsreactie
Ik wil de evaluatiecommissie bedanken voor haar inzet en waardevolle adviezen. Het is de verantwoordelijkheid van de opstellers om met deze adviezen voor revisie van de NGWI te zorgen. De instellingen zijn immers verantwoordelijk voor het scheppen van de juiste cultuur en randvoorwaarden voor een integere wetenschapsbeoefening. De instellingen dienen te voldoen aan de zorgplichten zoals opgenomen in de NGWI en wetenschappers behoren de NGWI na te leven. Ik vind het belangrijk dat ieder hierin zijn verantwoordelijkheid neemt. Op die manier wordt de integriteit van en het vertrouwen in de wetenschap geborgd.
Vanuit mijn stelselverantwoordelijkheid wil ik de opstellers een aantal aandachtspunten meegeven. Zoals hierboven aangegeven is gevraagd of de toereikendheid en effectiviteit van de zorgplichten en normen van de NGWI voldoende zijn en of de NGWI aansluit bij de onderzoekspraktijken van hogescholen en TO2-instellingen. Ik wil de schrijfcommissie verzoeken hier bij de revisie van de NGWI nogmaals naar te kijken en gezien eerdere incidenten, in ieder geval aandacht te besteden aan alle aanbevelingen van de evaluatiecommissie die raken aan transparantie, onafhankelijkheid en het voorkomen van oneigenlijke beïnvloeding.
Verder wil ik de opstellers meegeven dat, naast het vermelden van het register van nevenwerkzaamheden van hoogleraren in de NGWI, zoals de evaluatiecommissie adviseert, het mijns inziens ook van belang is om het register van externe financiering van leerstoelen in de NGWI te vermelden. Beide registers dragen namelijk bij aan transparantie en zijn door Universiteiten van Nederland ingericht naar aanleiding van de eerdere incidenten met als doel om het vertrouwen in de wetenschap te borgen.
Ten aanzien van de vraag of wettelijke verankering van normen of zorgplichten ten aanzien van wetenschappelijke integriteit nodig is, vind ik op basis van de uitkomsten van de evaluatie dat het nu te vroeg is om tot een dergelijke fundamentele wijziging over te gaan. De evaluatie bevat veel aanbevelingen om de doeltreffendheid en doelmatigheid van de NGWI in de praktijk te vergroten. Ik wil het veld de ruimte geven om eerst met deze aanbevelingen aan de slag te gaan en te bezien wat het effect hiervan is. Bovendien geeft de commissie aan dat wettelijke verankering in het buitenland in een aantal gevallen heeft geleid tot sterke juridisering die gesprekken op de werkvloer in de weg staan, terwijl het gesprek op de werkvloer mijn inziens juist zo belangrijk is om het bewustzijn over het belang van wetenschappelijke integriteit te vergroten. Ik zie daarom nu geen noodzaak tot wettelijke verankering.
Voorts wil ik aangeven dat ik het advies van de evaluatiecommissie onderschrijf dat ik in het kader van mijn stelselverantwoordelijkheid moet waken voor de risico’s van prestatiedruk, publicatiedruk en de competitie om schaarse projectfinanciering. Ik weeg deze risico’s mee in mijn beleidsoverwegingen aangaande de organisatie en financiering van het wetenschappelijk onderzoek in Nederland.
De minister van Onderwijs, Cultuur en Wetenschap,
Eppo Bruins
Adviesrapport-Evaluatie-Nederlandse-gedragscode-wetenschappelijke-integriteit-2024.pdf (knaw.nl).↩︎
Kamerstukken II 2022/23, aanhangsel van de handelingen, nr. 3635.↩︎
Universiteiten van Nederland (UNL), de Vereniging Hogescholen (VH), de Koninklijke Nederlandse Academie van Wetenschappen (KNAW), de Nederlandse Organisatie voor Wetenschappelijk Onderzoek (NWO), de Nederlandse Federatie van Universitair Medische Centra (NFU) en de TO2-Federatie.↩︎
Instellingsbesluit Commissie Evaluatie Nederlandse Gedragscode Wetenschappelijke Integriteit.↩︎
Adviesrapport-Evaluatie-Nederlandse-gedragscode-wetenschappelijke-integriteit-2024.pdf (knaw.nl), bijlage 2.↩︎
Zie https://www.knaw.nl/publicaties/doorontwikkeling-nederlandse-gedragscode-wetenschappelijke-integriteit↩︎