[overzicht] [activiteiten] [ongeplande activiteiten] [besluiten] [commissies] [geschenken] [kamerleden] [kamerstukdossiers] [🧑mijn] [open vragen]
[toezeggingen] [stemmingen] [verslagen] [🔍 uitgebreid zoeken] [wat is dit?]

36484, bijgewerkt t/m nr. 9 (2e NvW d.d. 2 juli 2025)

Wijziging van enkele wetten op het terrein van de accountancy in verband met maatregelen ter verhoging van de kwaliteit van de wettelijke controle (Wijzigingswet accountancysector)

Bijgewerkte tekst

Nummer: 2025D20884, datum: 2025-07-02, bijgewerkt: 2025-07-09 14:58, versie: 2 (versie 1)

Directe link naar document (.doc), link naar pagina op de Tweede Kamer site.

Onderdeel van zaak 2023Z20932:

Onderdeel van activiteiten:

Preview document (🔗 origineel)


Bijgewerkt t/m nr. 9 (2e NvW d.d. 2 juli 2025)



	36 484	Wijziging van enkele wetten op het terrein van de accountancy in
verband met maatregelen ter verhoging van de kwaliteit van de wettelijke
controle (Wijzigingswet accountancysector)







Nr. 2	VOORSTEL VAN WET



	Wij Willem-Alexander, bij de gratie Gods, Koning der Nederlanden, Prins
van Oranje-Nassau, enz. enz. enz.

Allen, die deze zullen zien of horen lezen, saluut! doen te weten:

Alzo Wij in overweging genomen hebben, dat het wenselijk is om
maatregelen te nemen teneinde de kwaliteit van de wettelijke controle
duurzaam te verbeteren en dat daartoe enkele wetten op het terrein van
de accountancy moeten worden gewijzigd;

Zo is het, dat Wij, de Afdeling advisering van de Raad van State
gehoord, en met gemeen overleg der Staten-Generaal, hebben goedgevonden
en verstaan, gelijk Wij goedvinden en verstaan bij deze:

ARTIKEL I

De Wet op het accountantsberoep wordt als volgt gewijzigd:

A

Artikel 3 wordt als volgt gewijzigd:

1. Voor de tekst wordt de aanduiding “1.” geplaatst.

2. Er wordt een lid toegevoegd, luidende:

2. Bij de uitoefening van zijn taken houdt de beroepsorganisatie
rekening met de verschillen in de aard van de werkzaamheden van
accountants.

B

In artikel 4 vervalt “, ledengroepen”.

C

In artikel 5 vervalt “, met uitzondering van de afgevaardigden,
bedoeld in artikel 17, derde lid,”.

D

In artikel 12, tweede lid, vervalt de zinsnede “en uit afgevaardigden
uit de ledengroepbesturen” alsmede de tweede volzin. 

E

Paragraaf 2.5 vervalt.

F

Artikel 19, tweede lid, wordt als volgt gewijzigd:

1. De onderdelen d en e komen te luiden: 

d. de werkwijze van de beroepsorganisatie en haar organen;

e. de hoogte van de kosten, bedoeld in artikel 54, vierde lid;

2. Onder vervanging van de punt aan het slot van onderdeel n door een
puntkomma, worden twee onderdelen toegevoegd, luidende:

o. de wijze waarop de onafhankelijke uitvoering van de evaluatie,
bedoeld in artikel 45b, wordt gewaarborgd, waarbij in ieder geval is
voorzien in de betrokkenheid van een onafhankelijke commissie die in
meerderheid uit personen, niet zijnde accountants, bestaat;

p. de wijze waarop de onafhankelijke totstandkoming van een beslissing
op een aanvraag als bedoeld in de artikelen 54b, eerste lid, en 54c,
eerste lid, wordt gewaarborgd.

G

In artikel 20 wordt “Het bestuur, de ledengroep en het
ledengroepbestuur kunnen” vervangen door “Het bestuur kan” en
wordt “hun” vervangen door “zijn”. 

H

In artikel 22, eerste lid, vervalt “, een ledengroepbestuur”.

I

In artikel 25, eerste lid, wordt “Wet toezicht
accountantsorganisatie” vervangen door “Wet toezicht
accountantsorganisaties”.

