Tweeminutendebat Rijksvastgoed en renovatie Binnenhof (CD 4/3) (ongecorrigeerd)
Stenogram
Nummer: 2025D13273, datum: 2025-03-26, bijgewerkt: 2025-03-27 10:36, versie: 1
Directe link naar document (.docx), link naar pagina op de Tweede Kamer site.
Onderdeel van activiteiten:- 2025-03-26 13:20: Tweeminutendebat Rijksvastgoed en renovatie Binnenhof (CD 4/3) (Plenair debat (tweeminutendebat)), TK
Preview document (š origineel)
Rijksvastgoed en renovatie Binnenhof
Rijksvastgoed en renovatie Binnenhof
Aan de orde is het tweeminutendebat Rijksvastgoed en renovatie
Binnenhof (CD d.d. 04/03).
De voorzitter:
We gaan nu verder met het tweeminutendebat Rijksvastgoed en renovatie
Binnenhof. Ik heet ook de minister van harte welkom.
We beginnen met de eerste spreker, de heer Flach van de SGP. Meneer
Flach, aan u het woord.
De heer Flach (SGP):
Voorzitter. We hebben een goed debat gehad over het Rijksvastgoedbedrijf
en de verbouwing van het Binnenhof. Een van de rode draden was toch wel
de Grafelijke Zalen. De SGP heeft benadrukt dat het belangrijk is om het
noodzakelijke onderhoud op een nuchtere manier mee te nemen en ervoor
gepleit om dat nu te doen, zodat we straks ā als we weer terug zijn op
de plek waar het parlement hoort te zijn ā niet opnieuw een fase kennen
waarin die plek een bouwput is. Daarom de volgende motie.
De Kamer,
gehoord de beraadslaging,
constaterende dat er op dit moment geen concrete plannen zijn en geen
budget is om de Grafelijke Zalen, waaronder de Ridderzaal, te
renoveren;
overwegende dat er wel werkzaamheden noodzakelijk zijn, zodat het
huidige gebruik van de zalen voortgezet kan worden en herstel en
onderhoud aan monumentale delen uitgevoerd kan worden, op een sobere en
doelmatige manier;
overwegende dat deze werkzaamheden impact kunnen hebben op de planning
en er een startbudget nodig is om de precieze kosten in kaart te
brengen;
verzoekt de regering:
te onderzoeken hoe de kosten, inclusief de startkosten voor de werkzaamheden, gedekt kunnen worden;
dekking te zoeken voor alle genoemde werkzaamheden, en de Kamer zo spoedig mogelijk te informeren over deze dekkingsvoorstellen en de ontwerpplannen, en de uitvoering van de werkzaamheden aan de Grafelijke Zalen te integreren in de geactualiseerde planning,
en gaat over tot de orde van de dag.
De voorzitter:
Deze motie is voorgesteld door het lid Flach.
Zij krijgt nr. 142 (34293).
Dank u wel, meneer Flach. Dan kom ik bij de tweede spreker van de zijde van de Kamer, mevrouw Welzijn van NSC.
Mevrouw Welzijn (NSC):
Dank u wel, voorzitter. Ik ben het eens met de heer Flach dat we een
goed debat hebben gehad over het Rijksvastgoedbedrijf en de renovatie
van het Binnenhof. We hebben ook een aantal toezeggingen van de minister
gehad. We gaan op een ander moment met elkaar verder praten over
grondbeleid en grondzaken. Voor nu zou ik graag een motie willen
inbrengen namens Nieuw Sociaal Contract die ziet op het risicomanagement
van de renovatie van het Binnenhof. Er is uiteraard reeds sprake van
risicomanagement, maar wij denken dat het nodig is, gezien de
verviervoudiging van de kosten, dat dat net een tandje scherper
gebeurt.
De Kamer,
gehoord de beraadslaging,
overwegende dat de huidige kostenraming voor de renovatie van het
Binnenhof verviervoudigd is ten opzichte van de startraming;
constaterende dat er nog diverse risico's op de loer liggen;
verzoekt de regering om bij alle volgende voortgangsrapportages over de
renovatiewerkzaamheden van het Binnenhof naast de bestaande top tien van
risico's ook een top tien van risico's met de grootste financiƫle impact
toe te voegen, en beide toptienrisicolijsten toe te lichten inclusief
een financiƫle waarde,
en gaat over tot de orde van de dag.
De voorzitter:
Deze motie is voorgesteld door de leden Welzijn, Grinwis, Vedder en
White.
Zij krijgt nr. 143 (34293).
