Verslag van een werkbezoek van een delegatie van de Contactgroep voor de Verenigde Staten van 6 tot en met 10 januari 2025
Werkbezoek van een delegatie van de contactgroep voor de Verenigde Staten aan de Verenigde Staten
Verslag van een werkbezoek
Nummer: 2025D19483, datum: 2025-04-28, bijgewerkt: 2025-04-28 10:52, versie: 1
Directe link naar document (.docx), link naar pagina op de Tweede Kamer site.
Gerelateerde personen:- Eerste ondertekenaar: D.G. Boswijk, Tweede Kamerlid (CDA)
- Mede ondertekenaar: M. Prenger, griffier
Onderdeel van kamerstukdossier 36322 -2 Werkbezoek van een delegatie van de contactgroep voor de Verenigde Staten aan de Verenigde Staten.
Onderdeel van zaak 2025Z08520:
- Indiener: D.G. Boswijk, Tweede Kamerlid
- Medeindiener: M. Prenger, griffier
- Voortouwcommissie: vaste commissie voor Buitenlandse Zaken
- 2025-05-15 12:30: Procedurevergadering (Procedurevergadering), vaste commissie voor Buitenlandse Zaken
Preview document (š origineel)
36 322 Werkbezoek van een delegatie van de contactgroep voor de Verenigde Staten aan de Verenigde Staten
Nr. 2 VERSLAG VAN EEN WERKBEZOEK VAN EEN DELEGATIE UIT DE
CONTACTGROEP VOOR DE VERENIGDE STATEN VAN 6 TOT EN MET 10 JANUARI
2025
Vastgesteld 28 april 2025
Een delegatie uit de contactgroep voor de Verenigde Staten (VS)
bracht van 6 tot en met 10 januari 2025 een werkbezoek aan de Verenigde
Staten. De delegatie bestond uit de leden Boswijk (delegatieleider),
Boon (PVV), Van Meetelen (PVV), Hirsch (GroenLinks-PvdA), Van der Burg
(VVD), Kahraman (NSC) en Paternotte (D66).
Het bezoek vond plaats in een bijzonder politiek momentum: enkele dagen
voor de inauguratie van de 47e president van de Verenigde Staten, Donald
Trump, en kort na de installatie van het 119e Amerikaanse Congres. Doel
van het werkbezoek was om in een vroeg stadium de banden aan te halen en
de bilaterale relaties te versterken, in het bijzonder met leden van de
United States Congressional Caucus on the Kingdom of the
Netherlands, de counterpart van de Contactgroep in het Amerikaanse
Congres. Daarnaast wilde de delegatie zich verdiepen in de actuele
politieke, economische en maatschappelijke ontwikkelingen in het land,
en zich informeren over de te verwachten beleidswijzigingen onder de
nieuwe regering-Trump.
De delegatie begon het werkbezoek in New York, waar in de periode
2024-2026 wordt stilgestaan bij vier eeuwen gedeelde geschiedenis tussen
Nederland en New York. In 1624 arriveerden de eerste Nederlandse
kolonisten in het gebied dat later bekend zou worden als Nieuw-Amsterdam
ā het huidige New York ā waar de Nederlandse invloeden tot op de dag van
vandaag zichtbaar zijn. Aansluitend vervolgde de delegatie het programma
in Washington D.C. In onderstaand verslag worden de hoofdlijnen van de
gevoerde gesprekken weergegeven.
De delegatie bedankt alle gesprekspartners en degenen die betrokken zijn
geweest bij het organiseren van dit werkbezoek. In het bijzonder wil de
delegatie haar waardering uitspreken voor de inzet van het Nederlandse
consulaat-generaal in New York en de Nederlandse ambassade in Washington
D.C bij de voorbereiding van het programma en tijdens het werkbezoek. De
hartelijke ontvangst in de VS en de goede begeleiding van de delegatie
hebben in belangrijke mate bijgedragen aan het welslagen van het
werkbezoek.