J

Na artikel 25 wordt een artikel ingevoegd, luidende:

Artikel 25a

De beroepsorganisatie verstrekt, in afwijking van artikel 2:5 van de
Algemene wet bestuursrecht, desgevraagd gegevens of inlichtingen, al dan
niet van vertrouwelijke aard, verkregen bij de uitoefening van de
ingevolge deze wet opgedragen taken aan de Autoriteit Financiële
Markten voor zover de verstrekking nodig is voor de vervulling van haar
taak ingevolge paragraaf 8.1 van deze wet.

K

In artikel 36, tweede lid, vervalt onderdeel h, onder verlettering van
de onderdelen i tot en met k tot h tot en met j.

L

Na artikel 42 wordt een nieuw artikel ingevoegd, luidende:

Artikel 42a

Het bestuur ziet toe op de nakoming van de voorwaarden, bedoeld in
artikel 2, eerste lid, onderdeel f, van de Wet tuchtrechtspraak
accountants. Indien de betrokkene de gestelde voorwaarden niet binnen de
daarvoor gestelde termijn nakomt, geeft het daarvan kennis aan de
accountantskamer, met zodanige vordering als het nodig acht.

M

Na paragraaf 6.3 wordt een paragraaf ingevoegd, luidende:

§ 6.4. Kwaliteitsindicatoren

Artikel 45a

1. Bij regeling van Onze Minister worden ter bevordering van het inzicht
in factoren die bijdragen aan de kwaliteit van wettelijke controles
kwaliteitsindicatoren vastgesteld, die zowel betrekking kunnen hebben op
de houder van een vergunning als bedoeld in artikel 6, tweede lid, van
de Wet toezicht accountantsorganisaties of een auditkantoor dat
krachtens artikel 12e, tweede lid, van die wet is ingeschreven, als op
de aan de accountantsorganisatie of het auditkantoor verbonden externe
accountants. 

2. De houder van een vergunning als bedoeld in artikel 6, tweede lid,
van de Wet toezicht accountantsorganisaties of een auditkantoor dat
krachtens artikel 12e, tweede lid, van die wet is ingeschreven,
rapporteert op basis van de kwaliteitsindicatoren periodiek aan de
beroepsorganisatie. Rapportage op basis van kwaliteitsindicatoren die
betrekking hebben op de externe accountant, geschiedt door de
accountantsorganisatie of het auditkantoor met gepseudonimiseerde
vermelding van de naam van de betrokken externe accountant.

3. Het bestuur van de beroepsorganisatie maakt de gerapporteerde
informatie openbaar. 

Artikel 45b

Het bestuur van de beroepsorganisatie evalueert de geschiktheid en
volledigheid van de kwaliteitsindicatoren, bedoeld in artikel 45a,
eerste lid, telkens na een bij ministeriële regeling te bepalen periode
en doet daarvan verslag aan Onze Minister. Dit verslag kan aanbevelingen
bevatten.

Artikel 45c

1. Bij algemene maatregel van bestuur wordt de maximale bewaartermijn
bepaald van de op grond van artikel 45a, tweede lid, tweede zin, aan het
bestuur van de beroepsorganisatie gerapporteerde informatie.

2. Bij algemene maatregel van bestuur kan worden bepaald dat de
verplichting, bedoeld in artikel 45a, tweede lid, tevens van toepassing
is op andere, in die maatregel genoemde categorieën van controles dan
de controles, bedoeld in artikel 45a, eerste lid.

3. Bij regeling van Onze Minister kunnen nadere regels worden gesteld
met betrekking tot de verplichtingen, bedoeld in artikel 45a, tweede en
derde lid, en de evaluatie en het verslag, bedoeld in artikel 45b.

N

Artikel 54 wordt als volgt gewijzigd:

1. Het eerste lid, onderdeel b, komt te luiden:

b. beschikt over een in een ander land verkregen diploma of soortgelijk
bewijsstuk en, indien noodzakelijk, verkregen aanvullende diploma’s of
soortgelijke bewijsstukken, waaruit naar het oordeel van het bestuur
eenzelfde niveau van vakbekwaamheid blijkt als na het met goed gevolg
hebben voltooid van een Nederlandse opleiding tot accountant; en

2. Er wordt een lid toegevoegd, luidende:

4. Het bestuur brengt de kosten die samenhangen met het in behandeling
nemen van de aanvraag en de afgifte van de verklaring van vakbekwaamheid
ten laste van de aanvrager van het document.

