Voorstel voor een VERORDENING VAN DE RAAD

tot wijziging van Verordening (EU) 2021/2283 betreffende de opening en het beheer van autonome tariefcontingenten van de Unie voor bepaalde landbouw- en industrieproducten COM(2025)244

De Europese Commissie stelt voor om voor zeven industrieproducten autonome tariefcontingenten te openen. Daarmee geldt voor deze goederen een verlaagd invoerrecht of nultarief. Daarnaast stelt de Commissie voor om de tariefcontingenten voor drie producten te schrappen.

Autonome tariefcontingenten zijn bedoeld voor producten die in de Unie in ontoereikende mate worden vervaardigd om in een bepaalde periode aan de behoeften van de industriële afnemers in de Unie te voldoen. De verordening wordt om de zes maanden bijgewerkt.

Voorstel voor een VERORDENING VAN DE RAAD

tot wijziging van Verordening (EU) 2021/2278 houdende schorsing van de in artikel 56, lid 2, punt c), van Verordening (EU) nr. 952/2013 van het Europees Parlement en van de Raad bedoelde rechten van het gemeenschappelijk douanetarief voor bepaalde landbouw- en industrieproducten COM(2025)240

De Europese Commissie stelt voor om het gemeenschappelijk douanetarief (gedeeltelijk) te schorsen voor een aantal producten. Ook stelt de Commissie voor om voor een aantal producten de voorwaarden voor tariefschorsing te wijzigen en voor een aantal producten de schorsing te schrappen.

Tariefschorsingen zijn bedoeld voor producten die in ontoereikende mate of helemaal niet in de Unie worden vervaardigd. De verordening wordt om de zes maanden bijgewerkt.

De Europese Commissie stelt voor om de zorgvuldigheidsregels van de Batterijenverordening twee jaar later te laten ingaan: per 18 augustus 2027 in plaats van 2025. Vanwege de naderende deadline is de verwachting dat besluitvorming over dit voorstel snel zal verlopen.

De Batterijenverordening voorziet in een aanscherping van de duurzaamheidsregels voor batterijen en afgedankte batterijen en reguleert de volledige levenscyclus van batterijen. De verordening bevat onder meer strenge zorgvuldigheidsregels voor marktdeelnemers die de bron van de grondstoffen voor batterijen moeten controleren.

De Europese Commissie stelt dat meer tijd nodig is voor bedrijven om toeleveringsketens te analyseren en aan te passen. Ook moeten richtlijnen nog worden ontwikkeld en hebben veel EU-lidstaten het toezicht nog niet ingericht.

Voorstel voor een BESLUIT VAN DE RAAD

betreffende het standpunt dat namens de Europese Unie in het Partnerschapscomité dat is opgericht bij de Brede en Versterkte Partnerschapsovereenkomst tussen de Europese Unie en de Europese Gemeenschap voor Atoomenergie en hun lidstaten, enerzijds, en de Republiek Armenië, anderzijds, moet worden ingenomen inzake de vervanging van de lijst van personen die bereid en in staat zijn om als arbiter op te treden COM(2025)199

De EU en Armenië hebben hun samenwerking vastgelegd in een breed partnerschap. De overeenkomst is in 2021 in werking getreden. Beslissingen over de handelssamenwerking tussen de partijen worden genomen in het Partnerschapscomité dat bestaat uit vertegenwoordigers van beide partijen.

Dit voorstel gaat over de vervanging van de lijst personen die als arbiter kunnen optreden in het geschillenbeslechtingsmechanisme van de overeenkomst. De EU en Armenië hebben voor de lijst met arbiters namen voorgedragen. Het standpunt van de EU hierin is om akkoord te gaan met de vaststelling van de lijst met arbiters ter vervanging van de vorige lijst.

Voorstel voor een BESLUIT VAN DE RAAD

tot vaststelling van het standpunt dat namens de Unie moet worden ingenomen met betrekking tot het besluit van de deelnemers aan de regeling inzake door de overheid gesteunde exportkredieten om de bepalingen van de Overeenkomst inzake transparantie van kredieten voor ongebonden officiële ontwikkelingshulp op te nemen in de OESO-regeling inzake door de overheid gesteunde exportkredieten COM(2025)254

Dit betreft een voorstel voor het standpunt dat namens de Europese Unie door de Commissie moet worden ingenomen met betrekking tot de wijziging van de OESO-regeling over door de overheid gesteunde exportkredieten. De Europese Commissie stelt voor om in te stemmen met de door de OESO voorgestelde aanpassing van rapportageregels voor ontwikkelingshulp.

De OESO-regeling is een “gentlemen’s agreement” tussen Australië, Canada, de EU, Japan, Korea, Nieuw-Zeeland, Noorwegen, Turkije, het Verenigd Koninkrijk, de Verenigde Staten en Zwitserland, en heeft ten doel een kader te creëren voor het ordelijke gebruik van door de overheid gesteunde exportkredieten. In de EU is de regeling omgezet in een verordening en daarmee juridisch bindend.

Voorstel voor een BESLUIT VAN DE RAAD

betreffende het standpunt dat namens de Europese Unie moet worden ingenomen over het beoogde besluit van de deelnemers aan de regeling inzake door de overheid gesteunde exportkredieten betreffende bepalingen inzake rentetarieven COM(2025)253

Voorstel voor een BESLUIT VAN DE RAAD

tot vaststelling van het standpunt dat namens de Unie moet worden ingenomen in de schriftelijke procedure van de deelnemers aan de regeling inzake door de overheid gesteunde exportkredieten met betrekking tot de gemeenschappelijke gedragslijn om Oekraïne in aanmerking te laten komen voor gebonden hulp COM(2025)252

Dit betreft een voorstel voor het standpunt dat namens de Europese Unie door de Commissie moet worden ingenomen met betrekking tot de wijziging van de OESO-regeling over door de overheid gesteunde exportkredieten. De Europese Commissie stelt voor om een uitzondering in te stellen waardoor gebonden hulp aan Oekraïne mogelijk blijft.

De regeling stelt dat geen gebonden hulp kan worden verleend aan landen waarvan het bni per hoofd volgens de gegevens van de Wereldbank boven de bovengrens voor de lagermiddeninkomenslanden ligt. De Wereldbank heeft Oekraïne vorig jaar ingedeeld als hogermiddeninkomensland. Als dat in juni 2025 opnieuw gebeurt, komt Oekraïne niet langer in aanmerking voor gebonden hulp.