De voorzitter van de delegatie,
Boswijk
De griffier van de delegatie,
Prenger
Maandag 6 januari 2025
Het werkbezoek begon met een ontvangst op het Nederlandse
consulaat-generaal in New York, waar consul-generaal Ahmed Dadou en zijn
team de delegatie verwelkomden. De delegatie werd geĆÆnformeerd over de
economische en consulaire werkzaamheden van het consulaat, dat negen
staten in het noordoosten van de VS bedient, en de culturele
werkzaamheden die het gehele land beslaan. Er werd benadrukt dat de
afzonderlijke staten binnen het federale systeem van de VS over
aanzienlijke autonomie beschikken, met name op het gebied van handel,
regelgeving en investeringen. Dit onderstreept het belang van
samenwerking op het niveau van de Staten. Ook werd stilgestaan bij
Future400, een initiatief van het consulaat ter gelegenheid van
400 jaar gedeelde geschiedenis tussen Nederland en de VS. Door onder
meer culturele programmaās, educatieve initiatieven en evenementen wordt
niet alleen stilgestaan bij gezamenlijke successen, maar wordt ook
aandacht besteed aan de complexere en minder belichte kanten van de
gedeelde geschiedenis.
Aansluitend kreeg de delegatie een rondleiding van de Nederlandse
architect Matthijs Bouw langs een deel van het East Side Coastal
Resiliency (ESCR) project. De belangrijkste aanleiding voor dit
omvangrijke infrastructuurproject was orkaan Sandy die in 2012 zware
overstromingen veroorzaakte, met name in de Lower East Side van New
York. Het project heeft als doel om deze, en omliggende wijken, beter te
beschermen tegen overstromingen en de gevolgen van klimaatverandering,
en speelt een cruciale rol in de bredere strategie van de stad om
klimaatbestendiger te worden. ESCR omvat onder meer de aanleg van
verhoogde parken, versterkte en verhoogde kades en verbeterde
waterafvoer. Nederlandse expertise is prominent vertegenwoordigd:
ingenieursbureau Arcadis en het bureau One Architecture &
Urbanism van Matthijs Bouw zijn nauw betrokken bij het ontwerp en
de uitvoering. De heer Bouw lichtte toe dat er bewust is gekozen om het
project te starten in economisch kwetsbare wijken, zodat zij als eerste
beschermd zijn. Burgerparticipatie was daarbij een essentieel onderdeel.
De uitvoering van het project heeft echter uitdagingen gekend.
Bureaucratische complexiteit en de betrokkenheid van meerdere
overheidslagen vertraagden zowel de besluitvorming als de uitvoering.
Ter afsluiting gaf de heer Bouw de delegatie twee aandachtspunten mee.
Ten eerste: denk en plan op de lange termijn om de gevolgen van
klimaatverandering te ondervangen ā dit voorkomt hoge kosten en biedt
duurzamere oplossingen. Ten tweede: betrek de lokale gemeenschap ā hun
input en betrokkenheid zijn essentieel voor een succesvol en breed
gedragen project.
Vervolgens sprak de delegatie met de Nederlandse permanente
vertegenwoordiging bij de Verenigde Naties (VN) over het functioneren
van de VN en de Nederlandse inzet. Daarbij kwam onder meer de zorgelijk
financiƫle situatie van de VN aan bod. Verschillende lidstaten lopen
achter met hun betalingen. Zo hebben de Verenigde Staten, als grootste
financiƫle bijdrager met een aandeel van 22%, reeds een achterstand in
de betalingen en de vooruitzichten onder de regering-Trump stemmen
somber. De Nederlandse inzet in de VN is gebaseerd op drie pijlers: (1)
het beschermen van de fundamentele beginselen van het multilaterale
stelsel (2) het versterken van de positie van het Koninkrijk en de EU
binnen de VN en (3) het doorvoeren van hervormingen om de organisatie
toekomstbestendig te maken. Hoewel de VN voor grote uitdagingen staat,
werden ook de behaalde successen onderstreept. Zo werd onlangs een nieuw
cybercrimeverdrag aangenomen en zijn onderhandelingen gestart over een
Crimes Against Humanity Treaty.
