Memorie van toelichting
Wijziging van de begrotingsstaat voor Buitenlandse Handel en Ontwikkelingshulp (XVII) voor het jaar 2025 (wijziging samenhangende met de Voorjaarsnota)
Memorie van toelichting
Nummer: 2025D18396, datum: 2025-04-23, bijgewerkt: 2025-05-22 16:47, versie: 2 (versie 1)
Directe link naar document (.docx), link naar pagina op de Tweede Kamer site.
Gerelateerde personen:- Eerste ondertekenaar: R.J. Klever, minister voor Buitenlandse Handel en Ontwikkelingshulp (Ooit PVV kamerlid)
Onderdeel van kamerstukdossier 36725 XVII-2 Wijziging van de begrotingsstaat voor Buitenlandse Handel en Ontwikkelingshulp (XVII) voor het jaar 2025 (wijziging samenhangende met de Voorjaarsnota).
Onderdeel van zaak 2025Z08077:
- Indiener: R.J. Klever, minister voor Buitenlandse Handel en Ontwikkelingshulp
- Voortouwcommissie: vaste commissie voor Buitenlandse Handel en Ontwikkelingshulp
- 2025-04-24 14:29: Aanvang middagvergadering: Regeling van werkzaamheden (Regeling van werkzaamheden), TK
- 2025-05-22 13:30: Procedurevergadering (Procedurevergadering), vaste commissie voor Buitenlandse Handel en Ontwikkelingshulp
- 2025-05-22 14:00: Wijziging van de begrotingsstaat van Buitenlandse Handel en Ontwikkelingshulp (XVII) voor het jaar 2025 (wijziging samenhangende met de Voorjaarsnota) (Inbreng feitelijke vragen), vaste commissie voor Buitenlandse Handel en Ontwikkelingshulp
- 2025-06-19 16:00: Extra procedurevergadering commissie BHO (groslijst controversieel verklaren) (Procedurevergadering), vaste commissie voor Buitenlandse Handel en Ontwikkelingshulp
- 2025-06-25 13:30: Suppletoire begroting samenhangende met de Voorjaarsnota (Wetgevingsoverleg), vaste commissie voor Buitenlandse Handel en Ontwikkelingshulp
Preview document (🔗 origineel)
Tweede Kamer der Staten-Generaal | 2 | |
---|---|---|
Vergaderjaar 2024‒2025 | ||
36 725XVII | Wijziging van de begrotingsstaat voor Buitenlandse Handel en Ontwikkelingshulp (XVII) voor het jaar 2025 (wijziging samenhangende met de Voorjaarsnota) | |
Nr. 2 | MEMORIE VAN TOELICHTING |
A. ARTIKELSGEWIJZE TOELICHTING BIJ HET WETSVOORSTEL
Wetsartikelen 1 tot en met 3
De begrotingsstaten die onderdeel zijn van de Rijksbegroting, worden op grond van artikel 2.3, eerste lid, van de Comptabiliteitswet 2016 elk afzonderlijk bij wet vastgesteld en derhalve ook gewijzigd. Het onderhavige wetsvoorstel strekt ertoe om voor het jaar 2025 wijzigingen aan te brengen in de begrotingsstaat voor Buitenlandse Handel en Ontwikkelingshulp.
De in de begrotingsstaat opgenomen begrotingsartikelen worden in onderdeel B van deze memorie van toelichting toegelicht (de zgn. begrotingstoelichting).
De Minister voor Buitenlandse Handel en Ontwikkelingshulp
R.J. Klever
B. BEGROTINGSTOELICHTING
1 Leeswijzer
De voorliggende suppletoire begroting bevat de voorgestelde wijzigingen ten opzichte van de Ontwerpbegroting 2025 van hoofdstuk XVII van de begroting van het Rijk.
In hoofdstuk 2 is een overzicht opgenomen met de belangrijkste mutaties op de begroting voor Buitenlandse Handel en Ontwikkelingshulp met een toelichting op de substantiële verschillen.
Hoofdstuk 3 bevat per beleidsartikel een tabel budgettaire gevolgen van beleid. Na de tabel ‘budgettaire gevolgen van beleid’ wordt een toelichting op de mutaties gegeven. Hierbij worden per artikel de mutaties die groter of gelijk zijn aan de ondergrenzen in onderstaande staffel (tabel 1) conform de Rijksbegrotingsvoorschriften toegelicht. De wijzigingen van de verplichtingen worden alleen toegelicht wanneer ze groter zijn dan 10% ten opzichte van de vorige stand op artikelniveau.
Tabel 1 Ondergrenzen conform RBV | ||
---|---|---|
Omvang begrotingsartikel (stand ontwerpbegroting) in € miljoen | Beleidsmatige mutaties (ondergrens in € miljoen) | Technische mutaties (ondergrens in € miljoen) |
< 50 | 1 | 2 |
=> 50 en < 200 | 2 | 4 |
=> 200 < 1000 | 5 | 10 |
=> 1000 | 10 | 20 |
Middels de extrapolatie wordt het jaar 2030 toegevoegd aan de begrotingshorizon. Hierdoor bevat het jaar 2030 (t+5) in de tabellen ‘Budgettaire gevolgen van beleid’ onder de beleidsartikelen zowel de mutaties uit deze eerste suppletoire begroting als een extrapolatie van de jaarbedragen.
2 Beleid
2.1 Overzicht belangrijke uitgaven- en ontvangstenmutaties
In dit wetsvoorstel is een aantal begrotingswijzigingen opgenomen die per saldo leiden tot een verhoging van de geraamde uitgaven op de begroting voor Buitenlandse Handel en Ontwikkelingshulp (XVII) met EUR 55,7 miljoen. De stand van de geraamde ontvangsten blijft bij eerste suppletoire begroting gelijk.
De belangrijkste uitgavenmutaties bij eerste suppletoire begroting worden in onderstaande tabel weergegeven en toegelicht. De uitgebreide toelichtingen zijn per beleidsartikel opgenomen in hoofdstuk 3.
Tabel 2 Belangrijkste suppletoire uitgavenmutaties 2025 (Eerste suppletoire begroting) (bedragen x € 1.000) | |||||||
---|---|---|---|---|---|---|---|
Artikelnummer | Uitgaven 2025 | Uitgaven 2026 | Uitgaven 2027 | Uitgaven 2028 | Uitgaven 2029 | Uitgaven 2030 | |
Vastgestelde begroting 2025 | 3 597 261 | 3 118 787 | 3 122 732 | 3 609 749 | 3 922 363 | ||
Belangrijkste suppletoire mutaties | |||||||
1) Intensivering Handel en economie (beleidsbrief) | 1.3 | 5 095 | 5 117 | 5 147 | 5 171 | 5 171 | |
2) Intensivering Voedselzekerheid (beleidsbrief) | 2.1 | 52 532 | 64 838 | 81 894 | 95 000 | 95 000 | |
3) Intensivering Watermanagement (beleidsbrief) | 2.2 | 89 029 | 109 883 | 138 789 | 161 000 | 161 000 | |
4) Extensivering Klimaat (beleidsbrief) | 2.3 | ‒ 117 000 | ‒ 142 000 | ‒ 183 000 | ‒ 213 000 | ‒ 213 000 | |
5) Extensivering Vrouwenrechten en gendergelijkheid (beleidsbrief) | 3.2 | ‒ 34 533 | ‒ 36 908 | ‒ 42 460 | ‒ 45 978 | ‒ 45 978 | |
6) Nieuw beleidskader maatschappelijk middenveld (beleidsbrief) | 3.3 | ‒ 33 716 | ‒ 58 459 | ‒ 78 492 | ‒ 94 195 | ‒ 94 195 | |
7) Extensivering Onderwijs (beleidsbrief) | 3.4 | ‒ 47 453 | ‒ 50 277 | ‒ 56 315 | ‒ 60 980 | ‒ 60 980 | |
8) Intensivering Humanitaire hulp (beleidsbrief) | 4.1 | 22 119 | 27 300 | 34 482 | 40 000 | 40 000 | |
9) Intensivering Migratie (beleidsbrief) | 4.2 | 52 532 | 64 838 | 81 894 | 95 000 | 95 000 | |
10) Intensivering Veiligheid en stabiliteit (beleidsbrief) | 4.3 | 41 473 | 51 188 | 64 653 | 75 000 | 75 000 | |
11) Extensivering Multilaterale samenwerking (beleidsbrief) | 5.1 | ‒ 28 027 | ‒ 34 061 | ‒ 44 590 | ‒ 52 923 | ‒ 52 923 | |
12) Lagere raming asieluitgaven | 5.4 | 200 000 | 200 000 | 400 408 | 203 000 | 140 000 | 140 000 |
13) Intensivering Handel en economie (vanuit 5.4) | 1.3 | 10 000 | 45 000 | 45 000 | |||
14) Intensivering Humanitaire hulp (vanuit 5.4) | 4.1 | 43 000 | 43 000 | ||||
15) Intensivering Migratie (vanuit 5.4) | 4.2 | 40 358 | 40 358 | ||||
16) Intensivering Migratiepartnerschappen (in samenwerking met AenM) | 4.2 | 20 000 | 35 000 | 44 000 | 44 000 | 44 000 | 44 000 |
17) Intensivering Veiligheid en stabiliteit (vanuit 5.4) | 4.3 | 45 000 | 45 000 | ||||
18) Oekraïne UPF 2 | 1.3 | 17 000 | 10 000 | 4 000 | 1 500 | ||
19) Oekraïne | 5.3 | 252 000 | |||||
20) Bijstelling economische groei t.o.v. MEV | 5.4 | 113 874 | 81 716 | 113 958 | 129 694 | 328 990 | |
21) Taakstelling LPB | 5.4 | ‒ 48 884 | ‒ 49 766 | ‒ 37 091 | ‒ 37 832 | ‒ 40 485 | ‒ 40 485 |
22) EU-toerekening aan ODA | 5.4 | ‒ 61 000 | ‒ 61 000 | ‒ 61 000 | ‒ 61 000 | ‒ 61 000 | ‒ 61 000 |
23) Extrapolatie | 3 923 228 | ||||||
24) Overige mutaties | div. | ‒ 81 453 | ‒ 187 609 | ‒ 237 307 | ‒ 64 873 | ‒ 161 960 | ‒ 231 133 |
Stand 1e suppletoire begroting 2025 | 3 652 924 | 3 606 695 | 3 492 275 | 3 810 504 | 3 976 707 | 4 107 695 |
Toelichting
1-11) Het uitgavenbudget in 2026 en verder voor de verschillende subartikelen is bijgesteld conform de beleidsbrief Ontwikkelingshulp (Kamerstuk 36 180 nr. 133). Voor de intensiveringen heeft uw Kamer de onderbouwing conform de werkwijze Beleidskeuzes uitgelegd (CW3.1) ontvangen in de Kamerstukken 36 180 nr. 134 en 36 180 nr. 136.
12) Het budget stijgt in 2025 en 2026 met cumulatief circa EUR 1,3 miljard vanwege de neerwaartse bijstelling van de raming voor asieluitgaven op de begroting van Asiel en Migratie. Dit budget wordt middels een kasschuif verdeeld over de jaren 2025 t/m 2030.
13-17) Ontstane ruimte op artikel 5.4 vanwege de neerwaartse bijstelling van de raming voor asieluitgaven op de begroting van Asiel en Migratie wordt ingezet voor de belangen handel en economie, veiligheid en stabiliteit en migratie. Ook wordt ontstane ruimte ingezet voor humanitaire hulp gezien crises wereldwijd. Deze inzet valt onder de CW3.1-kaders zoals uiteengezet in de Kamerstukken 36 180 nr. 134 en 36 180 nr. 136.
18) De UPF2 middelen die in 2024 niet zijn uitgegeven, worden bij deze suppletoire begroting overgeheveld naar artikel 1.3 en worden verdeeld over de jaren 2025 t/m 2028.
19) Het kabinet heeft voor 2026 additionele middelen voor niet-militaire steun aan Oekraïne beschikbaar gesteld.
20) Het totale ODA-budget stijgt cumulatief met EUR 768 miljoen in de jaren 2026 t/m 2030 vanwege koppeling van het ODA-budget aan de groei van het Bruto Nationaal Inkomen.
21) Daarnaast daalt het totale ODA-budget met cumulatief circa EUR 255 miljoen binnen de begrotingshorizon vanwege een Rijksbrede taakstelling op loon- en prijsbijstellingen.
22) De Nederlandse EU-afdrachten zijn voor een gedeelte toerekenbaar aan ODA. Dit percentage is als onderdeel van de Voorjaarsbesluitvorming geactualiseerd, waardoor EUR 61 miljoen per jaar extra onder het bestaande ODA-plafond moet worden ingepast. Dit leidt tot een verlaging van de buffer op artikel 5.4 van EUR 61 miljoen per jaar structureel.
23) Conform reguliere systematiek is het jaar 2030 aan de begrotingshorizon toegevoegd.
