[overzicht] [activiteiten] [ongeplande activiteiten] [besluiten] [commissies] [geschenken] [kamerleden] [kamerstukdossiers] [🧑mijn] [open vragen]
[toezeggingen] [stemmingen] [verslagen] [🔍 uitgebreid zoeken] [wat is dit?]

Memorie van toelichting

Jaarverslag en slotwet Ministerie van Defensie 2024

Memorie van toelichting

Nummer: 2025D20078, datum: 2025-05-21, bijgewerkt: 2025-05-28 16:39, versie: 2 (versie 1)

Directe link naar document (.pdf), link naar pagina op de Tweede Kamer site, officiële HTML versie (kst-36740-X-4).

Gerelateerde personen:

Onderdeel van kamerstukdossier 36740 X-4 Jaarverslag en slotwet Ministerie van Defensie 2024.

Onderdeel van zaak 2025Z08693:

Onderdeel van activiteiten:

Preview document (🔗 origineel)


Tweede Kamer der Staten-Generaal 2
Vergaderjaar 2024‒2025
36 740X Jaarverslag en Slotwet van het ministerie van Defensie (X) 2024
Nr. 4

Memorie van toelichting

A Artikelgewijze toelichting bij het wetsvoorstel

Wetsartikelen 1 tot en met 2

De begrotingsstaten die onderdeel zijn van de rijksbegroting, worden op grond van artikel 2.3, eerste lid, van de Comptabiliteitswet 2016 afzonderlijk bij wet vastgesteld en ook gewijzigd. Het onderhavige wetsvoorstel strekt ertoe om voor het jaar 2024 wijzigingen aan te brengen in:

  1. de departementale begrotingsstaat van het ministerie van Defensie;
  2. de begrotingsstaten inzake de agentschappen van dit ministerie;

De in de begrotingsstaten opgenomen begrotingsartikelen worden in onderdeel B van deze memorie van toelichting toegelicht.

De Minister van Defensie,

R.P. Brekelmans

B Artikelgewijze toelichting bij de begrotingsartikelen (slotverschillen)

1 Leeswijzer

In de Slotwet voor de Defensiebegroting (X) zijn technische uitvoeringsmutaties, mutaties van boekhoudkundige aard of mutaties voortvloeiend uit controlebevindingen opgenomen. Tevens zijn de verwachte overschrijdingen van de uitgaven, verplichtingen en ontvangsten op artikelniveau opgenomen in de Kamerbrief «Beleidsmatige mutaties na Najaarsnota» d.d. 16 december 2024, nummer 36 600 X, nr. 70). In de Slotwet is voor het agentschap Paresto geen toelichting opgenomen. De jaarverantwoording van Paresto is opgenomen in het Jaarverslag 2024.

De mutaties groter of gelijk aan de ondergrenzen in onderstaande staffel worden toegelicht.

< 50 1 2
=> 50 en < 200 2 4
=> 200 < 1000 5 10
=> 1000 10 20

2 Beleidsartikelen

Artikel 1 Inzet

Verplichtingen

In 2024 zijn € 206,6 miljoen minder verplichtingen aangegaan dan ten tijde van de tweede suppletoire begroting werd geraamd. Dit is voornamelijk het gevolg van lagere verplichtingen die zijn aangegaan voor de steun aan Oekraïne. Defensie heeft met name vanwege de krapte op de defensiemarkt minder kunnen verplichten dan gewenst, daarnaast hebben geplande leveringen in samenwerking met andere landen meer tijd in beslag genomen dan verwacht. De geplande steun aan Oekraïne wordt voortgezet en de onbenutte verplichtingenruimte verschuift naar 2025.

Uitgaven

Voor 2024 is er € 24,2 miljoen meer uitgavenruimte gebruikt dan ten tijde van de tweede suppletoire begroting werd geraamd. Met name vanwege € 47,0 miljoen hogere uitgaven voor de steun aan Oekraïne. Dit heeft onder andere te maken met een geplande betaling in 2025 die in 2024 kon plaatsvinden. Daarnaast was € 25,0 miljoen al aangekondigd in de Kamerbrief «Beleidsmatige mutaties na Najaarsnota» d.d. 16 december 2024, nummer 36 600 X, nr. 70. De uitgaven voor het Budget Internationale Veiligheid (BIV) waren € 14,6 miljoen lager dan voorzien. Verder zijn de uitgaven voor de Financiering Nationale Inzet Krijgsmacht (FNIK) en de overige inzet gezamenlijk € 8,3 miljoen lager.

