36698, bijgewerkt t/m nr. 9 (2e NvW d.d. 23 april 2025)
Voorstel van wet van het lid De Hoop tot wijziging van Boek 7 van het Burgerlijk Wetboek, de Uitvoeringswet huurprijzen woonruimte en de Woningwet in verband met de bevriezing van de huren in 2025
Bijgewerkte tekst
Nummer: 2025D18559, datum: 2025-04-18, bijgewerkt: 2025-04-23 14:07, versie: 4
Directe link naar document (.docx), link naar pagina op de Tweede Kamer site.
Onderdeel van zaak 2025Z02966:
- Indiener: H.E. de Hoop, Tweede Kamerlid
- Voortouwcommissie: vaste commissie voor Volkshuisvesting en Ruimtelijke Ordening
- 2025-03-11 16:30: Procedurevergadering commissie Volkshuisvesting en Ruimtelijke Ordening (Procedurevergadering), vaste commissie voor Volkshuisvesting en Ruimtelijke Ordening
- 2025-04-09 10:00: Voorstel van wet van het lid De Hoop tot wijziging van Boek 7 van het Burgerlijk Wetboek, de Uitvoeringswet huurprijzen woonruimte en de Woningwet in verband met de bevriezing van de huren in 2025 (TK 36 698) (Inbreng verslag (wetsvoorstel)), vaste commissie voor Volkshuisvesting en Ruimtelijke Ordening
- 2025-04-10 09:30: Procedurevergadering tijdelijke commissie Grondrechten en constitutionele toetsing (Procedurevergadering), tijdelijke commissie Grondrechten en constitutionele toetsing
- 2025-04-10 13:25: Aanvang middagvergadering: Regeling van werkzaamheden (Regeling van werkzaamheden), TK
- 2025-04-23 20:15: Voorstel van wet van het lid De Hoop tot wijziging van de Uitvoeringswet huurprijzen woonruimte en de Woningwet in verband met de bevriezing van de huren in 2025 en van de Wet op de vennootschapsbelasting 1969 en andere fiscale wetten in verband met het vervallen van de vennootschapsbelastingplicht voor woningcorporaties en dekkingsmaatregelen daarvoor (36 698) (Plenair debat (initiatiefwetgeving)), TK
- 2025-04-24 09:30: Procedurevergadering tijdelijke commissie Grondrechten en constitutionele toetsing (Procedurevergadering), tijdelijke commissie Grondrechten en constitutionele toetsing
- 2025-04-24 14:15: Aanvang middagvergadering: STEMMINGEN (over het Voorstel van wet van het lid De Hoop tot wijziging van de Uitvoeringswet huurprijzen woonruimte en de Woningwet in verband met de bevriezing van de huren in 2025 en van de Wet op de vennootschapsbelasting 1969 en andere fiscale wetten in verband met het vervallen van de vennootschapsbelastingplicht voor woningcorporaties en dekkingsmaatregelen daarvoor (36 698) en over moties ingediend bij het Tweeminutendebat Behandelvoorbehoud EU-voorstel SAFE en Defensie-witboek en het Tweeminutendebat Energieraad (informeel) d.d. 12-13 mei 2025) (Stemmingen), TK
- 2025-05-20 16:30: Procedurevergadering commissie Volkshuisvesting en Ruimtelijke Ordening (Procedurevergadering), vaste commissie voor Volkshuisvesting en Ruimtelijke Ordening
Preview document (š origineel)
Bijgewerkt t/m nr. 9 (2e NvW d.d. 23 april 2025) | |
36 698 | Voorstel van wet van het lid De Hoop tot wijziging van de Uitvoeringswet huurprijzen woonruimte en de Woningwet in verband met de bevriezing van de huren in 2025 en van de Wet op de vennootschapsbelasting 1969 en andere fiscale wetten in verband met het vervallen van de vennootschapsbelastingplicht voor woningcorporaties en dekkingsmaatregelen daarvoor |
Nr. 5 | VOORSTEL VAN WET ZOALS GEWIJZIGD NAAR AANLEIDING VAN HET ADVIES VAN DE AFDELING ADVISERING VAN DE RAAD VAN STATE |
Wij Willem-Alexander, bij de gratie Gods, Koning der Nederlanden, Prins van Oranje-Nassau, enz. enz. enz.