Tabel 3 Belangrijkste suppletoire ontvangstenmutaties 2025 (Eerste suppletoire begroting) (bedragen x € 1.000) | |||||||
---|---|---|---|---|---|---|---|
Artikelnummer | Ontvangsten 2025 | Ontvangsten 2026 | Ontvangsten 2027 | Ontvangsten 2028 | Ontvangsten 2029 | Ontvangsten 2030 | |
Vastgestelde begroting 2025 | 53 225 | 48 354 | 44 749 | 42 908 | 41 922 | ||
Belangrijkste suppletoire mutaties | |||||||
1) Extrapolatie | div. | 41 919 | |||||
Stand 1e suppletoire begroting 2025 | 53 225 | 48 354 | 44 749 | 42 908 | 41 922 | 41 919 |
3 Beleidsartikelen
Artikel 1: Duurzame economische ontwikkeling, handel en investeringen
Budgettaire gevolgen van beleid
In aansluiting op de ontwerpbegrotingen en de Voorjaarsnota worden vanaf 2024 ook de mutaties voor het jaar t+5 opgenomen in de tabel budgettaire gevolgen van beleid van de 1ste suppletoire begrotingen. Dit betreft de extrapolatie van de begroting – het toevoegen van het jaar t+5 – en vervolgens de mutaties tot en met t+5 die tijdens de voorjaarsbesluitvorming zijn verwerkt.
Tabel 4 Budgettaire gevolgen van beleid art. 1 Duurzame economische ontwikkeling,handel en investeringen (Eerste suppletoire begroting) (bedragen x € 1.000) | |||||||||||
---|---|---|---|---|---|---|---|---|---|---|---|
Ontwerpbegroting t (1) | Mutaties via NvW, moties, amendementen en ISB (2) | Vastgestelde begroting t (3) = (1) + (2) | Mutaties 1e suppletoire begroting (4) | Stand 1e suppletoire begroting (5) = (3) + (4) | Mutatie 2026 | Mutatie 2027 | Mutatie 2028 | Mutatie 2029 | Mutatie 2030 | ||
Art. | Verplichtingen | 379.145 | 0 | 379.145 | 34.569 | 413.714 | 48.325 | 40.357 | 2.670 | 2.713 | 436.663 |
Uitgaven | 536.817 | 0 | 536.817 | 10.069 | 546.886 | 62.225 | 55.507 | 8.070 | 6.613 | 644.335 | |
1.1 | Duurzaam handels- en investeringssysteem, inclusief MVO | 32.130 | 0 | 32.130 | 400 | 32.530 | 400 | 0 | 0 | 0 | 37.712 |
Subsidies (regelingen) | 13.558 | 0 | 13.558 | 500 | 14.058 | ‒ 1.000 | ‒ 1.000 | ‒ 1.000 | ‒ 1.000 | 22.275 | |
MVO en beleidsondersteuning (ODA) | 9.305 | 0 | 9.305 | 500 | 9.805 | ‒ 1.000 | ‒ 1.000 | ‒ 1.000 | ‒ 1.000 | 13.383 | |
MVO en beleidsondersteuning (non-ODA) | 4.253 | 0 | 4.253 | 0 | 4.253 | 0 | 0 | 0 | 0 | 8.892 | |
Opdrachten | 2.231 | 0 | 2.231 | 0 | 2.231 | 0 | 0 | 0 | 0 | 2.294 | |
MVO en beleidsondersteuning (non-ODA) | 2.231 | 0 | 2.231 | 0 | 2.231 | 0 | 0 | 0 | 0 | 2.294 | |
Bijdrage aan agentschappen | 1.716 | 0 | 1.716 | 1.000 | 2.716 | 1.000 | 1.000 | 1.000 | 1.000 | 3.300 | |
Rijksdienst voor ondernemend Nederland | 1.716 | 0 | 1.716 | 1.000 | 2.716 | 1.000 | 1.000 | 1.000 | 1.000 | 3.300 | |
Bijdrage aan (inter-)nationale organisaties | 14.625 | 0 | 14.625 | ‒ 1.100 | 13.525 | 400 | 0 | 0 | 0 | 9.843 | |
MVO en beleidsondersteuning (ODA) | 8.430 | 0 | 8.430 | ‒ 1.500 | 6.930 | 0 | 0 | 0 | 0 | 3.648 | |
Contributies internationaal ondernemen (non-ODA) | 6.195 | 0 | 6.195 | 400 | 6.595 | 400 | 0 | 0 | 0 | 6.195 | |
1.2 | Versterkte Nederlandse Handels- en Investeringspositie | 105.176 | 0 | 105.176 | 3.153 | 108.329 | 2.214 | 1.874 | 1.907 | 1.926 | 97.218 |
Subsidies (regelingen) | 30.781 | 0 | 30.781 | 0 | 30.781 | 0 | 0 | 0 | 0 | 30.781 | |
Programma's internationaal ondernemen | 10.000 | 0 | 10.000 | 0 | 10.000 | 0 | 0 | 0 | 0 | 10.000 | |
Versterking concurrentiepositie Nederland | 6.502 | 0 | 6.502 | 0 | 6.502 | 0 | 0 | 0 | 0 | 6.502 | |
Invest Internationaal | 9.780 | 0 | 9.780 | 0 | 9.780 | 0 | 0 | 0 | 0 | 9.780 | |
Dutch Trade and Investment Fund | 4.499 | 0 | 4.499 | 0 | 4.499 | 0 | 0 | 0 | 0 | 4.499 | |
Garanties | 1.500 | 0 | 1.500 | 3.000 | 4.500 | 3.000 | 3.000 | 3.000 | 3.000 | 4.500 | |
Dutch Trade and Investment Fund | 1.500 | 0 | 1.500 | 3.000 | 4.500 | 3.000 | 3.000 | 3.000 | 3.000 | 4.500 | |
Opdrachten | 24.655 | 0 | 24.655 | ‒ 2.400 | 22.255 | ‒ 3.000 | ‒ 3.000 | ‒ 3.000 | ‒ 3.000 | 11.752 | |
Programma's internationaal ondernemen | 10.566 | 0 | 10.566 | 0 | 10.566 | 0 | 0 | 0 | 0 | 10.566 | |
Dutch Trade and Investment Fund | 4.186 | 0 | 4.186 | ‒ 3.000 | 1.186 | ‒ 3.000 | ‒ 3.000 | ‒ 3.000 | ‒ 3.000 | 1.186 | |
Wereldtentoonstelling | 9.903 | 0 | 9.903 | 600 | 10.503 | 0 | 0 | 0 | 0 | 0 | |
Bijdrage aan agentschappen | 48.240 | 0 | 48.240 | 2.553 | 50.793 | 2.214 | 1.874 | 1.907 | 1.926 | 50.185 | |
Rijksdienst voor ondernemend Nederland | 48.240 | 0 | 48.240 | 2.553 | 50.793 | 2.214 | 1.874 | 1.907 | 1.926 | 50.185 | |
1.3 | Versterkte private sector en arbeidsmarkt in ontwikkelingslanden | 399.511 | 0 | 399.511 | 6.516 | 406.027 | 59.611 | 53.633 | 6.163 | 4.687 | 509.405 |
Subsidies (regelingen) | 127.543 | 0 | 127.543 | 12.321 | 139.864 | 6.845 | ‒ 1.133 | ‒ 1.603 | ‒ 3.079 | 177.928 | |
Marktontwikkeling en markttoegang | 12.362 | 0 | 12.362 | 25.418 | 37.780 | 15.845 | 7.867 | 7.397 | 5.921 | 25.971 | |
Economic governance and institutions | 3.153 | 0 | 3.153 | 10.000 | 13.153 | 0 | 0 | 0 | 0 | 22.400 | |
Financiële sector ontwikkeling | 36.809 | 0 | 36.809 | ‒ 16.200 | 20.609 | 0 | 0 | 0 | 0 | 52.757 | |
Infrastructuurontwikkeling | 22.380 | 0 | 22.380 | 0 | 22.380 | 0 | 0 | 0 | 0 | 24.100 | |
Duurzame productie en handel | 35.504 | 0 | 35.504 | 0 | 35.504 | 0 | 0 | 0 | 0 | 49.700 | |
(Jeugd)werkgelegenheid | 9.000 | 0 | 9.000 | ‒ 8.000 | 1.000 | ‒ 9.000 | ‒ 9.000 | ‒ 9.000 | ‒ 9.000 | 0 | |
Nexus onderwijs en werk | 2.685 | 0 | 2.685 | 203 | 2.888 | 0 | 0 | 0 | 0 | 0 | |
Lokale private sector ontwikkeling | 5.650 | 0 | 5.650 | 900 | 6.550 | 0 | 0 | 0 | 0 | 3.000 | |
Leningen | 50.000 | 0 | 50.000 | ‒ 13.800 | 36.200 | 0 | 0 | 0 | 0 | 68.161 | |
Infrastructuurontwikkeling | 10.000 | 0 | 10.000 | ‒ 3.800 | 6.200 | 0 | 0 | 0 | 0 | 10.000 | |
Financiële sector ontwikkeling | 40.000 | 0 | 40.000 | ‒ 10.000 | 30.000 | 0 | 0 | 0 | 0 | 58.161 | |
Garanties | 10.000 | 0 | 10.000 | 0 | 10.000 | 0 | 0 | 0 | 0 | 10.000 | |
Financiële sector ontwikkeling | 10.000 | 0 | 10.000 | 0 | 10.000 | 0 | 0 | 0 | 0 | 10.000 | |
Opdrachten | 61.800 | 0 | 61.800 | 8.000 | 69.800 | 9.000 | 9.000 | 9.000 | 9.000 | 72.350 | |
Marktontwikkeling en markttoegang | 12.000 | 0 | 12.000 | 0 | 12.000 | 0 | 0 | 0 | 0 | 12.000 | |
Economic governance and institutions | 17.000 | 0 | 17.000 | 0 | 17.000 | 0 | 0 | 0 | 0 | 17.000 | |
Financiële sector ontwikkeling | 1.000 | 0 | 1.000 | 0 | 1.000 | 0 | 0 | 0 | 0 | 1.000 | |
Infrastructuurontwikkeling | 1.750 | 0 | 1.750 | 8.000 | 9.750 | 9.000 | 9.000 | 9.000 | 9.000 | 10.750 | |
(Jeugd)werkgelegenheid | 30.050 | 0 | 30.050 | 0 | 30.050 | 0 | 0 | 0 | 0 | 31.600 | |
Bijdrage aan agentschappen | 26.000 | 0 | 26.000 | ‒ 484 | 25.516 | ‒ 484 | ‒ 484 | ‒ 484 | ‒ 484 | 25.516 | |
Rijksdienst voor ondernemend Nederland | 26.000 | 0 | 26.000 | ‒ 484 | 25.516 | ‒ 484 | ‒ 484 | ‒ 484 | ‒ 484 | 25.516 | |
Bijdrage aan (inter-)nationale organisaties | 124.168 | 0 | 124.168 | ‒ 9.521 | 114.647 | ‒ 750 | 1.250 | ‒ 750 | ‒ 750 | 155.450 | |
International Labour Organisation | 5.700 | 0 | 5.700 | 100 | 5.800 | 100 | 100 | 100 | 100 | 5.800 | |
Lokale private sector ontwikkeling | 38.860 | 0 | 38.860 | ‒ 1.900 | 36.960 | ‒ 1.000 | ‒ 1.000 | ‒ 1.000 | ‒ 1.000 | 34.150 | |
Marktontwikkeling en markttoegang | 11.109 | 0 | 11.109 | ‒ 3.000 | 8.109 | 0 | 0 | 0 | 0 | 18.600 | |
Partnershipprogramma ILO | 6.450 | 0 | 6.450 | ‒ 1.850 | 4.600 | ‒ 1.850 | 150 | ‒ 1.850 | ‒ 1.850 | 4.600 | |
Economic governance and institutions | 6.000 | 0 | 6.000 | 0 | 6.000 | 0 | 0 | 0 | 0 | 6.000 | |
Financiële sector ontwikkeling | 16.000 | 0 | 16.000 | 0 | 16.000 | 0 | 0 | 0 | 0 | 16.000 | |
Infrastructuurontwikkeling | 31.909 | 0 | 31.909 | 0 | 31.909 | 0 | 0 | 0 | 0 | 68.300 | |
Nexus onderwijs en werk | 8.140 | 0 | 8.140 | ‒ 4.871 | 3.269 | 0 | 0 | 0 | 0 | 0 | |
Duurzame productie en handel | 0 | 0 | 0 | 2.000 | 2.000 | 2.000 | 2.000 | 2.000 | 2.000 | 2.000 | |
Nog te verdelen | 0 | 0 | 0 | 10.000 | 10.000 | 45.000 | 45.000 | 0 | 0 | 0 | |
Nog te verdelen | 0 | 0 | 0 | 10.000 | 10.000 | 45.000 | 45.000 | 0 | 0 | 0 | |
Ontvangsten | 14.000 | 0 | 14.000 | 0 | 14.000 | 0 | 0 | 0 | 0 | 14.000 | |
Tabel 5 Uitsplitsing ontvangsten voor beleid art. 1 Duurzame economische ontwikkeling,handel en investeringen (Eerste suppletoire begroting) (bedragen x € 1.000) | |||||||||||
---|---|---|---|---|---|---|---|---|---|---|---|
Ontwerpbegroting t (1) | Mutaties via NvW, moties, amendementen en ISB (2) | Vastgestelde begroting t (3) = (1) + (2) | Mutaties 1e suppletoire begroting (4) | Stand 1e suppletoire begroting (5) = (3) + (4) | Mutatie 2026 | Mutatie 2027 | Mutatie 2028 | Mutatie 2029 | Mutatie 2030 | ||
Art. | Ontvangsten | 14.000 | 0 | 14.000 | 0 | 14.000 | 0 | 0 | 0 | 0 | 14.000 |
1.10 | Duurzame economische ontwikkeling, handel en investeringen | 7.000 | 0 | 7.000 | 0 | 7.000 | 0 | 0 | 0 | 0 | 7.000 |
Duurzame economische ontwikkeling, handel en investeringen | 7.000 | 0 | 7.000 | 0 | 7.000 | 0 | 0 | 0 | 0 | 7.000 | |
Duurzame economische ontwikkeling, handel en investeringen | 7.000 | 0 | 7.000 | 0 | 7.000 | 0 | 0 | 0 | 0 | 7.000 | |
1.30 | Ontvangsten DGGF | 7.000 | 0 | 7.000 | 0 | 7.000 | 0 | 0 | 0 | 0 | 7.000 |
Ontvangsten DGGF | 7.000 | 0 | 7.000 | 0 | 7.000 | 0 | 0 | 0 | 0 | 7.000 | |
Ontvangsten DGGF | 7.000 | 0 | 7.000 | 0 | 7.000 | 0 | 0 | 0 | 0 | 7.000 |
Tabel 6 Uitsplitsing verplichtingen voor beleid art. 1 Duurzame economische ontwikkeling,handel en investeringen (Eerste suppletoire begroting) (bedragen x € 1.000) | |||||||||
---|---|---|---|---|---|---|---|---|---|
Stand ontwerp begroting | Mutaties via NvW, moties, amendementen en ISB | Vastgestelde begroting | Mutaties 1e suppletoire begroting | Stand 1e suppletoire begroting | Mutaties 1e suppletoire begroting | Mutaties 1e suppletoire begroting | Mutaties 1e suppletoire begroting | Mutaties 1e suppletoire begroting | |
2025 | 2025 | 2025 | 2025 | 2025 | 2026 | 2027 | 2028 | 2029 | |
(1) | (2) | (3)=(1+2) | (4) | (5)=(3+4) | |||||
Verplichtingen | 379 145 | 0 | 379 145 | 34 569 | 413 714 | 48 325 | 40 357 | 2 670 | 2 713 |
garantieverplichtingen | 129 000 | 0 | 129 000 | 0 | 129 000 | 0 | 0 | 0 | 0 |
overige verplichtingen | 250 145 | 0 | 250 145 | 34 569 | 284 714 | 48 325 | 40 357 | 2 670 | 2 713 |
Toelichting
Verplichtingen
Het verplichtingenbudget van artikel 1 stijgt ten opzichte van de
vastgestelde begroting. De stijging komt doordat in 2025 verplichtingen
worden aangegaan in het kader van de Ukraine Partnership Facility (UPF)
2. De subsidieregeling UPF 2 ondersteunt Nederlandse en internationale
bedrijven en maatschappelijke organisaties die willen werken aan
wederopbouw in en duurzaam herstel van de Oekraïense economie en
samenleving.