Tijdens de lunch ging de delegatie in gesprek met de Nederlandse
VS-correspondenten Michiel Vos (RTL) en Thomas Rueb (Volkskrant). Het
gesprek ging over de uitslag van de recente verkiezingen, de
verwachtingen over het beleid van president Trump en de gevolgen voor
Europa.
In de middag bezocht de delegatie het Solomon R. Guggenheim Museum &
Foundation, waar zij werd ontvangen door de Nederlandse CEO, Mariƫt
Westermann. Mevrouw Westermann is niet alleen verantwoordelijk voor het
Guggenheim museum in New York, maar ook voor de vestigingen in Bilbao en
Venetiƫ, evenals het toekomstige museum in Abu Dhabi. Mevrouw Westermann
leidde de delegatie rond in het museum en stond in het bijzonder stil
bij de Piet Mondriaan tentoonstelling. Ze besprak Mondriaans invloed op
de moderne kunst en de connecties tussen de Europese en Amerikaanse
kunstwereld. In het aansluitende gesprek kwamen de verschillen tussen
Nederland en de VS aan bod: zo zijn musea in de VS sterk afhankelijk van
particuliere filantropie. Tot slot werd benadrukt hoe kunst en cultuur
een belangrijke bijdrage leveren aan de diplomatieke betrekkingen tussen
Nederland en de Verenigde Staten.
Aansluitend sprak de delegatie in The New York Historical
Society met de heer Russell Shorto, een gerenommeerd historicus en
auteur, die bekend staat om zijn werk over de Nederlandse invloed op de
geschiedenis van New York. Toegelicht werd hoe principes als tolerantie
en vrije handel die in Nieuw-Amsterdam werden geĆÆntroduceerd, de basis
hebben gelegd voor de ontwikkeling van New York als een multiculturele
en economische hub. Daarnaast kwam ook de schaduwzijde van slavernij en
uitbuiting in de kolonie aan bod.
De dag werd afgesloten met een diner met Nederlandse ondernemers in New
York, waar onder andere de verschillen in ondernemerschap tussen
Nederland en de Verenigde Staten, werden besproken.
Dinsdag 7 januari 2025
Op dinsdagochtend kreeg de delegatie een rondleiding door de New
York Stock Exchange, waar werd stilgestaan bij de Nederlandse
geschiedenis en de invloed daarvan op de ontwikkeling van de financiƫle
markten, de relaties met de Europese markten en de toekomst van de
beurshandel.
Aansluitend bezocht de delegatie het hoofdkwartier van het New York Police Department (NYPD) en werd aldaar rondgeleid door het Joint Operations Center, waar op grote schermen real-time camerabeelden, misdaadstatistieken en incidentmeldingen worden weergegeven. Hier kreeg zij een toelichting op hoe de NYPD met behulp van geavanceerde technologieƫn snel kan reageren op incidenten. Zo werkt de NYPD met ShotSpotter, een systeem dat schoten met akoestische sensoren detecteert en onmiddellijk de exacte locatie naar de politie stuurt, waardoor agenten sneller ter plaatse kunnen zijn. Daarnaast werd uitgelegd hoe data-analyse, slimme algoritmes en videobewaking worden ingezet om criminaliteit te voorspellen en te bestrijden. Ook werd gesproken over het belang van internationale politiesamenwerking, onder meer via Europol.
In de middag vertrok de delegatie per trein naar Washington D.C en
werd direct na aankomst gebriefd door de hoofden van de politieke,
economische en militaire afdeling van de Nederlandse ambassade in
Washington D.C. De delegatie werd bijgepraat over de laatste politieke
ontwikkelingen, de verwachte koers van de nieuwe regering-Trump, de
mogelijke gevolgen voor de trans-Atlantische en bilaterale betrekkingen
en de stand van de economie en defensie in de VS.
In de avond werd namens de delegatie de laatste eer bewezen aan
voormalig President Jimmy Carter, die op 29 december 2024 overleed en
lag opgebaard in de Rotonda van het Capitool. De delegatie stond stil
bij zijn betekenis voor de Verenigde Staten en betuigde respect voor
zijn decennialange inzet voor democratie, mensenrechten en vrede
wereldwijd.