Allen, die deze zullen zien of horen lezen, saluut! doen te weten:
Alzo Wij in overweging genomen hebben, dat het wenselijk is de Uitvoeringswet huurprijzen woonruimte en de Woningwet te wijzigen met het oog op het bevriezen van de huren van woonruimte in 2025 en dat het tevens wenselijk is de Wet op de vennootschapsbelasting 1969 en andere fiscale wetten te wijzigen in verband met het vervallen van de vennootschapsbelastingplicht voor woningcorporaties en dekkingsmaatregelen daarvoor ;
Zo is het, dat Wij, de Afdeling advisering van de Raad van State gehoord, en met gemeen overleg der Staten-Generaal, hebben goedgevonden en verstaan, gelijk Wij goedvinden en verstaan bij deze:
ARTIKEL I
De Uitvoeringswet huurprijzen woonruimte wordt als volgt gewijzigd:
A
Aan artikel 10 wordt een lid toegevoegd, luidende:
5. In afwijking van het tweede, derde en vierde lid is het maximale huurverhogingspercentage voor huurovereenkomsten als bedoeld in die leden van 1 juli 2025 tot en met 30 juni 2026 gelijk aan nul procent en het maximale bedrag gelijk aan nul euro.
B
In artikel 12a, eerste lid, wordt āhet krachtens artikel 10, derde of vierde lid, geldende maximale huurverhogingspercentageā vervangen door āartikel 10, vijfde lid,ā.
C
In artikel 13, derde lid, wordt āhet krachtens artikel 10, tweede lid, geldende maximale huurverhogingspercentageā vervangen door āartikel 10, vijfde lid,ā.
ARTIKEL II
De Uitvoeringswet huurprijzen woonruimte wordt als volgt gewijzigd:
A
Artikel 10, vijfde lid, vervalt.
B
In artikel 12a wordt āartikel 10, vijfde lid,ā vervangen door āhet krachtens artikel 10, derde of vierde lid, geldende maximale huurverhogingspercentageā.
C
In artikel 13, derde lid, wordt āartikel 10, vijfde lid,ā vervangen door āhet krachtens artikel 10, tweede lid, geldende maximale huurverhogingspercentageā.
ARTIKEL III
Aan artikel 54 van de Woningwet wordt een lid toegevoegd, luidende:
4. In afwijking van het eerste lid bedraagt het in dat lid bedoelde percentage nul procent.
ARTIKEL IV
Artikel 54, vierde lid, van de Woningwet vervalt.
ARTIKEL IVa
De Wet inkomstenbelasting 2001 wordt als volgt gewijzigd:
A
Artikel 2.14bis wordt als volgt gewijzigd:
1. In het tweede lid, onderdeel b, wordt āonderdelen a, b, c, e, f of gā vervangen door āonderdelen a tot en met fā en wordt āonderdeel hā vervangen door āonderdeel gā.
2. In het vijfde lid wordt āonderdelen c, e of gā vervangen door āonderdelen c, d of fā.
B
In artikel 4.5b, onderdelen a en b, wordt āonderdeel hā vervangen door āonderdeel gā.
C
In artikel 4.6, onderdeel f, wordt āonderdeel hā vervangen door āonderdeel gā.
ARTIKEL IVb
De Wet op de vennootschapsbelasting 1969 wordt als volgt gewijzigd:
A
Artikel 2 wordt als volgt gewijzigd:
1. Het eerste lid wordt als volgt gewijzigd:
a. Onderdeel d vervalt, onder verlettering van de onderdelen e tot en met h tot d tot en met g.
b. In onderdeel d (nieuw), vervalt āhiervoor niet genoemdeā en wordt na āstichtingenā ingevoegd ā, met uitzondering van verenigingen en stichtingen die op de voet van de Woningwet bij koninklijk besluit zijn toegelaten als instellingen die in het belang van de volkshuisvesting werkzaam zijn,ā.
c. In onderdeel f (nieuw) wordt āonderdelen a, b, c, d of eā vervangen door āonderdelen a, b, c of dā.
d. In onderdeel g (nieuw) wordt āe, f of gā vervangen door ād, e of fā.
2. In het zesde lid wordt ā, d en hā vervangen door āen gā.
3. In het achtste lid wordt āonderdelen e en gā vervangen door āonderdelen d en fā.
4. In het tiende lid wordt āonderdeel eā vervangen door āonderdeel dā.
B
In artikel 3, eerste lid, onderdeel a, en tweede lid, wordt āonderdelen a, b, c, e, f of gā vervangen door āonderdelen a tot en met fā.
C
In artikel 4, onderdeel a, wordt āonderdelen a, b, c, en dā vervangen door āonderdelen a, b en cā.
D
In artikel 6, eerste lid, wordt āonderdeel eā vervangen door āonderdeel dā.
E
In artikel 6b, tweede lid, wordt āa, b en eā vervangen door āa, b en dā.
F
Artikel 8e, eerste lid, wordt als volgt gewijzigd:
1. In de aanhef wordt āonderdeel gā vervangen door āonderdeel fā.
2. In onderdeel b wordt āa, b, c, d en eā vervangen door āa, b, c en dā.
G
In artikel 8f, eerste lid, onderdeel b, wordt āeerste lid, onderdelen a, b, c, d en eā vervangen door āeerste lid, onderdelen a, b, c, en dā.