Uitgaven
De uitgaven voor 2025 op artikel 1 Duurzame economische ontwikkeling,
handel en investeringen zijn voor 95% juridisch verplicht.
Artikelonderdeel 1.2
Het uitgavenbudget op artikel 1.2 stijgt in 2025 met
EUR 3,2 miljoen. Het budget stijgt in het kader van
RVO-uitvoeringskosten.
Artikelonderdeel 1.3
Het uitgavenbudget op artikel 1.3 stijgt in 2025 met
EUR 6,5 miljoen. Het betreft een intensivering van EUR 10 miljoen in
2025 en EUR 45 miljoen in 2026 en 2027 ten behoeve van inzet gericht op
handel. Deze uitgaven worden gedekt uit artikel 5.4, waar ruimte
ontstond vanwege een bijgestelde raming voor de asieluitgaven. Daarnaast
worden de UPF2 middelen die in 2024 niet zijn uitgegeven overgeheveld
naar artikel 1.3. Verder wordt vanuit artikel 1.3 EUR 20 miljoen
overgeheveld naar artikel 4.3 ten behoeve van wederopbouw voor o.a.
Gaza. Zoals beschreven in de Tweede suppletoire begroting 2024 zijn de
gereserveerde middelen voor wederopbouw van o.a. Gaza in 2024 niet tot
besteding gekomen, dit bedrag wordt in 2025 opnieuw gereserveerd voor
dit doel.
Ook wordt bij de Eerste suppletoire begroting invulling gegeven aan amendement Bontenbal (Kamerstuk 36 600 XVII, nr. 52). Met amendement Bontenbal is dekking gevonden voor het maatregelenpakket voor de OCW-begroting. In de grondslag voor de dekking van het amendement zijn naast het apparaat op de BZ-begroting ook de uitvoeringskosten op de BHO-begroting aangeslagen.
Verder stijgt het uitgavenbudget op artikel 1.3 vanaf 2026 als gevolg van de beleidskeuzes uit de beleidsbrief Ontwikkelingshulp (Kamerstuk 36 180 nr. 133).
Artikel 2: Duurzame ontwikkeling, voedselzekerheid, water en klimaat
Budgettaire gevolgen van beleid
In aansluiting op de ontwerpbegrotingen en de Voorjaarsnota worden vanaf 2024 ook de mutaties voor het jaar t+5 opgenomen in de tabel budgettaire gevolgen van beleid van de 1ste suppletoire begrotingen. Dit betreft de extrapolatie van de begroting – het toevoegen van het jaar t+5 – en vervolgens de mutaties tot en met t+5 die tijdens de voorjaarsbesluitvorming zijn verwerkt.
Tabel 7 Budgettaire gevolgen van beleid art. 2 Duurzame ontwikkeling, voedselzekerheid, water en klimaat (Eerste suppletoire begroting) (bedragen x € 1.000) | |||||||||||
---|---|---|---|---|---|---|---|---|---|---|---|
Ontwerpbegroting t (1) | Mutaties via NvW, moties, amendementen en ISB (2) | Vastgestelde begroting t (3) = (1) + (2) | Mutaties 1e suppletoire begroting (4) | Stand 1e suppletoire begroting (5) = (3) + (4) | Mutatie 2026 | Mutatie 2027 | Mutatie 2028 | Mutatie 2029 | Mutatie 2030 | ||
Art. | Verplichtingen | 906.951 | 0 | 906.951 | 193.313 | 1.100.264 | ‒ 19.653 | ‒ 41.051 | ‒ 49.709 | ‒ 119.125 | 687.057 |
Uitgaven | 908.803 | 0 | 908.803 | 2.424 | 911.227 | 24.023 | 34.845 | 35.245 | 40.562 | 1.041.909 | |
2.1 | Voedselzekerheid | 358.536 | 0 | 358.536 | 3.355 | 361.891 | 53.125 | 68.193 | 81.894 | 95.000 | 480.164 |
Subsidies (regelingen) | 117.315 | 0 | 117.315 | 12.899 | 130.214 | 1.700 | 0 | 7.000 | 15.000 | 97.363 | |
Realiseren ecologische houdbare voedselsystemen | 12.000 | 0 | 12.000 | 0 | 12.000 | 0 | 0 | 0 | 0 | 20.000 | |
Bevorderen inclusieve, duurzame groei in de agrarische sector | 21.250 | 0 | 21.250 | 0 | 21.250 | 0 | 0 | 7.000 | 15.000 | 30.363 | |
Kennis & capaciteitsopbouw ten behoeve van voedselzekerheid | 3.000 | 0 | 3.000 | 0 | 3.000 | 0 | 0 | 0 | 0 | 3.000 | |
Uitbannen huidige honger en voeding | 16.000 | 0 | 16.000 | 0 | 16.000 | 0 | 0 | 0 | 0 | 12.000 | |
Voedselzekerheid | 65.065 | 0 | 65.065 | 12.899 | 77.964 | 1.700 | 0 | 0 | 0 | 32.000 | |
Opdrachten | 11.000 | 0 | 11.000 | 0 | 11.000 | 0 | 0 | 0 | 0 | 11.500 | |
Kennis & capaciteitsopbouw ten behoeve van voedselzekerheid | 10.000 | 0 | 10.000 | 0 | 10.000 | 0 | 0 | 0 | 0 | 10.000 | |
Realiseren ecologische houdbare voedselsystemen | 1.000 | 0 | 1.000 | 0 | 1.000 | 0 | 0 | 0 | 0 | 1.500 | |
Bijdrage aan agentschappen | 3.735 | 0 | 3.735 | 0 | 3.735 | 0 | 0 | 0 | 0 | 3.795 | |
Rijksdienst voor ondernemend Nederland | 3.735 | 0 | 3.735 | 0 | 3.735 | 0 | 0 | 0 | 0 | 3.795 | |
Bijdrage aan (inter-)nationale organisaties | 226.486 | 0 | 226.486 | ‒ 9.544 | 216.942 | 51.425 | 68.193 | 74.894 | 80.000 | 367.506 | |
Voedselzekerheid | 120.270 | 0 | 120.270 | ‒ 9.049 | 111.221 | 10.000 | 15.000 | 10.000 | 8.000 | 166.400 | |
Realiseren ecologische houdbare voedselsystemen | 11.000 | 0 | 11.000 | 6.000 | 17.000 | 15.000 | 17.838 | 12.000 | 10.500 | 42.500 | |
Bevorderen inclusieve, duurzame groei in de agrarische sector | 60.149 | 0 | 60.149 | ‒ 10.495 | 49.654 | 20.593 | 17.355 | 17.594 | 27.200 | 75.306 | |
Kennis & capaciteitsopbouw ten behoeve van voedselzekerheid | 24.000 | 0 | 24.000 | 4.000 | 28.000 | 5.000 | 7.000 | 15.300 | 18.300 | 45.300 | |
Uitbannen huidige honger en voeding | 11.067 | 0 | 11.067 | 0 | 11.067 | 832 | 11.000 | 20.000 | 16.000 | 38.000 | |
Nog te verdelen | 0 | 0 | 0 | 0 | 0 | 0 | 0 | 0 | 0 | 0 | |
Nog te verdelen | 0 | 0 | 0 | 0 | 0 | 0 | 0 | 0 | 0 | 0 | |
2.2 | Water | 170.330 | 0 | 170.330 | ‒ 438 | 169.892 | 88.391 | 109.145 | 136.851 | 159.062 | 362.174 |
Subsidies (regelingen) | 44.887 | 0 | 44.887 | 9.744 | 54.631 | 51.761 | 72.550 | 92.792 | 110.705 | 171.552 | |
Waterbeheer | 27.960 | 0 | 27.960 | 9.697 | 37.657 | 43.338 | 62.863 | 79.522 | 93.993 | 103.148 | |
Drinkwater en sanitatie | 16.927 | 0 | 16.927 | 47 | 16.974 | 8.423 | 9.687 | 13.270 | 16.712 | 68.404 | |
Opdrachten | 3.200 | 0 | 3.200 | ‒ 690 | 2.510 | ‒ 250 | 90 | ‒ 1.020 | ‒ 2.378 | 0 | |
Waterbeheer | 3.200 | 0 | 3.200 | ‒ 690 | 2.510 | ‒ 250 | 90 | ‒ 1.020 | ‒ 2.378 | 0 | |
Bijdrage aan agentschappen | 1.829 | 0 | 1.829 | 241 | 2.070 | 5.465 | 6.179 | 8.571 | 10.292 | 11.263 | |
Rijksdienst voor ondernemend Nederland | 1.829 | 0 | 1.829 | 241 | 2.070 | 5.465 | 6.179 | 8.571 | 10.292 | 11.263 | |
Bijdrage aan (inter-)nationale organisaties | 120.414 | 0 | 120.414 | ‒ 9.733 | 110.681 | 31.415 | 30.326 | 36.508 | 40.443 | 179.359 | |
Waterbeheer | 74.350 | 0 | 74.350 | ‒ 8.154 | 66.196 | 21.291 | 18.343 | 19.362 | 20.375 | 94.865 | |
Drinkwater en sanitatie | 46.064 | 0 | 46.064 | ‒ 1.579 | 44.485 | 10.124 | 11.983 | 17.146 | 20.068 | 84.494 | |
2.3 | Klimaat | 379.937 | 0 | 379.937 | ‒ 493 | 379.444 | ‒ 117.493 | ‒ 142.493 | ‒ 183.500 | ‒ 213.500 | 199.571 |
Subsidies (regelingen) | 141.600 | 0 | 141.600 | 3.550 | 145.150 | ‒ 52.132 | ‒ 53.359 | ‒ 59.338 | ‒ 62.384 | 81.016 | |
Klimaat algemeen | 32.400 | 0 | 32.400 | 2.125 | 34.525 | ‒ 13.007 | ‒ 12.359 | ‒ 12.138 | ‒ 12.384 | 21.016 | |
Hernieuwbare energie | 47.000 | 0 | 47.000 | 1.425 | 48.425 | ‒ 18.925 | ‒ 16.000 | ‒ 21.000 | ‒ 26.000 | 0 | |
Dutch Fund for Climate and Development | 10.000 | 0 | 10.000 | 0 | 10.000 | 0 | 0 | 0 | 0 | 0 | |
Klimaatfonds | 15.000 | 0 | 15.000 | 0 | 15.000 | 2.000 | 10.000 | 5.000 | 0 | 40.000 | |
Bosbehoud | 37.200 | 0 | 37.200 | 0 | 37.200 | ‒ 22.200 | ‒ 35.000 | ‒ 31.200 | ‒ 24.000 | 20.000 | |
Bijdrage aan agentschappen | 3.400 | 0 | 3.400 | 3.600 | 7.000 | 4.600 | 1.600 | 600 | ‒ 1.400 | 2.000 | |
Rijksdienst voor ondernemend Nederland | 3.400 | 0 | 3.400 | 3.600 | 7.000 | 4.600 | 1.600 | 600 | ‒ 1.400 | 2.000 | |
Bijdrage aan (inter-)nationale organisaties | 234.937 | 0 | 234.937 | ‒ 7.643 | 227.294 | ‒ 69.961 | ‒ 90.734 | ‒ 124.762 | ‒ 149.716 | 116.555 | |
Contributie IZA/IZT | 358 | 0 | 358 | 7 | 365 | 7 | 7 | 0 | 0 | 358 | |
Klimaatprogramma's (non-ODA) | 1.265 | 0 | 1.265 | 0 | 1.265 | 0 | 0 | 0 | 0 | 1.555 | |
Klimaat algemeen | 14.568 | 0 | 14.568 | ‒ 650 | 13.918 | ‒ 2.112 | 1.691 | 403 | 1.179 | 7.500 | |
Hernieuwbare energie | 45.000 | 0 | 45.000 | ‒ 4.000 | 41.000 | ‒ 8.500 | ‒ 61.000 | ‒ 73.000 | ‒ 76.000 | 0 | |
UNEP | 8.642 | 0 | 8.642 | 0 | 8.642 | 0 | 0 | ‒ 5.000 | ‒ 5.000 | 2.142 | |
Bosbehoud | 12.000 | 0 | 12.000 | ‒ 3.000 | 9.000 | ‒ 5.200 | 0 | ‒ 15.000 | ‒ 15.000 | 15.000 | |
Multilaterale klimaatfondsen | 153.104 | 0 | 153.104 | 0 | 153.104 | ‒ 54.156 | ‒ 31.432 | ‒ 32.165 | ‒ 54.895 | 90.000 | |
Nog te verdelen | 0 | 0 | 0 | 0 | 0 | 0 | 0 | 0 | 0 | 0 | |
Nog te verdelen | 0 | 0 | 0 | 0 | 0 | 0 | 0 | 0 | 0 | 0 | |
Ontvangsten | 0 | 0 | 0 | 0 | 0 | 0 | 0 | 0 | 0 | 0 | |
Toelichting
Verplichtingen
Het verplichtingenbudget voor 2025 wordt verhoogd met EUR 193 miljoen.
