Wijziging van de Wet vrachtwagenheffing in verband met de implementatie van de herziene Europese tolheffingsregels (36626) (ongecorrigeerd)
Stenogram
Nummer: 2025D13268, datum: 2025-03-26, bijgewerkt: 2025-03-27 10:31, versie: 1
Directe link naar document (.docx), link naar pagina op de Tweede Kamer site.
Onderdeel van activiteiten:- 2025-03-26 11:00: Wijziging van de Wet vrachtwagenheffing in verband met de implementatie van de herziene Europese tolheffingsregels (36626) (Plenair debat (wetgeving)), TK
Preview document (🔗 origineel)
Wijziging van de Wet vrachtwagenheffing in verband met de implementatie van de herziene Europese tolheffingsregels
Wijziging van de Wet vrachtwagenheffing in verband met de
implementatie van de herziene Europese tolheffingsregels
Aan de orde is de behandeling van:
het wetsvoorstel Wijziging van de Wet vrachtwagenheffing in verband met de implementatie van de herziene Europese tolheffingsregels (36626).
De voorzitter:
Welkom terug allemaal. We hervatten de vergadering van de Tweede Kamer
der Staten-Generaal met een debat over de Wijziging van de Wet
vrachtwagenheffing in verband met de implementatie van de herziene
Europese tolheffingsregels, met als toevoeging voor de watchers: onder
het Kamernummer 36626.
De algemene beraadslaging wordt geopend.
De voorzitter:
We hebben van de zijde van de Kamer zes sprekers. De eerste daarvan is
de heer Heutink namens de fractie van de PVV.
De heer Heutink (PVV):
Voorzitter. Hoe mooi zou het toch zijn als al die ambtenaren in Brussel
eens zouden denken: nu gaan we het leven eens echt eenvoudiger maken
voor al die hardwerkende Nederlanders. Maar goed, iedereen weet: de
meeste dromen zijn bedrog. En als ik wakker word, dan is deze wet er
helaas toch.
Voorzitter. De kernvraag is immers: wie verzint deze totale gekkigheid?
Hoe kom je toch op zo'n gedrocht van een richtlijn? Het is niets meer
dan pure pesterij. Het is pesterij voor al die hardwerkende
vrachtwagenchauffeurs. En dat gebeurt niet alleen nu. Nee, ze worden al
jaren gepest, ze worden al jaren getreiterd en ze worden al jaren
gehinderd. Bij het aannemen van deze hele vrachtwagenheffing werd de
vrachtwagenchauffeur al financieel uitgekleed. En deze wetswijziging
maakt het nog veel erger. Het wordt onduidelijker, het wordt duurder en
het wordt bovendien gevaarlijker.
Laat mij het uitleggen. Deze wetswijziging implementeert een Europese
richtlijn. Deze nieuwe richtlijn kent een wirwar aan verschillende
heffingen. Het wordt echt extreem onduidelijk gemaakt. We hebben straks
een infrastructuurheffing en een externekostenheffing. Dat zijn er al
twee, maar binnen die heffingen wordt er ook nog eens gekeken naar — ik
verzin het niet — gewicht, luchtvervuiling, CO2-uitstoot en
geluidsoverlast. En als dat allemaal nog niet genoeg is, dan gaat men
ook nog eens differentiëren op basis van CO2-emissieklasse.
Wat is het volgende? Differentiëren op zonlicht? Nogmaals, wie verzint
deze gekkigheid?
Voorzitter. Laten we immers wel wezen: deze vrachtwagenheffing was, is
en blijft natuurlijk niets minder dan pure lastenverzwaring voor de
Nederlandse trucker. Het zijn namelijk onze Nederlandse truckers, die
mogen opdraaien voor ruim een half miljard aan exploitatiekosten. Het
zijn onze Nederlandse truckers, die straks de volledige mep mogen gaan
betalen. Het zijn, wederom, onze truckers, die mogen opdraaien voor de
zoveelste verduurzamingsdrift van D66. Iedereen weet immers dat zo'n wet
alleen uit de koker kan komen van het kabinet-Rutte III, waar, jawel,
D66 in zat.
De voorzitter:
Voor u verdergaat, is er een interruptie van de heer De Hoop.
De heer De Hoop (GroenLinks-PvdA):
Ik keek al uit naar de tirade van de heer Heutink. Het begint een beetje
standaard te worden. Hij hield deze tegenover zijn eigen minister. Ik
heb nog even gekeken, het is de wet van minister Madlener. Het is
misschien wel goed dat hij dat ook scherp heeft. Maar een aantal dingen
die hij zegt, klopt ook gewoon niet. Buitenlandse truckers gaan nu
immers ook meebetalen in Nederland. Het wordt uniform, dus het is een
harmonisatie, en juist een versimpeling voor heel veel
vrachtwagenchauffeurs, truckers. Het is ook niet voor niks dat de
organisaties die ze vertegenwoordigen heel erg voor deze wet zijn. Ik
ben dus wel benieuwd hoe de heer Heutink daarnaar kijkt.
De heer Heutink (PVV):
Hoe ik daarnaar kijk, is dat het een pure lastenverzwaring is van ruim
een half miljard voor al die hardwerkende Nederlandse
vrachtwagenchauffeurs. Dat is hoe wij daarnaar kijken.
De voorzitter:
Gaat u verder.
De heer Heutink (PVV):
Voorzitter. Die vrachtwagenheffing heeft helemaal niets met
verduurzaming te maken. In plaats van dat het opgehaalde geld wordt
ingezet voor echte maatregelen, gaat het nu naar duurzame en dus veel te
dure maatregelen. Nee, als je al kilometerbeprijzing had willen
invoeren, had dan echt iets voor de vrachtwagenchauffeurs gedaan. Nee,
geen wassen neus, zoals de huidige terugsluis naar duurzame en dus dure
maatregelen. Nee, dan had het geld naar infrastructuur moeten gaan, naar
betere wegen, naar minder files en naar het volledig afschaffen van de
wegenbelasting. Dan doe je pas iets goeds voor al die hardwerkende
vrachtwagenchauffeurs. Maar nee, ook dit kabinet blijft volhouden dat de
vrachtwagenheffing ten goede komt aan de sector. Iedereen weet
natuurlijk dat dit grote onzin is. De sector wordt financieel
uitgekleed. Niet alleen moeten ze op de blaren zitten voor de
exploitatiekosten van ruim een half miljard euro, ook worden deze
inkomsten van de kilometerheffing gebruikt om het verlies aan
wegenbelasting te compenseren. Dan kan het kabinet leuk pronken hoor,
met dat ze straks alleen nog maar een minimumtarief aan wegenbelasting
hoeven te betalen, maar het zijn gewoon dezelfde truckers die via een
andere weg alsnog voor die wegenbelasting moeten opdraaien. Alsof het
dan nog niet erg genoeg is, moeten ze ook nog bloeden voor de peperdure
exploitatiekosten en worden ze ook nog eens uitgekleed vanwege het
klimaatbeleid van links. En ondertussen is de brandstof geen cent
goedkoper. Je moet maar durven!
De heer De Hoop (GroenLinks-PvdA):
Wederom veel retoriek, maar feitelijk klopt er niet zo heel veel van.
Wij hebben in de nota naar aanleiding van het verslag op verzoek van
mijn fractie bijvoorbeeld een tabel gekregen waarin een indicatie is
gegeven van de kosten die door het vrachtverkeer worden veroorzaakt en
wat het hun kost. Euro 6-diesel is 76,9% van de te rijden kilometers in
2026. Door dit wetsvoorstel betalen ze €0,18 per gereden kilometer. Weet
de heer Heutink ook wat het kost per gereden kilometer?
De heer Heutink (PVV):
We kunnen hier een lesje op detailniveau gaan geven. Meneer De Hoop kan
mij alle vragen stellen die hij wil, maar de kern is dat de truckers zo
meteen mogen opdraaien voor de wegenbelasting. De kern is dat dit
wetsvoorstel ervoor gaat zorgen dat met het principe van "de vervuiler
betaalt" — wat meneer De Hoop zo graag wil — degene die nu geen geld
heeft om een schonere vrachtwagen aan te schaffen mag gaan betalen voor
de korting van iemand die allang een schone vrachtwagen heeft
aangeschaft. Dat is oneerlijk. Dat is niet rechtvaardig tegenover de
mensen die dit nu niet kunnen meemaken. Als iemand zich daarover druk
had moeten maken in plaats van te zeveren over wat details, dan is dat
volgens mij de heer De Hoop.
De voorzitter:
Meneer De Hoop in tweede instantie.
De heer De Hoop (GroenLinks-PvdA):
Wat details? Dit is waar het wetsvoorstel over gaat. Dan toch even het
antwoord op de vraag die ik stelde: het kost €0,38 per gereden
kilometer. Dat betekent dat het de maatschappij €0,20 meer kost dan het
de vrachtwagenchauffeur kost. De facto draaien wij daar met z'n allen
voor op. De automobilist betaalt dus meer mrb omdat de
vrachtwagenchauffeur niet genoeg betaalt en gemeentes betalen meer geld
aan kapitaalgoederen. De minister heeft nu al een gat van 5 miljard op
het gebied van infrastructuur omdat er eigenlijk nog steeds geen
eerlijke prijs wordt betaald. Feitelijk klopt dit dus gewoon niet. We
gaan nu een stap maken naar een eerlijkere prijs, maar eigenlijk zijn we
er nog helemaal niet. Als de heer Heutink vindt dat het eerlijk moet
zijn, zou hij eigenlijk moeten vinden dat dit nog een stap verder zou
moeten gaan.
De heer Heutink (PVV):
Gelukkig is de PVV de grootste partij van het land en niet
GroenLinks-Partij van de Arbeid.
Voorzitter. Nu zitten we met deze wet, omdat een meerderheid van deze
Kamer dit destijds zo'n verschrikkelijk goed idee vond. Omdat we met
deze wet zitten, moet deze verschrikkelijke richtlijn worden
geïmplementeerd. Nou, voorzitter, wij vónden de vrachtwagenheffing
verschrikkelijk en wij vínden de vrachtwagenheffing verschrikkelijk. Ook
deze wetswijziging is ons een doorn in het oog. Het enige waar de
vrachtwagenheffing voor gaat zorgen is dat men massaal gaat uitwijken
naar andere wegen. Met deze richtlijn zal dat alleen nog maar erger
worden. Met de implementatie van deze nieuwe richtlijn kiest het kabinet
er namelijk voor om de zogenaamde vervuilers nog meer te laten opdraaien
voor de kosten. Zij mogen straks bijvoorbeeld de korting gaan betalen
voor de mensen die wel het geld hebben om een peperdure nieuwe truck aan
te schaffen.
Vasthouden aan dit verschrikkelijke principe zorgt voor niets anders dan
drie dingen. Als eerste is dat een forse lastenverzwaring. Zij moeten
immers een veel hoger tarief betalen dan iemand met een nieuwere
vrachtwagen. Ten tweede zullen zij dus nooit een nieuwe vrachtauto
kunnen gaan meemaken, puur en alleen omdat ze nooit en te nimmer genoeg
geld kunnen verdienen om die schonere vrachtwagen te gaan kopen. Ten
derde zullen ze massaal gaan uitwijken naar wegen buiten het
heffingsnetwerk, want daar worden ze niet uitgemolken.
Voorzitter. Al deze dingen, al deze punten zullen gaan leiden tot hogere
transportkosten. En dat is ook niet gek. De extra kosten zullen op de
een of andere manier moeten worden terugverdiend, en dus zullen de
vervoerders de kosten gaan doorberekenen. En aan wie? Ik hoor het u
vragen. Nou, de consument dus, aan de mensen thuis, de mensen die het al
zo enorm zwaar hebben. Deze wet zal het dus allemaal nog veel duurder
maken voor de transportbedrijven, voor de consument, voor iedereen. Mijn
vraag aan de minister is: hoe gaat u ervoor zorgen dat transport nu en
in de toekomst betaalbaar blijft en dat de consument hier niet de dupe
van gaat worden? U moet deze zorgen serieus nemen, meneer de minister.
Ik hoor graag een reactie.
De voorzitter:
Meneer Van Dijk heeft een interruptie voor u.
De heer Olger van Dijk (NSC):
Ik denk dat de heer Heutink aan het einde van zijn betoog is gekomen. O,
dat is nog niet het geval. Dan ga ik toch nog even luisteren.
De heer Heutink (PVV):
Nee, jammer hè?
De voorzitter:
Meneer Heutink, gaat u verder.
De heer Heutink (PVV):
Ik zou zeggen: ga er nog maar even goed voor zitten.
Voorzitter. Waar deze wet aan de ene kant zorgt voor een portemonnee die
leeg is, zorgt die voor een provinciaal wegennet dat overvol is. Deze
wet zorgt er namelijk voor dat provinciale wegen die al druk zijn, nog
veel drukker worden. Kijk bijvoorbeeld naar de N35 of de N57, waar ook
de minister dagelijks overheen mag rijden. Dat zijn dodenwegen waar al
tal van ongelukken plaatsvinden, wegen die dwars door dorpen gaan. Daar
steken ook kinderen over en het is er nu al levensgevaarlijk. Ik moet
eerlijk bekennen dat ik mijn hart vasthoud. Ik wil niet weten wat er
gaat gebeuren als al die vrachtauto's echt massaal gaan uitwijken. Maar
het krankzinnige is dat het kabinet niet eens de moeite heeft genomen om
te onderzoeken of deze richtlijn ervoor gaat zorgen dat de uitwijk niet
verder toe zal nemen.
