Reactie op verzoek commissie over een burgerbrief inzake weigering van contante betalingen bij Belastingdienst
Belastingdienst
Brief regering
Nummer: 2025D23313, datum: 2025-05-22, bijgewerkt: 2025-05-28 16:27, versie: 2 (versie 1)
Directe link naar document (.docx), link naar pagina op de Tweede Kamer site.
Gerelateerde personen:- Eerste ondertekenaar: T. van Oostenbruggen, staatssecretaris van Financiën (Ooit Nieuw Sociaal Contract kamerlid)
Onderdeel van kamerstukdossier 31066 -1503 Belastingdienst.
Onderdeel van zaak 2025Z10164:
- Indiener: T. van Oostenbruggen, staatssecretaris van Financiën
- Voortouwcommissie: vaste commissie voor Financiën
- : Financiële markten (Commissiedebat), vaste commissie voor Financiën
- 2025-05-27 16:15: Regeling van werkzaamheden (Regeling van werkzaamheden), TK
- 2025-05-28 10:00: Procedurevergadering Financiën (Procedurevergadering), vaste commissie voor Financiën
- 2025-06-17 16:30: Extra procedurevergadering commissie Financiën (groslijst controversieel verklaren) (Procedurevergadering), vaste commissie voor Financiën
Preview document (🔗 origineel)
31 066 Belastingdienst
Nr. 1503 Brief van de staatssecretaris van Financiën
Aan de Voorzitter van de Tweede Kamer der Staten-Generaal
Den Haag, 22 mei 2025
In uw brief van 10 april 2025 vraagt u om een reactie op het verzoekschrift van E. van der H. te B. (hierna: verzoeker). Verzoeker is het er niet mee eens dat ze haar belastingaanslagen niet contant kan betalen bij de Belastingdienst. De Belastingdienst is niet verplicht om contante betalingen te accepteren. Ik zie geen aanleiding om voor verzoeker een uitzondering te maken. Dit licht ik hierna toe.
Aanleiding
Verzoeker geeft aan dat ze na corona met haar werkzaamheden als thuiskapper veel contant geld ontvangt. Daarom heeft verzoeker de Belastingdienst in 2022 gevraagd om de door haar verschuldigde omzetbelasting, inkomstenbelasting en premie volksverzekeringen contant te mogen betalen. De Belastingdienst heeft dit in eerste instantie niet toegestaan, maar na een klachtenprocedure heeft de belastingdeurwaarder de contante betalingen uit coulance geaccepteerd. Ook in 2023 en 2024 heeft de Belastingdienst bij verzoeker kenbaar gemaakt dat contante betalingen niet mogelijk waren. Na herhaaldelijke klachtenprocedures zijn de contante betalingen toch door de belastingdeurwaarder geaccepteerd.
De Belastingdienst heeft verzoeker meegedeeld dat ze met ingang van 2025 haar belastingschulden niet meer contant kan betalen. Hierop heeft verzoeker opnieuw een klacht bij de Belastingdienst ingediend en zich tevens tot uw commissie gewend.