Ontvangsten

De lagere ontvangsten van € 158,8 miljoen zijn het gevolg van de samenwerkingsverbanden voor militaire steun aan Oekraïne. Deze steun wordt soms samen met andere landen georganiseerd, waarbij zij bijdragen aan de gezamenlijke aanschaf van materieel. Niet alle verwachte ontvangsten van de samenwerkende landen zijn ontvangen in 2024, waardoor deze ontvangsten deels naar 2025 verschuiven. € 117,0 miljoen aan ontvangsten verschuift echter niet naar 2025 omdat de onderliggende munitielevering niet doorgaat. Dit is ook aangekondigd in de Kamerbrief «Beleidsmatige mutaties na Najaarsnota» d.d. 16 december 2024, nummer 36 600 X, nr. 70.

Artikel 3 Koninklijke Landmacht

Verplichtingen

Voor 2024 zijn € 33,2 miljoen minder verplichtingen aangegaan dan bij de tweede suppletoire begroting werd geraamd. Het betreft voornamelijk meerjarige verplichtingen ten behoeve van oefenterreinen (gereedstelling) waarvan ten tijde van de tweede suppletoire begroting de verwachting was dat deze nog in 2024 zouden worden aangegaan, maar uiteindelijk pas in 2025 zijn verplicht.

Artikel 4 Koninklijke Luchtmacht

Verplichtingen

In 2024 zijn voor € 42,2 miljoen meer verplichtingen aangegaan dan was voorzien bij de tweede suppletoire begroting. Voor € 20,7 miljoen zijn hogere verplichtingen aangegaan ten behoeve van opleidingen. De verwachting was dat een meerjarige FMS-case zou worden afgesloten in 2025, maar deze werd uiteindelijk eind 2024 ondertekend. Daarnaast hangt € 7,4 miljoen hogere verplichtingenruimte evenredig samen met de verhoging van formatie gerelateerde uitgaven (zie hieronder). Tot slot is een ophoging van € 5,7 miljoen noodzakelijk geweest voor inhuur van flexibele personele capaciteit.

Uitgaven

Voor 2024 is er € 22,3 miljoen meer uitgavenruimte gerealiseerd dan ten tijde van de tweede suppletoire begroting werd geraamd. Dit is het gevolg van hogere personeelslasten (€ 7,2 miljoen) door een hogere eindejaarsuitkering (EJU) dan initieel ingeschat, alsmede door een ongeplande betaling van compensatie van vakantiedagen van reservisten. Daarnaast is voor € 6,2 miljoen meer gerealiseerd aan personele exploitatie ten opzichte van de tweede suppletoire begroting, als gevolg van voorschotbetalingen voor lopende FMS-cases ten behoeve van de vliegeropleidingen. Deze betalingen zijn gedaan op verzoek van de Verenigde Staten. Verder is er meer uitgegeven door een betaling van pensioenen (€ 5,7 miljoen) in december 2024. Dit is aangekondigd in de Kamerbrief «Beleidsmatige mutaties na Najaarsnota» d.d. 16 december 2024, nummer 36 600 X, nr. 70.

Ontvangsten

De ontvangsten zijn € 5,4 miljoen hoger uitgevallen dan ten tijde van de tweede suppletoire begroting werd geraamd. Er is sprake van hogere ontvangsten als gevolg van het gebruik van brandstof door buitenlandse militaire partners. Daarnaast zijn extra ontvangsten gegenereerd op basis van de Financiering Nationale Inzet Krijgsmacht (FNIK) als gevolg van Non-combattant Evacuation Operations (NEO) met de Multinational MRTT Unit (MMU) in Israël.

Artikel 5 Koninklijke Marechaussee

Uitgaven

De uitgaven zijn € 8,8 miljoen lager dan ten tijde van de tweede suppletoire begroting werd geraamd. Dit is voornamelijk het gevolg van het niet realiseren van materiële uitgaven (€ 8,6 miljoen). Zoals ook in het jaarverslag is toegelicht zijn personele uitbreidingen vertraagd.

