Regulering van bestrijdingsmiddelen
Schriftelijke vragen
Nummer: 2025D07912, datum: 2025-02-24, bijgewerkt: 2025-02-27 13:28, versie: 2 (versie 1)
Directe link naar document (.pdf), link naar pagina op de Tweede Kamer site, officiële HTML versie (kv-tk-2025Z03476).
Gerelateerde personen:- Eerste ondertekenaar: A. Podt, Tweede Kamerlid (D66)
- Mede ondertekenaar: W. Paulusma, Tweede Kamerlid (D66)
Onderdeel van zaak 2025Z03476:
- Gericht aan: F.M. Wiersma, minister van Landbouw, Visserij, Voedselzekerheid en Natuur
- Gericht aan: M. Agema, minister van Volksgezondheid, Welzijn en Sport
- Indiener: A. Podt, Tweede Kamerlid
- Medeindiener: W. Paulusma, Tweede Kamerlid
- Voortouwcommissie: TK
Preview document (🔗 origineel)
Tweede Kamer der Staten-Generaal | 2 |
Vergaderjaar 2024-2025 | Vragen gesteld door de leden der Kamer |
2025Z03476
Vragen van de leden Podt en Paulusma (beiden D66) aan de Ministers van Landbouw, Visserij, Voedselzekerheid en Natuur en van Volksgezondheid, Welzijn en Sport over regulering van bestrijdingsmiddelen (ingezonden 24 februari 2025).
Vraag 1
Kunt u toelichten wat het verschil is tussen laag- en hoog-risicomiddelen en waarom hoog-risicomiddelen, ondanks de naam, toch als veilig bestempeld kunnen worden?
Vraag 2
Hoe hoog is het risico dat boeren lopen bij het gebruik van hoog-risicomiddelen?
Vraag 3
Welke risico’s zitten er vast aan hoog-risicomiddelen? Zijn dat gezondheidsrisico’s? Zo ja, welke?
Vraag 4
Lopen boeren een hoger risico op Parkinson, COPD en kanker bij het gebruik van hoog-risicomiddelen?
Vraag 5
Welke wetenschappelijke onderzoeken vinden een correlatie, verband of relatie tussen het gebruik van bestrijdingsmiddelen en het voorkomen van Parkinson?
Vraag 6
Kunt u bevestigen dat 1 op de 12 kinderen in Nederland wordt blootgesteld aan hoge concentraties bestrijdingsmiddelen? Zo ja, kunt u zich herkennen in de zorgen van Unicef dat dit het risico vergroot op ADHD, ASD en cognitieve beperkingen voor deze kinderen? Zo nee, op welke wetenschappelijke inzichten baseert u zich?1
Vraag 7
Klopt het dat het minder veilig is voor baby’s en jonge kinderen om een niet-biologische groenteprak te eten dan de kant-en-klare biologische groenteprak, zoals de keuringsdienst van waarde onderzocht?2
Vraag 8
Hoe kan het dat er wel normen voor bestrijdingsmiddelen op groente en fruit zit maar niet op andere routes waarmee bestrijdingsmiddelen ons lichaam betreden, zoals via huisstof?
Vraag 9
Wat is er bekend van de concentraties bestrijdingsmiddelen in huisstof, zijn deze concentraties lager dan op groente en fruit, en kan er met zekerheid gezegd worden dat deze concentraties geen gevaar zijn voor de gezondheid van kinderen en hun ouders?
Vraag 10
Kunt u bevestigen «dat de concentraties bestrijdingsmiddelen in lucht en stof bij woningen binnen een straal van 250 meter van een bespoten perceel maar weinig van elkaar verschillen»?3
Vraag 11
Kunt u bevestigen dat het verschil in blootstelling groter en duidelijk is als concentraties van omwonenden van alle omwonenden binnen een straal van 250 meter van bespoten bollenvelden worden vergeleken met de concentraties bij woningen op meer dan 500 meter van agrarische velden?4
Vraag 12
Bent u het met de indieners eens dat het wenselijk zou zijn als kwetsbare groepen, zoals jonge kinderen en omwonenden, niet blootgesteld worden aan hoge concentraties bestrijdingsmiddelen? Zo ja, welke maatregelen raadt u aan?
Vraag 13
Spreekt u met lokale overheden over het reguleren van bestrijdingsmiddelen binnen gemeentegrenzen? Zo ja, welke hindernissen ervaren gemeenten bij het reguleren van bestrijdingsmiddelen? Zo nee, bent u bereid dit met de Vereniging van Nederlandse Gemeenten (VNG) te bespreken?
Vraag 14
Herkent u de zorg dat veel gemeentes niet de capaciteit dan wel expertise in huis hebben om bestrijdingsmiddelen effectief te reguleren? Zo ja, hoe ondersteunt u gemeentes hierin?
Vraag 15
Deelt u de mening dat gemeentes meer handvatten zouden moeten krijgen om bestrijdingsmiddelen te reguleren, als dat in het belang van hun inwoners of hun wens is? Zo ja, aan welke handvatten denkt u?
Vraag 16
Deelt u de mening dat een spuitvrije zone een effectieve maatregel is om de blootstelling aan hoge concentraties pesticiden te verminderen? Zo nee, op welke wetenschappelijke inzichten baseert u zich?
Vraag 17
Welke hindernissen ervaren gemeenten bij het instellen van spuitvrije zones?
Vraag 18
Kunt u toelichten waarom er in de omgevingswet instructieregels staan voor bijvoorbeeld externe veiligheid, luchtkwaliteit en geluid maar geen instructieregels voor het reguleren van bestrijdingsmiddelen?
Vraag 19
Deelt u de mening dat een breed ingestoken instructieregel voor spuitvrije zones, die genoeg ruimte laat voor gemeentes om invulling te geven aan hun specifieke situatie, gemeentes kan helpen bij het reguleren van bestrijdingsmiddelen? Zo nee, waarom niet? Zo ja, kunt u toezeggen een dergelijke instructieregel op te stellen?
Vraag 20
Kunt u tevens toezeggen gemeentes een handleiding, zoals die van Natuur en Milieu en Urgenda5, te sturen waarmee inzichtelijk wordt hoe zij bestrijdingsmiddelen kunnen reguleren mochten ze dat wensen?
Vraag 21
Kunt u deze vragen afzonderlijk en voor 1 april beantwoorden?
Unicef, 2022, «Places and Spaces, Envirenments and chilren’s well-being», (https://www.unicef.nl/files/RC17-UNICEF-Places-and-spaces.pdf)↩︎
Npo.nl Keuringsdiens van waarde, 13 januari 2025, «Babyvoeding» (https://npo.nl/start/serie/keuringsdienst-van-waarde/seizoen-24/babyvoeding_2/afspelen)↩︎
RIVM, 2019, «Bestrijdingsmiddelen en omwonenden Samenvattend rapport over blootstelling en mogelijke gezondheidseffecten», (https://www.rivm.nl/bibliotheek/rapporten/2019-0052.pdf)↩︎
RIVM, 2019, «Bestrijdingsmiddelen en omwonenden Samenvattend rapport over blootstelling en mogelijke gezondheidseffecten», (https://www.rivm.nl/bibliotheek/rapporten/2019-0052.pdf)↩︎