Voorzitter. Nou, ik kan u vast verklappen: je moet wel gek zijn om niet
over al die provinciale wegen te willen gaan rijden. Ik had mezelf toch
ook niet financieel laten uitkleden als het niet had gehoeven? En ze
hebben verdorie nog gelijk ook, maar het is wel levensgevaarlijk. Dus,
meneer de minister, zoek eerst maar eens uit hoeveel doden en gewonden
deze wet gaat opleveren door denderende vrachtwagens in onze dorpen en
op provinciale wegen en hoe u denkt dat te voorkomen. Pas daarna zullen
we laten weten of we deze wet steunen. Maar we laten onze provinciale
wegen en al die dorpen niet aan hun lot over en ik verwacht echt een
toezegging van de minister op dit punt.
Dank u wel.
De voorzitter:
Meneer Van Dijk had al aangekondigd dat hij aan het eind van uw betoog
een interruptie zou doen. Meneer Van Dijk.
De heer Olger van Dijk (NSC):
Ik was inderdaad op weg naar de vraag — het antwoord is al een beetje
gekomen van de heer Heutink — welk debat we hier vandaag voeren. Ik
krijg namelijk de indruk dat we hier een debat voeren uit 2022, over de
vrachtwagenheffing, maar dat is niet wat we hier doen. Die wet is ruim
aangenomen. Wat we hier doen, gaat over een richtlijn die Europees is
vastgesteld om het beleid in Europa te harmoniseren en te zorgen dat we
een gelijk speelveld houden. Dat is wat het doet, lastenarm. Er zit een
vrijstelling in waar heel veel vrachtwagenchauffeurs en bedrijven wel
degelijk wat aan hebben, en daarom zijn al die organisaties ook voor.
Dus mijn vraag is heel simpel: wat hier voorligt, die echt lastenarme,
directe implementatie, kan de PVV daar dan voorstemmen? En als ze
daartegen zouden stemmen, zijn ze zich er dan van bewust wat dat doet,
ook qua gelijk speelveld in Europa?
De heer Heutink (PVV):
Laat ik heel duidelijk zijn: zonder richtlijn geen wet. Dat is wel hoe
zo'n richtlijn werkt. De heer Van Dijk weet als geen ander hoe dat gaat.
Maar deze wetswijziging is niet lastenarm. Daar heeft meneer Van Dijk
het toch echt mis. Het zijn namelijk de mensen die nu geen transitie
naar een schonere vrachtwagen kunnen meemaken, die door deze wet worden
opgezadeld met nog hogere kosten. Die mogen de korting gaan betalen waar
meneer Van Dijk zo blij mee is. Dat is niet eerlijk en dat heeft niets
te maken met eerlijk beleid. Dat moet meneer Van Dijk ook weten. En ja,
wij maken ons grote zorgen — grote zorgen! — over die uitwijk en wij
vinden het onverantwoord dat het kabinet niet heeft onderzocht wat de
consequenties zijn van die uitwijk naar aanleiding van deze richtlijn.
Zolang wij daar geen antwoord op hebben, gaan wij niet zeggen of wij
voor of tegen deze wet zijn. Dat is voor ons echt de dealbreker, zeg ik
tegen NSC, via u, voorzitter.
De heer Olger van Dijk (NSC):
Ja, maar de richtlijn is vastgesteld; die zullen we moeten implementeren
met elkaar. Dat is ook het realistische perspectief dat er nu is. Ik
vraag dan wel aan de collega van de PVV hoe hij deze richtlijn dan wél
zou willen implementeren, als dít niet de goede manier zou zijn.
De heer Heutink (PVV):
Laten we eens beginnen met een fatsoenlijk en gedegen onderzoek naar de
gevolgen van alle uitwijk naar aanleiding van deze richtlijn. Laten we
kijken of er dan eventueel mitigerende maatregelen nodig zijn, voordat
we überhaupt gaan nadenken of we wel of niet voor deze wet gaan
stemmen.
De heer De Hoop (GroenLinks-PvdA):
Dan toch even op dat laatste punt, want eigenlijk is het de bedoeling
dat het in 2026 ingaat en als dit is wat de heer Heutink wil, dan komt
dat wel in het geding. Is hij dat met mij eens?
De heer Heutink (PVV):
Wij zijn nooit een fan geweest van die hele vrachtwagenheffing. Dus als
het aan mij ligt, was die er ook nooit geweest. Sterker nog, de PVV
heeft als een van de weinige partijen vol overtuiging tegen die
vrachtwagenheffing gestemd in 2022.
De heer De Hoop (GroenLinks-PvdA):
Dan concludeer ik dat u tegen gaat stemmen? Of begrijp ik het dan
verkeerd?
De heer Heutink (PVV):
Dan heeft meneer De Hoop net niet goed geluisterd.
De heer De Hoop (GroenLinks-PvdA):
Dan concludeer ik wat anders, net als wat ik ongeveer een jaar lang al
bij de heer Heutink concludeer: het is tien minuten een tirade tegen
zijn eigen minister, een soort theaterstukje, dan wordt er om een halve
toezegging gevraagd en dan gaat hij uiteindelijk toch voorstemmen. Om
heel eerlijk te zijn, word ik er een beetje moe van. Want het is elke
keer hetzelfde liedje: de heer Heutink valt zijn eigen minister met
grote woorden aan en uiteindelijk buigt hij toch wel mee. Kunnen we het
dan niet de volgende keer anders doen? Doe drie minuten in plaats van
tien minuten, want we weten allemaal toch wel wat de uitkomst is.
De heer Heutink (PVV):
Ik heb nog een veel beter idee: ik stel voor dat meneer De Hoop intekent
voor 0 minuten en de PVV voor 25 minuten en dan gaan we dan eens kijken
hoe het gaat.
De voorzitter:
Bij wetgevingsdebatten mag iedereen zelf kiezen hoeveel minuten, alleen
nul kan dan weer niet. Dat advies is dus niet helemaal zo te volgen,
meneer Heutink. Ik geef het woord aan de heer Olger van Dijk, die
spreekt namens de fractie van Nieuw Sociaal Contract.
De heer Olger van Dijk (NSC):
Dank u wel, voorzitter. Wat Nieuw Sociaal Contract betreft had dit wel
degelijk een hamerstuk kunnen zijn, maar nu het is aangemeld, is het ook
goed om nog op een aantal dingen door te vragen. Dat zullen we dan ook
doen. Het gaat hier om een zuivere implementatie van de herziene
Europese richtlijn, met het uitgangspunt van zo min mogelijk lasten. Het
debat over de vrachtwagenheffing zelf hebben we hier dus eerder gevoerd.
Het wetsvoorstel is in 2022 met een ruime meerderheid aangenomen. Ons
omringende landen zijn met vergelijkbare wetgeving bezig. En, heel
belangrijk: de heffing kan ook op ruim draagvlak rekenen in de sector.
Dat heeft natuurlijk ook te maken met het feit dat de netto opbrengsten
volledig ten goede komen aan de sector zelf. De heffing spekt dus niet
de schatkist. Wat hier is gedaan, is juist heel goed luisteren naar de
belanghebbenden, de vrachtwagenchauffeurs en de organisaties, en ook die
suggesties ter harte nemen. Ik zou dan ook willen zeggen: zo maken we
beleid. We zijn met elkaar beleid.
Nu we hier vandaag toch over spreken, zijn er van onze kant dus enkele
zaken die we nog naar voren willen brengen.
Voorzitter. Dat zit hem in de keuze in het wetsvoorstel voor een
combinatie van een infrastructuurheffing én een externekostenheffing
voor luchtvervuiling en geluidshinder én een externekostenheffing voor
CO2-emissies. De externekostenheffing mag niet gebruikt
worden om meer geld op te halen. Uit de nota naar aanleiding van het
verslag blijkt dat de infraheffing en de CO2-heffing elk zo'n
45% opleveren en de externe kosten geluid- en luchtverontreiniging
slechts 10%. Kan de minister nog eens uitleggen waarom dat zo is? Is het
niet logischer geluid- en luchtverontreiniging, met een direct effect op
de gezondheid van omwonenden, zwaarder mee te wegen? Er is gekozen om
hier 50% van de referentiewaarde te kiezen. Deze voorgestelde
tariefstructuur zou volgens de effectstudie het grootste effect hebben
op de reductie van CO2, stikstof en fijnstof. Voor
CO2 begrijpen we dat heel goed, maar kan de minister nog eens
aangeven wat de effecten zouden zijn als we voor de 100%
referentiewaarde voor geluid- en luchtvervuiling hadden gekozen? Wat
zijn dan precies de effecten, en dan met name natuurlijk ook voor
luchtverontreiniging en geluid? In dit geval ook de vraag: hoe zit het
met andere landen, zoals Duitsland? Kiezen die voor een andere
referentiewaarde dan 50%?
Voorzitter. Wat ons betreft is het verstandig dat er gebruik wordt
gemaakt van de uitzondering in deze herziene richtlijn om emissieloze
voertuigen tot 4.250 kilo vrij te stellen van de heffingen. Heel veel
bedrijven, organisaties en vrachtwagenchauffeurs hebben daar dus heel
concreet wat aan. Uit de beantwoording blijkt dat België, Duitsland en
Tsjechië, net als Nederland, voor die vrijstelling kiezen. Voor
Nederlandse vrachtwagens wordt deze vrijstelling automatisch verleend,
voor buitenlandse niet. Dat werkt ook vice versa, dus als Nederlandse
vrachtwagens in de genoemde landen komen, dan krijgen ze die niet
automatisch. Misschien is dat nog iets om naar te kijken; daar denken we
als Nieuw Sociaal Contract aan. Dat is laaghangend fruit om tot verdere
lastenvermindering voor de sector te komen. Ziet de minister
mogelijkheden om die vrijstellingen in de andere landen ook automatisch
te verlenen?
Voorzitter. Dan nog kort over de uitvoeringskosten van de
vrachtwagenheffing. In de begrotingsstukken zien we dat de
exploitatiekosten per jaar rond de 180 miljoen zullen bedragen. Dat is
natuurlijk niet niks. Het is 24% van de totale opbrengsten. De kosten
nemen ook niet af in de loop van de jaren. Zo staat er 100 miljoen voor
de RDW ingeboekt en gaat er tussen de 30 miljoen en 45 miljoen naar de
Rijksdienst voor Ondernemend Nederland. Kan de minister een nadere
onderbouwing geven van deze kosten? Precies 100 miljoen voor de RDW: ik
ben heel benieuwd hoe dat dan is opgebouwd. Is er ook een benchmark ten
aanzien van omringende landen rond die 24% of zitten zij een stukje
lager? Ziet de minister misschien ook mogelijkheden om die
exploitatiekosten met de jaren terug te dringen?
Voorzitter. Dan de terugsluisgelden. Die worden grotendeels ingezet voor
de aanschafsubsidie voor zero-emissievrachtwagens. In hoeverre is die
hele voorgestelde besteding nu definitief? Wat gaan we doen met
terugsluisgelden die niet tot besteding komen? Is er dan weer overleg
met de sector over waar die middelen dan heen kunnen gaan? Specifiek heb
ik ook de volgende vraag. We lezen dat nog niet duidelijk is of de
generieke taakstelling op subsidies uit het hoofdlijnenakkoord ook voor
deze subsidies gaat gelden. Is de minister het met ons eens dat het
lastig uit te leggen is aan de sector als we zeggen dat we al het geld
dat we met die heffing ophalen ook weer investeren in de sector, en we
daar toch 10% — dat is het, geloof ik — vanaf zouden halen? Je wil toch
dat die volledige terugsluis blijft. Kan hij bevestigen dat dat het
geval blijft?
Voorzitter. Tot slot een vraag over een belangrijke innovatie in de
sector. Dat is de Super Eco Combi-vrachtwagen, een extra lange
vrachtwagencombinatie van een trekker plus twee 13,6 meter lange
trailers. Praktijktesten in het buitenland tonen aan dat dit 20% tot 30%
brandstof en daarmee uitstoot kan besparen. Met een klein deel van de
terugsluisgelden wordt de introductie in Nederland onderzocht. Er wordt
gestreefd naar een eerste zeer beperkte proef dit jaar. Hoe staat het
daarmee? Ziet de minister ook de kansen voor deze innovatie, zowel
vanuit bedrijfseconomisch perspectief als vanuit
duurzaamheidsperspectief?
Dank u wel.
De voorzitter:
Dank u wel, meneer Van Dijk. Dan gaan we luisteren naar de bijdrage van
meneer De Hoop. Hij spreekt namens de fractie van GroenLinks-PvdA.
De heer De Hoop (GroenLinks-PvdA):
Dank, voorzitter. Betalen naar gebruik en de vervuiler betaalt. Een
eerlijkere verdeling van lusten en lasten met het profijtbeginsel. Het
zijn allemaal uitstekende uitgangspunten om wegverkeer te laten
bijdragen aan de aanleg en onderhoud van onze wegen. Mijn fractie was
dan ook groot voorstander van de invoering van de vrachtwagenheffing als
eerste stap in de modernisering van onze wegenbelasting en een meer
uniforme Europese regeling. Juist door ons systeem te laten aansluiten
op dat van de ons omringende landen, maken we het voor iedereen
gemakkelijker. Dan betalen ook buitenlandse vrachtwagens keurig mee en
voorkomen we oneerlijke concurrentie. Het is dus behalve noodzakelijk
ook gewoon verstandig dat we die regels harmoniseren. Een groter gewicht
geven aan de CO2-emissies is ook een effectieve manier om de
voorlopers in de elektrificatie te belonen. Dat is weliswaar tegen het
algemene kabinetsbeleid in, maar juist daarom zijn we er blij mee dat
het hier gebeurt. Kortom, mijn fractie volgt het advies van de Raad van
State en wil de wet snel aanpassen, zodat alles op tijd klaar is voor
2026.
