De verjaring van kindermisbruik op de BES-eilanden
Schriftelijke vragen
Nummer: 2025D23786, datum: 2025-05-23, bijgewerkt: 2025-05-27 17:27, versie: 2 (versie 1)
Directe link naar document (.pdf), link naar pagina op de Tweede Kamer site, officiële HTML versie (kv-tk-2025Z10391).
Gerelateerde personen:- Eerste ondertekenaar: D.G.M. Ceder, Tweede Kamerlid (ChristenUnie)
- Mede ondertekenaar: M.H. Bikker, Tweede Kamerlid (ChristenUnie)
Onderdeel van zaak 2025Z10391:
- Gericht aan: F.Z. Szabó, staatssecretaris van Binnenlandse Zaken en Koninkrijksrelaties
- Gericht aan: T.H.D. Struycken, staatssecretaris van Justitie en Veiligheid
- Indiener: D.G.M. Ceder, Tweede Kamerlid
- Medeindiener: M.H. Bikker, Tweede Kamerlid
- Voortouwcommissie: TK
Preview document (🔗 origineel)
Tweede Kamer der Staten-Generaal | 2 |
Vergaderjaar 2024-2025 | Vragen gesteld door de leden der Kamer |
2025Z10391
Vragen van de leden Ceder en Bikker (beiden ChristenUnie) aan de staatssecretarissen van Justitie en Veiligheid en van Binnenlandse Zaken en Koninkrijksrelaties over de verjaring van kindermisbruik op de BES-eilanden (ingezonden 23 mei 2025).
Vraag 1
Bent u bekend met het feit dat ernstige zedendelicten tegen minderjarigen op de BES-eilanden (Bonaire, Sint Eustatius en Saba) nog steeds kunnen verjaren, in tegenstelling tot dezelfde delicten in Europees Nederland?
Vraag 2
Klopt het dat in Europees Nederland sinds 2013 geen verjaringstermijn meer geldt voor ernstige zedenmisdrijven tegen minderjarigen, juist om slachtoffers de ruimte te geven op hun eigen tempo aangifte te doen?
Vraag 3
Kunt u bevestigen dat op de BES-eilanden voor ernstige zedendelicten tegen kinderen – zoals verkrachting – nog een verjaringstermijn van twaalf jaar geldt? Zo ja, waarom is deze ongelijke behandeling nog steeds van kracht?
Vraag 4
Deelt u de opvatting dat kinderrechten universeel zijn en niet afhankelijk zouden mogen zijn van geografische locatie binnen het Koninkrijk? Zo ja, hoe beoordeelt u de rechtsongelijkheid die door deze verjaringstermijn ontstaat?
Vraag 5
Bent u bereid om op korte termijn werk te maken van het gelijktrekken van de verjaringsregels op de BES-eilanden met die van Europees Nederland, zodat ook daar ernstige zedendelicten tegen minderjarigen niet meer kunnen verjaren?
Vraag 6
Is er momenteel al een wetswijziging in voorbereiding of in overweging om dit verschil op te heffen? Zo nee, bent u bereid om deze wetswijziging spoedig te initiëren, desnoods via een spoedprocedure? Op welke termijn kan dit naar de Kamer worden gestuurd?
Vraag 7
Hoe waarborgt u dat slachtoffers van seksueel geweld op de BES-eilanden toegang hebben tot passende juridische, medische en psychosociale hulp – ook als zij pas jaren na het delict naar buiten treden?