Artikel 8 Defensie Ondersteuningscommando

Uitgaven

De uitgaven zijn per saldo € 16,1 miljoen lager dan ten tijde van de tweede suppletoire begroting werd geraamd. Er is € 12,4 miljoen minder uitgegeven aan het Nationaal Fonds Ereschuld voor betalingen aan veteranen die een beroep op dit fonds hebben gedaan. Daarnaast zijn er op de materiële en personele exploitatie € 11,2 miljoen lagere uitgaven gedaan dan was verwacht voor opleidingen, transport en energie & water. Daarentegen is er meer uitgegeven door een betaling van pensioenen (€ 7,0 miljoen) in december 2024.

3 Niet-Beleidsartikelen

3.1 Artikel 9 Algemeen

Verplichtingen

Voor 2024 is de verplichtingenrealisatie op dit artikel € 22,4 miljoen lager dan geraamd in de tweede suppletoire begroting. Dit hangt voornamelijk samen met de uitgaven die hieronder worden toegelicht.

Uitgaven

Voor 2024 is de uitgavenrealisatie per saldo € 17,6 miljoen lager dan ten tijde van de tweede suppletoire begroting werd geraamd. Er is voor de Regeling Chroom 6 Defensie € 9,1 miljoen minder gerealiseerd. Dit is het restant van het initieel voor deze regeling gereserveerde bedrag waarvan naar verwachting in de komende jaren nog betalingen gedaan zullen worden. Verder is voor bijdrage aan de NAVO € 10,4 miljoen minder uitgegeven dan geraamd. Dit wordt met name veroorzaakt door een bijstelling van de budgettaire plafonds door de NAVO. Jaarlijks wordt het Common Funding Resource Plan (CFRP) van de NAVO geactualiseerd. Daarin worden budgettaire plafonds vermenigvuldigd met het Nederlandse kostenaandeel. Het resultaat daarvan wordt verwerkt in de meerjarige kasreeks. Indien blijkt dat het realisatievermogen van de NAVO minder is (zoals vastgesteld door het Budget Committee), dan wordt de gevraagde bijdrage verlaagd. Deze bijdrage vindt in meerdere tranches plaats en hierdoor is afgeweken van de geraamde bijdrage ten tijde van de tweede suppletoire begroting.

Verder is € 12,9 miljoen meer uitgegeven aan de bijdrage aan kennisopbouw TNO via EZ ten behoeve van programmafinanciering op het gebied van kennis & innovatie. Met de ontwerpbegroting was dit bedrag geraamd in het Defensiematerieelbegrotingsfonds. De uitgaven van de kennisinstellingen verloopt via artikel 9. Dit wordt in 2025 budgettair gecorrigeerd.

3.2 Artikel 10 Apparaat kerndepartement

Verplichtingen

Voor 2024 is de verplichtingenrealisatie op dit artikel per saldo € 116,0 miljoen hoger dan ten tijde van de tweede suppletoire begroting werd geraamd. Dit wordt grotendeels veroorzaakt door de betaling van pensioenlasten in december 2024. Daarnaast zijn voor € 38,0 miljoen aan verplichtingen aangegaan ten behoeve van het plannen, regisseren en implementeren van nieuwe digitale oplossingen (programma Defensie Open op Orde). Daartegenover is voor € 13,2 miljoen minder aan verplichtingen aangegaan voor externe inhuur, vanwege een hogere instroom aan vast personeel en voortijdige beeïndigingen van contracten.

Uitgaven

Voor 2024 is de uitgavenrealisatie per saldo € 88,0 miljoen hoger dan ten tijde van de tweede suppletoire begroting werd geraamd. In de Kamerbrief «Beleidsmatige mutaties na Najaarsnota» d.d. 16 december 2024, nummer 36 600 X, nr. 70 is gemeld dat de uitgaven naar verwachting circa € 100,0 miljoen hoger zouden uitvallen dan ten tijde van de tweede suppletoire begroting werd verwacht. Er is uiteindelijk € 97,3 miljoen meer uitgegeven door de betaling van pensioenen in december 2024.