Voorzitter. Nu we toch praten over de bijdrage van de vrachtsector aan
het wegenonderhoud en de milieuvervuiling, heb ik nog een paar vragen
over hoe consequent we nou de principes toepassen waarmee ik begon.
Niemand is tegen vrachtvervoer. Het is een cruciale schakel in onze
economie. Alles wat wij consumeren heeft ooit, wellicht wel tien keer,
in een vrachtwagen gezeten. Maar de maatschappelijke kosten hiervan zijn
ook enorm en lang niet elke rit is noodzakelijk.
De voorzitter:
Meneer Heutink heeft een interruptie voor u.
De heer Heutink (PVV):
Meneer De Hoop heeft het erover dat iedereen een eerlijke en gelijke
bijdrage gaat leveren. Maar dat is natuurlijk gewoon grote onzin. Het
zijn juist de mensen die nu geen nieuwe en schonere vrachtauto kunnen
kopen, die straks moeten betalen voor de korting van degene die dat
allang heeft gedaan. Dat is toch oneerlijk? De heer De Hoop moet het
toch met mij eens zijn dat dat oneerlijk beleid is en dat de minister
daar wat aan zou moeten doen?
De heer De Hoop (GroenLinks-PvdA):
Als je gewoon kijkt naar wat voor vrachtwagens we op de weg hebben, dan
zie je dat de Euro 0-diesel het meest vervuilend is. Dat is 0,1% van de
te rijden kilometers. Die vrachtwagens hadden die verduurzamingsslag al
moeten maken. We hebben hier heel terecht ook een terugsluis in. Er zijn
dus heel veel redenen om die verduurzaming te doen. Men kan gewoon
meedoen. En ja, als je dat niet doet, moet je ook gewoon betalen voor de
vervuiling. Dat is heel eerlijk en heel erg redelijk.
De heer Heutink (PVV):
Meneer De Hoop weet net zo goed als ik dat die korting van 75% geldt
voor Euro 5 en hoger. Dat weet hij net zo goed als ik. Het is dus niet
alleen Euro 0 die betaalt voor de luxe van de anderen. Het zijn veel
meer vrachtwagens. Meneer De Hoop kan dit downplayen totdat hij een ons
weegt, maar het is niet eerlijk. Zolang hij dat niet erkent en
complimenten blijft uitdelen aan de minister, gaat dit niet de goede
kant op, zeg ik tegen hem, via u, voorzitter.
De heer De Hoop (GroenLinks-PvdA):
De heer Heutink maakt echt van een mug een olifant. De emissievrije
vrachtwagen, emissieklasse 5, is 2,5% van de te berijden kilometers. Wat
daarboven zit, de Euro 6-diesel, is 77%. Het gaat dus echt om een hele
kleine groep. Dat is een groep die voor heel veel vervuiling zorgt en
zorgt voor de meeste maatschappelijke kosten. Het is heel erg logisch
dat die iets meer betaalt.
De voorzitter:
In derde en laatste instantie op dit onderwerp, meneer Heutink.
De heer Heutink (PVV):
Het is dus een hele kleine groep die fors moet betalen voor de groep die
allang die transitie heeft meegemaakt. Het is gewoon bijna vals, zeg ik
tegen meneer De Hoop, via u, voorzitter.
De heer De Hoop (GroenLinks-PvdA):
De heer Heutink kan het zo groot maken als hij wil. Zelfs bij die oude
vrachtwagens betaal je in het nieuwe voorstel €0,24 per gereden
kilometer. De maatschappelijke kosten zijn €0,49. Die zijn dus twee keer
zo hoog. Als je de klasse ertussen hebt, zijn de maatschappelijke kosten
€0,25. Dus zelfs degenen die nu iets meer moeten betalen, komen nog
lang, lang, lang niet aan de maatschappelijke kosten. Dus ik zou de heer
Heutink aanraden om nog even een keer de nota naar aanleiding van het
verslag te lezen en naar die tabel te kijken, want het komt bij lange na
niet in de buurt van de maatschappelijke kosten.
De voorzitter:
Gaat u verder.
De heer De Hoop (GroenLinks-PvdA):
Elke winkelketen bevoorraadt haar winkels met haar eigen vrachtwagens,
ondanks dat dat ertoe leidt dat ze de helft van de tijd met lege
vrachtwagens rondrijden. Waarom doen ze dat toch? Omdat het
aantrekkelijk is om met je eigen logo erop te rijden en omdat ze ook
niet overleggen of samenwerken met anderen en omdat het kennelijk nog te
goedkoop is om leeg rond te rijden. Dat geldt ook voor tal van andere
sectoren. Ik ben ervan overtuigd dat we met een wat betere organisatie
toekunnen met fors minder verkeersbewegingen en minder vervuiling,
minder slijtage aan wegen en bruggen en ook meer
verkeersveiligheid.
De incentive zit, zoals zo vaak, in de prijs van zo'n ritje. In de Wet
vrachtwagenheffing belasten we alleen de snelwegkilometers. Maar juist
ook op het onderliggende wegennet zorgen vrachtwagens voor veel
verkeersonveiligheid. Juist lokale wegen hebben flink te lijden onder
die zware voertuigen. Het nu afgesproken systeem helpt hier niet bij,
terwijl dat wel zou kunnen. Sowieso is al onze weginfrastructuur, van
hele ruime bochten tot hoge viaducten en zwaar uitgevoerde bruggen,
gebouwd voor vrachtwagens, terwijl die maar een enkel procent van het
verkeer uitmaken en bij elkaar ook maar een klein deel van de
wegenbelasting opbrengen. Uit de antwoorden op de schriftelijk
behandeling bleek dat de maatschappij en de gewone automobilist het
vrachtwagenverkeer sponsort met circa €0,20 à €0,30 per kilometer;
prijspeil 2019, dus dan ook nog voor de enorme kostenexplosie in de
bouw. Waarom is dat eigenlijk eerlijk, vraag ik de minister.
We staan aan het begin van een enorme vervangingsoperatie van bruggen en
viaducten, vooral vanwege het vrachtwagenverkeer. Hoeveel van deze
miljardenoperatie wordt ook door de vrachtsector opgebracht en is dat
volgens u een eerlijke verdeling, ook gezien het gat in de begroting wat
u al aankondigde afgelopen week? Die €0,30 indirecte vrachtwagensubsidie
is alleen voor de snelweg. Hoeveel zijn onze steden en dorpen jaarlijks
kwijt aan herstel van wegen? Met het ravijnjaar op komst moet elke euro
drie keer worden omgedraaid. De kosten voor het herstellen van
verzakkende kademuren langs de gracht maken de kans op het openhouden
van een zwembad kleiner. Moeten we dat fietstunneltje vervangen of
gokken we erop dat het nog een paar jaar houdt? Zwaar vrachtverkeer
leidt tot enorme kosten voor lokale overheden, maar ze krijgen die niet
vergoed.
We gaan die vrachtwagenheffing evalueren. Wat zijn de effecten? Wat zijn
de verschuivingen in gebruik, de routes en de transitie naar duurzaam
vervoer? Mijn fractie wil ook graag weten wie welke kosten maakt en waar
die terechtkomen. Daarvoor is het heel handig om de periode van de
invoering als nulpunt te nemen. Kan de minister toezeggen dat hij voor
ons op een rijtje zet wat de verschillende overheden kwijt zijn aan
weginfrastructuur en welk deel hiervan direct of indirect kan worden
toebedeeld aan het vrachtverkeer? En kunnen we dat dan afzetten tegen de
kilometers op verschillende wegen langs lang en kort transport, zwaar en
licht verkeer, want dan kunnen we straks ook zien hoe de mogelijke
verschuiving daadwerkelijk voor een eerlijkere verdeling van lasten en
lusten zorgen.
Dan heb ik nog een aantal laatste vragen over milieudifferentiatie. We
gaan belasten per kilometer, per kilo CO2, en dan een heel
klein beetje voor luchtvervuiling en geluid. Maar waarom maar 50%?
Waarom mogen vuile diesels grotendeels blijven vervuilen? We hebben nog
steeds veel astma onder onze kinderen en stikstof in de natuur. Dat
heeft een enorme maatschappelijke prijs. We hebben besloten om met een
enorme operatie de wegenbelasting voor vrachtwagens complexer maar ook
eerlijker te maken, maar we pakken dan niet door en richten het niet zo
in dat de effecten zo klein mogelijk in plaats van zo groot mogelijk
zijn. Dat is een gemiste kans.
Ten slotte. Wie straks elektrisch rijdt, krijgt een korting voor het
gebrek aan CO2- en NO2-uitstoot, maar valt
mogelijk wel in een hogere gewichtsklasse vanwege de zware accu, tenzij
we daar ook een korting voor geven. Dat is een politieke vraag. Mijn
fractie zou daarvoor zijn, maar dan moeten we er wel goed op letten dat
het allemaal optelt tot een economisch aantrekkelijk aanbod. Dus niet
wat dit kabinet nu met elektrische auto's doet, waarbij het kabinet
iedereen weer richting vervuilende vervoersmiddelen jaagt. Kan de
minister toezeggen dat dit voor vrachtwagens wél goed geregeld
wordt?
Dank, voorzitter.
De voorzitter:
Dank u wel, meneer De Hoop. Dan zijn we toegekomen aan de bijdrage van
de heer Bamenga namens de D66-fractie.
De heer Bamenga (D66):
Voorzitter. Vandaag zet een PVV-bewindspersoon een goede stap naar
minder CO2-uitstoot in Europees verband. Dat zie ik graag. Ik
heb een paar kritische vragen, maar laat niemand twijfelen aan mijn
inzet: deze wet moeten we gewoon aannemen.
Voorzitter. Ten eerste. Ik lees dat de kilometerheffing voor
vrachtwagens ongeveer €0,17 per kilometer wordt. Tegelijkertijd is deze
heffing in Duitsland zo'n €0,30. Waarom heeft de minister gekozen voor
€0,17? Is hij niet bang dat dit gaat leiden tot Duitse vrachtwagens op
Nederlandse snelwegen? Is hij bereid om dit te monitoren?
Voorzitter. Ten tweede. Het is natuurlijk mogelijk dat vrachtwagens naar
aanleiding van deze heffing uitwijken naar provinciale en gemeentelijke
wegen. Kan de minister aangeven hoe hij dat gaat monitoren en welke
maatregelen de minister overweegt, mocht dit gaan gebeuren?
Voorzitter, tot slot. Ik lees dat de korting voor
zero-emissievrachtwagens voor vier jaar staat. Ik ben benieuwd wat dat
voor de businesscase voor elektrische vrachtwagens voor vervoerders
doet. Gisteren hebben we met de minister een debat gevoerd over
elektrische personenauto's.
Dezelfde vraag heb ik ook voor vrachtwagens. Is het op deze manier
financieel aantrekkelijk om een elektrische wagen in te kopen? Zo nee,
aan welke maatregelen werkt de minister om ervoor te zorgen dat
emissievrij vervoer een goede businesscase is voor vervoerders?
De voorzitter:
Dank u wel, meneer Bamenga. Dan gaan we luisteren naar mevrouw Veltman
namens de VVD-fractie.
Mevrouw Veltman (VVD):
Voorzitter. Vandaag ligt de Wijziging van de Wet vrachtwagenheffing
voor. De wet zelf is inderdaad al aangenomen in 2022 en zal medio 2026
in werking treden. De VVD heeft vooral een aantal vragen over wat er nog
moet gebeuren in de aanloop daarnaartoe en over randvoorwaarden voor de
uitvoerbaarheid.
Allereest vindt de VVD dat onze bedrijven moeten kunnen vertrouwen op
voorspelbaar en consistent overheidsbeleid. Met de transportsector,
zowel transporteurs als verladers, is afgesproken dat de
netto-opbrengsten van de vrachtwagenheffing weer in de sector kunnen
worden geïnvesteerd. Voor deze zogenaamde terugsluis is een pakket aan
maatregelen afgesproken. Dit zijn maatregelen die de sector kan
gebruiken om schonere trucks te rijden. Veel transportbedrijven die
gebruikmaken van het hoofdwegennet, hebben investeringen gedaan of
gepland in nieuwe emissieloze trucks. Bij het doen van deze
investeringen, houden zij rekening met de afgesproken
stimuleringsmaatregelen en met de tarieven. Voor de tarieven is nu
afgesproken dat die de eerste vier jaar worden vastgezet en dat daarna
op basis van evaluatie wordt gekeken of die worden gewijzigd. Wat de VVD
betreft, wordt ook de terugsluis voor minimaal de jaren 2026-2030
vastgezet. Kan de minister toezeggen dat de terugsluis vaststaat, zodat
de bedrijven kunnen vertrouwen op voorspelbaar beleid?
Voorzitter. Hoe faciliteert deze minister de ondernemers die actief zijn
in de logistieke sector en willen verduurzamen, maar problemen ervaren
met netcongestie? Daarbij vraag ik de minister niet om alleen maar te
verwijzen naar de collega van Klimaat en Groene Groei, maar om vooral
naar zichzelf en naar zijn verantwoordelijk voor infrastructuur en
verkeer te kijken. Gaat hij zich vanuit deze verantwoordelijkheid ervoor
hardmaken dat er versnelling komt in de vergunningafgifte, als bedrijven
laadinfra willen realiseren op hun terrein? Gaat hij zich ervoor
inzetten dat bedrijven zo snel mogelijk gebruik kunnen maken van
flexibele energiecontracten, om lokale netcongestieproblemen op te
lossen en zodat bedrijven energie kunnen doorleveren naar andere
bedrijven? Achter de meter moet er dus ruimte komen waarmee bedrijven
laadinfrastructuur kunnen realiseren. Welk tijdpad heeft de minister
voor ogen voor de uitrol van laadinfra langs de snelwegen? Maakt hij
slim gebruik van het geld dat hiervoor beschikbaar is gesteld in
Europa?
