[overzicht] [activiteiten] [ongeplande activiteiten] [besluiten] [commissies] [geschenken] [kamerleden] [kamerstukdossiers] [🧑mijn] [open vragen]
[toezeggingen] [stemmingen] [verslagen] [🔍 uitgebreid zoeken] [wat is dit?]

Geannoteerde agenda Raad Buitenlandse Zaken Handel van 7 april 2025

Bijlage

Nummer: 2025D13526, datum: 2025-03-27, bijgewerkt: 2025-03-27 16:37, versie: 1

Directe link naar document (.docx), link naar pagina op de Tweede Kamer site.

Bijlage bij: Geannoteerde agenda voor de Raad Buitenlandse Zaken Handel van 7 april 2025 (2025D13525)

Preview document (🔗 origineel)


GEANNOTEERDE AGENDA RAAD BUITENLANDSE ZAKEN HANDEL VAN 7 APRIL 2025

Op maandag 7 april a.s. vindt een ingelaste Raad Buitenlandse Zaken (RBZ) Handel

plaats in Luxemburg, onder Pools voorzitterschap. Tijdens deze ingelaste Raad zal worden gesproken over de handelsrelatie van de Europese Unie (EU) met de Verenigde Staten (VS). Voorts zal over de handelsrelatie met China worden gesproken, mede naar aanleiding van het bezoek van Europees Commissaris voor Handel Šefčovič aan China eind maart.

Ook maakt het kabinet van deze brief gebruik om uw Kamer te informeren over de appreciatie van het concept-Raadsbesluit inzake de toetreding van Vanuatu tot het interim-Economisch Partnerschapsakkoord (iEPA) tussen de EU en eilandstaten in de Stille Oceaan, en over de voortgang van de implementatie van de Corporate Sustainability Due Diligence Directive.

EU-VS

De Raad zal stilstaan bij het Amerikaanse handelsbeleid en de effecten daarvan op de EU. Op 12 maart jl. zijn Amerikaanse importtarieven op staal- en aluminiumproducten in werking getreden. Het gaat daarbij om de reactivering van tarieven uit president Trumps’ eerste termijn - door president Biden werd de toepassing van deze tarieven op de EU-lidstaten opgeschort - met daarbij een significante uitbreiding van de reikwijdte van deze tarieven door een aantal goederen waar staal en aluminium in zijn verwerkt ook toe te voegen. De tarieven hebben betrekking op de wereldwijde Amerikaanse import van deze producten. Ook export vanuit Nederland wordt geraakt: er is een significante staalexport uit Nederland naar de VS.

Meteen na het van kracht worden van de Amerikaanse tarieven heeft de Europese Commissie een pakket tegenmaatregelen voorgesteld. De Commissie stelt voor om tarieven te heffen op ongeveer dezelfde waarde aan Amerikaanse import als de waarde aan EU producten waarop de nieuwe VS tarieven van toepassing zijn. Door middel van de Europese tegenmaatregelen (zogenaamde “rebalancerende maatregelen”) wordt de markttoegang tussen de VS en de EU opnieuw in evenwicht gebracht. Daarmee wordt een duidelijk signaal gegeven aan de VS en andere handelspartners dat extra tarieven op EU exporten niet onbeantwoord blijven. Ook stellen deze rebalancerende maatregelen de EU in staat om met de VS te onderhandelen over het wederzijds opheffen van de tarieven. De EU inzet blijft daarbij om te zoeken naar een positieve handelsagenda met de VS.

Het pakket aan Europese tegenmaatregelen zal naar verwachting onderwerp van discussie zijn tijdens de Raad. Daarnaast zal worden gesproken over de EU reactie op mogelijke nieuwe Amerikaanse aankondigingen. President Trump heeft 2 april a.s. als datum gesteld waarop de America First Trade Policy van zijn regering ontvouwd zal worden. Op moment van schrijven van deze geannoteerde agenda is nog niet duidelijk op welke wijze deze agenda zal worden ingevuld.

Het kabinet steunt de inzet van de Europese Commissie gericht op een constructieve dialoog met de VS om de handelsrelatie te versterken, alsmede de bereidheid om de Europese economische belangen te verdedigen wanneer dat nodig is. Over het pakket aan Europese tegenmaatregelen hebben afgelopen weken consultaties met belanghebbenden en de Europese lidstaten plaatsgevonden. Hierover staat het kabinet in nauw contact met het Nederlandse bedrijfsleven. Lidstaten zullen naar verwachting begin april stemmen over het definitieve pakket, waarna – bij aanname – inwerkingtreding en feitelijke toepassing in de daaropvolgende weken kan volgen.

EU-China

Vervolgens zal de Raad spreken over de EU handelsrelatie met China. Europees Commissaris voor Handel Šefčovič bezoekt China eind maart om daar gesprekken te voeren met zijn Chinese collega’s. De Raad zal onder meer een terugkoppeling krijgen van dit bezoek.