Woensdag 8 januari 2025
In de ochtend ging de delegatie in gesprek met Constanze Stelzenmüller,
directeur van het Center on the United States and Europe bij
denktank Brookings, over trans-Atlantische samenwerking en geopolitieke
ontwikkelingen. Mevrouw Stelzenmüller gaf aan dat er op veel kwesties
nog onzekerheid bestaat over de koers van de regering-Trump. Ze wees op
de verdeeldheid binnen de Trump-aanhang en benadrukte dat de nieuwe
regering waarschijnlijk geen eenduidige en consistente lijn zal volgen.
De vraag werd gesteld wat Europa kan doen om de trans-Atlantische band
onder de inkomende regering-Trump te versterken. Volgens Stelzenmüller
is de sleutel tot Europese invloed een sterkere Europese
defensiecapaciteit. Ze benadrukte dat Europa haar eigen
veiligheidsvraagstukken serieus moet nemen en structureel meer moet
investeren in defensie. Het grootste obstakel daarbij is niet zozeer de
dreigingsperceptie of politieke wil, maar eerder het gebrek aan
financiƫle middelen en de complexiteit van defensiefinanciering binnen
Europa. Een cruciale stap is volgens haar het verbeteren van de
financiering van de Europese defensie-industrie. Veel defensiebedrijven
in Europa hebben geen toegang tot financiering via banken, wat innovatie
en schaalvergroting belemmert. Stelzenmüller pleitte voor een Europees
financieel instrument om defensie te ondersteunen, wat niet alleen de
concurrentiepositie van Europa zou versterken, maar ook de bijdragen aan
de NAVO zou verbeteren. Dit zou tevens mogelijkheden openen voor
samenwerking met de Verenigde Staten en het Verenigd Koninkrijk.
Aansluitend sprak de delegatie met Congreslid John Moolenaar, voorzitter van de House Select Committee on the Chinese Communist Party, een commissie van het Amerikaanse Huis van Afgevaardigden die in 2023 werd opgericht met als doel de dreigingen van de Chinese Communistische Partij op economisch, technologisch als nationaal veiligheidsgebied te onderzoeken en beleidsaanbevelingen te formuleren om de Amerikaanse belangen te beschermen. De commissie werd begin januari in het nieuwe Congres opnieuw geĆÆnstalleerd en richt zich op drie hoofdthemaās: nationale veiligheid, handel en mensenrechten. Moolenaar benadrukte het belang van (economische) samenwerking en nauwe afstemming met gelijkgestemde landen, zoals Nederland, om te voorkomen dat China westerse technologie gebruikt om de vrije wereld te ondermijnen. In dit kader waarschuwde hij voor universitaire samenwerkingen met China, waarbij China toegang krijgt tot onderzoek met dual-use toepassingen. Hij verwees daarbij naar een recent rapport dat de risicoās en kwetsbaarheden van dergelijke academische samenwerkingen blootlegt.1 Daarnaast uitte hij zorgen over systematische inspanningen van China om data te verzamelen, onder meer via elektrische en autonome voertuigen. Ook wees hij op de afhankelijkheid van Chinese batterijen en de risicoās die dat met zich meebrengt voor zowel de economie als nationale veiligheid. Tot slot benadrukte hij de noodzaak om toeleveringsketens in kaart te brengen, evenals controle op investeringen, om zo strategische afhankelijkheden te identificeren en ongewenste overdracht van gevoelige technologieĆ«n te voorkomen.