Belang van contant geld
Verzoeker geeft aan dat de minister van Financiën pleit voor contante betalingen in Nederland. Het is inderdaad van groot belang dat contant geld aan de toonbank breed geaccepteerd wordt. Veel mensen zijn afhankelijk van het gebruik van contant geld, omdat zij moeite hebben met elektronische vormen van betalen. Daarnaast is er een groep mensen die liever contant betaalt of de mogelijkheid wil hebben om dat te doen. Verder is contant geld de belangrijkste terugvaloptie bij verstoringen in het elektronische toonbankbetalingsverkeer.1 Ook uw Kamer heeft laten blijken belang te hechten aan de acceptatie van contant geld, onder meer door het aannemen van het amendement-Dijk/Flach over een acceptatieplicht voor contant geld bij kleine betalingen en de motie-Flach/Dijk over onderzoeken hoe ook publiekrechtelijke instellingen onder de acceptatieplicht kunnen gaan vallen.2
Geen acceptatieplicht contant geld voor de Belastingdienst
De Belastingdienst is echter niet verplicht om contant geld aan te nemen. De Algemene wet bestuursrecht (Awb) bepaalt dat betaling aan een bestuursorgaan plaatsvindt door storting of bijschrijving op de bankrekening van dat bestuursorgaan (artikel 4:89, eerste lid, Awb). Hierbij staat toegelicht dat aan dergelijke betalingen de minste kosten zijn verbonden en dat zij het minste risico van misbruik op leveren.3 Deze hoofdregel is ook ingegeven door het feit dat bestuursorganen vaak zeer grote aantallen betalingen moeten ontvangen. Het inrichten van loketten voor contante betaling kan voor aanzienlijke aanvullende kosten zorgen, die een efficiënte inning in de weg staan.4
De Awb kent hierop een uitzondering. Het bestuursorgaan kan betaling in een andere vorm ontvangen of verrichten indien girale betaling naar het oordeel van het bestuursorgaan bezwaarlijk is (artikel 4:90, eerste lid, Awb). Op deze manier kan het bestuursorgaan tegemoet komen aan personen voor wie middelen van girale betaling niet eenvoudig toegankelijk zijn of in situaties waarin de overheid om invorderingsproblemen te voorkomen terstond betaling verlangt, bijvoorbeeld bij verkoop van een auto of woning. Het is belangrijk dat bestuursorganen op grond van dit artikel contant geld accepteren voor betalingen die meteen aan de balie moeten worden gedaan, bijvoorbeeld bij de aanvraag van een paspoort.5
Voor de Belastingdienst geldt niet dat betalingen meteen aan de balie moeten worden gedaan. De Instructie Invordering en Belastingdeurwaarders (onderdeel 10.2) stelt dat alleen bij deurwaardershandelingen, zoals het uitbrengen van een hernieuwd bevel tot betaling, een belastingschuldige contant kan betalen aan de
belastingdeurwaarder. De belastingdeurwaarder moet hiervoor een kwitantie afgeven. De instructie licht niet nader toe in welke gevallen een belastingdeurwaarder contact geld kan accepteren.
In de situatie van verzoeker gaat het om vaak hoge bedragen aan belastingen. De belastingdeurwaarder moet vervolgens de contante betalingen die verzoeker aan heeft hem betaald, zelf afstorten bij een geldautomaat in de plaatselijke supermarkt en overmaken op de rekening van de Belastingdienst. Hiervoor betaalt de Belastingdienst transactiekosten, die normaliter voor rekening van de verzoeker zijn.
Vanwege de administratieve verwerkingstijd binnen de Belastingdienst zouden de contante betalingen daarnaast kunnen leiden tot naheffingsaanslagen, aanmaningen en boetes die de Belastingdienst vervolgens handmatig moet verminderen. Dit is een onnodige administratieve last voor de Belastingdienst. Verzoeker betaalt daarentegen de motorrijtuigbelasting via haar bankrekening en ook de belastingteruggave stort de Belastingdienst op haar bankrekening.
Witwassen
Verzoeker geeft aan dat zij bij haar online bank geen geld kan storten. Ook verbaast het haar dat ze haar belastingen niet contant kan betalen terwijl de overheid witwassen in haar vakgebied wil tegengaan.
Het staat banken nu nog vrij om wel of geen stortdiensten aan te bieden. Het voorstel voor de Wet chartaal betalingsverkeer verplicht grote en middelgrote banken om het storten van biljetten aan hun klanten aan te bieden. Dit wetsvoorstel reguleert ook de maximale tarieven die banken daarvoor mogen rekenen.6 Verzoeker kan een rekening openen bij een bank die wel stortdiensten aanbiedt.7
Contant geld wordt door de meeste mensen gebruikt voor legitieme doeleinden, maar kent ook relatief hoge risico’s op witwassen en terrorismefinanciering. Het voorstel voor de Wet plan van aanpak witwassen bevat een verbod voor handelaren in goederen om transacties vanaf € 3.000 in contanten te verrichten.8 De anti-witwasregelgeving verplicht veel instanties om bij grote contante betalingen onderzoek te doen naar de herkomst van het geld, om witwassen tegen te gaan. Zoals aangegeven gaat het in de situatie van verzoeker vaak om hoge bedragen. Het verhoogde risico op witwassen kan in dit geval ook een overweging zijn in de keuze om contant geld niet te accepteren.