Mevrouw Welzijn (NSC):
Tot slot, voorzitter. We hebben met elkaar al een aantal keer
gememoreerd hoe uniek het gebouw is. Ik hoop dat het ons ook lukt om een
uniek stukje projectmanagement te laten zien.
Dank u wel, voorzitter.
De voorzitter:
Dank u wel, mevrouw Welzijn. Dan kom ik bij de derde spreker. Dat is de
heer White van GroenLinks-PvdA.
De heer White (GroenLinks-PvdA):
Dank, voorzitter. De renovatie van het Binnenhof is ingrijpend en raakt
ons nationale erfgoed. Zo'n project vraagt om maximale zorgvuldigheid en
transparantie. Wat deze renovatie ons vooral leert, is dat we vanaf de
start goed grip moeten hebben op de planning, risico's en kosten. De
Kamer moet tijdig betrokken worden bij belangrijke keuzes, om te
voorkomen dat we achteraf worden geconfronteerd met vertragingen en
forse kostenstijgingen.
Daarnaast is dit niet zomaar een gebouw. Dit is het huis van alle
Nederlanders. Dat betekent ook dat het zo toegankelijk mogelijk moet
zijn, ook voor mensen met een beperking.
Tot slot wil ik benadrukken dat we breder moeten kijken naar de rol van
rijksvastgoed. Juist deze panden kunnen vaker worden ingezet voor
maatschappelijke initiatieven die ten goede komen aan onze
samenleving.
Voorzitter. Daarom dien ik vandaag twee moties in.
De Kamer,
gehoord de beraadslaging,
constaterende dat ook de Grafelijke Zalen moeten worden
gerenoveerd;
overwegende dat het van belang is dat het huis van de democratie voor
iedereen toegankelijk is;
overwegende dat het van belang is dat in Nederland belangrijke openbare
gebouwen zoals het Binnenhofcomplex zo goed mogelijk toegankelijk moeten
zijn, dus ook voor mensen met een beperking;
overwegende dat Nederland verdragspartij is bij het VN-Verdrag inzake de
rechten van personen met een handicap;
verzoekt de regering om zich maximaal in te spannen om net als bij de
reeds in renovatie zijnde delen ook het Binnenhofdeel waarin de
Grafelijke Zalen zich bevinden zo toegankelijk mogelijk te maken, en de
Kamer over deze inspanning te informeren,
en gaat over tot de orde van de dag.
De voorzitter:
Deze motie is voorgesteld door de leden White en Westerveld.
Zij krijgt nr. 144 (34293).
De Kamer,
gehoord de beraadslaging,
constaterende dat maatschappelijke initiatieven vaak moeite hebben om
aan passende en betaalbare huisvesting te komen;
overwegende dat het van belang is dat maatschappelijke organisaties zich
in buurten, dorpen en wijken kunnen vestigen, zodat zij daar hun
belangrijke werk kunnen uitvoeren;
verzoekt de regering om met het Rijksvastgoedbedrijf en gemeenten in
gesprek te gaan om te bezien waar rijksvastgoed eventueel (tijdelijk)
beschikbaar kan worden gesteld voor maatschappelijke initiatieven,
en gaat over tot de orde van de dag.
De voorzitter:
Deze motie is voorgesteld door het lid White.
Zij krijgt nr. 145 (34293).
De heer White (GroenLinks-PvdA):
Dank u wel, voorzitter.
De voorzitter:
Dank u wel, meneer White. Dan kom ik bij de vierde spreker van de zijde
van de Kamer. Dat is mevrouw Wijen-Nass van BBB.
Mevrouw Wijen-Nass (BBB):
Dank u wel, mevrouw de voorzitter. EĆ©n motie van mijn kant.
De Kamer,
gehoord de beraadslaging,
overwegende dat de renovatie van het Binnenhof een langdurig en complex
project is, maar dat het van groot belang is voor de democratie en het
behoud van dit nationale monument;
overwegende dat er bij de renovatie delen van het Binnenhof gefaseerd
kunnen worden opgeleverd;
verzoekt de minister om een gedetailleerde update te geven van de
planning van de werkzaamheden aan het Binnenhof, inclusief de
mogelijkheid van een gefaseerde oplevering van de renovatiedelen en het
minimaliseren van verdere vertragingen,
en gaat over tot de orde van de dag.
De voorzitter:
Deze motie is voorgesteld door de leden Wijen-Nass en Peter de
Groot.
Zij krijgt nr. 146 (34293).
Mevrouw Wijen-Nass (BBB):
Dank u wel.