O 

Na hoofdstuk 7 wordt een hoofdstuk ingevoegd, luidende:

HOOFDSTUK 7A. AANWIJZING VAN EEN ACCOUNTANTSORGANISATIE

Artikel 54a

1. Een organisatie van openbaar belang die opdracht wenst te geven tot
een wettelijke controle maar ondanks redelijke en tijdige inspanningen
geen accountantsorganisatie bereid vindt de opdracht tot een wettelijke
controle te aanvaarden, kan een aanvraag doen om aanwijzing van een
accountantsorganisatie.

2. De aanvraag bevat:

a. informatie over de onderneming of instelling waarvoor de aanwijzing
wordt aangevraagd;

b. de aanduiding van het eerste boekjaar waarvoor de aanwijzing wordt
aangevraagd;

c. een onderbouwde beschrijving van de inspanningen, bedoeld in het
eerste lid, en, indien van toepassing, van de voorwaarden, waaronder ten
aanzien van de vergoeding, die daarbij aan een accountantsorganisatie
zijn gesteld; 

d. een onderbouwde weergave van de door de onderneming of instelling
vernomen reden of redenen, voor zover aanwezig, voor het feit dat de
aangezochte accountantsorganisaties de opdracht tot een wettelijke
controle niet hebben aanvaard, alsmede een reactie van de onderneming of
instelling op die reden of redenen; en

e. andere bij algemene maatregel van bestuur bepaalde informatie.

3. Indien van toepassing wordt in de aanvraag vermeld dat de onderneming
of instelling, bedoeld in het eerste lid:

a. een organisatie van openbaar belang is;

b. in de daaraan voorafgaande tien jaren een aanvraag als bedoeld in het
eerste lid heeft gedaan.

4. Bij algemene maatregel van bestuur kan worden bepaald dat dit
hoofdstuk ook van toepassing is op een ondernemingen of instellingen,
bedoeld in artikel 1, eerste lid, onderdeel p, van de Wet toezicht
accountantsorganisaties.

Artikel 54b

1. Het bestuur beslist binnen acht weken op de aanvraag. Het wijst de
aanvraag toe indien het tot het oordeel komt dat de aanvrager:

a. alle redelijke en tijdige inspanningen heeft geleverd om een
accountantsorganisatie bereid te vinden de opdracht tot een wettelijke
controle te aanvaarden;

b. geen onredelijke voorwaarden, waaronder ten aanzien van de
vergoeding, heeft gesteld aan de verrichting van de wettelijke controle;
en

c. voldoet aan de eisen die de acceptatie van een opdracht tot een
wettelijke controle betreffen en die aan accountantsorganisaties zijn
gesteld bij of krachtens:

1˚. artikel 19, tweede lid, aanhef en onderdeel b, van deze wet;

2˚. Verordening (EU) nr. 537/2014 van het Europees Parlement en de Raad
van 16 april 2014 betreffende specifieke eisen voor de wettelijke
controles van financiële overzichten van organisaties van openbaar
belang (PbEU 2014, L 158);

3˚. de Wet toezicht accountantsorganisaties; en

4˚. de Wet ter voorkoming van witwassen en financiering van terrorisme.

2. Een besluit tot toewijzing van de aanvraag bevat een aanwijzing van
een accountantsorganisatie om de wettelijke controle gedurende een
periode van vier boekjaren te verrichten. Bij die aanwijzing neemt het
bestuur de eisen, bedoeld in het eerste lid, onderdeel c, en de
vergunning en de daaraan verbonden voorschriften en beperkingen, bedoeld
in artikel 6 van de Wet toezicht accountantsorganisaties, in acht.

3. In het besluit kunnen nadere eisen worden gesteld aan de uitvoering
van de opdracht.

4. Het bestuur verstrekt onverwijld een afschrift van zijn besluit aan
de Autoriteit Financiële Markten en doet van het besluit mededeling in
de Staatscourant.