Tot slot, voorzitter, heb ik ook een vraag over de mogelijke gevolgen op
het onderliggend wegennet zodra de vrachtwagenheffing van kracht wordt.
Vrachtwagenheffing kan er namelijk voor zorgen dat vrachtverkeer
uitwijkt naar andere wegen waar de heffing niet geldt, wat daardoor tot
overlast op de andere wegen leidt. Heeft deze minister het idee dat als
hij kijkt naar de kaart van wegen waar de heffing gaat gelden, deze
heffing niet gaat leiden tot sluipverkeer van vrachtverkeer, ook niet
met de wijziging die nu voorligt? Afgesproken is in ieder geval dat dit
wordt gemonitord. Dat is wat de VVD betreft een must. Kan de minister
aangeven of alles wat nodig is om de monitoring goed te doen vanaf dag
één op tijd gereed is?
Dank u, voorzitter.
De voorzitter:
Meneer Heutink heeft een vraag voor u.
De heer Heutink (PVV):
Ziet de VVD ook dat als je toch een significante groep
vrachtwagenchauffeurs veel meer laat betalen, de kans op uitwijk veel
groter gaat zijn?
Mevrouw Veltman (VVD):
Mijn vraag is wat de consequentie van deze wijziging is voor eventuele
uitwijk. Die vraag heb ik net ook gesteld. Ik ben heel benieuwd hoe de
minister dat ziet en wat zijn reactie daarop is. Ik weet niet of dat het
geval is en hoe groot dat verschil dan is. Ik ben benieuwd naar het
antwoord.
De heer Heutink (PVV):
Ik vraag de VVD niet om te verwijzen naar de minister, ik vraag de VVD
om logisch te redeneren op wat er gaat gebeuren op het moment dat je
mensen veel meer betalen op een heffingsnetwerk. Is de VVD dan zélf bang
dat er uitwijk gaat plaatsvinden? Ik hoop dat ze dan vanuit het
VVD-standpunt mij kan vertellen wat zij denkt in plaats van dat zij heel
makkelijk wijst naar de minister.
Mevrouw Veltman (VVD):
Zeker. Ik had eigenlijk gehoopt dat de heer Heutink zich het vorige
debat over de wet zelf nog even in herinnering had kunnen brengen bij
zichzelf, want het was de VVD die een punt heeft gemaakt van dit
uitwijkrisico. We hebben heel hard geduwd op dat de monitoring dus goed
gebeurt, zodat we voorkomen dat er een grote mate van uitwijk is, of dat
er überhaupt uitwijk is, naar de onderliggende wegen. Dus ja, het is een
heel relevant punt. Nu ligt een wetswijziging voor. Het enige wat ik nu
wil weten is aanvullend daarop: gaat de wijziging van de wet daar
verandering in brengen? Ik kan dat niet overzien. Dat is de vraag aan de
minister. Wat mij betreft staat nog steeds voorop dat de monitoring heel
goed geregeld moet zijn. Op het moment dat we zien dat het fout gaat en
het vrachtverkeer niet terechtkomt op wegen waar het zou moeten rijden,
dan hebben we een ander verhaal. De inschatting is nu dat dit niet zo
is, maar ik hoor graag wat de wetswijziging daarin teweegbrengt.
De voorzitter:
In derde en laatste instantie, meneer Heutink.
De heer Heutink (PVV):
Ja. Ik heb het debat nog heel goed op mijn netvlies staan, want het was
namelijk de VVD die instemde met een lastenverzwaring van ruim een half
miljard voor de sector; ik weet dat nog heel erg goed.
De voorzitter:
Ik hoorde geen vraag.
Mevrouw Veltman (VVD):
Nee, maar dan heeft hij ook gehoord dat we die uitwijk een heel
belangrijke voorwaarde vinden; dus voorkomen dat die uitwijk er is, is
een belangrijke voorwaarde voor het vervolg.
De voorzitter:
De heer De Hoop heeft ook een vraag voor u.
De heer De Hoop (GroenLinks-PvdA):
Ja, en ook op dit punt, want dit is natuurlijk heel erg terecht. Het is
wel zo dat we het nu alleen bij die rijkswegen toepassen. Zou de VVD er
ook voor openstaan om te kijken naar het bredere wegennet? Want dat
wegennet bestaat uit ongeveer 142.000 kilometer in Nederland en maar
6.000 zijn die rijkswegen en die snelwegen; 130.000 kilometer is
gemeentelijk en nog 7.000 kilometer provinciaal. Zouden we het dan niet
meer moeten verdelen over al die wegen?
Mevrouw Veltman (VVD):
Volgens mij is nu met de sector zelf een systeem bedacht waar ook de
sector zelf vrede mee heeft, en dat zijn die hoofdwegen en enkele
provinciale wegen volgens mij. Nu is het kijken naar hoe dit uitpakt.
Daarom vind ik die monitoring ook zo ontzettend belangrijk.
De heer De Hoop (GroenLinks-PvdA):
Dat begrijp ik, maar daaruit proef ik ook dat als blijkt dat dat echt
tot een verschuiving leidt, de VVD er mogelijk wel voor openstaat om
breder naar dat hele wegennetwerk te kijken, dus om dat dan op die
manier te doen met de vrachtwagenheffing.
Mevrouw Veltman (VVD):
Nou, ik zou niet zeggen "breder naar het hele wegennet kijken", maar als
er ergens een specifiek probleem optreedt, dan moet je daar wel wat aan
gaan doen.
De voorzitter:
Dank u wel, mevrouw Veltman. Dan gaan we luisteren naar de laatste
spreker van de zijde van de Kamer: de heer Pierik, die spreekt namens de
BBB-fractie.
De heer Pierik (BBB):
Dank, voorzitter. Als we willen dat Nederland blijft draaien, dan moeten
onze vrachtauto's natuurlijk blijven rijden. Het besluit dat vandaag
voorligt heeft grote gevolgen voor de transportsector, onze ondernemers
en uiteindelijk voor de Nederlandse burger. Laten we eerst even
stilstaan bij waar dit voorstel over gaat: de vrachtwagenheffing
vervangt het eurovignet en verlaagt de wegenbelasting, maar stelt dat de
belasting per gereden kilometer omhoog moet. Dat klinkt misschien
eerlijker, maar als we naar de cijfers kijken, dan zien we dat de
gevolgen echt enorm kunnen zijn. Waar een ondernemer nu zo'n €1.000 per
jaar kwijt is aan zo'n eurovignet, kan dit met de nieuwe regeling
oplopen tot echt een veelvoud ervan. Ik heb de tabel hier liggen. In de
stukken staat in ieder geval dat de huidige belasting dan €2.400 zou
zijn en dat die zou kunnen oplopen tot ruim €8.000. Dus het zou echt een
stuk duurder gaan worden. En dit is niet echt een extreem scenario; als
we kijken naar hoe transportbedrijven dit voor de kiezen gaan krijgen,
dan kan het nog wat duurder uitpakken.
Voorzitter. Dit betekent in de praktijk simpel gezegd dat niet alleen
die transportbedrijven opgezadeld worden met hogere kosten, maar dat dat
ook voor de burger geldt. Alles wordt duurder: bouwmaterialen, dus de
woningbouw, voedsel, dus de boodschappen in de supermarkt, maar ook
brandstoffen, bloemen, kleding, schoolspullen, noem maar op. Door die
transportkosten wordt alles duurder. Dit raakt dus niet alleen de
ondernemers in de transportsector, maar iedereen die afhankelijk is van
diensten, en dat is dus de hele samenleving. En dan hebben we het nog
niet eens gehad over het risico van het uitwijkgedrag. Ik was blij dat
collega's Bamenga, Veltman en Heutink ook aandacht vroegen voor dat
uitwijkgedrag. Daar ligt echt wel een belangrijk punt. Daar kom ik
straks nog op terug.
Wat is cruciaal? Wie gaat het betalen? Dat zijn de hardwerkende
chauffeurs en ondernemers, die toch al vaak te maken hebben met hoge
kosten en lage marges. Het is dan ook niet ondenkbaar dat vrachtwagens
steeds vaker zullen uitwijken naar wegen waar geen heffing geldt. Dit
betekent meer drukte op het onderliggende wegennet, meer uitstoot door
het afremmen en optrekken bij kruisingen en ook meer slijtage van de
lokale wegen. Het kabinet heeft gezegd dat ze dit probleem willen
tegengaan door extraprovinciale gemeentelijke wegen op te nemen in het
heffingsnetwerk, maar dat klinkt als een pleister op een wond die niet
had hoeven ontstaan. In plaats van het probleem bij de kern aan te
pakken verschuift men het simpelweg naar een ander niveau. En dat
terwijl het onderliggende wegennet juist bedoeld is om het regionale
verkeer en het lokale transport mogelijk te maken. We moeten dit
probleem serieus nemen.
De voorzitter:
Meneer Heutink heeft een vraag voor u, meneer Pierik.
De heer Heutink (PVV):
Ik zie dat meneer Pierik de vinger op de zere plek legt. Dat is denk ik
ook volledig terecht. Het lijkt bijna op mijn inbreng, maar dan op een
iets andere manier. Dat is uw goed recht, zeg ik tegen meneer Pierik.
Maar de vraag aan meneer Pierik is of hij behoefte heeft aan goed
aanvullend onderzoek. We hebben naar aanleiding van deze richtlijn geen
onderzoek gezien naar de consequenties voor het onderliggend wegennet.
We hebben het niet. Is het niet verstandig om daar nog eens gewoon naar
te vragen, voordat we überhaupt straks gaan stemmen over dit voorstel en
een tweede termijn hierover gaan voeren? Het is toch, denk ik,
ontzettend belangrijk dat we weten waar we het over hebben met
elkaar?
De heer Pierik (BBB):
Ik ben blij dat de heer Heutink in ieder geval aangeeft dat ik een iets
andere toon heb in mijn inbreng. Dat is in ieder geval een hele terechte
conclusie, denk ik. Ik denk dat we dat uitwijkgedrag heel goed moeten
monitoren. Als blijkt dat dat uitwijkgedrag echt nadelige consequenties
heeft, dan moeten we dat aanpassen. Maar ik ga niet zo ver dat ik op
voorhand zeg dat we eerst weer een soort impactanalyse moeten hebben. Er
wordt al zo ontzettend veel onderzocht, dus ik zou me eigenlijk wel
willen houden aan de plannen die nu voorliggen.
De heer Heutink (PVV):
Die Wijziging van de Wet vrachtwagenheffing gaat half 2026 in. Als deze
Kamer deze richtlijn gaat aannemen en het vervolgens echt misgaat op het
onderliggende wegennet, constateer ik dus dat we ons dan pas zorgen gaan
maken. Dan ben je toch veel te laat, zeg ik tegen de fractie van
BBB.
De heer Pierik (BBB):
We proberen het natuurlijk zo snel mogelijk op te pakken. Op het moment
dat het dreigt te ontsporen, moeten we zoeken naar andere oplossingen.
Maar ik zou op voorhand niet willen zeggen dat het gaat ontsporen. Ik
wil het antwoord van de minister afwachten om te kijken of hij er
misschien anders tegen aankijkt. Maar op dit moment heb ik nog geen
signalen dat het zeker gaat ontsporen.
De voorzitter:
In laatste instantie.
De heer Heutink (PVV):
Ik begrijp dat er nog geen signalen zijn, want die hele
vrachtwagenheffing is nog niet ingegaan.
De heer Pierik (BBB):
Dat klopt, maar er is aan de voorkant in ieder geval wel over nagedacht.
Er is contact geweest met de transportsector. Ook mensen uit het veld
vinden dat het zo moet kunnen. We hebben het vanochtend gehad over
wetenschap en politiek, maar ik vind praktijk en politiek ook heel
belangrijk, dus als de mensen uit het veld vinden dat dit zo moet
kunnen, is dat wat mij betreft ook een belangrijk signaal.
De voorzitter:
Gaat u verder.
De heer Pierik (BBB):
Ik ga nog even verder met het vervolg.
Voorzitter. De BBB is voor verdere verduurzaming. We erkennen dat er
Europese richtlijnen zijn en dat we hieraan moeten voldoen. Dat kan ook
helpen om een gelijker speelveld in Europa te bewerkstelligen. Maar dit
beleid schiet hier en daar er wel aan voorbij. De stap van een vaste
heffing naar een kilometerheffing is niet zomaar een wijziging. Het is
echt een behoorlijke systeemverandering. Die transformatie wordt in één
keer doorgevoerd, zonder voldoende rekening te houden met de gevolgen
voor ondernemers en consumenten. Wat ons betreft moet deze heffing
eerlijker en realistischer worden ingericht. We stellen voor om het
tarief per kilometer zo vast te stellen dat de gemiddelde
transportondernemer niet ineens een veelvoud aan belasting moet betalen,
maar dat het gewoon stapsgewijs kan. Dit voorkomt een kettingreactie in
de prijsstellingen in de hele economie.
Daarnaast pleiten we ervoor om alsnog een uitgebreide mkb-toets uit te
voeren. Het kabinet stelt dat deze niet nodig is, maar we vinden het
cruciaal om de gevolgen voor kleine en middelgrote bedrijven zorgvuldig
te bestuderen. Deze bedrijven vormen immers de ruggengraat van de
Nederlandse economie.
Ten slotte willen we nog wijzen op de effecten van het onderliggende
wegennet. De uitwijkrisico's moeten eigenlijk beter worden onderzocht.