Doordat de meerjarige kasbudgetten op artikelonderdeel 2.1
Voedselzekerheid en artikelonderdeel 2.2 Water worden opgehoogd conform
de beleidsbrief Ontwikkelingshulp (Kamerstuk 36
180 nr. 133), worden er naar verwachting dit jaar meer
meerjarige verplichtingen aangegaan. Voor 2026 en verder wordt het
verplichtingenbudget per saldo verlaagd door bezuinigingen op
artikelonderdeel 2.3 Klimaat.
Uitgaven
De uitgaven voor 2025 op artikel 2 Duurzame ontwikkeling,
voedselzekerheid, water en klimaat zijn voor 97% juridisch
verplicht.
Artikelonderdeel 2.1
De uitgaven op artikelonderdeel 2.1 Voedselzekerheid worden in 2025
verhoogd met EUR 3,4 miljoen. Dit betreft een overheveling vanuit
artikelonderdeel 5.2 voor de bijdrage aan International Fund for
Agricultural Development (IFAD-13). Daarnaast wordt het
uitgavenbudget voor 2026 en verder verhoogd conform de beleidsbrief
Ontwikkelingshulp (Kamerstuk 36
180 nr. 133).
Artikelonderdeel 2.2
Het uitgavenbudget voor 2026 en verder op artikel 2.2 Water wordt
verhoogd conform de beleidsbrief Ontwikkelingshulp.
Artikelonderdeel 2.3
Het uitgavenbudget voor 2026 en verder op artikel 2.3 Klimaat wordt
verlaagd conform de beleidsbrief Ontwikkelingshulp.
Artikel 3: Sociale vooruitgang
Budgettaire gevolgen van beleid
In aansluiting op de ontwerpbegrotingen en de Voorjaarsnota worden vanaf 2024 ook de mutaties voor het jaar t+5 opgenomen in de tabel budgettaire gevolgen van beleid van de 1ste suppletoire begrotingen. Dit betreft de extrapolatie van de begroting – het toevoegen van het jaar t+5 – en vervolgens de mutaties tot en met t+5 die tijdens de voorjaarsbesluitvorming zijn verwerkt.
Tabel 8 Budgettaire gevolgen van beleid art. 3 Sociale vooruitgang (Eerste suppletoire begroting) (bedragen x € 1.000) | |||||||||||
---|---|---|---|---|---|---|---|---|---|---|---|
Ontwerpbegroting t (1) | Mutaties via NvW, moties, amendementen en ISB (2) | Vastgestelde begroting t (3) = (1) + (2) | Mutaties 1e suppletoire begroting (4) | Stand 1e suppletoire begroting (5) = (3) + (4) | Mutatie 2026 | Mutatie 2027 | Mutatie 2028 | Mutatie 2029 | Mutatie 2030 | ||
Art. | Verplichtingen | 1.749.132 | 0 | 1.749.132 | ‒ 1.051.631 | 697.501 | 461.677 | ‒ 49.523 | 32.162 | ‒ 20.377 | 325.191 |
Uitgaven | 692.989 | 0 | 692.989 | 522 | 693.511 | ‒ 113.370 | ‒ 143.506 | ‒ 175.329 | ‒ 199.215 | 590.201 | |
3.1 | Mondiale gezondheid en seksuele en reproductieve gezondheid en rechten | 447.355 | 0 | 447.355 | 522 | 447.877 | 2.332 | 2.138 | 1.938 | 1.938 | 492.201 |
Subsidies (regelingen) | 147.035 | 0 | 147.035 | 37.720 | 184.755 | 18.463 | 14.788 | 14.013 | 13.938 | 217.102 | |
Mondiale gezondheid en SRGR | 147.035 | 0 | 147.035 | 37.720 | 184.755 | 18.463 | 14.788 | 14.013 | 13.938 | 217.102 | |
Opdrachten | 17.975 | 0 | 17.975 | 0 | 17.975 | 7.000 | 7.000 | 7.000 | 7.000 | 24.975 | |
Mondiale gezondheid en SRGR | 17.975 | 0 | 17.975 | 0 | 17.975 | 7.000 | 7.000 | 7.000 | 7.000 | 24.975 | |
Bijdrage aan agentschappen | 140 | 0 | 140 | 0 | 140 | 0 | 0 | 0 | 0 | 100 | |
Rijksdienst voor ondernemend Nederland | 140 | 0 | 140 | 0 | 140 | 0 | 0 | 0 | 0 | 100 | |
Bijdrage aan (inter-)nationale organisaties | 282.205 | 0 | 282.205 | ‒ 37.198 | 245.007 | ‒ 23.131 | ‒ 19.650 | ‒ 19.075 | ‒ 19.000 | 250.024 | |
WHO/PAHO | 7.122 | 0 | 7.122 | ‒ 5.900 | 1.222 | 1.643 | 833 | 0 | 0 | 7.122 | |
Mondiale gezondheid en SRGR | 178.681 | 0 | 178.681 | ‒ 7.433 | 171.248 | ‒ 19.274 | ‒ 14.983 | ‒ 13.575 | ‒ 13.500 | 151.000 | |
UNFPA | 60.000 | 0 | 60.000 | 0 | 60.000 | 0 | 0 | 0 | 0 | 60.000 | |
UNAIDS | 23.000 | 0 | 23.000 | ‒ 23.000 | 0 | ‒ 5.000 | ‒ 5.000 | ‒ 5.000 | ‒ 5.000 | 18.000 | |
Partnershipprogramma WHO | 13.402 | 0 | 13.402 | ‒ 5.365 | 8.037 | ‒ 5.000 | ‒ 5.000 | ‒ 5.000 | ‒ 5.000 | 9.402 | |
UNICEF | 0 | 0 | 0 | 4.500 | 4.500 | 4.500 | 4.500 | 4.500 | 4.500 | 4.500 | |
Nog te verdelen | 0 | 0 | 0 | 0 | 0 | 0 | 0 | 0 | 0 | 0 | |
Nog te verdelen | 0 | 0 | 0 | 0 | 0 | 0 | 0 | 0 | 0 | 0 | |
3.2 | Vrouwenrechten en gendergelijkheid | 39.358 | 0 | 39.358 | 0 | 39.358 | ‒ 34.533 | ‒ 36.908 | ‒ 42.460 | ‒ 45.978 | 0 |
Subsidies (regelingen) | 25.858 | 0 | 25.858 | 470 | 26.328 | ‒ 29.398 | ‒ 31.143 | ‒ 36.460 | ‒ 39.978 | 0 | |
Vrouwenrechten | 25.858 | 0 | 25.858 | 470 | 26.328 | ‒ 29.398 | ‒ 31.143 | ‒ 36.460 | ‒ 39.978 | 0 | |
Opdrachten | 0 | 0 | 0 | 100 | 100 | 0 | 0 | 0 | 0 | 0 | |
Vrouwenrechten | 0 | 0 | 0 | 100 | 100 | 0 | 0 | 0 | 0 | 0 | |
Bijdrage aan (inter-)nationale organisaties | 13.500 | 0 | 13.500 | ‒ 570 | 12.930 | ‒ 5.135 | ‒ 5.765 | ‒ 6.000 | ‒ 6.000 | 0 | |
Vrouwenrechten | 7.500 | 0 | 7.500 | ‒ 570 | 6.930 | 865 | 235 | 0 | 0 | 0 | |
UNWOMEN | 6.000 | 0 | 6.000 | 0 | 6.000 | ‒ 6.000 | ‒ 6.000 | ‒ 6.000 | ‒ 6.000 | 0 | |
Nog te verdelen | 0 | 0 | 0 | 0 | 0 | 0 | 0 | 0 | 0 | 0 | |
Nog te verdelen | 0 | 0 | 0 | 0 | 0 | 0 | 0 | 0 | 0 | 0 | |
3.3 | Maatschappelijk middenveld | 154.074 | 0 | 154.074 | 0 | 154.074 | ‒ 33.716 | ‒ 58.459 | ‒ 78.492 | ‒ 94.195 | 98.000 |
Subsidies (regelingen) | 137.656 | 0 | 137.656 | 2.241 | 139.897 | ‒ 34.160 | ‒ 58.564 | ‒ 78.497 | ‒ 94.195 | 95.850 | |
Versterking maatschappelijk middenveld | 137.656 | 0 | 137.656 | 2.241 | 139.897 | ‒ 34.160 | ‒ 58.564 | ‒ 78.497 | ‒ 94.195 | 95.850 | |
Opdrachten | 7.291 | 0 | 7.291 | 0 | 7.291 | 0 | 0 | 0 | 0 | 2.000 | |
Versterking maatschappelijk middenveld | 6.000 | 0 | 6.000 | 0 | 6.000 | 0 | 0 | 0 | 0 | 2.000 | |
Versterking maatschappelijk middenveld Monitoringsfonds | 1.291 | 0 | 1.291 | 0 | 1.291 | 0 | 0 | 0 | 0 | 0 | |
Bijdrage aan (inter-)nationale organisaties | 9.127 | 0 | 9.127 | ‒ 2.241 | 6.886 | 444 | 105 | 5 | 0 | 150 | |
Versterking maatschappelijk middenveld | 9.127 | 0 | 9.127 | ‒ 2.241 | 6.886 | 444 | 105 | 5 | 0 | 150 | |
Nog te verdelen | 0 | 0 | 0 | 0 | 0 | 0 | 0 | 0 | 0 | 0 | |
Nog te verdelen | 0 | 0 | 0 | 0 | 0 | 0 | 0 | 0 | 0 | 0 | |
3.4 | Onderwijs | 52.202 | 0 | 52.202 | 0 | 52.202 | ‒ 47.453 | ‒ 50.277 | ‒ 56.315 | ‒ 60.980 | 0 |
Subsidies (regelingen) | 1.500 | 0 | 1.500 | 1.500 | 3.000 | ‒ 1.200 | 0 | 0 | 0 | 0 | |
Onderzoeksprogramma's | 1.500 | 0 | 1.500 | 1.500 | 3.000 | ‒ 1.200 | 0 | 0 | 0 | 0 | |
Opdrachten | 50.702 | 0 | 50.702 | ‒ 3.624 | 47.078 | ‒ 46.268 | ‒ 50.277 | ‒ 56.315 | ‒ 60.980 | 0 | |
Onderwijs | 200 | 0 | 200 | 187 | 387 | 0 | ‒ 100 | ‒ 100 | ‒ 100 | 0 | |
Onderzoeksprogramma's | 1.500 | 0 | 1.500 | ‒ 1.500 | 0 | ‒ 1.500 | ‒ 1.500 | ‒ 1.500 | ‒ 1.500 | 0 | |
Hoger Onderwijs | 49.002 | 0 | 49.002 | ‒ 2.311 | 46.691 | ‒ 44.768 | ‒ 48.677 | ‒ 54.715 | ‒ 59.380 | 0 | |
Bijdrage aan (inter-)nationale organisaties | 0 | 0 | 0 | 2.124 | 2.124 | 15 | 0 | 0 | 0 | 0 | |
Onderwijs | 0 | 0 | 0 | 2.124 | 2.124 | 15 | 0 | 0 | 0 | 0 | |
Ontvangsten | 0 | 0 | 0 | 0 | 0 | 0 | 0 | 0 | 0 | 0 | |
Toelichting
Verplichtingen
De totale verplichtingen voor 2025 nemen af met EUR 1 miljard ten
opzichte van de vastgestelde begroting 2025. Dit wordt met name
veroorzaakt doordat de committeringen voor het nieuwe beleidskader voor
het maatschappelijk middenveld oorspronkelijk gepland stonden in 2025,
maar zijn verschoven naar 2026. Zoals medegedeeld in de Kamerbrief
Toekomst samenwerking met maatschappelijke organisaties in
ontwikkelingshulp (Kamerstuk 36
600 XVII, nr. 13) wordt er bezuinigd op de samenwerking met het
maatschappelijke middenveld. Derhalve nemen de verplichtingen in 2025 af
met EUR 901 miljoen en wordt de verplichtingenraming in 2026 met een
lager bedrag (EUR 515 miljoen) verhoogd. Daarnaast wordt het
verplichtingenbudget in 2025 verder verlaagd door de bezuinigingen op
artikelonderdeel 3.2 Vrouwenrechten en gendergelijkheid conform de
beleidsbrief Ontwikkelingshulp (Kamerstuk 36
180 nr. 133).