5. De accountantsorganisatie verricht de wettelijke controle waarvoor
zij is aangewezen en voldoet, indien van toepassing, aan de nadere
eisen, bedoeld in het derde lid.

Artikel 54c

1. Op aanvraag van de onderneming of instelling die opdracht wenst te
geven tot een wettelijke controle of de aangewezen
accountantsorganisatie kan, indien zij geen overeenstemming kunnen
bereiken over de vergoeding van de opdracht, het bestuur binnen vier
weken beslissen welke vergoeding redelijk is.

2. Het besluit is bindend voor de onderneming of instelling en de
accountantsorganisatie. 

Artikel 54d

Een accountantsorganisatie verstrekt het bestuur desgevraagd binnen een
door het bestuur gestelde termijn alle voor een beslissing op een
aanvraag als bedoeld in de artikelen 54a, eerste lid, en 54c, eerste
lid, benodigde inlichtingen. Gelijke verplichting rust op de in die
artikelen bedoelde onderneming of instelling.

Artikel 54e

Bij algemene maatregel van bestuur kunnen nadere regels worden gesteld
over:

a. de informatie, bedoeld in artikel 54a, tweede lid, onderdelen a en e;

b. de uiterlijke datum en de wijze waarop de aanvraag, bedoeld in
artikel 54a, moet zijn gedaan;

c. de factoren op basis waarvan:

1˚. de redelijkheid en tijdigheid van de inspanningen, bedoeld in
artikel 54b, eerste lid, onderdeel a, worden beoordeeld, waarbij
onderscheid kan worden gemaakt tussen organisaties van openbaar belang
en andere ondernemingen of instellingen;

2˚. een aanwijzing van een accountantsorganisatie als bedoeld in
artikel 54b, tweede lid, wordt verricht;

3˚. een besluit als bedoeld in artikel 54c, eerste lid, wordt genomen;

d. de nadere eisen, bedoeld in artikel 54b, derde lid.

P

Het opschrift van paragraaf 8.1 komt te luiden: § 8.1. Toezicht en
handhaving

Q

In artikel 55, eerste lid, wordt “artikel 41, tweede lid,” vervangen
door “het bepaalde bij of krachtens de artikelen 41, tweede lid, 45a,
tweede lid, 45c, tweede lid, 54b, vijfde lid, en 54d”.

R

Na artikel 56 worden twee artikelen ingevoegd, luidende:

Artikel 57

1. De Autoriteit Financiële Markten is bevoegd tot oplegging van een
last onder dwangsom ter handhaving van het bepaalde bij of krachtens de
artikelen 45a, tweede lid, 45c, tweede lid, 54b, vijfde lid, en 54d.
Onze Minister kan regels stellen ter zake van de uitoefening van deze
bevoegdheid.

2. De Autoriteit Financiële Markten is bevoegd tot oplegging van een
bestuurlijke boete ter handhaving van het bepaalde bij of krachtens de
artikelen 45a, tweede lid, 45c, tweede lid, en 54b, vijfde lid. De
artikelen 54, tweede lid, en 55 van de Wet toezicht
accountantsorganisaties zijn van overeenkomstige toepassing.

3. De oplegging van een bestuurlijke sanctie ter handhaving van artikel
54b, vijfde lid, vindt niet plaats dan nadat het besluit, bedoeld in
artikel 54b, eerste lid, eerste volzin, onherroepelijk is geworden.

Artikel 57a

Voor zover de Autoriteit Financiële Markten belast is met het toezicht
op de naleving en de handhaving van bij of krachtens deze wet gestelde
regels, zijn de hoofdstukken 5, 5a, 5b en 6 van de Wet toezicht
accountantsorganisaties van overeenkomstige toepassing.

ARTIKEL II

De Wet toezicht accountantsorganisaties wordt als volgt gewijzigd:

A

Artikel 18, tweede lid, komt te luiden: 

2. Het stelsel van kwaliteitsbeheersing is zodanig ingericht dat: 

a. de werkzaamheden betreffende een wettelijke controle te allen tijde
plaatsvinden onder de verantwoordelijkheid van een externe accountant;

b. de kwaliteit van de wettelijke controles is geborgd.