Tijdens de lunch sprak de delegatie met experts van The Heritage Foundation, een invloedrijke conservatieve denktank in Washington D.C. Centraal stond de vraag wat de verwachtingen zijn voor de nieuwe Trump-regering en welke rol Nederland en de EU kunnen spelen in het versterken van de trans-Atlantische betrekkingen. Op het gebied van handel wordt verwacht dat Trump opnieuw zijn presidentiële bevoegdheden zal inzetten om importtarieven op te leggen aan verschillende landen, zonder daarvoor goedkeuring van het Congres nodig te hebben. Deze benadering weerspiegelt zijn voorkeur voor transactionele deals boven traditionele diplomatie, waarbij handel en tarieven tevens dienen als geopolitieke drukmiddelen. Met betrekking tot Rusland en Oekraïne verwachten de experts dat er tegen het einde van het jaar een vredesakkoord op tafel ligt, waarbij een status quo het meest waarschijnlijke scenario lijkt. Tegelijkertijd voorziet men dat Trump weinig ruimte zal geven voor verdere concessies aan Rusland, en mogelijk zelfs een hardere lijn zal volgen dan de regering-Biden. Daarbij werd benadrukt dat Europa zonder substantiële Amerikaanse militaire steun zichzelf niet effectief kan verdedigen. De hoogste prioriteit voor Nederland en andere Europese landen zou dan ook moeten zijn om aanzienlijk meer te investeren in defensie en hun eigen defensiecapaciteit op orde te brengen. De mogelijkheid van een Europees leger werd daarbij als zeer onwenselijk bestempeld. Indien Europa geen gehoor geeft aan de oproep tot hogere defensie-uitgaven, bestaat het risico dat de Amerikaanse militaire aanwezigheid op het continent wordt afgebouwd en troepen grotendeels worden verplaatst naar de Indo-Pacifische regio. Heritage uitte zich bovendien zeer kritisch over de Europese Unie. Volgens Heritage heeft Nederland een gunstige uitgangspositie richting de nieuwe regering-Trump, maar is het van belang om zoveel mogelijk bilateraal met Washington samen te werken, aangezien ook Trump uitgesproken kritisch is op de EU. Onder de aankomende regering zal Heritage zich richten op beleid dat inzet op lage belastingen, minder regelgeving, vrijhandel, vrijheid van meningsuiting en energiezekerheid.
In de middag verplaatste de delegatie zich naar het United States
Holocaust Memorial Museum, een nationale instelling voor de
documentatie, studie en interpretatie van de geschiedenis van de
Holocaust. De delegatie werd daar rondgeleid door de uitgebreide
tentoonstelling over de genocide van zes miljoen Joden en miljoenen
anderen door het naziregime tijdens de Tweede Wereldoorlog. Het museum
dient als een educatief centrum en een gedenkplaats, met als doel
bewustzijn te vergroten over de gevaren van haat, onverdraagzaamheid en
genocide.
De dag werd afgesloten met een diner op de residentie van ambassadeur
Tazelaar met dertien Congresleden van de United States Congressional
Caucus on the Kingdom of the Netherlands, de Amerikaanse
counterpart van de Contactgroep. Aanwezig waren de Republikeinse leden
Huizenga (co-voorzitter van de Caucus), Van Duyne, McCormick, Feenstra,
Van Orden, Fong, Wilson, Newhouse en Miller, en de Democratische leden
Scholten, Tonko, Norcross en Wasserman Schultz. In een informele sfeer
werd (nader) kennisgemaakt en gesproken over actuele themaās. Van beiden
zijden werd het belang van structureel contact en verdere versterking
van de bilaterale samenwerking onderstreept.
Donderdag 9 januari 2025
In de ochtend vertrok de delegatie per bus naar een datacenter van het
bedrijf CoreSite in Noord Virginia, een regio die wereldwijd bekendstaat
als het grootste concentratiegebied van datacenters en een belangrijk
knooppunt voor dataverkeer tussen de Verenigde Staten en Europa. Ter
plaatse kreeg de delegatie een presentatie door enkele medewerkers,
waaronder de president en de vicepresident van het bedrijf, gevolgd door
een rondleiding door het datacenter. Er werd gesproken over de
uitdagingen op het gebied van veiligheid en cybersecurity, evenals de
maatschappelijke discussie rond de groei van datacenters. CoreSite
benadrukte dat datacenters essentieel zijn voor het functioneren van
vitale voorzieningen, zoals noodnummers. Zonder datacenters zou een
groot deel van de hedendaagse digitale samenleving simpelweg niet kunnen
draaien. Daarnaast werd stilgestaan bij een groeiend knelpunt: de
energievoorziening. Datacenters verbruiken enorme hoeveelheden energie.
