Tweeminutendebat Raad Algemene Zaken - cohesiebeleid d.d. 28 maart 2025 (CD 20/3) (ongecorrigeerd)
Stenogram
Nummer: 2025D13267, datum: 2025-03-26, bijgewerkt: 2025-03-27 10:30, versie: 1
Directe link naar document (.docx), link naar pagina op de Tweede Kamer site.
Onderdeel van activiteiten:- 2025-03-26 10:40: Tweeminutendebat Raad Algemene Zaken - cohesiebeleid d.d. 28 maart 2025 (CD 20/3) (Plenair debat (tweeminutendebat)), TK
Preview document (🔗 origineel)
Raad Algemene Zaken - cohesiebeleid d.d. 28 maart 2025
Raad Algemene Zaken - cohesiebeleid d.d. 28 maart 2025
Aan de orde is het tweeminutendebat Raad Algemene Zaken -
cohesiebeleid d.d. 28 maart 2025 (CD d.d. 20/03).
De voorzitter:
Welkom terug allemaal. Kan iedereen die er één heeft zijn zetel innemen?
Ik heet de minister van Economische Zaken, meneer Beljaarts, van harte
welkom, en uiteraard ook de Kamerleden die dit debat gaan voeren. Welk
debat is dat dan? Het tweeminutendebat Raad Algemene Zaken -
cohesiebeleid. Daar heeft u vorige week een commissiedebat over gehad.
Meneer Paternotte is de eerste spreker van de zijde van de Kamer.
De heer Paternotte (D66):
Voorzitter. Dat commissiedebat van vorige week was wat. Want
cohesiebeleid voeren we natuurlijk voor de lidstaten in Europa die een
steun in de rug kunnen gebruiken om hun economie sneller te ontwikkelen.
Ook de arme regio's in Nederland profiteren daar deels van. Maar het
kwam op een moment dat we net zagen dat in Hongarije zelfs de gaypride
verboden ging worden en dat werd gezegd dat wie in Boedapest toch gaat
meelopen, met gezichtsherkenning vervolgd kan gaan worden. Dat in een
land waarin natuurlijk ook al journalisten vanwege hun mening ontslagen
werden, waarin de rechtsstaat is afgebroken en waarin wetenschappers
zwaar zijn aangetast in hun academische vrijheid en ondermijnd of
ontslagen worden. Het wordt toch wel heel erg moeilijk om dat te
verdedigen als je Partij voor de Vrijheid heet. Vorige week in dat debat
zagen we eigenlijk voor het eerst dat de heer Markuszower zei: het ziet
er inderdaad niet goed uit; ik ben blij dat ik niet een land leef waar
dat soort dingen gebeuren. Ik hoop dat het kabinet die erkenning nu ook
kan overnemen en dat er een wat steviger lijn naar Hongarije gaat komen.
Zo meteen zal de heer Van Campen mede namens mij een motie indienen die
daar ook op ziet en die daar ook het instrument van de cohesiemiddelen
voor inzet.
De tweede discussie die we hadden, ging over de rol die de regio krijgt
bij die cohesiemiddelen en de verschuiving naar een centralere rol van
landen bij de aanvragen. Landen komen meer in de lead bij de verdeling
en de inzet van cohesiemiddelen. Een meerderheid van de commissie had
vorige week het idee dat dit geen goed idee is, en daarom zou ik de
Kamer daarover een uitspraak willen laten doen. Daarom de volgende
motie.
De Kamer,
gehoord de beraadslaging,
constaterende dat het cohesiebeleid van de Europese Unie bedoeld is om
sociale, economische en territoriale verschillen tussen en binnen
lidstaten te verkleinen;
overwegende dat wordt overwogen om in het nieuwe Meerjarig Financieel
Kader (MFK) cohesiemiddelen per land verder te centraliseren;
verzoekt de regering ervoor te zorgen dat regio's leidend blijven vanaf
het ontwerp tot aan de uitvoering van het cohesiebeleid,
en gaat over tot de orde van de dag.
De voorzitter:
Deze motie is voorgesteld door het lid Paternotte.
Zij krijgt nr. 985 (21501-08).
Dank u wel, meneer Paternotte. Hij was al aangekondigd: de heer Van Campen namens de VVD-fractie.
De heer Van Campen (VVD):
Dank u, voorzitter. Zo wordt de samenwerking nog tot op het moment
supreme met elkaar gezocht. Ik heb twee moties. De heer Paternotte
verwees al naar de eerste, over het veroordelen van de wetgeving in het
Hongaarse parlement voor het verbieden van de pride.
De Kamer,
gehoord de beraadslaging,
constaterende dat de Hongaarse regering de pride in Boedapest heeft
verboden met een omstreden wet;
overwegende dat dit in strijd is met fundamentele rechten en vrijheden,
en dat dit de rechtsstatelijke kernwaarden van de Europese Unie
ondermijnt;
constaterende dat de Europese Commissie Hongarije eerder heeft gekort op
cohesiegelden wegens schendingen van de rechtsstaat;
verzoekt de regering te pleiten in de Raad en bij de Europese Commissie
voor het inhouden van meer cohesiegelden voor Hongarije, zolang sprake
is van ondermijning van de rechtsstatelijke kernwaarden van de EU,
en gaat over tot de orde van de dag.
De voorzitter:
Deze motie is voorgesteld door de leden Van Campen, Paternotte, Klaver
en Kahraman.