B

In artikel 20, tweede lid, vervalt na “van toepassing is,” “of”
en wordt na “beoordeling” ingevoegd: of aan de Autoriteit
Financiële Markten indien de vertrouwelijke gegevens of inlichtingen
samenhangen met de melding van een door de accountantsorganisatie
geconstateerde mogelijke overtreding van de EU-verordening of de bij of
krachtens deze wet gestelde voorschriften.

C

In artikel 22a worden, onder vernummering van het achtste en negende lid
tot tiende en elfde lid, na het zevende lid twee nieuwe leden ingevoegd,
luidende:

8. Aan de voorafgaande goedkeuring van het orgaan, bedoeld in het derde
lid, zijn onderworpen:

a. een voorstel tot winstuitkering;

b. het aangaan of verbreken van duurzame samenwerking van de
accountantsorganisatie of een afhankelijke maatschappij met een andere
rechtspersoon, vennootschap of vergelijkbare entiteit dan wel als
volledig aansprakelijke vennoot in een commanditaire vennootschap of
vennootschap onder firma, indien deze samenwerking of verbreking van
ingrijpende betekenis is voor de accountantsorganisatie;

c. het nemen van een deelneming ter waarde van ten minste een vierde van
het bedrag van het geplaatste kapitaal met de reserves volgens de balans
met toelichting van de accountantsorganisatie, door haar of een
afhankelijke maatschappij in het kapitaal van een andere vennootschap,
alsmede het ingrijpend vergroten of verminderen van zulk een deelneming
of, indien de accountantsorganisatie een personenvennootschap is, een
deelneming van vergelijkbare waarde;

d. investeringen welke een bedrag gelijk aan ten minste een vierde
gedeelte van het geplaatste kapitaal met de reserves van de
accountantsorganisatie volgens haar balans met toelichting vereisen of,
indien de accountantsorganisatie een personenvennootschap is,
investeringen van een vergelijkbaar bedrag;

e. beëindiging van de arbeidsovereenkomst van een aanmerkelijk aantal
werknemers van de accountantsorganisatie of van een afhankelijke
maatschappij tegelijkertijd of binnen een kort tijdsbestek.

9. Het ontbreken van de goedkeuring, bedoeld in het derde lid, tast de
vertegenwoordigingsbevoegdheid van degene die de accountantsorganisatie
vertegenwoordigt niet aan.

D

Na paragraaf 3.1.3 wordt een paragraaf ingevoegd, luidende:

Paragraaf 3.1.4. Intern toezicht andere grote accountantsorganisaties

Artikel 24c

1. Het bepaalde bij of krachtens de artikelen 16, derde tot en met zesde
lid, 16a, en 22a is van overeenkomstige toepassing op een
accountantsorganisatie, niet zijnde een accountantsorganisatie die een
vergunning heeft om wettelijke controles te verrichten bij een
organisatie van openbaar belang, die gedurende drie aaneengesloten
boekjaren:

a. een omzet uit de verrichting van wettelijke controles heeft van ten
minste € 3.000.000,- per boekjaar; en

b. ten minste 150 wettelijke controles per boekjaar verricht.

2. De overeenkomstige toepassing vangt aan met ingang van het tweede
boekjaar volgend op de drie aaneengesloten boekjaren, bedoeld in het
eerste lid. Zij eindigt indien gedurende drie aaneengesloten boekjaren
niet meer aan de criteria, bedoeld in het eerste lid, is voldaan, met
ingang van het eerste daarop volgende boekjaar.

3. Natuurlijke personen die op het tijdstip waarop de overeenkomstige
toepassing aanvangt het dagelijks beleid bepalen van de
accountantsorganisatie of het dagelijks beleid bepalen van het binnen
het netwerk hiërarchisch hoogste netwerkonderdeel met zetel in
Nederland dat invloed uitoefent op het beleid van de
accountantsorganisatie, en personen die op dat tijdstip zijn belast met
het interne toezicht binnen de accountantsorganisatie, worden gedurende
zes maanden, gerekend van het tijdstip van aanvang van de
overeenkomstige toepassing, geacht geschikt te zijn als bedoeld in
artikel 16, derde tot en met vijfde lid, zolang beoordeling van de
geschiktheid door de Autoriteit Financiële Markten voor de toepassing
van deze wet nog niet heeft plaatsgevonden.