De voorzitter:
Dank u wel, mevrouw Wijen-Nass. Dan kom ik bij de laatste spreker van de
zijde van de Kamer. Dat is de heer De Groot van de VVD.
De heer Peter de Groot (VVD):
Dank u wel, voorzitter. Ik heb vandaag geen moties meegenomen. Ik denk
dat we een goed debat hebben gevoerd over een unieke renovatie in
Nederland. U heeft net kunnen horen dat ik ook onder de motie van
collega Wijen-Nass sta. In het debat heb ik ook al aandacht gevraagd
voor de planning. De VVD-fractie zou graag zien dat de minister zich
inspant zodat we in 2028 terug kunnen naar het Binnenhof, maar laten we
zien wat de minister daarover zal zeggen bij de uitvoering van de motie,
als die aangenomen mag worden.
Voorzitter. Ik heb nog een tweede vraag, die gaat over een bericht van
afgelopen week. Dat gaat over de 145 miljoen euro die nodig is voor het
inhuizen van Algemene Zaken aan de Bezuidenhoutseweg. Ik heb een vraag
aan de minister. Natuurlijk moet er verbouwd worden. Natuurlijk moet er
een goede huisvesting zijn voor Algemene Zaken. Het is een tijdelijk
onderkomen. Is er bij deze verbouwing ook nagedacht over hoe het pand in
de toekomst ingezet kan worden, zodat we de 145 miljoen euro die nu
wordt uitgegeven aan de huisvesting van Algemene Zaken in de toekomst
ook nuttig kunnen gebruiken met elkaar? Het is namelijk een hoop geld.
Dus ik zou graag horen van de minister of daarover nagedacht is.
Tot zover.
De voorzitter:
Dank u wel, meneer De Groot. Dan schors ik nu voor zeven minuten de
vergadering.
De vergadering wordt enkele ogenblikken geschorst.
De voorzitter:
Ik heropen de vergadering. Aan de orde is het tweeminutendebat
Rijksvastgoed en renovatie Binnenhof. We zijn gekomen bij de
beantwoording door de minister. Daarvoor geef ik de minister het
woord.
Minister Keijzer:
Dank u wel, voorzitter. Ik begin met het antwoord op de eerste vraag van
de heer De Groot, omdat een deel van het debat ook ging over zorgen over
de planning. Is er nou een planning? Ja, die is er, uiteraard.
Tegelijkertijd is dit een renovatie van een omvang die nog niet eerder
vertoond is in het Nederland zoals wij dat nu kennen. Dat gaat dus ook
gepaard met onzekerheden, omdat het een renovatie is. Ik memoreer aan
het feit dat opeens bleek dat de Hofvijver lek was. Dan sta je ervoor en
dan moet je op basis daarvan handelen. We zijn op dit moment bezig met
contractvorming op basis van het laatst vastgestelde programma van
eisen, het definitief ontwerp en het technisch ontwerp. Als die
contracten getekend zijn, kunnen we die weer meenemen in een nieuwe,
geactualiseerde planning. Die zal eind dit jaar bij u komen.
Tegelijkertijd wordt er gewerkt aan een voortgangsrapportage. Die willen
we in mei aan uw Kamer laten zien. Ik denk dat het verstandig is om
tegen die tijd een technische briefing te houden om u allemaal mee te
nemen in het verdere proces. Die heb ik u ook aangeboden.
Gaat het ons lukken om in 2028 terug te gaan, vroeg de heer De Groot.
Het antwoord op die vraag zal in de geactualiseerde planning eind dit
jaar tot u komen.
Dan nog een vraag van de heer De Groot. Er wordt geld gespendeerd om de
nieuwe huisvesting voor Algemene Zaken aan de Bezuidenhoutseweg klaar te
maken. Dat kost een aanzienlijke hoeveelheid geld. Is er nou over
nagedacht wie gebruik gaat maken van dat pand als AZ tegen die tijd
terugverhuist naar het Binnenhof? Ja. Er is grote behoefte aan
beveiligde werkplekken binnen de overheid. Die worden daar nu
gerealiseerd en die kunnen straks ook door andere overheidsinstanties of
afdelingen gebruikt worden.
Dan kom ik bij het oordeel over de ingediende moties. De eerste motie,
op stuk nr. 142, is van de heer Flach. Daarin vraagt hij om voor de
Grafelijke Zalen te komen met een onderzoek naar de kosten, inclusief de
startkosten, en dekking te zoeken voor alle genoemde werkzaamheden, en
de Kamer daarover te informeren. Ik begrijp de wens van de Kamer, als
deze motie wordt aangenomen, maar gezien het debat kan ik mij gewoon
niet anders voorstellen dan dat dat uiteindelijk het geval is. Ik
begrijp de wens, want het gaat over een uniek onderdeel van het
Nederlandse erfgoed, niet alleen bouwkundig, maar ook bijna staatkundig
en politiek. Ik deel die wens dan ook. Maar, zoals met alles waar geld
voor gezocht moet worden, moet de dekking wel gevonden worden. De heer
Flach knikt, dus dat onderschrijft hij. Daarmee is mijn appreciatie van
deze motie oordeel Kamer.