Hoe groot is de kans dat het vrachtverkeer inderdaad zal uitwijken,
vraag ik aan de minister. Wat betekent dat voor de verkeersveiligheid en
voor de infrastructuur? Hoe kan uitwijken worden voorkomen, zonder
simpelweg meer wegen onder de heffing te laten vallen?
Hier wil ik het bij laten. Dank u wel.
De voorzitter:
Dank u wel, meneer Pierik.
Dan zijn we aan het einde gekomen van de eerste termijn van de zijde van
de Kamer. We gaan om 11.58 uur verder met de eerste termijn van de zijde
van het kabinet, bij monde van minister Madlener. Tot straks.
De vergadering wordt van 11.47 uur tot 11.59 uur geschorst.
De voorzitter:
Ik hervat de vergadering van de Tweede Kamer der Staten-Generaal met het
plenaire debat over de Wijziging van de Wet vrachtwagenheffing in
verband met de implementatie van de herziene Europese tolheffingsregels.
We zijn toegekomen aan de eerste termijn van de zijde van het kabinet.
We gaan luisteren naar minister Madlener.
Minister Madlener:
Dank u wel, voorzitter. Ik begin met een inleiding. Daarna ga ik in op
de terugsluis, daarna op de uitwijk, waar we veel vragen over hebben
gehad. Als laatste heb ik een blokje techniek van de
wetswijziging.
Ik wil beginnen met de inleiding. We hebben het inderdaad ook gehoord in
het debat: wat doen we hier nu eigenlijk? In 2022 heeft de Kamer
namelijk al ingestemd met de invoering van de vrachtwagenheffing. Ik kan
me dat goed herinneren. De invoering sluit ook aan op onze buurlanden en
heel veel andere Europese landen. Toen ik minister werd, werd ik
natuurlijk hiermee geconfronteerd en ben ik meteen met de sector gaan
praten. Ik heb uitgebreid gesproken met TLN, met evofenedex en ook met
VERN, de eigenrijders. Wat bleek mij? De steun voor dit systeem is
unaniem. Iedereen vindt het een goed systeem, ook omdat het aansluit op
de buurlanden, omdat er een hele goede terugsluis in zit, die andere
landen overigens niet allemaal hebben. Nederland heeft die wel. Als er
in een sector zó veel steun is — dat heb ik nog niet veel meegemaakt —
voor zo'n voorstel, ook onder de eigenrijders, dan kan ik daar
natuurlijk alleen maar blij van worden. Dat wil ik wel gezegd hebben. Ik
heb namelijk de kritiek gehoord. Die komt vooral vanuit de PVV-fractie;
dat verbaast mij ook niet. Maar ik denk dat de zorgen toch ietwat te
groot zijn gemaakt.
De heer Heutink (PVV):
Wat vond de kermisbranche er eigenlijk van dat onder andere het
kwarttarief van de wegenbelasting wordt afgeschaft als we de
vrachtwagenheffing gaan doorzetten? Wat vond de kermisbranche daar
eigenlijk van? Waren die ook unaniem?
Minister Madlener:
Ik heb met VERN gesproken, de eigenrijders. Dat zijn dus heel veel
kleinere ondernemers. De kermisbranche zou daar ook onder kunnen vallen;
dat weet ik niet. Maar voor de kermisbranche in het algemeen hebben we
natuurlijk altijd veel oog. Ik ben altijd bereid om met de kermisbranche
te gaan spreken. Ik denk op zich ook niet dat de kermisbranche nou de
meeste kilometers maakt. Vaak gaan kermisexploitanten van stad naar stad
en dan staan ze een week stil. Ik weet dus eerlijk gezegd niet of de
kermisbranche hier überhaupt heel erg door geraakt wordt.
De heer Heutink (PVV):
Ik weet het wel zeker. Maar dan mijn andere vraag. De minister kan toch
niet zeggen dat het unaniem is als hij niet met iedereen heeft
gesproken? Want dat is gewoon niet zo. Hij heeft met een aantal grote
spelers gesproken, die allemaal de verdiencapaciteit hebben om de
transitie te kunnen maken — ik kan me dus heel goed voorstellen dat zij
hier blij mee zijn — en met een groep eenpitters. Maar dat is niet de
hele sector. De minister kan niet blijven volhouden dat de hele sector
op dit verschrikkelijke idee zit te wachten.
Minister Madlener:
Ik heb niet met alle vrachtwagenchauffeurs gesproken, als de heer
Heutink dat bedoelt. Dat is ook niet mogelijk, lijkt me. Ik heb wel met
alle vertegenwoordigers van de hele sector gesproken, dus dat is wat ik
hier zeg. De kermisexploitanten hebben zich nog niet gemeld met grote
problemen. Ik verwacht ook niet dat dat gebeurt, want als je niet zo
veel kilometers maakt … We gaan de wegenbelasting verlagen. Het zou dus
best kunnen dat de vrachtwagens die weinig kilometers maken hier juist
voordeel bij hebben, want ze worden nu per kilometer afgerekend. De
kermisexploitanten zullen hierdoor echt niet heel hard geraakt worden.
Sterker nog, ik denk eerder dat zij er voordeel bij zouden kunnen
hebben.
We hebben het hier over een wijziging van een wet die er al is. Het
eerste doel van de wet is het binnen- en buitenlandse vrachtverkeer
laten betalen voor het gebruik van de weg. Dat is natuurlijk een goede
zaak. Tegelijk met de start van de heffing per gereden kilometer vervalt
het eurovignet en wordt de motorrijtuigenbelasting tot het minimumtarief
verlaagd. De vrachtwagenheffing draagt dan ook bij aan de
concurrentiepositie van de Nederlandse vervoersector en aan een gelijk
internationaal speelveld. Dat is juist voor de ondernemers zeer
belangrijk.
Het tweede doel is het innoveren en verduurzamen van de vervoersector.
Hiervoor wordt het tarief van de vrachtwagenheffing gedifferentieerd
naar uitstoot van het voertuig. Dat gaan we in deze wijziging
versterken, zodat het nog interessanter wordt om te investeren in een
schone truck. Daarnaast worden ondernemers met de terugsluis geholpen
met de innovatie en verduurzaming, bijvoorbeeld met subsidies voor
elektrische vrachtwagens en laadinfrastructuur. Belangrijk om te weten
is dat ik heb gesproken met onder andere DAF Trucks en Scania, twee
grote fabrikanten in Nederland. Die zijn ook heel blij. Die willen graag
dat er vraag ontstaat naar schone trucks. We hebben allemaal gezien wat
het stikstofprobleem doet in ons land. Dit kan enorm helpen. Het zijn
juist ook de ondernemers die heel erg bereid zijn om te investeren, als
ze maar langjarige zekerheid hebben dat hun investering goed uitpakt.
Daar moeten wij als overheid voor zorgen. Ik heb er ook een aantal
vragen over gekregen; daar ga ik straks verder op in.
De eerste spreker, de heer Heutink, vroeg ook: hoe gaan we ervoor zorgen
dat transport nu en in de toekomst betaalbaar blijft en dat de consument
niet de dupe wordt? De vrachtwagenheffing is natuurlijk een belangrijk
onderwerp, maar is uiteindelijk slechts een klein deel van de totale
transportkosten. Die bestaan uit loonkosten, afschrijvingen en
brandstofkosten. Het besluit uit 2022 om de vrachtwagenheffing in te
voeren leidt tot een stijging van de kosten voor wegvervoer van 1% à 3%.
Dat is een kleine toename. Het is natuurlijk wel een toename, maar het
is een kleine toename. Het gemiddelde tarief blijft met dit voorstel
ongewijzigd. Dit voorstel, dat we vandaag bespreken, doet daar dus niets
aan af. De tarieven zijn vergelijkbaar met of lager dan die in de ons
omringende landen en dat is zonder de terugsluis, waarbij de ondernemers
financieel gesteund worden. De terugsluis is ook zeer belangrijk.
Nederland doet dat, in hele grote mate; andere landen doen dat niet. Dat
is iets waar Nederland best trots op kan zijn: dat we op zo'n goede
manier omgaan met onze transportondernemers. De extra kosten — de hele
vrachtwagenheffing kost uiteindelijk toch wel geld; dat is die 1% tot 3%
— worden uiteindelijk doorberekend aan de klant. Dat is zo en dat hoort
ook zo.
Dan kom ik bij het kopje terugsluis. Ik begin met een vraag van de heer
Van Dijk over de voorgestelde besteding van de terugsluis. Is die nu
definitief? Wat wordt er gedaan met terugsluisgelden die niet tot
besteding komen? Is er overleg met de sector? De besteding van de
terugsluis, zoals opgenomen in het Meerjarenprogramma terugsluis
vrachtwagenheffing 2026-2030 en artikel 15 van de IenW-begroting is
definitief. De besteding van de middelen over de verschillende
maatregelen wordt jaarlijks gemonitord en kan bij over- of
onderuitputting aanleiding zijn om te schuiven met de budgetten. In lijn
met de bestuursovereenkomst terugsluis vindt hierover jaarlijks een
gesprek plaats met de vervoerssector. In het begrotingsartikel van de
vrachtwagenheffing hebben we een onbeperkte eindejaarsmarge: wat we niet
besteden, kunnen we onbeperkt doorschuiven. Er gaat dus niets verloren
voor de sector. Zeer belangrijk.
De heer Van Dijk zei ook dat het nog niet duidelijk is of de generieke
taakstelling voor subsidies uit het hoofdlijnenakkoord ook voor deze
subsidies gaat gelden. Over de invulling van de subsidietaakstelling en
de eventuele gevolgen voor de terugsluis wordt meer bekend bij de
behandeling van de Voorjaarsnota, maar ik zie de vrachtwagenheffing als
een gesloten systeem. De afspraak is immers dat de netto-opbrengsten
worden ingezet voor de verduurzaming en innovatie van de sector. Dat is
een afspraak die we hebben gemaakt. Ik vind het heel belangrijk om dat
hier te constateren en te herhalen. Het is uiteindelijk aan het kabinet
om daar keuzes in te maken, maar u mag op mij rekenen: afspraak is
afspraak. Dat is zeer belangrijk. Dat draagvlak moeten we niet verliezen
door te gaan tornen aan die afspraak. Dat is mijn inzet dus.
De heer Van Dijk vroeg ook naar de super-ecocombivrachtwagen. Met een
klein deel van de terugsluisgelden zouden we gaan onderzoeken of de
super-ecocombi's, die extra lange vrachtauto's, gaan werken. Hij vroeg
hoe het daarmee staat. Het onderzoek naar de toelating van de
super-ecocombi wordt zorgvuldig aangepakt. De verkeersveiligheid staat
wat mij betreft voorop. Er start nog dit jaar een proef op de testbaan
van de Rijksdienst voor het Wegverkeer. Als deze proef goed verloopt, is
de volgende stap een proef met één voertuig op de openbare weg. Als die
proef ook goed verloopt, wat wel de verwachting is, zullen er vijf
transportondernemers worden geselecteerd om deel te nemen aan een pilot.
Uiteindelijk zie ik zeker kansen voor een super-ecocombi, niet overal in
Nederland, bijvoorbeeld niet door Mariënheem op de N35, maar wel op de
grote internationale transportcorridors. Het levert echt tientallen
procenten aan winst op om met zo'n grote combinatie te kunnen rijden. In
het buitenland gebeurt dat ook al. Er zijn dus zeker kansen en we doen
er alles aan om dat te onderzoeken. We gaan pas over tot invoering als
dat veilig kan en als dat ook echt bewezen is.
Mevrouw Veltman vroeg nog of die terugsluis ook echt vaststaat, zodat de
sector kan rekenen op stabiel beleid. Dat is een vraag waarop ik net al
heb gezegd dat ik het uiterst belangrijk vind. We moeten dat vertrouwen
niet verspelen. We hebben een duidelijke afspraak gemaakt. Mijn inzet
voor het kabinet is dus dat we deze afspraak absoluut respecteren en
behouden. U mag daarop rekenen. Ik kan er nog niet op vooruitlopen, maar
mijn inzet, en ik denk die van meerdere partijen, is dat een afspraak
een afspraak is.
Hoe faciliteer ik de ondernemers die willen verduurzamen maar dat niet
kunnen vanwege netcongestie? Dat is ook een vraag van mevrouw Veltman.
Ik ondersteun ondernemers financieel met subsidieregelingen voor
laadinfrastructuur en de inzet van batterijen. Die batterijen kunnen
natuurlijk heel goed de vraag van het laden zodanig afstemmen op het net
dat het heel gunstig is. Die batterijen kosten natuurlijk ook wel geld.
Maar goed, we moeten hier slim mee omgaan, want netcongestie is
natuurlijk een heel groot probleem op heel veel plekken in Nederland. Ik
heb ook gehoord van ondernemers die wel willen, maar te maken hebben met
die netcongestie. We zijn natuurlijk bezig om het net te verzwaren. Dat
is wel een heel langjarig traject. Dat is niet zomaar gebeurd. Ik heb
toch ook wel hoop dat die batterijen ervoor kunnen zorgen dat de
piekbelastingen op de goede tijden komen. Dat valt ook onder de
Subsidieregeling Private Laadinfrastructuur bij bedrijven, de SPRILA, en
de Subsidieregeling Publieke Laadinfrastructuur zwaar vervoer, de SPULA.