E

In artikel 48, eerste lid, wordt “houdt bij de uitvoering van het
toezicht op de naleving van deze wet rekening” vervangen door “kan
bij de uitvoering van het toezicht op de naleving van deze wet rekening
houden”.

F

In artikel 53, eerste lid, wordt “22a, eerste tot en met zevende en
negende lid” vervangen door “22a, eerste tot en met zevende, en
elfde lid” en wordt na “24b” ingevoegd “, 24c”.

G

In artikel 54, eerste lid, wordt “22a, eerste tot en met zevende en
negende lid” vervangen door “22a eerste tot en met zevende, en elfde
lid” en wordt na “24b” ingevoegd “, 24c”.

ARTIKEL III

De Wet tuchtrechtspraak accountants wordt als volgt gewijzigd:

A

Artikel 2 wordt als volgt gewijzigd: 

1. Aan het eerste lid wordt onder vervanging van de punt aan het slot
van onderdeel e door een puntkomma een onderdeel toegevoegd, luidende: 

f. binding aan bijzondere voorwaarden om het beroep uit te oefenen
waarvoor de accountant in het register is ingeschreven.

2. Onder vernummering van het tweede tot en met vierde lid tot vierde
tot en met zesde lid worden na het eerste lid twee leden ingevoegd,
luidende:

2. De maatregelen, bedoeld in het eerste lid, onderdeel d en f, kunnen
gezamenlijk worden opgelegd en gelden voor de toepassing van artikel 38,
eerste en tweede lid, als één maatregel.

3. Indien dit raadzaam wordt geacht in verband met de geringe ernst van
het handelen of nalaten, de omstandigheden waaronder het handelen of
nalaten heeft plaatsgevonden, dan wel omstandigheden die zich nadien
hebben voorgedaan, kan de accountantskamer beslissen dat bij
gegrondverklaring van een klacht geen maatregel wordt opgelegd.

B

Na artikel 5 wordt een artikel ingevoegd, luidende:

Artikel 5a

1. Een beslissing tot binding aan bijzondere voorwaarden, bedoeld in
artikel 2, onderdeel f, bevat de termijn waarbinnen aan deze voorwaarden
moet zijn voldaan.

2. Op verzoek van de betrokkene kan de voorzitter de termijn, bedoeld in
het eerste lid, verlengen.

3. Wordt niet binnen de gestelde termijn, bedoeld in het eerste of
tweede lid, voldaan aan de bijzondere voorwaarde bedoeld in artikel 2,
onderdeel f, dan kan de Accountantskamer na het horen van betrokkene of
het daartoe behoorlijk oproepen, ambtshalve beslissen een
tuchtrechtelijke maatregel als bedoeld in artikel 2, onderdeel d of e,
op te leggen.

C

Na artikel 8 wordt een artikel ingevoegd, luidende:

Artikel 8a

1. In het geval waarin de accountantskamer een binding aan bijzondere
voorwaarden gelast, vermeldt zij in haar uitspraak wanneer de bijzondere
voorwaarde ingaat en wanneer deze eindigt.

2. Terstond na het doen van de uitspraak informeert de accountantskamer
de Autoriteit Financiële Markten en de beroepsorganisatie over de naam
van de betrokkene, het tijdstip waarop de bijzondere voorwaarde ingaat
en het tijdstip waarop deze eindigt.

D

In artikel 39, derde lid, eerste zin, vervalt “eerste en”. 

E

In het opschrift van Hoofdstuk V wordt “Het beroep” vervangen door
“Het hoger beroep”.

F

Artikel 43 wordt als volgt gewijzgd:

1. In eerste lid wordt na “accountantskamer” ingevoegd: of van de
voorzitter van de accountantskamer.

2. In het tweede lid wordt “, tegen de uitspraak, bedoeld in artikel
38a” vervangen door “en tegen de uitspraak, bedoeld in artikel
38a”.

G

Artikel 43c wordt als volgt gewijzigd:

1. De eerste zin komt te luiden: Als het hoger beroep kennelijk
niet-ontvankelijk, kennelijk ongegrond of kennelijk gegrond is, kan het
College zonder zitting uitspraak doen.