De voorzitter:
De motie op stuk nr. 142 krijgt oordeel Kamer.
Minister Keijzer:
Dan kom ik bij de motie-Welzijn c.s. op stuk nr. 143, waarin de regering
wordt verzocht om goed te sturen ā zo vat ik 'm maar even samen ā op
alle risico's en die met een top tien inzichtelijk te maken. Dat deel
ik, dus ik kan het oordeel over deze motie aan de Kamer laten.
De voorzitter:
De motie op stuk nr. 143 krijgt oordeel Kamer.
Minister Keijzer:
Dan kom ik bij de motie op stuk nr. 144, van de leden White en
Westerveld. U heeft van mij een brief gekregen waarin ingegaan wordt op
de toegankelijkheid van de Grafelijke Zalen voor mensen met een
beperking. De inzet is daar ook op gericht. Maar als je deze motie
maximaal interpreteert, zou dat betekenen dat ook de zolderverdieping
toegankelijk moet worden gemaakt. Ik kan me bijna niet voorstellen dat
de heer White dat bedoelt. Hij is aanwezig geweest bij de rondleiding.
Dat is Ć©Ć©n.
Twee: verzoekt de regering om zich maximaal in te spannen om alles zo
toegankelijk mogelijk te maken. Ik zou de heer White willen vragen om
het woord "maximaal" te schrappen, omdat ik echt aan het werk ga, met de
mensen die gebruik moeten maken van dit pand, om de voor publiek
toegankelijke zalen inderdaad toegankelijk te maken. Daarbij moet ik wel
aandacht hebben voor de kosten en voor het monumentale karakter van dit
pand.
De heer White (GroenLinks-PvdA):
De minister refereert aan het woordje "maximaal". Dat woordje relateer
ik niet per se aan de realisatie, maar aan de inspanning om dat te
volbrengen. Daarom het woordje "maximaal".
Minister Keijzer:
Ik span mij altijd maximaal in, dus dat scheelt. Ik denk wel dat het
goed is om hier met elkaar vast te stellen dat het woord "maximaal"
betrekking heeft op de inspanning van mij en van het
Rijksvastgoedbedrijf om het gesprek aan te gaan en dat het dus niet ziet
op de bouwkundige aanpassingen. Daarvoor geldt namelijk dat je wat het
kost moet afzetten tegen wat je ermee bereikt en dat het een monumentaal
pand is. Om deze discussie bij voorbaat helder te maken, is het
verstandig ā dat is mijn verzoek aan de heer White ā om het woord
"maximaal" in het dictum te schrappen. Ik hoor ook graag van de heer
White dat deze motie ziet op de publieke ruimtes en niet op alle
onderdelen van de Grafelijke Zalen, zoals die nu prachtig staan te
pronken op het Binnenhof.
De heer White (GroenLinks-PvdA):
Dat vindt mijn partij, GroenLinks-PvdA, logisch, want ook wij zijn heel
redelijk. Wij vinden het logisch dat er goed wordt omgegaan met het
nationaal erfgoed. Ik ben daar inderdaad ook geweest. Het is heel
duidelijk dat bepaalde zaken daar niet goed zouden kunnen of heel veel
geld zouden kosten. Dat is niet wat ik wilde zeggen met mijn motie. Mijn
motie is echt gerelateerd aan een inspanningsverplichting. Volgens mij
hoorde ik de minister dat ook zeggen, dus ik denk dat we het eens
zijn.
Minister Keijzer:
Met deze woorden ā dank aan de heer White ā kan ik het oordeel over de
motie aan de Kamer laten.
De voorzitter:
De motie op stuk nr. 144 krijgt oordeel Kamer.