Met batterijen zou je een deel van de problemen kunnen oplossen. We
werken natuurlijk hard om de netcongestie zo min mogelijk gevolgen te
laten hebben voor juist deze sector. Dat geldt ook voor die laadpunten
langs de snelweg. Ook daar hebben we natuurlijk het probleem. Die laders
worden natuurlijk ook steeds sneller. Die zullen steeds meer stroom
vergen. Dat is een goede zaak. Dat is ook echt de toekomst, maar dat
moet wel geleidelijk gaan, want het net moet worden aangepast. Op
sommige plekken zal dat niet meteen kunnen. Maar ik zorg ervoor dat we
ook in het kabinet veel oog hebben voor deze sector. Hier is namelijk
heel veel belangrijke winst te behalen.
De voorzitter:
Dat roept een vraag op bij mevrouw Veltman.
Mevrouw Veltman (VVD):
Dank voor het antwoord. Goed dat de minister daar werk van maakt. Zeker
aan de snelweg en daar waar het niet kan, maar sowieso achter de meter
bij bedrijven en op bedrijventerreinen, helpt het wel echt om te kunnen
doen wat beoogd wordt met deze wet. Mijn vraag is dus eigenlijk wanneer
de minister denkt dat dat enigszins op orde is. Die wet gaat namelijk in
2026 in. Ik weet dat de verzwaring van het net dan nog niet rond is. Het
realiseren van meer flexibiliteit, ook achter de meter, voor ondernemers
en ondernemers onderling, zou enorm helpen. Kan u zich daar dan ook
extra voor inzetten?
Minister Madlener:
Jazeker. Ik vind dat ook een hele goede vraag. We moeten natuurlijk met
alle creativiteit die mogelijk is die problemen oplossen. Die
netverzwaring is namelijk niet over een paar jaar opgelost. Dat is ook
niet overal hetzelfde. Je hebt plekken in Nederland waar dat minder
speelt en plekken waar dat een veel groter probleem is. We moeten dus
met alle creativiteit kijken hoe we dit per bedrijf kunnen oplossen.
Batterijen kunnen daarbij een oplossing zijn en zonnepanelen met eigen
opwek misschien ook. Maar ook het delen van stroom met de buren kan een
oplossing zijn. Ik ben zeker bereid om hier met heel veel creativiteit
naar te kijken. Als er goede ideeën zijn, zijn ze altijd bespreekbaar.
We hebben dus ook die subsidieregelingen. Die zijn ook wel geschikt,
bijvoorbeeld als het gaat om de batterijtechniek. Die batterijen worden
gelukkig ook steeds goedkoper. Dat geeft ook weer mogelijkheden, maar
het is absoluut een heel groot bestaand probleem en een zorg bij heel
veel bedrijven die op het punt staan om die investering te doen. We
hebben hier dus alle oog voor. Bespreek dit ook met mijn collega mevrouw
Hermans, want we hebben met elkaar een doel. Het verduurzamen van de
vrachtwagensector is natuurlijk een enorme volgende stap de goede kant
op. Wat betreft private auto's hebben we in Nederland al heel veel
bereikt. Nederland doet het heel goed op dat punt, maar in de
vrachtwagensector staan we aan het begin van een enorme omslag. De
vrachtwagenproducenten die ik heb bezocht — dus in ieder geval DAF en
Scania — zijn daar absoluut klaar voor. Die willen ook dat die vraag
ontstaat. Ondernemers willen het ook. Ik denk en verwacht dat deze stap
echt de grote zet biedt naar de start van een enorme revolutie als het
gaat om het goederenvervoer. Ik ben daar dus heel blij om.
De voorzitter:
Gaat u verder.
Minister Madlener:
Mevrouw Veltman vroeg ook naar het tijdspad voor de publieke
laadinfrastructuur langs snelwegen en ze vraagt hoe we gebruikmaken van
Europese initiatieven. De Europese verordening AFIR is in april 2024 in
werking getreden en heeft als een van haar doelen om te zorgen voor een
Europees dekkend netwerk van logistieke infrastructuur. Internationaal
transport heeft natuurlijk niet alleen in Nederland laders nodig, maar
ook in het buitenland. Daar moet natuurlijk met elkaar over gesproken
worden. Als invulling van de AFIR streeft Nederland naar een landelijk
dekkend netwerk van logistieke laadinfrastructuur. Wij beogen dat voor
2030 te realiseren. In de Routekaart Verzorgingsplaatsen worden de
toekomstige laadplekken van zero-emissievoertuigen inzichtelijk gemaakt.
We zijn er nu ook druk mee bezig om de toekomst van die
verzorgingsplaatsen vorm te geven. We zijn daar natuurlijk met zijn
allen mee bezig. Ik verwacht daar heel veel doorbraken voor in de
komende maanden, het komende halfjaar. Dat was het kopje
terugsluis.
Dan kom ik op de uitwijk. Ook daar heb ik veel vragen en zorgen over
gehoord en dat is natuurlijk niet onterecht. Dan begin ik met de heer
Heutink, die daar ook voor waarschuwt, want uitwijk is natuurlijk
ongewenst. We hebben hier in het Kamerdebat al uitgebreid over
gesproken. Het is goed onderzocht. Ik heb ook nog eens nagevraagd of we
dat echt goed onderzocht hebben. We hebben goed gekeken naar alle
routeringen. Waar is het nou lucratief om uit te wijken? Dan kijk je
gewoon: welke wegen hebben die uitwijkmogelijkheden? In het onderzoek
dat we gedaan hebben zijn we uiteindelijk gekomen tot het voorstel dat
er nu ligt. Er wordt dus niet verwacht dat er grote uitwijk zal zijn en
ook niet dat er kleine uitwijk zal zijn. Ik hoor over Mariënheem. Dat is
een N-weg dwars door een dorp. Daar wil je geen zware trucks. Natuurlijk
rijden er overal trucks, want de Albert Heijn moet ook bevoorraad
worden. Dat zijn ook grote trucks, zoals u weet. Maar wij verwachten dus
geen grote uitwijk naar die wegen waar het niet gewenst is.
Onderzoek heeft laten zien dat uitwijk afhangt van de hoogte van het
gemiddelde tarief en van de omvang van het heffingsnetwerk. Deze
wetswijziging verandert daar iets in, maar het betreft maar heel weinig
oudere vrachtauto's die in die klasse 0 vallen. Dat betreft maar 2% van
de vervoerscapaciteit, dus wij verwachten dus niet dat hier heel veel
extra uitwijk door zal ontstaan.
De heer Heutink (PVV):
De minister blijft volhouden dat het gemiddelde tarief hetzelfde blijft.
Dat mag allemaal wel zo wezen, maar het komt er toch op neer dat de
mensen die zo'n schone truck nog niet hebben kunnen meemaken, fors meer
gaan betalen? Ze moeten natuurlijk wel gek zijn, willen ze niet gaan
uitwijken. Waarom zou je je ook als ondernemer laten uitkleden als dat
niet zou hoeven? De vraag aan de minister is of hij die uitwijkgevolgen
naar aanleiding van deze richtlijn wil onderzoeken, want dat is dus niet
gebeurd. Er gaan forse verschillen optreden als het gaat om de
tariefstructuur. Ja, het gemiddelde blijft hetzelfde, maar het wordt wel
gedifferentieerd, wat consequenties gaat hebben voor de keuzes van
verschillende chauffeurs. Dan mag het misschien lucratief zijn om wel of
niet uit te wijken naar die wegen, maar het wordt lucratief gemaakt,
omdat de tariefstructuur verandert. Dus er moet wel degelijk goed naar
gekeken worden, en ik vraag de minister echt om dat te doen.
Minister Madlener:
Uiteraard gaan we daarnaar kijken. Dit is ook in het Kamerdebat in 2022
een groot onderwerp geweest, kan ik me nog herinneren. Iedereen heeft
zorgen hierover en niemand wil vrachtwagens door dorpskernen. Wij denken
dat het heel erg gaat meevallen. Deze wetswijziging is slechts een hele
kleine wijziging. Het zal maar 2% van de trucks in Nederland gaan raken.
Dat is de klasse echt oudere trucks. Het is maar een heel klein deel van
de trucks. Ik verwacht op basis van deze wetswijziging helemaal geen
grote verschillen. Maar de zorgen blijven staan. Om zeker te weten dat
het echt niet gebeurt, gaan we monitoren. We gaan uitgebreid zien wat er
gebeurt in de praktijk. Met de wegbeheerders is een plan opgesteld om te
kijken dat dit goed gaat. Als in de praktijk toch zou blijken dat er een
route is die wellicht toch gebruikt wordt als uitwijkroute, gaan we
natuurlijk meteen maatregelen nemen. Dat is al in 2022 afgesproken en
dat spreek ik nu weer af, want het is natuurlijk een terechte zorg. Wij
denken dat het niet gaat optreden. We gaan het monitoren. Dat vind ik
heel belangrijk. We gaan maatregelen nemen als het toch gebeurt.
De heer Heutink (PVV):
Dan is het te laat. We kunnen toch niet gokken met de verkeersveiligheid
op het onderliggende wegennet? Dat kunnen we toch niet doen? De minister
heeft niet onderzocht wat de consequenties zijn van deze richtlijn. We
zien een wijziging in de tariefstructuur. Dus ik vraag aan de minister —
en ik hoop echt dat hij dat kan toezeggen — dat er, voordat de
vrachtwagenheffing ingaat, een gedegen onderzoek ligt naar wat de
consequenties zijn van het uitwijken naar het onderliggende wegennet,
naar aanleiding van deze richtlijn. Dat is meer dan terecht en ik hoop
dat de minister dat kan toezeggen.
Minister Madlener:
Het echte onderzoek vindt natuurlijk in de praktijk plaats. We zien wat
er gebeurt. Op alle wegen rijden nu al zware vrachtwagens. Het is niet
zo dat er nu nul vrachtwagens over de N35 rijden; ook daar moeten ze
soms zijn. Als we merken dat het toeneemt of ongewenste effecten
veroorzaakt, zullen we ingrijpen. We monitoren dit uitgebreid, in
samenwerking met de lokale wegbeheerders. Iedereen is hiervan op de
hoogte. De gekozen routes zijn zo bepaald dat uitwijk niet rendabel is.
We verwachten dan ook geen problemen, maar als ze zich toch voordoen,
grijpen we direct in. Dat is de afspraak. De monitoring wordt intensief
uitgevoerd, en ik zal hierover goed terugkoppelen aan deze Kamer. Zo
kunnen we gezamenlijk controleren of er geen ongewenste bijeffecten
optreden. Wij verwachten geen uitwijkverkeer door deze wetswijziging,
maar we houden het scherp in de gaten.
De voorzitter:
In laatste instantie op dit punt, meneer Heutink.
De heer Heutink (PVV):
Opnieuw zegt de minister: wij denken dat er geen uitwijk komt. Maar het
is niet onderzocht! Het is niet onderzocht naar aanleiding van de
richtlijn, dus dat kan de minister niet vol blijven houden. Ik vraag het
nog één keer: gok niet met de verkeersveiligheid op de onderliggende
wegen. Dit is gevaarlijk. We willen niet achteraf vaststellen dat
vrachtverkeer massaal door dorpen dendert, met alle mogelijke gevolgen
van dien. Stel dat een kind oversteekt en het misgaat. Ik hoop niet dat
de minister dan moet concluderen: hadden we het toch maar beter
onderzocht. Dan is het te laat. De minister heeft vandaag de kans om dit
te voorkomen.
Minister Madlener:
Het is onderzocht, zeg ik tegen de heer Heutink. Het wordt niet
verwacht. Dit was al het geval in 2022 en deze wetswijziging brengt daar
geen verandering in. Bovendien hebben we al afgesproken om dit te
onderzoeken. Ik denk dat de heer Heutink de mogelijke gevolgen
overdrijft. Mocht vrachtverkeer op ongewenste wegen toch fors toenemen,
dan nemen we direct maatregelen. Dat is afgestemd met de lokale
wegbeheerders. Ook voor vrachtverkeer langs kades geldt dat als er
schade ontstaat, een verbod op zwaar vrachtverkeer zal worden ingevoerd.
We dragen met elkaar de verantwoordelijkheid voor verkeersveiligheid.
Niemand wil vrachtverkeer door dorpen zien rijden. Als dat toch gebeurt,
grijpen we direct in. Ik denk dat de heer Heutink hier te hoog van de
toren blaast. De situatie is onderzocht, we verwachten geen problemen,
maar we blijven dit monitoren. Dat is wat we kunnen en zullen doen. We
gaan het echt goed bekijken.
De voorzitter:
Gaat u verder.
Minister Madlener:
Mevrouw Veltman vraagt naar mogelijk uitwijkverkeer, bijvoorbeeld van
vervuilende vrachtwagens. We verwachten geen toename van uitwijkverkeer.
De vervuilende trucks moeten nu wel meer betalen, waardoor ze wellicht
een extra prikkel voelen om uit te wijken. Dit gaat om 2% van de gereden
kilometers. Voor schone vrachtwagens wordt uitwijken juist minder
aantrekkelijk, omdat zij minder heffing gaan betalen. Van het
wetsvoorstel dat we vandaag bespreken, verwachten we geen grote
gevolgen. In algemene zin blijven we monitoren en zullen we de Kamer
snel informeren als er iets te leren valt.
Mevrouw Veltman (VVD):
Mijn vraag was vooral of de monitoring vanaf dag één goed is ingericht
en of deze daadwerkelijk zal werken.
Minister Madlener:
Dat is een terechte vraag. Ik kom daar in de tweede termijn graag op
terug, zodat ik precies kan aangeven hoe de monitoring is ingericht. Dat
is de kern van de vraag van mevrouw Veltman, en die is terecht. Het
antwoord zit nu niet in mijn beantwoording.