2. In het tweede lid, eerste zin, wordt na “bij het College”
ingevoegd: tenzij het zesde lid van toepassing is.

3. Er wordt een zesde lid toegevoegd, luidende:

6. Als het hoger beroep is gericht tegen een uitspraak van de voorzitter
van de accountantskamer, bedoeld in artikel 39, eerste lid, en dat hoger
beroep kennelijk gegrond is, vernietigt het College de uitspraak van de
voorzitter van de accountantskamer en verwijst het de zaak naar de
accountantskamer om haar af te doen met inachtneming van de beslissing
van het College. Het vijfde lid is van toepassing.

H

In artikel 43d, eerste lid, wordt “de president” vervangen door
“het College”.

I

Artikel 43e, tweede lid, komt te luiden:

2. Het College houdt zitting met drie leden, van wie een als voorzitter
aantreedt. Aan artikel 43c, eerste lid, kan toepassing worden gegeven
door één lid van het College of drie leden, van wie een als voorzitter
optreedt.

ARTIKEL IV

1. De afgevaardigden uit de ledengroepbesturen die op het tijdstip van
inwerkingtreding van artikel I, onderdeel D, zitting hebben in het
bestuur van de beroepsorganisatie, bedoeld in artikel 12, tweede lid,
van de Wet op het accountantsberoep, worden tot de eerstvolgende
ledenvergadering geacht door de ledenvergadering benoemd te zijn als
bestuurslid van de beroepsorganisatie en zijn in afwijking van artikel
12, vijfde lid, van die wet bij die eerstvolgende ledenvergadering
terstond herbenoembaar.

2. Het bestuur van de Nederlandse beroepsorganisatie van accountants
legt een ontwerp voor een eerste verordening over de onderwerpen,
bedoeld in artikel 19, tweede lid, onderdelen o en p, van de Wet op het
accountantsberoep, binnen drie maanden ter inzage als bedoeld in artikel
22, tweede lid, van de Wet op het accountantsberoep.

ARTIKEL V

[vervallen]

ARTIKEL VI

1. Voor accountantsorganisaties die op het tijdstip van inwerkingtreding
van artikel II, onderdeel D, reeds gedurende drie aaneengesloten
boekjaren aan de criteria van artikel 24c, eerste lid, van de Wet
toezicht accountantsorganisaties voldoen, vangt de in artikel 24c,
eerste lid, van die wet bedoelde overeenkomstige toepassing in afwijking
van van artikel 24c, tweede lid, van die wet aan twaalf maanden na
inwerkingtreding van artikel II, onderdeel D.

2. Indien op grond van het eerste lid de overeenkomstige toepassing.
bedoeld in artikel 24c, tweede lid, van de Wet toezicht
accountantsorganisaties, twaalf maanden na inwerkingtreding van artikel
II, onderdeel D, aanvangt, wordt de termijn in artikel 24c, derde lid,
van de Wet toezicht accountantsorganisaties met zes maanden verlengd.

ARTIKEL VII

Op handelen of nalaten ten aanzien waarvan een vermoeden bestaat als
bedoeld in artikel 22, eerste lid, van de Wet tuchtrechtspraak
accountants, dat heeft plaatsgevonden voor het tijdstip van
inwerkingtreding van artikel III, onderdelen A en C van deze wet, zijn
de artikelen 2 en 39 van die wet, zoals die luidden op de dag voor dat
tijdstip, van toepassing met uitzondering van de maatregel als bedoeld
in artikel 2, derde lid.

ARTIKEL VIII

Deze wet treedt in werking op een bij koninklijk besluit te bepalen
tijdstip, dat voor de verschillende artikelen of onderdelen daarvan
verschillend kan worden vastgesteld.

ARTIKEL IX

Deze wet wordt aangehaald als: Wijzigingswet accountancysector.

Lasten en bevelen dat deze in het Staatsblad zal worden geplaatst en dat
alle ministeries, autoriteiten, colleges en ambtenaren die zulks
aangaat, aan de nauwkeurige uitvoering de hand zullen houden.

Gegeven

De Minister van Financiën,

 

 

 PAGE    

 PAGE   1