Minister Keijzer:
In de volgende motie, op stuk nr. 145, ook van de heer White, wordt de
regering verzocht om met het Rijksvastgoedbedrijf en gemeenten in
gesprek te gaan om te bezien waar rijksvastgoed eventueel tijdelijk
beschikbaar kan worden gesteld voor maatschappelijke initiatieven. Als
deze motie betrekking heeft op een ad-hocbasis, dus op een specifiek
pand, en als het verzoek aan de regering is om dan in gesprek te gaan
over wat daar tijdelijk of definitief mogelijk zou zijn, waarbij ook het
gesprek kan worden aangegaan om het pand te verkopen, is ze eigenlijk
overbodig, want dat doen we al. Ik worstel er een beetje mee, want ik
houd het graag gezellig hier, maar deze motie is eigenlijk overbodig,
tenzij de heer White zegt: nee, er moet een soort beleidsstuk komen
waarbij van alle panden van het Rijksvastgoedbedrijf geĆÆnventariseerd
wordt wat erin mogelijk zou zijn. Als hij dat laatste bedoelt, moet ik
de motie ontraden. Ik ben dus een beetje op zoek naar de bedoeling van
de heer White.
De heer White (GroenLinks-PvdA):
Goed om te horen dat de minister aangeeft dat dit vanuit het theoretisch
kader al gerealiseerd wordt. Vrijdags ga ik altijd op werkbezoek in
verschillende steden en gemeentes. Ik ga in gesprek met verschillende
maatschappelijke organisaties die verschillende initiatieven
ontwikkelen. Daar zijn vaak ook gemeentes bij aanwezig. Mij wordt dan
wel duidelijk dat de praktijk de theorie niet helemaal volgt. Ik zou
toch aan de minister willen vragen om te bekijken hoe ze het samen met
de lokale bewindspersonen toch meer kan verbeteren.
Minister Keijzer:
Dan moet ik deze motie ontraden, want dan moet ik een soort kader gaan
opstellen voor al het rijksvastgoed. Ik moet ook een klein beetje
woekeren met de ambtelijke capaciteit. Ik moet de motie dus ontraden,
maar ik heb wel een ander aanbod voor de heer White. Laten we gewoon met
elkaar afspreken dat als hij zo'n situatie aanloopt, hij mij daarover
informeert. Ik kan dan kijken wat er aan de hand is. Volgens mij is dat
vele malen effectiever dan nu een aangenomen Kamermotie ā in het geval
dat het de heer White lukt daar een meerderheid voor te krijgen ā
creƫren die mij op pad stuurt om een hele exercitie te gaan doen. Soms
zit het misschien gewoon in een individuele casus, waarbij er een
verschil van mening of wat frictie is in de tijd.
De heer White (GroenLinks-PvdA):
Ik heb de minister in de afgelopen periode ervaren als iemand die zich
aan haar woord houdt. Wat mij betreft gaan we het op deze manier doen.
Ik ga dit punt tijdens mijn werkbezoeken weer aanhangig maken. Als het
inderdaad het geval is, dan kom ik bij de minister op de lijn en gaan we
daarover spreken.
De voorzitter:
Trekt u de motie in of houdt u hem aan?
De heer White (GroenLinks-PvdA):
Dan trek ik 'm in.
De voorzitter:
OkƩ.
Aangezien de motie-White (34293, nr. 145) is ingetrokken, maakt zij geen onderwerp van beraadslaging meer uit.
Minister Keijzer:
Dank, zeg ik richting de heer White. Het beste paard van stal!
O. Voorzitter, ik was zo blij met de heer White dat ik helemaal vergat
de motie van mevrouw Wijen-Nass op stuk nr. 146 te appreciƫren. Dat is
ook nog een bijzonder goede motie. Zij vraagt mij om een gedetailleerde
update te geven over de planning van de werkzaamheden aan het Binnenhof.
Dat ga ik sowieso aan het einde van dit jaar doen. Maar daarbij wordt
gevraagd om de mogelijkheden van een gefaseerde oplevering van een
renovatie te delen. Ik wil het oordeel van deze motie graag aan de Kamer
laten. Het Binnenhof heeft natuurlijk verschillende gebruikers. Er lopen
verschillende processen. Het zou zeer interessant zijn om eens te kijken
hoe je tot een situatie kunt komen waarin je in verschillende delen
oplevert. Dank daarvoor. Het minimaliseren van verdere vertraging is
elke dag van de week onze inzet. Ik denk dat het heel goed is om dit aan
het einde van het jaar ook mee te nemen in de planning. Dit gaat wel
over de oplevering; de verhuizing is uiteindelijk natuurlijk aan de
gebruikers. Dank, voorzitter, met excuses aan mevrouw Wijen-Nass.
De voorzitter:
De motie op stuk nr. 146 krijgt oordeel Kamer.
De beraadslaging wordt gesloten.
De voorzitter:
Ik schors nu voor enkele ogenblikken de vergadering.
De vergadering wordt enkele ogenblikken geschorst.