Wat het kabinet betreft blijft de EU inzetten op een gebalanceerde en voorspelbare handelsrelatie met China in sectoren waar de EU en China baat bij hebben. De handelsstromen over en weer zijn van significante waarde en leveren veel voordelen op voor beide zijden. Ook is de relatie met China belangrijk voor het Nederlandse innovatie- en verdienvermogen. Tegelijkertijd is het belangrijk om oog te houden voor de zorgen en uitdagingen in de relatie, zowel wat betreft het waarborgen van een gelijk speelveld als op het gebied van economische veiligheid. Het kabinet verwelkomt dan ook de inzet van de Europese Commissie om het handelsdefensieve instrumentarium assertief in te zetten, en te werken aan de verdere implementatie van het Europese Economisch Veiligheidsbeleid.

De veranderende internationale handelspolitieke betrekkingen maken het des te belangrijker om met een strategische blik naar de EU-China handelsrelatie te kijken. Nederland verwelkomt daarom het bezoek van Eurocommissaris Šefčovič en de bespreking van dit onderwerp in de Raad. Tijdens de Raad zal het kabinet in dat kader het belang van EU eenheid benadrukken om de Europese belangen te verdedigen en waar nodig gepaste en proportionele maatregelen te nemen, zowel om het gelijk speelveld tussen de EU en China te bewaken als om te reageren op specifieke uitdagingen op het terrein van Economische Veiligheid. Daarbij blijft voor het kabinet leidend dat de inzet van het EU handelsinstrumentarium op landenneutrale wijze plaatsvindt, waarbij iedere casus op de merites beoordeeld wordt.

Overig

Kabinetsappreciatie van het concept-Raadsbesluit inzake de toetreding van Vanuatu tot het interim-Economisch Partnerschapsakkoord (iEPA) tussen de EU en eilandstaten in de Stille Oceaan

Op 13 maart jl. heeft de Europese Commissie het concept-Raadsbesluit over de toetreding van Vanuatu tot het iEPA tussen de EU en eilandstaten in de Stille Oceaan ter besluitvorming aan de Raad aangeboden.1 Deze ontwikkelingsvriendelijke handelsovereenkomst biedt volledige tarief- en quotavrije markttoegang tot de EU en geeft de wederpartij de mogelijkheid om de eigen markt gedeeltelijk en geleidelijk open te stellen. Het iEPA wordt voorlopig toegepast door Papoea-Nieuw-Guinea, Fiji, Samoa en de Salomonseilanden. Vorig jaar is de Raad akkoord gegaan met de toetreding van Tuvalu, Niue en Tonga tot het iEPA, waar uw Kamer destijds over is geïnformeerd.2 Hoewel de directe economische effecten voor Nederland zeer beperkt zijn, vormt het iEPA een belangrijk instrument om de relatie met de eilandstaten in de Stille Oceaan te versterken, hetgeen in lijn is met de Nederlandse Indo-Pacific leidraad3 en de Indo-Pacific strategie van de EU. Het kabinet verwelkomt dan ook de uitbreiding van het iEPA naar andere eilandstaten en is derhalve voornemens in te stemmen met het Raadsbesluit over de toetreding van Vanuatu tot het iEPA.

Voortgang implementatie Corporate Sustainability Due Diligence Directive (CSDDD)

Ten behoeve van de implementatie van de CSDDD werkt het kabinet aan een implementatiewetsvoorstel. Op 26 februari 2025 heeft de Europese Commissie een “omnibusvoorstel” gepubliceerd met daarin o.a. voorgestelde aanpassingen aan de CSDDD. De kabinetsinzet hierop is maandag 24 maart jl. met de Kamer gedeeld.4 Onderdeel van het omnibusvoorstel is het voorstel van de Commissie tot uitstel van de implementatietermijn van de CSDDD met één jaar. Aanpassingen aan de CSDDD hebben namelijk ook consequenties voor het implementatieproces. Aan de onderdelen die niet worden aangepast door het omnibusvoorstel wordt verder gewerkt. Het kabinet acht het echter niet opportuun om de vervolgstappen in het wetsproces, te beginnen met adviesaanvraag bij de Raad van State, te zetten zolang het aannemelijk is dat de inhoud van de richtlijn aangepast gaat worden en nu de Commissie voorstelt om de termijn met een jaar uit te stellen. Afhankelijk van de voortgang van het omnibusvoorstel zal het kabinet bepalen wanneer de vervolgstappen gezet kunnen worden.


  1. Zie eur-lex.europa.eu/legal-content/NL/TXT/HTML/?uri=CELEX:52025PC0105&qid=1742569681423↩︎

  2. Kamerstukken 21 501-02, nr. 2796 en 21 501-02, nr. 2862↩︎

  3. Kamerstuk 21 501-02, nr. 2241↩︎

  4. Kamerstuk 22 112 nr. 4012↩︎