De heer De Hoop vroeg of ik bereid ben te onderzoeken wat de
maatschappelijke kosten van vrachtwagens zijn. We beschikken al over
veel kennis hierover. Het PBL heeft dit onderzocht in het rapport De
prijs van een reis. Aan extra onderzoek heb ik zelf geen behoefte. We
zien wel dat de maatschappelijke kosten, als je het zo wilt zien, voor
vrachtwagens hoger zijn dan wat ze betalen. Daar heeft meneer De Hoop op
zich een punt. Maar het blijft politieke weging: hoe belangrijk vinden
we het vrachtverkeer in Nederland? Uiteindelijk betalen we natuurlijk
met z'n allen mee aan die kosten. Het vrachtverkeer wordt gewoon
verdisconteerd in alle prijzen die we met elkaar betalen. De heer De
Hoop heeft een punt, vrachtwagens kosten misschien meer als je het
maatschappelijk bekijkt dan wat ze direct betalen. Maar we vinden het
een politieke afweging, en het vrachtverkeer is in Nederland natuurlijk
heel belangrijk. Ik heb dus zelf geen behoefte aan extra onderzoek
hiernaar.
De voorzitter:
Dat roept een vraag op bij meneer De Hoop.
De heer De Hoop (GroenLinks-PvdA):
Dat begrijp ik. Tegelijkertijd is het juist wel ook deze minister die
voor heel veel kosten voor de infrastructuur komt te staan. U schetste
zelf al dat u een gat van, geloof ik, 5 miljard op de begroting heeft.
Dan hebben we het nog niet eens over wat er toekomstig voor alle bruggen
en alle wegen nodig is. Zou het dus niet goed zijn om voor de toekomst
te kijken: moeten we hier niet nog wat beter inzichtelijk hebben wat dit
nou kost voor de infrastructuur? We weten immers ook dat die kosten zo
veel op gaan lopen in de komende jaren. Dan verwacht ik eigenlijk van de
minister van Infrastructuur dat hij zegt: ik wil het op z'n minst
inzichtelijk hebben. Dan kun je daarna een politieke keuze maken. Ik
begrijp dat u die nu niet wil maken, maar aan het inzichtelijk hebben
kunt u toch juist als minister van IenW wel wat hebben?
Minister Madlener:
Nou, het is inzichtelijk, want het rapport De prijs van een reis van het
PBL heeft dat inzichtelijk gemaakt. Je kunt natuurlijk twisten over wat
de maatschappelijke kosten zijn, maar goed, daar wil ik het nu niet over
hebben. Maar het is inderdaad een vraag: hoe gaan wij de kosten van
infrastructuur verdelen over dit land? Dan moet ik wel zeggen dat we,
als weggebruikers, particulieren en vrachtwagenchauffeurs, met elkaar
een heleboel geld betalen, meer dan wat de infrastructuur kost.
Uiteindelijk is het dus een politieke weging. We hebben natuurlijk een
bepaalde cultuur: Nederland transportland. We kunnen de kosten anders
verdelen; uiteindelijk betalen we met z'n allen die kosten. En of je het
nou dekt uit de algemene middelen of uit de wegenbelasting, uiteindelijk
wordt het allemaal doorberekend. Dus ja, het blijft een politieke
afweging, maar ik zou er zelf niet voor zijn om daar hele grote
wijzigingen in aan te brengen.
De heer De Hoop (GroenLinks-PvdA):
Dan heb ik hier tot slot toch nog een vraag over. Uit de eigen stukken
van de minister blijkt immers dat de automobilist — dat zijn we ook
allemaal; de minister is groot fan van de auto, geloof ik — in
verhouding 20 tot 30 cent per kilometer meer betaalt dan de vrachtwagen.
Dan raak je die automobilist ook waar de minister altijd zegt voor te
staan. Zou je dan toch in het evenwicht niet iets meer de andere kant op
moeten gaan?
Minister Madlener:
Je ziet dat heel goed terug in de prijzen aan de pomp. De dieselprijs in
Nederland is relatief laag, en de benzineprijs is relatief hoog. Dat
heeft er natuurlijk ook mee te maken dat vrachtwagens op diesel rijden.
Op die manier stimuleren we, zo zou je kunnen zeggen, het dieselvervoer
met trucks. Dat zijn politieke wegingen. Hoe belangrijk vinden we dit?
Dit kabinet staat niet voor een hele grote wijziging in dat speelveld.
We zijn natuurlijk wel met elkaar bezig om die verduurzaming op gang te
brengen. Dat is ook een enorme stap. Ik denk dus niet dat het verstandig
is om nu die vrachtwagensector enorm te gaan opzadelen met te hoge
kosten of te grote verschuivingen. Met wat we nu doen, het verduurzamen
van de vrachtwagensector met deze terugsluis, met deze grote verandering
die we hier al hebben, denk ik dat we het hier voorlopig even bij moeten
laten. Maar het publieke debat zal hier ongetwijfeld gevoerd blijven
worden. Uiteindelijk zijn het keuzes. Dit is een enorme operatie die we
uitvoeren. Ik denk dat het ook gaat leiden tot echte verduurzaming, waar
nog heel veel te winnen is. Ik ben hier blij mee. Er kan natuurlijk
altijd meer, maar ik zou daar nu geen voorstander van zijn.
De voorzitter:
Gaat u verder.
Minister Madlener:
"Welke kosten komen waar, en hoe komen ze terecht? Zou u die kosten in
beeld kunnen brengen?" Dat vraagt de heer De Hoop. Het Rijk financiert
de Rijkswegen. Lokale overheden financieren lokale wegen, en doen dat
uit het Gemeentefonds. Ik ben bereid om dat nog eens op een rijtje te
zetten, als de heer De Hoop dat graag wil. Dan zeg ik dat bij dezen
toe.
De voorzitter:
Ik hoor een toezegging.
Minister Madlener:
Dan had de heer Bamenga een vraag over de vrachtwagenheffing. Die gaat
over die uitwijk. "Hoe kunnen we die uitwijk voorkomen?" Het wordt dus
niet verwacht, zeg ik nogmaals, ook tegen de heer Bamenga. De wegen zijn
dus zo gekozen dat die uitwijk, zoals wij het zien, niet rendabel is om
te doen. Maar we gaan vanaf één jaar voor de start tot drie jaar na de
start monitoren. Ik zal straks in de tweede termijn nog even wat
uitgebreider ingaan op de manier waarop we dat precies gaan doen. Maar
we kunnen ook snel maatregelen nemen als we toch iets zien wat we niet
willen.
De heer Bamenga zegt: de heffing in Duitsland is €0,30 en hier maar
€0,17. Hij vraagt hoeveel Duitse vrachtwagens er gaan uitwijken naar
Nederland. Ook hier wordt uitwijkverkeer niet verwacht. We hebben dat
wel bekeken. Uit een evaluatie in België en Duitsland blijkt ook dat dat
niet gebeurt. Het monitoren van Duitse vrachtwagens vinden wij dus niet
nodig. Met de invoering van de vrachtwagenheffing in Nederland wordt het
voor vrachtwagens uit Duitsland niet aantrekkelijk om uit te wijken naar
Nederland. Nu is er helemaal geen vrachtwagenheffing in Nederland, dus
het zou nu ook al kunnen. Deze heffing zal het niet verergeren, en we
zien het ook niet.
Hoe voorkomen we uitwijk zonder het wegennetwerk uit te breiden, vraagt
de heer Pierik. De wegen waarop de heffing geldt, zijn zo gekozen dat
uitwijk niet loont. Als in de praktijk toch blijkt dat sprake is van
uitwijk, gaan we maatregelen nemen. Dat is hetzelfde antwoord. De
wegbeheerder kan zelf maatregelen nemen. Er kan uiteindelijk een
vrachtwagenverbod worden ingesteld als het op een bepaalde plek echt
misgaat. Mariënheem is een heel bekende plek. Dat is natuurlijk een heel
straffe maatregel, maar die is wel mogelijk. We moeten gewoon heel goed
kijken wat er gebeurt. In de tweede termijn zal ik uitgebreider ingaan
op hoe de uitwijk er precies uitziet.
Dan kom ik bij het kopje over de techniek van de wetswijziging. Daar
zijn ook allerlei vragen over gesteld. De heer Van Dijk stelde een vraag
over het feit dat de infraheffing en de CO2-heffing ieder 45%
van de opbrengsten vertegenwoordigen en de externekostenheffing voor
luchtverontreiniging en geluid slechts 10%. De externekostenheffing voor
geluidshinder en luchtverontreiniging wordt met name opgebracht door
oudere vrachtauto's. Omdat 91% van de kilometers wordt gereden in een
Euro 6-vrachtwagen of schoner levert deze heffing weinig op. Dat is dus
de reden. Voor de infrastructuurheffing geldt dat deze wordt opgebracht
door alle voertuigen. Dat leidt daarmee tot een hoger percentage van de
opbrengsten. De externekostenheffing op CO2 wordt door alle
voertuigen opgebracht, met uitzondering van de zero-emissievoertuigen.
Dat is dus de verklaring.
Hoe doen andere landen het die externekostenheffingen hebben op
luchtvervuiling, zoals Duitsland? De heer Van Dijk vraagt of zij ook
kiezen voor een referentiewaarde van 50%. Duitsland heeft net als
Nederland een externekostenheffing op luchtvervuiling en geluid. Het
tarief voor de Euro 6-truck boven de 32 ton, waarmee de meeste
kilometers worden gereden, is in Duitsland €0,35 per kilometer. De
Duitse tolheffer heeft geen informatie openbaar gemaakt over het
percentage van de totale externe kosten die worden doorbelast. Dat weten
wij dus niet.
De heer Van Dijk vraagt over de referentiewaarde van 50% ook of ik kan
aangeven wat dat de effecten zijn van een keuze voor 100%
referentiewaarde voor de heffing. Het gaat dan om luchtverontreiniging
en geluid. Bij het bepalen van de tarieven zijn verschillende varianten
onderzocht. Een hogere externekostenheffing voor luchtverontreiniging en
geluid zorgt voor hogere tarieven voor vrachtwagens in de lagere
Euro-klassen. Omdat met deze voertuigen weinig wordt gereden, zorgt dat
vooral voor hogere lasten voor de betreffende ondernemers, terwijl er
relatief weinig winst voor het milieu verwacht wordt. Daarom hebben we
dat op deze manier gedaan. Overigens zal in 2026 98% van de kilometers
in klasse Euro 6 of schoner worden gereden. Zij betalen dan geen
verhoging op basis van de milieuklasse. Daarom vinden we het effectiever
om emissievrije voertuigen te stimuleren. Met 98% Euro 6 of schoner doet
Nederland het op vrachtwagengebied in 2026 best goed.
De heer Van Dijk vraagt of ik mogelijkheden zie om door Nederland,
België, Duitsland en Tsjechië automatisch vrijstellingen te laten
verlenen, en vice versa voor Nederlandse voertuigen door die landen. De
vrijstelling van emissievrije vrachtwagens tot 4.250 kilo kan nu alleen
voor Nederlandse voertuigen automatisch worden verleend. Ik sta er zeker
voor open om met België, Duitsland en Tsjechië te verkennen of we
wederzijds gegevens kunnen uitwisselen om elkaars emissievrije
voertuigen automatisch vrij te stellen. Dat is natuurlijk een heel
klantvriendelijk idee. Ik vind het ook een goed idee. Bij dezen dus de
toezegging dat ik dat met die landen ga bespreken.
Dan vraagt de heer Van Dijk een onderbouwing van de uitvoeringskosten,
onder andere voor de Rijksdienst voor het Wegverkeer en de RVO. Andere
landen zitten ook rond 17%, zegt de heer Van Dijk, en hij vraagt of we
die kosten verder kunnen terugdringen. In de ontwerpbegroting voor 2025
is een eerste raming en onderbouwing van de uitvoeringskosten opgenomen.
Hierin is onderscheid gemaakt tussen de exploitatiekosten en de
uitvoeringskosten van de terugsluismaatregelen door RVO. Uiteraard wordt
ingezet op een zo doelmatig mogelijke besteding en worden kosten
teruggedrongen als dat feitelijk mogelijk is. De kosten van omringende
landen heb ik op dit moment niet beschikbaar. De kosten zijn onder
andere afhankelijk van de aanbestedingen die nog lopen in de richting
van de organisaties en de inrichting van de ICT-toepassingen.
Dan: in hoeverre zijn de maatschappelijke kosten meegenomen in de
vrachtwagenheffing? Dat was een vraag van diverse fracties. De heer De
Hoop heeft erover gesproken en de heer Van Dijk. Bij het bepalen van het
tarief zijn maatschappelijke kosten meegenomen. De heffing dekt niet
alle maatschappelijke kosten. Ik heb gezegd: dat is een politieke
weging. We doen nu een hele grote stap en ik zou er niet vóór zijn om
dat nog ingrijpend te wijzigen.
Een vraag van de heer Bamenga: is het financieel aantrekkelijk om een
emissievrije vrachtwagen te kopen? Zo nee, aan welke maatregelen denken
wij? Een emissievrije vrachtwagen is op dit moment nog duurder in
aanschaf dan een dieselvariant, en het is ook fors duurder op dit
moment. Je ziet wel dat die prijzen snel dalen. Dat zag je ook bij de
personenwagens. Daar zie je inmiddels ook dat de pariteit, namelijk dat
de fabricagekosten even duur zijn als van een brandstofauto, bijna al
gehaald is. Bij de vrachtwagensector loopt dat iets achter. Je ziet daar
dat de grote productie nog op gang moet komen. Door productie zal het
goedkoper worden. Maar goed, we moeten die beweging in gang zetten. Daar
gaan we nu een begin mee maken. Daarom stellen we de terugsluisgelden
beschikbaar aan de Aanschafsubsidieregeling zero-emissie trucks, die
heet: AanZET. Daarmee ondersteunen we de ondernemers financieel bij deze
aanschaf. De korting voor een emissievrije vrachtwagen helpt natuurlijk
enorm om de businesscase rond te rekenen, maar we zijn er nog niet. Er
zijn al enkele voorlopers die het wel gedaan hebben, maar je ziet dat de
kosten nog niet gelijk zijn. Met deze stap komen we daar
dichterbij.
