Het artikel ‘UM werft toch weer buitenlandse studenten’
Schriftelijke vragen
Nummer: 2025D10977, datum: 2025-03-14, bijgewerkt: 2025-03-17 11:45, versie: 2 (versie 1)
Directe link naar document (.pdf), link naar pagina op de Tweede Kamer site, officiële HTML versie (kv-tk-2025Z04750).
Gerelateerde personen:- Eerste ondertekenaar: A. Heite, Tweede Kamerlid (Nieuw Sociaal Contract)
Onderdeel van zaak 2025Z04750:
- Gericht aan: E.E.W. Bruins, minister van Onderwijs, Cultuur en Wetenschap
- Indiener: A. Heite, Tweede Kamerlid
- Voortouwcommissie: TK
Preview document (🔗 origineel)
Tweede Kamer der Staten-Generaal | 2 |
Vergaderjaar 2024-2025 | Vragen gesteld door de leden der Kamer |
2025Z04750
Vragen van het lid Heite (Nieuw Sociaal Contract) aan de Minister van Onderwijs, Cultuur en Wetenschap over het artikel «UM werft toch weer buitenlandse studenten» (ingezonden 14 maart 2025).
Vraag 1
Bent u bekend met het artikel «UM werft toch weer buitenlandse studenten» van De Nieuwe Ster van maandag 10 maart jongstleden?1
Vraag 2
Bent u van oordeel dat, in het algemeen, het verantwoord is een dienst toe te zeggen wetende dat er een redelijke kans bestaat dat de dienst niet geleverd zal kunnen worden?
Vraag 3
Vindt u het verantwoord wanneer hoger onderwijsinstellingen ertoe overgaan actief studenten uit het buitenland te werven als het voortbestaan van de opleidingen waarvoor deze studenten worden geworven op korte termijn onzeker is?
Vraag 4
Hoe kijkt u, vanuit het oogpunt van het stelselbelang waarvoor u verantwoordelijk bent, naar de keuze van het bestuur van de Universiteit Maastricht (UM) om actief studenten te werven in het buitenland?
Vraag 5
Hoe beoordeelt u als stelselverantwoordelijke de doelmatigheid van het publiek financieren van internationale studenten als de blijfkans van deze studenten gering is?
Vraag 6
Deelt u de mening dat het werven van buitenlandse studenten voor tekortsectoren alleen doelmatig en doeltreffend is als zij na het afronden van hun studie ook daadwerkelijk de Nederlandse arbeidsmarkt op gaan en niet weer vertrekken naar het buitenland?
Vraag 7
Vindt u, met het oog op het stelselbelang, dat een tekort op de arbeidsmarkt op zich onvoldoende is om het binnenhalen van studenten uit het buitenland, voor studies die opleiden tot de relevante tekortberoepen, te rechtvaardigen?
Vraag 8
Ziet u het als uw taak om bestuurders van hoger onderwijsinstellingen aan te spreken wanneer zij beslissingen nemen die naar uw oordeel niet in het stelselbelang zijn?
Vraag 9
Bent u van plan om in gesprek te gaan met het bestuur van de UM over het besluit om actief studenten in het buitenland te gaan werven? Waarom?
Vraag 10
Erkent u het belang van de UM om de terugloop van de studentenaantallen waarmee ze te maken heeft, te keren ten behoeve van haar voortbestaan? Zo ja, welke rol ziet u hier voor uzelf als stelselverantwoordelijke?
Vraag 11
Welke instrumenten staan eventueel ter u beschikking om de continuïteit van de UM ook in de toekomst te borgen?
Vraag 12
Heeft u al vooruitgang geboekt met het voornemen uit het regeerakkoord toe te werken naar vormen van capaciteitsbekostiging van hogescholen en universiteiten? Denkt u dat deze vorm van bekostiging ook een uitkomst biedt voor de UM?
De Nieuwe Ster, d.d. 10 maart 2025, «UM werft toch weer buitenlandse studenten», https://www.denieuwestermaastricht.nl/um-werft-toch-weer-buitenlandse-studenten/↩︎