Waar het voorheen drie tot vijf jaar duurde om een nieuwe
stroomaansluiting te realiseren in Noord Virginia, is dat inmiddels
opgelopen tot zeven tot tien jaar, als gevolg van overbelasting van het
elektriciteitsnet. Deze ontwikkeling vormt een grote uitdaging voor
verdere uitbreiding in de regio.
Tijdens de lunch sprak de delegatie met de heer Kelly en mevrouw
PeƱas van de Fairfax County Economic Development Authority
(FCEDA). De FCEDA heeft als doel investeringen en bedrijfsontwikkeling
in Fairfax County, Virginia, te bevorderen. De strategische rol van de
regio werd benadrukt: ongeveer 95% van het wereldwijde dataverkeer loopt
via Noordwest-Virginia. Binnen de regio is er een discussie gaande over
de toekomst van datacenters, waarbij de meningen verdeeld zijn. FCEDA
wees op het economische belang van de sector, met name door
belastinginkomsten en werkgelegenheid. Tegelijkertijd werd erkend dat
datacenters gepaard gaan met nadelen, zoals geluidsoverlast en een zeer
hoog energieverbruik. Energievoorziening vormt dan ook een toenemende
uitdaging: waar datacenters voorheen snel gebouwd kon worden, zorgen
beperkingen in het elektriciteitsnet nu voor vertraging. De FCEDA voert
hierover maandelijks overleg met energiebedrijven. Tot slot werd de
arbeidsmarktkrapte besproken. In de regio staan circa 90.000 vacatures
open, vooral voor hoogopgeleid personeel. Vanuit FCEDA wordt hierbij
ingezet op samenwerking met universiteiten en militaire bases in de
regio, mede omdat personeel afkomstig van defensie vaak al over de
juiste veiligheidsmachtigingen beschikt om te werken in datacenters. Het
streng aangekondigde migratiebeleid kan nadelig uitpakken, omdat
vacatures nu al niet kunnen worden ingevuld.
In het kader van 80 jaar bevrijding van Nederland, dat in 2024 en 2025
wordt gevierd, bezocht de delegatie het Netherlands Carillon en
Arlington National Cemetery. Bij het carillon werd zij
verwelkomd door Scott Hill van de George Washington Memorial
Parkway en beiaardierĀ Kevin Lieberman. Het carillon is een geschenk
van het Nederlandse volk aan de Verenigde Staten, als blijk van dank
voor de Amerikaanse inzet tijdens de bevrijding van Nederland in de
Tweede Wereldoorlog. Het carillon bestaat uit 53 klokken, die recent nog
zijn gerestaureerd en aangevuld met drie nieuwe klokken ter ere van
Martin Luther King Jr., Eleanor Roosevelt en Ruth Bader Ginsburg. Het is
een van de weinige carillons in de Verenigde Staten die nog handmatig
worden bespeeld. BeiaardierĀ Kevin Lieberman gaf een toelichting over
zijn rol en het muzikale en culturele belang van het carillon.
Vervolgens werd de delegatie door een vrijwilliger rondgeleid door
Arlington National Cemetery, een van de belangrijkste militaire
begraafplaatsen van de Verenigde Staten. Hier rusten meer dan 400.000
militairen en prominente burgers. De delegatie woonde de ceremoniƫle
wisseling van de wacht bij het graf van de onbekende soldaat bij, een
indrukwekkend eerbetoon aan alle anonieme gevallenen. Namens de
delegatie werden tevens kransen gelegd bij de graven van vier
Nederlandse militairen die op Arlington begraven liggen.
Voorafgaand aan het diner sprak de delegatie met Sjoerd den Daas,
correspondent in de Verenigde Staten voor de NOS. Den Daas is recent
overgestapt naar deze functie, na eerder jarenlang verslag te hebben
gedaan vanuit China. Tijdens het gesprek deelde hij zijn eerste
indrukken van de Verenigde Staten en reflecteerde hij op de verschillen
en overeenkomsten tussen beide grootmachten.