Zij krijgt nr. 986 (21501-08).
De Kamer,
gehoord de beraadslaging,
overwegende dat de herbewapening van Europa noodzakelijk is voor onze
autonomie en veiligheid;
overwegende dat cohesiegelden volgens de ReArm-plannen zullen worden
ingezet voor defensiedoeleinden;
overwegende dat de Europese Investeringsbank een cruciale rol kan spelen
bij grote strategische investeringen in satellieten,
communicatiesystemen en infrastructuur ter versterking van de Europese
defensiecapaciteiten;
verzoekt de regering om, naast het inzetten van cohesiegelden voor
defensie, de bestaande middelen van de Europese Investeringsbank in te
zetten voor grote projecten en investeringen in communicatiesystemen,
satellieten en infrastructuur, met als doel de autonomie en veiligheid
van Europa te versterken,
en gaat over tot de orde van de dag.
De voorzitter:
Deze motie is voorgesteld door de leden Van Campen en Oostenbrink.
Zij krijgt nr. 987 (21501-08).
De heer Van Campen (VVD):
Dank u wel.
De voorzitter:
Dank u wel, meneer Van Campen. Als derde en laatste spreker van de zijde
van de Kamer geef ik het woord aan de heer Kahraman namens Nieuw Sociaal
Contract.
De heer Kahraman (NSC):
Dank u wel, voorzitter. Vorige week hebben wij een goed debat gevoerd
met de minister over de cohesiefondsen. Het was een belangrijk debat,
want het betreft een derde van de totale EU-begroting. Ik begreep dat
dit zelfs het eerste debat in tien jaar was over de cohesiefondsen. Dank
aan de minister voor het goede gesprek. Ik heb een motie om hier sturing
aan te geven.
De Kamer,
gehoord de beraadslaging,
constaterende dat het cohesiebeleid circa een derde van de EU-begroting
beslaat;
overwegende dat Europa in 2025 geconfronteerd wordt met grote
geopolitieke en veiligheidsuitdagingen;
overwegende dat de Europese Commissie in Readiness 2030 pleit voor het
heroriënteren van EU-fondsen, waaronder cohesiemiddelen, richting
versterking van de defensiecapaciteit;
van mening dat een stevige defensiecomponent binnen het cohesiebeleid
kan bijdragen aan zowel regionale ontwikkeling als Europese veiligheid
door bijvoorbeeld de bouw van munitiefabrieken in regio's met
sociaaleconomische uitdagingen;
verzoekt de regering zich in te zetten voor een herziening van het
cohesiebeleid waarin sociaaleconomische en defensiedoelstellingen worden
gecombineerd en deze inzet actief uit te dragen in de Raad Algemene
Zaken en andere relevante gremia,
en gaat over tot de orde van de dag.
De voorzitter:
Deze motie is voorgesteld door de leden Kahraman en Van Campen.
Zij krijgt nr. 988 (21501-08).
Dank u wel, meneer Kahraman. Dan schors ik deze vergadering kort om de minister de gelegenheid te geven de appreciatie van de moties voor te bereiden.
De vergadering wordt enkele ogenblikken geschorst.
De voorzitter:
We hervatten het tweeminutendebat Raad Algemene Zaken - cohesiebeleid
met de reactie van minister Beljaarts van Economische Zaken op de
ingediende moties. Het woord is aan hem.
Minister Beljaarts:
Dank u wel, voorzitter. Staat u mij toe dat ik ook mijn dank uitspreek
aan de leden. De heer Kahraman gaf het al aan: na tien jaar hebben we
weer een goed debat gevoerd over de cohesiegelden binnen Europa. Het
onderwerp leeft blijkbaar. Dat wilde ik graag benadrukken.
Dan de appreciatie van de moties. De motie op stuk nr. 985 krijgt
oordeel Kamer.
De voorzitter:
De motie op stuk nr. 985 krijgt oordeel Kamer.
Minister Beljaarts:
De motie op stuk nr. 986 krijgt ook oordeel Kamer, waarbij ik wel wil
benoemen dat de geldenregels die de lidstaten met de Europese Commissie
hierover hebben gemaakt leidend zijn. Dat is volledig in geest met de
motie, dus dank daarvoor.
De voorzitter:
De motie op stuk nr. 986 krijgt oordeel Kamer.
Minister Beljaarts:
De motie op stuk nr. 987 kan ik eveneens oordeel Kamer geven.
De voorzitter:
De motie op stuk nr. 987 krijgt oordeel Kamer.
Minister Beljaarts:
De motie op stuk nr. 988 kan ik overnemen. Zoals ik ook in het
commissiedebat heb aangegeven, staat het kabinet open voor opties om
binnen de kaders van het huidige cohesiebeleid meer flexibiliteit en
prikkels te bieden voor de herprioritering richting Defensie.
De voorzitter:
Ik kijk even naar de heer Kahraman en ik zie dat hij daarmee akkoord
is.
De motie-Kahraman/Van Campen (21501-08, nr. 988) is overgenomen.
De beraadslaging wordt gesloten.
De voorzitter:
Over de moties zal morgenmiddag worden gestemd. Dank aan de minister van
Economische Zaken en dank aan de leden. Ik schors kort en dan gaan we
verder met een wetgevingsdebat.
De vergadering wordt enkele ogenblikken geschorst.