Uitgaven
De uitgaven voor 2025 op artikel 3 Sociale vooruitgang zijn voor 79%
juridisch verplicht.
Artikelonderdeel 3.2
Zoals gemeld in de beleidsbrief Ontwikkelingshulp (Kamerstuk 36
180 nr. 133) wordt er gestopt met projecten die uitsluitend
gericht zijn op gendergelijkheid en financiële steun wordt afgebouwd. De
uitgaven op artikelonderdeel 3.2 zullen daarom vanaf 2026 afnemen.
Artikelonderdeel 3.3
De geplande omvang van het nieuwe beleidskader voor het maatschappelijke
middenveld is bijgesteld. Daarom nemen de voorziene uitgaven af vanaf
2026. Voor dit beleidskader en bijhorende mutatie ontvangt het parlement
te zijner tijd en conform de werkwijze «Beleidskeuzes uitgelegd»
onderbouwing van toetsing aan de Comptabiliteitswet 3.1.
Artikelonderdeel 3.4
Zoals gemeld in de beleidsbrief Ontwikkelingshulp (Kamerstuk 36
180 nr. 133) wordt er gestopt met projecten gericht op beroeps-
en hoger onderwijs en financiële steun wordt afgebouwd. De uitgaven op
artikelonderdeel 3.4 zullen daarom vanaf 2026 afnemen.
Artikel 4: Vrede, veiligheid en duurzame ontwikkeling
Budgettaire gevolgen van beleid
Tabel 9 Budgettaire gevolgen van beleid art. 4 Vrede, veiligheid en duurzame ontwikkeling (Eerste suppletoire begroting) (bedragen x € 1.000) | |||||||||||
---|---|---|---|---|---|---|---|---|---|---|---|
Ontwerpbegroting t (1) | Mutaties via NvW, moties, amendementen en ISB (2) | Vastgestelde begroting t (3) = (1) + (2) | Mutaties 1e suppletoire begroting (4) | Stand 1e suppletoire begroting (5) = (3) + (4) | Mutatie 2026 | Mutatie 2027 | Mutatie 2028 | Mutatie 2029 | Mutatie 2030 | ||
Art. | Verplichtingen | 369.343 | 0 | 369.343 | 179.000 | 548.343 | 499.831 | 190.346 | 318.653 | 313.960 | 998.016 |
Uitgaven | 951.204 | 0 | 951.204 | 38.500 | 989.704 | 278.182 | 314.484 | 225.029 | 254.000 | 1.229.323 | |
4.1 | Humanitaire Hulp | 473.901 | 0 | 473.901 | ‒ 1.500 | 472.401 | 63.819 | 69.100 | 34.482 | 40.000 | 496.057 |
Subsidies (regelingen) | 122.000 | 0 | 122.000 | 14.000 | 136.000 | ‒ 7.000 | 0 | 0 | 0 | 122.000 | |
Noodhulpprogramma's | 122.000 | 0 | 122.000 | 14.000 | 136.000 | ‒ 7.000 | 0 | 0 | 0 | 122.000 | |
Bijdrage aan (inter-)nationale organisaties | 351.901 | 0 | 351.901 | ‒ 15.500 | 336.401 | 27.819 | 26.100 | 34.482 | 40.000 | 374.057 | |
Noodhulpprogramma's | 236.884 | 4.000 | 240.884 | ‒ 15.500 | 225.384 | 28.819 | 35.100 | 35.482 | 41.000 | 289.040 | |
Noodhulpprogramma's non-ODA | 1.017 | 0 | 1.017 | 0 | 1.017 | 0 | 0 | 0 | 0 | 1.017 | |
UNHCR | 35.000 | 0 | 35.000 | 0 | 35.000 | ‒ 6.000 | ‒ 8.000 | ‒ 6.000 | ‒ 6.000 | 20.000 | |
UNRWA | 19.000 | ‒ 4.000 | 15.000 | 0 | 15.000 | 0 | 0 | 0 | 0 | 14.000 | |
Wereldvoedselprogramma | 60.000 | 0 | 60.000 | 0 | 60.000 | 5.000 | ‒ 1.000 | 5.000 | 5.000 | 50.000 | |
Nog te verdelen | 0 | 0 | 0 | 0 | 0 | 43.000 | 43.000 | 0 | 0 | 0 | |
Nog te verdelen | 0 | 0 | 0 | 0 | 0 | 43.000 | 43.000 | 0 | 0 | 0 | |
4.2 | Opvang en bescherming in de regio en migratiesamenwerking | 297.015 | 0 | 297.015 | 20.000 | 317.015 | 127.890 | 149.196 | 125.894 | 139.000 | 452.010 |
Subsidies (regelingen) | 15.500 | 0 | 15.500 | ‒ 600 | 14.900 | 650 | 0 | 0 | 0 | 13.000 | |
Opvang in de regio | 12.500 | 0 | 12.500 | ‒ 600 | 11.900 | 650 | 0 | 0 | 0 | 10.000 | |
Migratie en ontwikkeling | 3.000 | 0 | 3.000 | 0 | 3.000 | 0 | 0 | 0 | 0 | 3.000 | |
Bijdrage aan (inter-)nationale organisaties | 281.515 | 0 | 281.515 | 20.600 | 302.115 | 86.882 | 108.838 | 125.894 | 139.000 | 439.010 | |
Opvang in de regio | 230.515 | 0 | 230.515 | 600 | 231.115 | 42.882 | 51.838 | 67.894 | 80.000 | 331.010 | |
Migratie en ontwikkeling | 51.000 | 0 | 51.000 | 20.000 | 71.000 | 44.000 | 57.000 | 58.000 | 59.000 | 108.000 | |
Nog te verdelen | 0 | 0 | 0 | 0 | 0 | 40.358 | 40.358 | 0 | 0 | 0 | |
Nog te verdelen | 0 | 0 | 0 | 0 | 0 | 40.358 | 40.358 | 0 | 0 | 0 | |
4.3 | Veiligheid en Rechtstaatontwikkeling | 180.288 | 0 | 180.288 | 20.000 | 200.288 | 86.473 | 96.188 | 64.653 | 75.000 | 281.256 |
Subsidies (regelingen) | 53.709 | 0 | 53.709 | 0 | 53.709 | 20.658 | 25.450 | 32.253 | 37.400 | 103.371 | |
Legitieme stabiliteit | 10.092 | 0 | 10.092 | 0 | 10.092 | 3.100 | 3.850 | 4.900 | 5.600 | 22.350 | |
Inclusieve vredes- en politieke processen | 11.927 | 0 | 11.927 | 0 | 11.927 | 2.500 | 3.100 | 3.900 | 4.500 | 16.000 | |
Functionerende rechtsorde | 31.690 | 0 | 31.690 | 0 | 31.690 | 15.058 | 18.500 | 23.453 | 27.300 | 65.021 | |
Opdrachten | 1.376 | 0 | 1.376 | 0 | 1.376 | 0 | 0 | 0 | 0 | 1.325 | |
Inclusieve vredes- en politieke processen | 1.376 | 0 | 1.376 | 0 | 1.376 | 0 | 0 | 0 | 0 | 1.325 | |
Bijdrage aan (inter-)nationale organisaties | 125.203 | 0 | 125.203 | 20.000 | 145.203 | 20.815 | 25.738 | 32.400 | 37.600 | 176.560 | |
Legitieme stabiliteit | 3.000 | 0 | 3.000 | 20.000 | 23.000 | 3.100 | 3.850 | 4.900 | 5.600 | 16.200 | |
Functionerende rechtsorde | 90.108 | 0 | 90.108 | 0 | 90.108 | 7.764 | 9.588 | 12.000 | 14.000 | 105.055 | |
Inclusieve vredes- en politieke processen | 32.095 | 0 | 32.095 | 0 | 32.095 | 9.951 | 12.300 | 15.500 | 18.000 | 55.305 | |
Nog te verdelen | 0 | 0 | 0 | 0 | 0 | 45.000 | 45.000 | 0 | 0 | 0 | |
Nog te verdelen | 0 | 0 | 0 | 0 | 0 | 45.000 | 45.000 | 0 | 0 | 0 | |
Ontvangsten | 0 | 0 | 0 | 0 | 0 | 0 | 0 | 0 | 0 | 0 | |
Toelichting
Verplichtingen
Het verplichtingenbudget voor 2025 wordt verhoogd met EUR 179 miljoen. Doordat de meerjarige kasbudgetten op artikel 4 worden opgehoogd conform de beleidsbrief Ontwikkelingshulp (Kamerstuk 36 180 nr. 133), worden er dit jaar meer meerjarige verplichtingen aangegaan.
Uitgaven
De uitgaven voor 2025 op artikel 4 Vrede, veiligheid en duurzame ontwikkeling zijn voor 85% juridisch verplicht.
Artikelonderdeel 4.1
Het uitgavenbudget voor 2025 op artikel 4.1 Humanitaire hulp wordt verlaagd met EUR 1,5 miljoen. Dit betreft een overheveling naar artikel 2.2 Water voor het RVO-programma Dutch Disaster Reduction and Surge Support (DRRS).
Het uitgavenbudget voor 2026 en verder op artikel 4.1 wordt verhoogd conform de beleidsbrief Ontwikkelingshulp. Dit budget wordt ingezet ten behoeve van noodhulpprogramma's. Daarnaast wordt deze intensivering ingezet voor een verhoging van de bijdrage aan het Wereldvoedselprogramma (WFP) met EUR 5 miljoen in de jaren 2026, 2028, 2029 en 2030.
Verder stijgt het uitgavenbudget op artikel 4.1 door een intensivering van EUR 43 miljoen in 2026 en 2027 ten behoeve van humanitaire hulp gezien crises wereldwijd. Deze uitgaven worden gedekt uit artikel 5.4, waar ruimte ontstond vanwege een bijgestelde raming voor de asieluitgaven.