De dag werd afgesloten met een diner bij de Army Navy Club met
defensie-experts. Aanwezig waren Shannon Scott-Paul, partner bij C2
Strategies en Bill Monahan, Senior Fellow bij het Center for
European Policy Analysis (CEPA). Het gesprek werd geleid door Sebo
Hofkamp, defensieattachƩ op de Nederlandse ambassade in Washington. Er
werd gesproken over trans-Atlantische defensiesamenwerking en de te
verwachten koers onder de nieuwe Trump-regering, de noodzaak om de
Europese defensiecapaciteiten op te schalen, de oorlog in OekraĆÆne en de
uitdagingen waarvoor de NAVO de komende jaren komt te staan. In dit
verband werd onderstreept dat flexibiliteit van essentieel belang zal
zijn: bondgenoten moeten voorbereid zijn op een verhoogde mate van
onvoorspelbaarheid en in staat zijn om snel te kunnen inspelen op
veranderende omstandigheden.
Vrijdag 10 januari 2025
De laatste dag van het werkbezoek begon met een gesprek op het State
Department met de heer Robert Lee, Director van het Office of
Western European Affairs. De heer Lee lichtte toe dat in de huidige
overgangsfase nog veel nog onduidelijk is over de exacte beleidskoers
van de nieuwe regering-Trump. Er werd besproken hoe deze overgangsfase
er in de praktijk uitziet: zo wordt naar verwachting ongeveer een derde
van de Amerikaanse ambassadeurs vervangen, en zijn veel sleutelposities
binnen het State Department in afwachting van nieuwe
benoemingen. Ook werd stilgestaan bij de rol van de Senaat, die niet
alleen de benoemingen van ambassadeurs moet bevestigen, maar ook ruimte
heeft om beleidsprioriteiten mee te geven. In het gesprek werd benadrukt
dat het aangekondigde āAmerica Firstā-beleid van de nieuwe
regering niet gelijk zal staan aan een āAmerica aloneā-beleid.
De Verenigde Staten zullen blijven inzetten op samenwerking met
bondgenoten, maar verwachten tegelijkertijd meer wederkerigheid. In dat
licht werd erop gewezen dat Europa, en ook Nederland, hun
verantwoordelijkheid moeten nemen op het gebied van veiligheid en
defensie. China werd genoemd als een blijvend strategisch aandachtspunt
in het Amerikaanse buitenlandbeleid. De heer Lee benadrukte dat
Nederland een belangrijke bondgenoot is en dat er veel mogelijkheden
zijn voor verdere samenwerking.
Aansluitend sprak de delegatie met experts van de denktank American
Enterprise Institute (AEI). Centraal in het gesprek stond de
mogelijke impact van de nieuwe regering-Trump op de trans-Atlantische
verhoudingen. De experts schetsten een helder beeld: onder Trump zal de
druk op Europa toenemen om meer verantwoordelijkheid te nemen voor haar
eigen veiligheid en fors meer te investeren in defensie. Europa zou zich
in een aanzienlijk sterkere positie bevinden als het duidelijk maakt dat
het daartoe structureel bereid is. Een belangrijke uitdaging betreft de
wijze waarop Europa zich onder de nieuwe Trump-regering richting de
Verenigde Staten positioneert. Tot op heden slaagt Europa er onvoldoende
in een nieuw āidioomā te ontwikkelen dat aansluit bij de uitgesproken
transactionele benadering van Trump, aldus de experts.
Het werkbezoek werd afgesloten met een informele lunch met leden van de
afdeling Washington D.C. van de Netherlands America Foundation
(NAF), een stichting die zich inzet voor het bevorderen van de banden
tussen Nederland en de Verenigde Staten op het gebied van cultuur,
onderwijs en handel.
The Select Committee on the CCP Majority Staff Report, September 2024, How American Taxpayers and Universities Fund the CCPās Advanced Military and Technological Research, RS Report Cover Final (1)-merged-compressed (2).pdfā©ļø