Contant betalen gemeentelijke belastingen
In het verzoekschrift geeft verzoeker aan dat het mogelijk is om de gemeentelijke belastingen contant te betalen. In de gemeente waar verzoeker woont, is het mogelijk om contant te betalen. Op de website staat wel aangegeven dat de gemeente voorzichtig en terughoudend omgaat met het aannemen van contant geld, omdat het een bewerkelijke manier van betalen is en giraal betalen veiliger is voor de belastingschuldige én voor de medewerkers van de gemeente.
Andere bedrijven
Verzoeker geeft aan dat ze bewijs gaat verzamelen dat daadwerkelijk contant betaald kan worden bij de Belastingdienst zonder schuld of andere betaalverplichtingen. Verzoeker geeft aan dat meerdere bedrijven contant bij de Belastingdienst mogen betalen. Deze bedrijven noemt zij niet nader in haar verzoekschrift.
De Belastingdienst kan ook op basis van haar geheimhoudingsplicht niet ingaan op de situatie van andere individuele belastingplichtigen (artikel 67 van de Algemene wet inzake rijksbelastingen). Zoals hiervoor is aangegeven kunnen belastingdeurwaarders een uitzondering maken voor het accepteren van contante betalingen. In de situatie van verzoeker is een girale betaling echter niet bezwaarlijk. Verzoeker heeft een bankrekening, dus zij kan de verschuldigde belasting overschrijven zoals ze ook de motorrijtuigenbelasting betaalt. Ze kan via een bank die dit aanbiedt, het bedrag zelf storten en overmaken op de bankrekening van de Belastingdienst.
De belastingdeurwaarder heeft in het verleden uit coulance contante betalingen van verzoeker aangenomen. Bij deze contante betalingen heeft de Belastingdienst meerdere malen aangegeven dat het niet langer mogelijk is om dit te accepteren. Mocht verzoeker hieraan vertrouwen ontlenen dan heeft de Belastingdienst de afspraak tijdig opgezegd.
Tot slot
Contant geld moet aan de toonbank breed worden geaccepteerd. In de situatie van verzoeker gaat het echter om grote bedragen aan de Belastingdienst. Voor verzoeker is het relatief eenvoudig om die giraal te voldoen. Aan de andere kant is het voor de belastingdeurwaarder in dit geval bezwaarlijk om contant geld te accepteren, en zou dit voor hoge transactiekosten zorgen. De Belastingdienst kan er daarom voor kiezen om verzoeker niet toe te staan om met contant geld te betalen.
Alles overwegende geeft het verzoek aan uw Commissie mij geen aanleiding om aan de Belastingdienst te vragen om de contante betalingen van verzoeker nog langer te accepteren. De Belastingdienst heeft uit coulance gehandeld en heeft (tot op heden) geen verplichting om contante betalingen te accepteren.
De staatssecretaris van Financiën,
T. van Oostenbruggen
Zie ook Kamerstuk 36 228, nr. 24 en Kamerstuk 36 711, nr. 3.↩︎
Kamerstuk 36 228, nr. 19; Kamerstuk 32 545, nr. 216.↩︎
Kamerstuk 29 702, nr. 3, p. 37.↩︎
Het Europees recht staat niet in de weg aan zo’n uitzondering op verplichte acceptatie. Zie HvJ EU 26 januari 2021, ECLI:EU:C:2021:63, r.o. 74 (Hessischer Rundfunk).↩︎
Zie ook Kamerstuk 27 863, nr. 82.↩︎
Kamerstuk 36 711.↩︎
Op dit moment zijn dat ABN AMRO, ASN Bank, ING, Rabobank, Regiobank en SNS Bank.↩︎
Kamerstuk 36 228.↩︎