H
Artikel 13 wordt als volgt gewijzigd:
1. In het tweede lid, onderdeel d, wordt āonderdeel hā vervangen door āonderdeel gā.
2. In het vijfde lid, onderdeel a, wordt āonderdeel hā vervangen door āonderdeel gā.
3. In het veertiende lid, onderdeel c, wordt āonderdeel hā vervangen door āonderdeel gā.
I
In artikel 13a, derde lid, wordt āonderdeel hā vervangen door āonderdeel gā.
J
Artikel 15 wordt als volgt gewijzigd:
1.In het vierde lid, onderdeel d, wordt ā, een onderlinge waarborgmaatschappij of een belastingplichtige als bedoeld in artikel 2, eerste lid, onderdeel d,ā vervangen door āof een onderlinge waarborgmaatschappijā.
2. In het zeventiende lid vervalt de derde zin.
K
Artikel 15ab wordt als volgt gewijzigd:
1. In het derde lid vervalt āhet daaraan voorafgaande jaar enā en wordt ā50%ā vervangen door ā30%ā.
2. Het vijfde lid vervalt, onder vernummering van het zesde en zevende lid tot vijfde en zesde lid.
3. In het zesde lid (nieuw) wordt āzesdeā vervangen door āvijfdeā.
L
In artikel 15ae, eerste lid, vervallen onderdelen b en d, onder verlettering van onderdeel c tot b en onder vervanging van de puntkomma aan het slot van onderdeel b (nieuw) door een punt.
M
In artikel 15b, eerste lid, onderdeel a, wordt ā24,5%ā vervangen door ā10%ā.
N
In artikel 15ba, tweede lid, wordt ātiende lid, onderdelen a, b en c, en elfde lidā vervangen door ānegende lid, onderdelen a, b en c, en tiende lidā en wordt āzevende en elfde lidā vervangen door āzevende en tiende lidā.
O
Artikel 20 wordt als volgt gewijzigd:
1. In het tweede lid, wordt āhet voorafgaande jaar en de volgende jarenā vervangen door āde zes volgende jarenā en wordt ā50%ā vervangen door ā30%ā.
2. Het vijfde en zesde lid vervallen.
P
Artikel 20a wordt als volgt gewijzigd:
1. In het eerste lid, tweede zin, vervalt telkens āna giftenaftrekā.
2. Het negende lid vervalt, onder vernummering van het tiende tot en met twaalfde lid tot negende tot en met elfde lid.
3. In het negende lid (nieuw) vervallen de onderdelen d en e, onder vervanging van de puntkomma aan het slot van onderdeel c door een punt.
Q
Artikel 21 vervalt.
R
In artikel 34i wordt ā50%ā vervangen door ā30%ā.
ARTIKEL IVc
In de Wet op de dividendbelasting 1965 wordt in artikel 1 eerste lid, onderdeel d, dertiende lid onderdelen a en b, en vijftiende lid, āonderdelen a, b, c, e, f of gā vervangen door āonderdelen a, b, c, d, e of fā.
ARTIKEL IVd
In artikel IXa, onderdeel a, van de Wet aanpassing fonds voor gemene rekening en vrijgestelde beleggingsinstelling wordt āeerste lid, onderdeel fā vervangen door āeerste lid, onderdeel eā.
ARTIKEL IVe
In de Wet bronbelasting 2021 wordt in artikel 1.2, tweede lid, onderdelen a en b, zevende lid, onderdelen a en b, en tiende lid, āeerste lid, onderdelen a, b, c, e, f of gā vervangen door āeerste lid, onderdelen a, b, c, d, e of fā.
ARTIKEL V
1. De artikelen I, III, IVa, IVb, IVc, IVd en IVe treden in werking op 1 juli 2025. Indien het Staatsblad waarin deze wet wordt geplaatst, wordt uitgegeven na 30 juni 2025, treedt zij in werking met ingang van de dag na de datum van uitgifte van dat Staatsblad en werkt zij terug tot en met 1 juli 2025.
2. Artikel IVb, onderdelen J, onder 2, K, L, M, N, O, P, Q, R vinden voor het eerst toepassing met betrekking tot boekjaren die aanvangen op of na 1 juli 2025.
3. De artikelen II en IV treden in werking op 30 juni 2026.
Lasten en bevelen dat deze in het Staatsblad zal worden geplaatst en dat alle ministeries, autoriteiten, colleges en ambtenaren die zulks aangaat, aan de nauwkeurige uitvoering de hand zullen houden.
Gegeven
De Minister van Volkshuisvesting en Ruimtelijke Ordening,