Artikelonderdeel 4.2
Het uitgavenbudget voor 2025 op artikel 4.2 Opvang en bescherming in de regio en migratiesamenwerking wordt verhoogd met EUR 20 miljoen. Het betreft een intensivering van EUR 20 miljoen oplopend tot structureel EUR 44 miljoen voor migratiepartnerschappen gericht op het tegengaan van irreguliere migratie, in samenwerking met het ministerie van Asiel en Migratie. Na overeenstemming met AenM over de invulling van deze middelen wordt besloten of een kader conform Beleidskeuzes Uitgelegd hiervoor noodzakelijk is.
Het uitgavenbudget voor 2026 en verder op artikel 4.2 wordt verhoogd conform de beleidsbrief Ontwikkelingshulp. Daarnaast stijgt het uitgavenbudget op artikel 4.2 door een intensivering van EUR 40,4 miljoen in 2026 en 2027 ten behoeve van inzet gericht op migratie. Deze uitgaven worden gedekt uit artikel 5.4, waar ruimte ontstond vanwege een bijgestelde raming voor de asieluitgaven.
Artikelonderdeel 4.3
Het uitgavenbudget voor 2025 op artikel 4.3 Veiligheid en
Rechtstaatontwikkeling wordt verhoogd met EUR 20 miljoen. Dit betreft
een overheveling van EUR 20 miljoen vanuit artikel 1.3 ten behoeve van
wederopbouw voor o.a. Gaza. Zoals beschreven in de Tweede suppletoire
begroting 2024 wordt dit bedrag in 2025 opnieuw gereserveerd voor dit
doel.
Het uitgavenbudget voor 2026 en verder op artikel 4.3 wordt verhoogd conform de beleidsbrief Ontwikkelingshulp. Daarnaast stijgt het uitgavenbudget op artikel 4.3 door een intensivering van EUR 45 miljoen in 2026 en 2027 ten behoeve van inzet gericht op veiligheid. Deze uitgaven worden gedekt uit artikel 5.4, waar ruimte ontstond vanwege een bijgestelde raming voor de asieluitgaven.
Artikel 5: Multilaterale samenwerking en overige inzet
Budgettaire gevolgen van beleid
In aansluiting op de ontwerpbegrotingen en de Voorjaarsnota worden vanaf 2024 ook de mutaties voor het jaar t+5 opgenomen in de tabel budgettaire gevolgen van beleid van de 1ste suppletoire begrotingen. Dit betreft de extrapolatie van de begroting – het toevoegen van het jaar t+5 – en vervolgens de mutaties tot en met t+5 die tijdens de voorjaarsbesluitvorming zijn verwerkt.
Tabel 10 Budgettaire gevolgen van beleid art. 5 Multilaterale samenwerking en overige inzet (Eerste suppletoire begroting) (bedragen x € 1.000) | |||||||||||
---|---|---|---|---|---|---|---|---|---|---|---|
Ontwerpbegroting t (1) | Mutaties via NvW, moties, amendementen en ISB (2) | Vastgestelde begroting t (3) = (1) + (2) | Mutaties 1e suppletoire begroting (4) | Stand 1e suppletoire begroting (5) = (3) + (4) | Mutatie 2026 | Mutatie 2027 | Mutatie 2028 | Mutatie 2029 | Mutatie 2030 | ||
Art. | Verplichtingen | 282.321 | ‒ 865 | 281.456 | 99.797 | 381.253 | 205.595 | 15.609 | 24.629 | ‒ 46.258 | 137.467 |
Uitgaven | 508.313 | ‒ 865 | 507.448 | 4.148 | 511.596 | 236.848 | 108.213 | 107.740 | ‒ 47.616 | 602.792 | |
5.1 | Multilaterale samenwerking | 196.007 | 0 | 196.007 | 1.907 | 197.914 | ‒ 29.934 | ‒ 34.061 | ‒ 44.590 | ‒ 52.923 | 155.500 |
Bijdrage aan (inter-)nationale organisaties | 196.007 | 0 | 196.007 | 1.907 | 197.914 | ‒ 29.934 | ‒ 34.061 | ‒ 44.590 | ‒ 52.923 | 155.500 | |
UNIDO | 1.950 | 0 | 1.950 | 0 | 1.950 | 0 | 0 | 0 | 0 | 1.950 | |
UNDP | 34.000 | 0 | 34.000 | 0 | 34.000 | ‒ 10.000 | ‒ 8.000 | ‒ 10.000 | ‒ 10.000 | 10.000 | |
UNICEF | 38.806 | 0 | 38.806 | 0 | 38.806 | ‒ 10.000 | ‒ 8.000 | ‒ 10.000 | ‒ 10.000 | 13.000 | |
Speciale multilaterale activiteiten | 8.946 | 0 | 8.946 | 244 | 9.190 | ‒ 2.946 | ‒ 10.633 | ‒ 16.662 | ‒ 24.995 | 21.563 | |
Assistent deskundigenprogramma | 9.000 | 0 | 9.000 | ‒ 3.500 | 5.500 | ‒ 4.500 | ‒ 4.500 | ‒ 4.500 | ‒ 4.500 | 4.500 | |
Internationale Financiële Instellingen | 3.531 | 0 | 3.531 | 4.591 | 8.122 | ‒ 3.060 | ‒ 3.500 | ‒ 4.000 | ‒ 4.000 | 4.324 | |
Middelenaanvullingen multilaterale banken en fondsen | 91.663 | 0 | 91.663 | 0 | 91.663 | 0 | 0 | 0 | 0 | 91.480 | |
Kapitaalaanvullingen bij regionale ontwikkelingsbanken | 8.111 | 0 | 8.111 | 572 | 8.683 | 572 | 572 | 572 | 572 | 8.683 | |
Nog te verdelen | 0 | 0 | 0 | 0 | 0 | 0 | 0 | 0 | 0 | 0 | |
Nog te verdelen | 0 | 0 | 0 | 0 | 0 | 0 | 0 | 0 | 0 | 0 | |
5.2 | Overig armoedebeleid | 77.624 | 0 | 77.624 | 57.384 | 135.008 | 28.415 | 14.320 | 2.958 | ‒ 2.135 | 94.767 |
Subsidies (regelingen) | 6.772 | 0 | 6.772 | ‒ 1.281 | 5.491 | ‒ 1.551 | ‒ 1.100 | ‒ 1.644 | ‒ 3.737 | 4.354 | |
Kleine activiteiten posten en cultuur en ontwikkeling | 6.122 | 0 | 6.122 | ‒ 1.301 | 4.821 | ‒ 1.551 | ‒ 1.100 | ‒ 1.644 | ‒ 3.737 | 3.704 | |
Nationale SDG implementatie | 650 | 0 | 650 | 20 | 670 | 0 | 0 | 0 | 0 | 650 | |
Opdrachten | 290 | 0 | 290 | 0 | 290 | 0 | 0 | 0 | 0 | 290 | |
Nationale SDG implementatie | 290 | 0 | 290 | 0 | 290 | 0 | 0 | 0 | 0 | 290 | |
Bijdrage aan (inter-)nationale organisaties | 70.562 | 0 | 70.562 | 58.665 | 129.227 | 29.966 | 15.420 | 4.602 | 1.602 | 90.123 | |
UNESCO | 4.400 | 0 | 4.400 | 0 | 4.400 | 0 | 0 | 0 | 0 | 4.400 | |
Diverse ondersteunende activiteiten | 5.371 | 0 | 5.371 | 52.358 | 57.729 | 32.168 | 20.133 | 4.960 | 1.960 | 21.931 | |
Kleine activiteiten posten en cultuur en ontwikkeling | 656 | 0 | 656 | 1.301 | 1.957 | ‒ 500 | ‒ 358 | ‒ 358 | ‒ 358 | 300 | |
Schuldverlichting | 58.600 | 0 | 58.600 | ‒ 3.355 | 55.245 | ‒ 593 | ‒ 3.355 | 0 | 0 | 63.275 | |
Voorlichting op het terrein van Ontwikkelingssamenwerking | 228 | 0 | 228 | 0 | 228 | 0 | 0 | 0 | 0 | 217 | |
Verdragsmiddelen Suriname | 1.307 | 0 | 1.307 | 8.361 | 9.668 | ‒ 1.109 | ‒ 1.000 | 0 | 0 | 0 | |
Nog te verdelen | 0 | 0 | 0 | 0 | 0 | 0 | 0 | 0 | 0 | 0 | |
Nog te verdelen | 0 | 0 | 0 | 0 | 0 | 0 | 0 | 0 | 0 | 0 | |
5.3 | Oekraïne (XVII) | 237.000 | 0 | 237.000 | 0 | 237.000 | 252.000 | 0 | 0 | 0 | 0 |
Bijdrage aan (inter-)nationale organisaties | 185.000 | 0 | 185.000 | 0 | 185.000 | 0 | 0 | 0 | 0 | 0 | |
Humanitaire hulp | 25.000 | 0 | 25.000 | 0 | 25.000 | 0 | 0 | 0 | 0 | 0 | |
Steun en wederopbouw Oekraïne via IFIs | 95.000 | 0 | 95.000 | 0 | 95.000 | 0 | 0 | 0 | 0 | 0 | |
Energieherstel | 65.000 | 0 | 65.000 | 0 | 65.000 | 0 | 0 | 0 | 0 | 0 | |
Nog te verdelen | 52.000 | 0 | 52.000 | 0 | 52.000 | 252.000 | 0 | 0 | 0 | 0 | |
Onverdeelde programmamiddelen Oekraïne (XVII) | 52.000 | 0 | 52.000 | 0 | 52.000 | 252.000 | 0 | 0 | 0 | 0 | |
5.4 | Nog te verdelen i.v.m.wijzigingen BNI en/of toerekeningen | ‒ 2.318 | ‒ 865 | ‒ 3.183 | ‒ 55.143 | ‒ 58.326 | ‒ 13.633 | 127.954 | 149.372 | 7.442 | 352.525 |
Nog te verdelen i.v.m.wijzigingen BNI en/of toerekeningen | ‒ 2.318 | ‒ 865 | ‒ 3.183 | ‒ 55.143 | ‒ 58.326 | ‒ 13.633 | 127.954 | 149.372 | 7.442 | 352.525 | |
Nog te verdelen i.v.m.wijzigingen BNI en/of toerekeningen | ‒ 2.318 | ‒ 865 | ‒ 3.183 | ‒ 55.143 | ‒ 58.326 | ‒ 13.633 | 127.954 | 149.372 | 7.442 | 352.525 | |
Ontvangsten | 39.225 | 0 | 39.225 | 0 | 39.225 | 0 | 0 | 0 | 0 | 27.919 | |
Tabel 11 Uitsplitsing ontvangsten voor beleid art. 5 Multilaterale samenwerking en overige inzet (Eerste suppletoire begroting) (bedragen x € 1.000) | |||||||||||
---|---|---|---|---|---|---|---|---|---|---|---|
Ontwerpbegroting t (1) | Mutaties via NvW, moties, amendementen en ISB (2) | Vastgestelde begroting t (3) = (1) + (2) | Mutaties 1e suppletoire begroting (4) | Stand 1e suppletoire begroting (5) = (3) + (4) | Mutatie 2026 | Mutatie 2027 | Mutatie 2028 | Mutatie 2029 | Mutatie 2030 | ||
Art. | Ontvangsten | 39.225 | 0 | 39.225 | 0 | 39.225 | 0 | 0 | 0 | 0 | 27.919 |
5.20 | Ontvangsten en restituties met betrekking tot leningen | 16.220 | 0 | 16.220 | 0 | 16.220 | 0 | 0 | 0 | 0 | 6.743 |
Ontvangsten en restituties met betrekking tot leningen | 16.220 | 0 | 16.220 | 0 | 16.220 | 0 | 0 | 0 | 0 | 6.743 | |
Ontvangsten en restituties met betrekking tot leningen | 16.220 | 0 | 16.220 | 0 | 16.220 | 0 | 0 | 0 | 0 | 6.743 | |
5.21 | Ontvangsten OS | 21.275 | 0 | 21.275 | 0 | 21.275 | 0 | 0 | 0 | 0 | 21.176 |
Ontvangsten OS | 21.275 | 0 | 21.275 | 0 | 21.275 | 0 | 0 | 0 | 0 | 21.176 | |
Ontvangsten OS | 21.275 | 0 | 21.275 | 0 | 21.275 | 0 | 0 | 0 | 0 | 21.176 | |
5.23 | Diverse ontvangsten non-ODA | 1.730 | 0 | 1.730 | 0 | 1.730 | 0 | 0 | 0 | 0 | 0 |
Diverse ontvangsten non-ODA | 1.730 | 0 | 1.730 | 0 | 1.730 | 0 | 0 | 0 | 0 | 0 | |
Diverse ontvangsten non-ODA | 1.730 | 0 | 1.730 | 0 | 1.730 | 0 | 0 | 0 | 0 | 0 |
Tabel 12 Uitsplitsing verplichtingen voor beleid art. 5 Multilaterale samenwerking en overige inzet (Eerste suppletoire begroting) (bedragen x € 1.000) | |||||||||
---|---|---|---|---|---|---|---|---|---|
Stand ontwerp begroting | Mutaties via NvW, moties, amendementen en ISB | Vastgestelde begroting | Mutaties 1e suppletoire begroting | Stand 1e suppletoire begroting | Mutaties 1e suppletoire begroting | Mutaties 1e suppletoire begroting | Mutaties 1e suppletoire begroting | Mutaties 1e suppletoire begroting | |
2025 | 2025 | 2025 | 2025 | 2025 | 2026 | 2027 | 2028 | 2029 | |
(1) | (2) | (3)=(1+2) | (4) | (5)=(3+4) | |||||
Verplichtingen | 282 321 | ‒ 865 | 281 456 | 99 797 | 381 253 | 205 595 | 15 609 | 24 629 | ‒ 46 258 |
garantieverplichtingen | 0 | 0 | 0 | 0 | 0 | 0 | 0 | 0 | 0 |
overige verplichtingen | 282 321 | ‒ 865 | 281 456 | 99 797 | 381 253 | 205 595 | 15 609 | 24 629 | ‒ 46 258 |
Toelichting
Verplichtingen
Het verplichtingenbudget wordt in 2025 verhoogd in verband met de
geraamde meeruitgaven vanwege de wisselkoers (hieronder nader
toegelicht), het opboeken van verplichtingenruimte in het kader van het
Junior Professional Officer (JPO) programma en het opnieuw
beschikbaar stellen van het budget in het kader van de Verdragsmiddelen
Suriname (hieronder nader toegelicht).