De heer De Hoop vraagt een korting als een elektrische vrachtwagen door
de elektrificatie terechtkomt in een andere gewichtsklasse. Het antwoord
is: dat is niet nodig, want voor elektrische voertuigen is een aparte
tariefklasse. In dat tarief is de korting al verwerkt.
Pierik vroeg: kunnen we de tariefverhoging stapsgewijs invoeren, zodat
de gevolgen niet in één keer bij de ondernemer en consument
terechtkomen? De tarieven worden met het voorstel dat we vandaag
bespreken dus niet verhoogd. Het gemiddelde tarief blijft 16,7 cent per
kilometer. Daarom zie ik op dit moment ook geen reden voor een
stapsgewijze invoering van deze wijziging. Het zal wel onaantrekkelijker
zijn om met zo'n klasse 0-truck te blijven rijden en dat is ook
eigenlijk de bedoeling van Europa, om toch die verduurzaming op gang te
brengen.
Dat was de laatste vraag die ik had.
De voorzitter:
Dank u wel. Dan gaan wij door met de tweede termijn van dit
wetgevingsdebat. Daarbij nodig ik de heer Heutink uit om zijn tweede
termijn te gaan doen.
De heer Heutink (PVV):
Voorzitter. Al die complimenten van de linkerkant van het vak kan de
minister in ieder geval in zijn zak steken. Ik maak me toch wel een
beetje zorgen. Ik hoorde de minister net zeggen dat de transportkosten
met maximaal 3% omhooggaan en hij zegt: ja, dat hoort ook zo. Dat hoort
ook zo? Mensen hebben nu al niets meer dat ze kunnen betalen. Het leven
is al onbetaalbaar. Deze wet gaat er dus voor zorgen dat het allemaal
nog veel en veel duurder gaat worden. Dan kan de minister zeggen "3%
valt allemaal wel mee", maar elke procent is er op dit moment voor al
die Nederlanders al een te veel, zeg ik in de richting van de minister.
En ik hoop dat hij daar goed naar luistert.
Dan nog even over die uitwijk. Ik heb net geprobeerd bij de interruptie
om toch te kijken of we niet gaan gokken met de verkeersveiligheid op
het onderliggend wegennet en of we gewoon gedegen onderzoek kunnen gaan
doen naar aanleiding van deze nieuwe richtlijn. Want er gaan gewoon
grote dingen veranderen. Er gaan gewoon andere tarieven komen. Mensen
moeten meer betalen. De minister zei het net ook al. Dat gaat gewoon
leiden tot meer uitwijk, want ja, je bent natuurlijk niet gek. Je laat
je natuurlijk niet financieel uitkleden. Dus hebben we een motie om toch
een onderzoek te doen naar de gevolgen van die uitwijk naar aanleiding
van deze nieuwe richtlijn.
De Kamer,
gehoord de beraadslaging,
constaterende dat de mate van uitwijk naar aanleiding van de herziene
richtlijn niet is onderzocht;
van mening dat de provinciale wegen reeds overvol zijn, dat er nu al
veel ongelukken plaatsvinden en dat uitwijk dit nog veel erger zal
maken;
verzoekt de regering te onderzoeken hoeveel vrachtverkeer er naar
aanleiding van deze richtlijn zal gaan uitwijken naar het onderliggende
wegennet en wat de consequenties daarvan zijn op de verkeersveiligheid
op het platteland,
en gaat over tot de orde van de dag.
De voorzitter:
Deze motie is voorgesteld door het lid Heutink.
Zij krijgt nr. 8 (36626).
Dank u wel, meneer Heutink. Dan gaan we luisteren naar meneer Olger van Dijk namens de fractie van Nieuw Sociaal Contract.
De heer Olger van Dijk (NSC):
Dank u wel, voorzitter. Ik kan kort zijn. De minister is wat ons betreft
heel volledig en duidelijk geweest in zijn beantwoording. Hij heeft ook
heel duidelijk neergezet wat de winst is van deze heffing, niet alleen
voor het milieu, maar ook voor veel mensen die in een vrachtwagen rijden
en voor andere organisaties. Hij heeft ook helder uiteengezet dat hij de
transitie van het daadwerkelijk bezit naar het gebruik van een
vrachtwagen deelt. Wie kan daar eigenlijk tegen zijn, zou ik willen
zeggen. Heel veel dank dus daarvoor en ook voor de inzet die deze
minister zegt te gaan doen om het systeem gesloten te houden. Want dat
is een belangrijke voorwaarde voor het draagvlak, ook in de sector. Ik
denk dat dat heel goed is om ervoor te zorgen dat we dit succesvol
kunnen doen.
Nou was ik van plan om een motie in te dienen. Dat ga ik niet doen,
omdat deze minister heel ruiterlijk de vraag van onze zijde heeft
overgenomen om te gaan kijken naar de vrijstelling tot 4.250 kilogram
met een aantal landen zoals Duitsland en Tsjechië. Ik heb daar nog wel
één vraag bij. Ik hoop dat de minister die positief kan beantwoorden en
dat hij in ieder geval een moment kan noemen waarop hij aan ons als
Kamer kan terugkoppelen wat dat overleg heeft opgeleverd.
Dank u wel.
De voorzitter:
Dank u wel. Meneer De Hoop voor zijn tweede termijn.
De heer De Hoop (GroenLinks-PvdA):
Voorzitter. Grote complimenten aan de minister. Ik weet niet of hij het
wil horen en ik weet niet of de heer Heutink het wil horen, maar
oprecht: volgens mij is heel goed door de minister uitgelegd waarom deze
wet nodig is. De hele sector is hier niet alleen voor, maar heeft hier
ook profijt van doordat het in heel Europa uniform wordt, doordat degene
die het meest vervuilt, het meest betaalt, en doordat we op deze manier
het profijtbeginsel verder goed gaan vormgeven bij de
vrachtwagenheffing. Dus echt complimenten daarvoor.
Ik heb nog één vraag aan de minister. Stelt u zich voor dat de motie van
de heer Heutink wordt aangenomen. Is de minister het dan met de fractie
van GroenLinks-Partij van de Arbeid eens dat dat niet mag leiden tot
uitstel van deze harmonisatie en dat die echt in 2026 in moet gaan, net
als de Raad van State adviseert?
Dat was het. Dank.
De voorzitter:
Dank u wel. Meneer Bamenga ziet af van zijn tweede termijn, dus ik geef
het woord aan mevrouw Veltman. Zij ziet ook af van haar tweede termijn.
Dan kijk ik nog even naar meneer Pierik. Hij heeft ook geen behoefte aan
een tweede termijn. Dan kijken we even naar de minister voor hoeveel
tijd hij nodig heeft voor de paar resterende vragen en de in de eerste
termijn aangekondigde verduidelijking. Een paar minuutjes. We gaan om
12.45 uur verder. Tot zo.
De vergadering wordt van 12.42 uur tot 12.45 uur geschorst.
De voorzitter:
Welkom terug, allemaal. We zijn toegekomen aan de tweede termijn van de
zijde van het kabinet over de Wijziging van de Wet vrachtwagenheffing.
Ik geef het woord aan minister Madlener.
Minister Madlener:
Voorzitter. Ik begin, zoals ik beloofd had, met de vraag van mevrouw
Veltman over de monitoring. De monitoring van het uitwijkverkeer is op
tijd gereed. Dat is natuurlijk belangrijk. Ten minste één jaar voor de
start van de vrachtwagenheffing gaan we een uitgebreide nulmeting doen,
zodat we weten of er veranderingen optreden. Dat doen we door lussen in
het wegdek en afspraken met de lokale wegbeheerders, zeker op de
trajecten waar we bang voor zijn, op de N-wegen zoals de N57 en de N35.
We gaan dus met een nulmeting beginnen, een jaar voor invoering. Dan
gaan we drie jaar lang monitoren. Samen met de wegbeheerders hebben we
een plan van aanpak vastgesteld voor het proces van monitoring om
uitwijkverkeer te kunnen bepalen. We kijken wat de
vrachtwagenintensiteit is na 1 maand, 6 maanden, 12 maanden, 24 maanden
en 36 maanden. Dan gaan we dus telkens die metingen bekijken. Als er
bijsturing nodig is, kan de wegbeheerder snel maatregelen nemen. In
spoedeisende gevallen, zoals Mariënheem, kan een spoedregeling worden
opgesteld. Dan gaan we dus direct maatregelen treffen om dat te
voorkomen. Na drie jaar kunnen we besluiten om langer door te gaan met
monitoren, maar we kunnen er ook mee stoppen als we zien dat het niet
meer nodig is.
Dan had ik nog een vraag van de heer Van Dijk. Hij vroeg of ik de Kamer
wil informeren over het onderzoek naar de gegevensuitwisseling. Ja, dat
wil ik graag toezeggen. Ik zal de eerste voortgangsbrief in dit najaar
naar de Kamer sturen.
Dan had ik één motie, van de heer Heutink van de PVV-fractie. Dat gaat
over een onderzoek over hoeveel vrachtverkeer er naar aanleiding van
deze richtlijn zal gaan uitwijken. We gaan dus uitgebreid monitoren. We
gaan dat heel uitgebreid doen. Ik ga daar de Kamer ook over informeren.
We hebben overleg met alle lokale wegbeheerders, dus ik zie deze motie
als overbodig.
De voorzitter:
Dat roept toch nog een vraag op bij meneer Heutink, waarbij ik erop aan
wil dringen dat we niet het al gewisselde nog een keer gaan doen.
De heer Heutink (PVV):
Ik wil toch wel serieus een appreciatie hebben over deze motie, want het
klopt gewoon niet wat de minister zegt. De minister voert niet al
onderzoek uit naar aanleiding van deze richtlijn ten aanzien van de
consequenties. Hij gaat achteraf, als het al ingevoerd is, monitoren en
als het dan misgaat, dan gaat de minister maatregelen nemen. Onze
fractie wil voorkomen dat het überhaupt mis kan gaan, zodat we van
tevoren weten wat de impact gaat zijn naar aanleiding van deze
richtlijn. Dan kunnen we al mitigerende maatregelen nemen, zodat de
minister niet een spoedklus op poten hoeft te zetten en allemaal
noodzakelijke ingrepen hoeft te doen. Dat voorkomen we daarmee. We
moeten niet gokken.
Minister Madlener:
Dat is niet helemaal juist wat de heer Heutink hier zegt. Ik heb dus wel
gekeken naar de nieuwe tariefstructuur. Er is echt gekeken naar of er
meer risico op uitwijk is door deze wijziging. 98% van de kilometers
wordt gemaakt door voertuigen van klasse 6 of schoner, 98%. Daarmee
wijzigt het tarief dus nauwelijks en daarom zien wij geen grotere kans
op uitwijkgedrag. Maar we gaan het uitgebreid monitoren, dus ik vind het
overbodig om deze motie zo uit te voeren.
De voorzitter:
In laatste instantie, meneer Heutink.
De heer Heutink (PVV):
Het is dus gewoon niet onderzocht. We hebben een rapport gezien naar
aanleiding van de wet en het is dus gewoon niet gebeurd. Ik heb nergens
een rapport gelezen of gezien op mijn bureau, waarin keiharde cijfers
staan en waarin staat hoe het echt gedegen opgelost gaat worden. Ik ga
de motie gewoon in stemming brengen.
De voorzitter:
Heeft de minister nog een reactie?
Minister Madlener:
Nou ja, we zullen zien. Ik vind het zelf niet nodig. Mijn ministerie
vindt het niet nodig. We hebben wel degelijk gekeken naar wat dit
wijzigingsvoorstel doet op de uitwijkmogelijkheden. Als de heer Heutink
dat niet wil geloven, vind ik dat heel spijtig. Als hij de motie in
stemming wil brengen, is dat zijn goed recht en als de motie wordt
aangenomen, dan zal ik 'm uiteraard uitvoeren. Maar ik vind het niet
nodig. We gaan uitgebreid monitoren: vanaf een jaar voor de invoering
tot drie jaar erna en wellicht nog langer, als we dat willen. We kunnen
direct maatregelen treffen als er onverhoopt zaken verschuiven. Hoeveel
zekerheid wil je hebben? Iedere wijziging heeft natuurlijk altijd wel
iets onvoorspelbaars en het is natuurlijk nooit helemaal risicoloos,
maar we hebben toch wel al het redelijke gedaan om ervoor te zorgen dat
het in goede banen wordt geleid. Als je het dan nog niet accepteert, zie
ik dat eerder als onwil dan als echt een verzoek. Maar goed, ik wacht de
stemmingen graag af.
De voorzitter:
De motie op stuk nr. 8 is geapprecieerd als overbodig.
We zijn aan het einde gekomen van dit debat over de Wijziging van de Wet
vrachtwagenheffing.
De algemene beraadslaging wordt gesloten.
De voorzitter:
Dank aan de minister en dank aan de Kamerleden. Over de wet en de
ingediende moties zal aanstaande dinsdag, 1 april, worden gestemd. Ik
schors de vergadering. Over een halfuur, om 13.20 uur, zullen we de
vergadering hervatten. Dan beginnen we met de beëdiging van een nieuw
lid van onze Kamer. Tot straks.
De vergadering wordt van 12.53 uur tot 13.26 uur geschorst.