Uitgaven
De uitgaven voor 2025 op artikel 5 Multilaterale samenwerking en overige
inzet zijn voor 59% juridisch verplicht, dit is exclusief
artikelonderdeel 5.4.
Artikelonderdeel 5.1
Het kasbudget op artikelonderdeel 5.1 wordt verhoogd in 2025 met
EUR 1,9 miljoen omdat de kasuitgaven in 2025 t.b.v. Internationale
Financiële Instellingen circa EUR 4,5 miljoen hoger uitvallen. Daar
staat tegenover dat er EUR 3,5 miljoen minder budget nodig is in het
kader van het JPO programma. Voor 2026 en verder geldt dat de budgetten
worden verlaagd conform de beleidsbrief Ontwikkelingshulp. De bijdragen
aan UNDP en UNICEF worden verlaagd met circa 50%. Ook het budget voor
Speciale multilaterale activiteiten wordt verlaagd.
Artikelonderdeel 5.2
Op artikelonderdeel 5.2 wordt het uitgavenbudget in 2025 met circa
EUR 57 miljoen verhoogd. Dat komt onder andere doordat de wisselkoers
ten aanzien van betalingen in buitenlandse valuta een tegenvaller laat
zien op de gehanteerde peildatum. Aan het eind van het jaar wordt de
wisselkoers conform gebruikelijke systematiek afgerekend, dan kan het
uiteindelijke bedrag hoger of lager uitvallen. Daarnaast wordt het
budget voor de Verdragsmiddelen Suriname opnieuw beschikbaar gesteld
conform het verdrag. Ook wordt het budget uit 2026 en 2027 naar 2025
geschoven. Hierdoor is er circa EUR 8,4 miljoen beschikbaar in 2025. Het
budget voor Schuldverlichting daalt omdat de bijdrage t.b.v IFAD-13
wordt gefinancierd via artikelonderdeel 2.1. In 2026 en verder daalt het
budget op artikelonderdeel 5.2 in lijn met de beleidsbrief
Ontwikkelingshulp. Zo wordt het budget voor Sport en OS afgebouwd en
wordt gestopt met nieuwe projecten in het kader van cultuur en
ontwikkeling. Hierdoor is een meerjarige daling zichtbaar van het budget
t.b.v. kleine activiteiten posten en cultuur en ontwikkeling.
Artikelonderdeel 5.3
Het kabinet heeft voor 2026 EUR 252 miljoen additionele middelen voor
niet-militaire steun aan Oekraïne beschikbaar gesteld. Indien
nodig worden deze middelen bij inzet naar het juiste artikel(onderdeel)
of naar de juiste begroting overgeheveld. Na uitwerking zal ook
onderbouwing conform Beleidskeuzes Uitgelegd naar de Kamer worden
gestuurd.
Ontwikkelingen verdeelartikel 5.4
Hieronder wordt een overzicht gepresenteerd van de mutaties die hebben
plaatsgevonden op het verdeelartikel. Het totaal van de tabel komt
overeen met de mutatie die is opgenomen in de eerste suppletoire
begroting.
Tabel 13 Ontwikkelingen verdeelartikel 5.4 in 2025 (bedragen x € 1.000) | |
---|---|
Omschrijving | Mutatie |
Aanpassing bni raming | ‒ |
Rijksbrede taakstelling LPB | ‒ 48.884 |
EU-toerekening aan ODA | ‒ 61.000 |
Overboekingen binnen BHO | ‒ 91.373 |
Aanpassing asielraming | 571.176 |
Kasschuif asiel | ‒ 371.176 |
HGIS besluitvorming | ‒ 54.170 |
Overige | 284 |
Totaal | ‒ 55.143 |
Het totale ODA-budget stijgt cumulatief met EUR 768 miljoen in de jaren 2026 t/m 2030 vanwege koppeling van het ODA-budget aan de groei van het Bruto Nationaal Inkomen. In 2025 blijft het ODA-budget gelijk.
Daarnaast daalt het totale ODA-budget met cumulatief circa EUR 255 miljoen binnen de begrotingshorizon vanwege een Rijksbrede taakstelling op loon- en prijsbijstellingen. In 2025 bedraagt de neerwaartse bijstelling circa EUR 49 miljoen.
De Nederlandse EU-afdrachten zijn voor een gedeelte toerekenbaar aan ODA. Dit percentage is als onderdeel van de Voorjaarsbesluitvorming geactualiseerd, waardoor EUR 61 miljoen per jaar extra onder het bestaande ODA-plafond moet worden ingepast. Dit leidt tot een verlaging van de buffer op artikel 5.4 van EUR 61 miljoen per jaar structureel.
Er zijn diverse overboekingen binnen de BHO-begroting die volgen uit de HGIS-besluitvorming. Er wordt een bedrag van EUR 20 miljoen in 2025 oplopend tot structureel EUR 44 miljoen vanaf 2027 beschikbaar gemaakt ten behoeve van migratiepartnerschappen. Dit budget wordt ingezet voor migratiepartnerschappen gericht op het tegengaan van irreguliere migratie, in samenwerking met het ministerie van Asiel en Migratie. Er wordt ook budget beschikbaar gesteld in verband met de geraamde meeruitgaven vanwege de wisselkoers (hierboven nader toegelicht).
Het budget op verdeelartikel 5.4 stijgt in 2025 en 2026 met cumulatief circa EUR 1,3 miljard vanwege de neerwaartse bijstelling van de raming voor asieluitgaven op de begroting van Asiel en Migratie. In 2025 leidt dit tot een opwaartse bijstelling van het budget op verdeelartikel 5.4 met EUR 571 miljoen. Dit budget wordt vervolgens middels een kasschuif verdeeld over de jaren 2025 t/m 2030. Er wordt EUR 371 miljoen uit 2025 geschoven.
Er worden diverse overige mutaties volgend uit de HGIS-besluitvorming verwerkt. Zo wordt in 2029 en 2030 cumulatief EUR 260 miljoen toegevoegd aan het ODA-budget op de FIN-begroting in het kader van de Nederlandse bijdrage aan de International Development Association (IDA). Het budget op verdeelartikel 5.4 daalt in 2025 met EUR 36 miljoen vanwege de terugbetaling aan de HGIS van de overschrijding van het ODA-budget in 2024, conform gebruikelijke systematiek. Ook wordt budget beschikbaar gesteld aan BZ, OCW en LVVN ten behoeve van loon- en prijsbijstelling. Structureel betreft het circa EUR 18 miljoen.
Bijlage 1: Meerjarige juridische verplichtingen
Tabel 14 Uitwerking meerjarige juridische verplichtingen (bedragen x € miljoen) | ||||||
---|---|---|---|---|---|---|
2025 BUDGET | 2026 BUDGET | 2027 BUDGET | 2028 BUDGET | 2029 BUDGET | 2030 BUDGET | |
Totaal budget artikel 1 | 547 | 601 | 600 | 604 | 644 | 644 |
Totaal vrije ruimte artikel 1 | 0 | 8 | 10 | 9 | 9 | 9 |
1.1 Duurzaam handels- en investeringssysteem, inclusief MVO | 33 | 34 | 34 | 36 | 38 | 38 |
wv. Juridisch verplicht | 33 | 17 | 3 | 0 | 0 | 0 |
wv. Bestuurlijk gebonden | 0 | 17 | 16 | 16 | 16 | 16 |
wv. Beleidsmatig gereserveerd | 0 | 0 | 15 | 20 | 22 | 22 |
Totaal vrije ruimte | 0 | 0 | 0 | 0 | 0 | 0 |
1.2 Versterkte Nederlandse Handels- en Investeringspositie | 108 | 99 | 97 | 97 | 97 | 97 |
wv. Juridisch verplicht | 108 | 22 | 22 | 13 | 13 | 13 |
wv. Bestuurlijk gebonden | 0 | 70 | 70 | 70 | 70 | 70 |
wv. Beleidsmatig gereserveerd | 0 | 0 | 0 | 9 | 9 | 9 |
Totaal vrije ruimte | 0 | 7 | 5 | 5 | 5 | 5 |
1.3 Versterkte private sector en arbeidsmarkt in ontwikkelingslanden | 406 | 468 | 469 | 471 | 509 | 509 |
wv. Juridisch verplicht | 379 | 219 | 219 | 219 | 219 | 219 |
wv. Bestuurlijk gebonden | 17 | 204 | 200 | 248 | 255 | 255 |
wv. Beleidsmatig gereserveerd | 10 | 45 | 45 | 0 | 31 | 31 |
Totaal vrije ruimte | 0 | 0 | 5 | 4 | 4 | 4 |
2025 BUDGET | 2026 BUDGET | 2027 BUDGET | 2028 BUDGET | 2029 BUDGET | 2030 BUDGET | |
Totaal budget artikel 2 | 911 | 876 | 862 | 962 | 1.042 | 1.042 |
Totaal vrije ruimte artikel 2 | 0 | 129 | 185 | 267 | 363 | 363 |
2.1 Voedselzekerheid | 362 | 380 | 386 | 438 | 480 | 480 |
wv. Juridisch verplicht | 362 | 231 | 144 | 65 | 23 | 23 |
wv. Bestuurlijk gebonden | 0 | 0 | 0 | 0 | 0 | 0 |
wv. Beleidsmatig gereserveerd | 0 | 101 | 169 | 294 | 335 | 335 |
Totaal vrije ruimte | 0 | 48 | 73 | 78 | 123 | 123 |
2.2 Water | 170 | 253 | 277 | 324 | 362 | 362 |
wv. Juridisch verplicht | 170 | 132 | 70 | 26 | 19 | 19 |
wv. Bestuurlijk gebonden | 0 | 40 | 94 | 33 | 6 | 6 |
wv. Beleidsmatig gereserveerd | 0 | 0 | 0 | 127 | 168 | 168 |
Totaal vrije ruimte | 0 | 81 | 112 | 139 | 170 | 170 |
2.3 Klimaat | 379 | 243 | 200 | 200 | 200 | 200 |
wv. Juridisch verplicht | 356 | 234 | 119 | 19 | 8 | 8 |
wv. Bestuurlijk gebonden | 23 | 9 | 42 | 75 | 73 | 73 |
wv. Beleidsmatig gereserveerd | 0 | 0 | 39 | 56 | 49 | 49 |
Totaal vrije ruimte | 0 | 0 | 0 | 50 | 70 | 70 |
2025 BUDGET | 2026 BUDGET | 2027 BUDGET | 2028 BUDGET | 2029 BUDGET | 2030 BUDGET | |
Totaal budget artikel 3 | 694 | 528 | 508 | 554 | 590 | 590 |
Totaal vrije ruimte artikel 3 | 47 | 12 | 16 | 70 | 87 | 89 |
3.1 Mondiale gezondheid en SRGR | 448 | 406 | 407 | 455 | 492 | 492 |
wv. Juridisch verplicht | 378 | 150 | 96 | 65 | 30 | 28 |
wv. Bestuurlijk gebonden | 44 | 71 | 70 | 70 | 75 | 75 |
wv. Beleidsmatig gereserveerd | 26 | 173 | 225 | 250 | 300 | 300 |
Totaal vrije ruimte | 0 | 12 | 16 | 70 | 87 | 89 |
3.2 Vrouwenrechten en gender | 39 | 2 | 1 | 0 | 0 | 0 |
wv. Juridisch verplicht | 33 | 2 | 1 | |||
wv. Bestuurlijk gebonden | 0 | 0 | 0 | |||
wv. Beleidsmatig gereserveerd | 6 | 0 | 0 | |||
Totaal vrije ruimte | 0 | 0 | 0 | 0 | 0 | 0 |
3.3 Maatschappelijk middenveld | 154 | 119 | 100 | 99 | 98 | 98 |
wv. Juridisch verplicht | 128 | 12 | 1 | 1 | 0 | 0 |
wv. Bestuurlijk gebonden | 0 | 0 | 0 | 0 | 0 | 0 |
wv. Beleidsmatig gereserveerd | 26 | 107 | 99 | 98 | 98 | 98 |
Totaal vrije ruimte | 0 | 0 | 0 | 0 | 0 | 0 |
3.4 Onderwijs | 52 | 1 | 0 | 0 | 0 | 0 |
wv. Juridisch verplicht | 6 | 1 | ||||
wv. Bestuurlijk gebonden | 0 | 0 | ||||
wv. Beleidsmatig gereserveerd | 0 | 0 | ||||
Totaal vrije ruimte | 46 | 0 | 0 | 0 | 0 | 0 |
2025 BUDGET | 2026 BUDGET | 2027 BUDGET | 2028 BUDGET | 2029 BUDGET | 2030 BUDGET | |
Totaal budget artikel 4 | 990 | 1.120 | 1.119 | 1.126 | 1.229 | 1.229 |
Totaal vrije ruimte artikel | 0 | 427 | 597 | 892 | 995 | 1.160 |
4.1 Humanitaire Hulp | 472 | 475 | 445 | 456 | 496 | 496 |
wv. Juridisch verplicht | 351 | 120 | 20 | 5 | 5 | 0 |
wv. Bestuurlijk gebonden | 0 | 0 | 0 | 0 | 0 | 0 |
wv. Beleidsmatig gereserveerd | 121 | 58 | 43 | 0 | 0 | 0 |
Totaal vrije ruimte | 0 | 297 | 382 | 451 | 491 | 496 |
4.2 Opvang in de regio | 317 | 395 | 407 | 415 | 452 | 452 |
wv. Juridisch verplicht | 292 | 234 | 250 | 125 | 125 | 0 |
wv. Bestuurlijk gebonden | 0 | 0 | 0 | 0 | 0 | 0 |
wv. Beleidsmatig gereserveerd | 25 | 96 | 84 | 44 | 44 | 44 |
Totaal vrije ruimte | 0 | 65 | 73 | 246 | 283 | 408 |
4.3 Veiligheid en rechtsorde | 200 | 250 | 266 | 255 | 281 | 281 |
wv. Juridisch verplicht | 199 | 115 | 55 | 35 | 35 | 25 |
wv. Bestuurlijk gebonden | 0 | 25 | 25 | 25 | 25 | 0 |
wv. Beleidsmatig gereserveerd | 1 | 45 | 45 | 0 | 0 | 0 |
Totaal vrije ruimte | 0 | 65 | 141 | 195 | 221 | 256 |
2025 BUDGET | 2026 BUDGET | 2027 BUDGET | 2028 BUDGET | 2029 BUDGET | 2030 BUDGET | |
Totaal budget artikel 5 (exclusief artikelonderdeel 5.4) | 570 | 496 | 246 | 242 | 250 | 250 |
Totaal vrije ruimte artikel 5 | 0 | 0 | 0 | 0 | 0 | 0 |
5.1 Multilaterale samenw | 198 | 142 | 139 | 150 | 156 | 156 |
wv. Juridisch verplicht | 197 | 95 | 88 | 54 | 49 | 49 |
wv. Bestuurlijk gebonden | 0 | 12 | 18 | 50 | 54 | 54 |
wv. Beleidsmatig gereserveerd | 1 | 35 | 33 | 46 | 53 | 53 |
Totaal vrije ruimte | 0 | 0 | 0 | 0 | 0 | 0 |
5.2 Overig armoedebeleid | 135 | 102 | 107 | 92 | 95 | 95 |
wv. Juridisch verplicht | 75 | 62 | 59 | 59 | 56 | 52 |
wv. Bestuurlijk gebonden | 2 | 0 | 4 | 4 | 4 | 4 |
wv. Beleidsmatig gereserveerd | 58 | 39 | 44 | 29 | 35 | 38 |
Totaal vrije ruimte | 0 | 0 | 0 | 0 | 0 | 0 |
5.3 Oekraïne (XVII) | 237 | 252 | 0 | 0 | 0 | 0 |
wv. Juridisch verplicht | 65 | 0 | 0 | 0 | 0 | 0 |
wv. Bestuurlijk gebonden | 120 | 0 | 0 | 0 | 0 | 0 |
wv. Beleidsmatig gereserveerd | 52 | 252 | 0 | 0 | 0 | 0 |
Totaal vrije ruimte | 0 | 0 | 0 | 0 | 0 | 0 |
Conform de toezegging tijdens de begrotingsbehandeling d.d. 31 januari 2024 bevat dit onderdeel een meerjarige uitwerking van de juridisch verplichte budgetten inclusief een toelichting. Daarnaast zijn de bedragen weergegeven die bestuurlijk gebonden zijn op grond van bestuursovereenkomsten, convenanten met koepels en/of decentrale overheden, politieke toezeggingen e.d., de bedragen die beleidsmatig gerserveerd zijn en de bedragen die vrij te besteden zijn.
Artikel 1: Duurzame economische ontwikkeling, handel en investeringenDe programmering van artikel 1 bestaat uit meerjarige juridische overeenkomsten waaruit een verdeling van de uitgaven over de jaren plaatsvindt waarvoor de overeenkomst is aangegaan. Voor sub-beleidsartikel 1.1 Duurzame handelsystemen, zijn er diverse programma's ter bestrijding van kinderarbeid en ter bevordering van IMVO. Voor sub-beleidsartikel 1.2 Versterkte Nederlandse handels- en investeringspositie, gaat het om programma's met uitvoeringspartners RVO (o.a. Starters International Business, handelsmissies) en Invest International (o.a. Dutch Trade and Investment Fund). Ook zijn verplichtingen aangegaan voor de Wereldtentoonstelling in Osaka. De programma's met RVO zijn in het lopende jaar juridisch verplicht en in de jaren erna bestuurlijk gebonden. Voor sub-beleidsartikel 1.3 Private sectorontwikkeling, zijn meerjarige verplichtingen aangegaan op het terrein van onder andere financiele sector ontwikkeling en duurzame productie en handel. Voor infrastructuur ontwikkeling worden de regelingen DRIVE, D2B en ORIO door Invest Interntional uitgevoerd. Tevens worden een aantal programma's door RVO uitgevoerd, waaronder de programma's voor de combi-aanpak. RVO en Invest International gaan verplichtingen aan die in latere jaren tot uitbetaling komen. Deze programma's zijn juridisch verplicht. Verplichtingen die onder deze programma's in 2026 en verder worden aangegaan zijn bestuurlijk verbonden.
Artikel 2: Duurzame ontwikkeling, voedselzekerheid, water en
klimaat
De programmering onder artikel 2 bestaat uit meerjarige juridische
overeenkomsten waaruit een verdeling van de uitgaven over de jaren
plaatsvindt waarvoor de overeenkomst is aangegaan. Voor de
sub-beleidsartikelen 2.1 Voedselzekerheid en 2.2 Water wordt een groot
deel van de budgetten gealloceerd op basis van meerjarige
landenstrategieën van posten, voor zover deze kaders nog niet juridisch
zijn verplicht, valt het overige deel van dit financiële meerjarige
kader onder beleidsmatige verplichtingen omdat Nederland daarover
bilaterale afspraken maakt als een betrouwbare en voorspelbare partner
in ontwikkelingssamenwerking. Het sub-beleidsartikel 2.3 bevat
verplichtingen voor multilaterale klimaatfinanciering en
klimaatafspraken zoals bijdragen aan de Global Environment Facility,
Green Climate Fund, UNEP en verdragscontributies in het kader van het
Kyoto en Montreal protocol.
Artikel 3: Sociale vooruitgang
De programmering onder artikel 3 bestaat uit meerjarige
juridische overeenkomsten. Hieruit ontstaat een verdeling van uitgaven
over de jaren waarvoor de overeenkomsten zijn aangegaan. Voor artikel
3.1 zijn middelen meerjarig vastgelegd en bestuurlijk gereserveerd voor
vaste bijdrages aan o.a. UNAIDS, UNFPA en de WHO. De beleidsmatig
gereserveerde middelen hebben betrekking op de uitvoering van de
Mondiale Gezondheidsstrategie 2023-2030. Voor artikel 3.2 zijn middelen
vastgelegd voor de partnerschappen gericht op bescherming en bevordering
vrouwenrechten en gendergelijkheid. De beleidsmatig gereserveerde
middelen betreffen de uitvoering van het beleid op het gebied van
vrouwenrechten tot en met 2025. Voor artikel 3.3 liggen de middelen tot
en met 2025 meerjarig vast voor de versterking van het maatschappelijk
middenveld onder andere onder het VMM-kader 2021-2025. De beleidsmatig
gereserveerde middelen vanaf 2026 betreffen middelen voor nieuwe
ondersteuningsactiviteiten voor het maatschappelijk middenveld, zoals
aangegeven in de Kamerbrief «Toekomst samenwerking met maatschappelijke
organisaties in ontwikkelingshulp» Voor artikel 3.4 zijn een beperkt
aantal middelen vastgelegd voor de uitvoering van het Beroeps- en
Hogeronderwijs programma.
Artikel 4: Vrede, veiligheid en duurzame
ontwikkeling
De programmering onder artikel 4 bestaat uit meerjarige juridische
overeenkomsten waaruit een verdeling van de uitgaven over de jaren
plaatsvindt waarvoor de overeenkomst is aangegaan. Voor artikel 4.1
Humanitaire hulp is het grootste deel van het budget t/m 2025 meerjarig
juridisch verplicht. Dit betreft onder andere de bijdragen aan
VN-organisaties (WFP, UNHCR, UNRWA), CERF, UNICEF-thematische
humanitaire financiering en UNOCHA. Subsidies aan de Dutch Relief
Alliance en het Rode Kruis zijn t/m 2026 toegekend. Daarnaast zijn er
subsidies uit hoofde van het subsidiebeleidskader «Versterking van de
Humanitaire Sector 2024–2027» t/m 2027 toegekend. Voor artikel 4.2
Opvang en bescherming in de regio en migratiesamenwerking liggen de
middelen meerjarig juridisch vast. Het betreft hier met name het
PROSPECTS programma (2024-2027) en COMPASS. Subsidies die zijn toegekend
op het subsidiebeleidskader «Migration and Displacement 2023-2028» lopen
uiterlijk tot en met 2028. Met betrekking tot artikel 4.3 Veiligheid en
rechtstaatontwikkeling is een deel van het programma via gedelegeerde
landenprogramma’s vastgelegd. Het deel wat van deze gedelegeerde
middelen niet juridisch is vastgelegd is opgenomen onder bestuurlijk
gebonden. De bijdrage aan het Peace Building Fund is verplicht t/m 2026.
Er zijn subsidies toegekend uit het subsidiebeleidskader «Contributing
to Peaceful and Safe Societies 2024–2031» die uiterlijk in 2031
aflopen.
Artikel 5: Multilaterale samenwerking en overige
inzet
Binnen artikel 5.1 zijn de verplichtingen voor de middelen- en
kapitaalaanvullingen die vanaf 2025 worden aangegaan met de regionale
ontwikkelingsbanken als bestuurlijk gebonden aangegeven. De jaarlijkse
bijdrage aan MOPAN is tevens bestuurlijk geonden. De Algemene
Vrijwillige Bijdragen aan UNDP en UNICEF zijn per 2026 opgenomen als
beleidsmatig gereserveerd. De financiering van het
Assistent-Deskundigenprogramma en overige (m.n. Technische Assistentie)
programma’s is voor de komende jaren beleidsmatig gereserveerd. De
bijdragen aan UNESCO in 2025 en verder zijn verplichte bijdragen die als
juridisch verplicht zijn aangemerkt binnen artikel 5.2. De uitgaven voor
schuldverlichting liggen tot en met 2029 grotendeels juridisch vast; de
nieuwe verplichtingen voor schuldverlichting (HIPC IDA-21 en HIPC
IDA-22) zijn als bestuurlijk gebonden aangegeven. De voorgenomen overige
programma’s zijn als beleidsmatig gereserveerd opgenomen. Binnen artikel
5.3 Oekraïne is 27% van de uitgaven in 2025 juridisch verplicht en 51%
bestuurlijk gebonden. Het overige budget is beleidsmatig gereserveerd. De
uitgaven in 2026 voor niet-militaire steun aan Oekraïne zijn
beleidsmatig gereserveerd.