[overzicht] [activiteiten] [ongeplande activiteiten] [besluiten] [commissies] [geschenken] [kamerleden] [kamerstukdossiers] [🧑mijn] [open vragen]
[toezeggingen] [stemmingen] [verslagen] [🔍 uitgebreid zoeken] [wat is dit?]

Geannoteerde agenda Eurogroep en Ecofinraad juni 2025 en jaarvergaderingen EIB en ESM

Bijlage

Nummer: 2025D26550, datum: 2025-06-06, bijgewerkt: 2025-06-06 14:13, versie: 1

Directe link naar document (.docx), link naar pagina op de Tweede Kamer site.

Bijlage bij: Geannoteerde agenda Eurogroep en Ecofinraad juni 2025 en jaarvergaderingen EIB en ESM (2025D26549)

Preview document (🔗 origineel)


Geannoteerde agenda Eurogroep en Ecofinraad 19-20 juni 2025


Eurogroep

Agendaonderwerp: IMF Article IV review of euro area policies

Document: N.v.t.

Aard bespreking: presentatie

Besluitvormingsprocedure: N.v.t.

Toelichting:

Het IMF zal de bevindingen van de zogenaamde Art IV consultaties naar het beleid van de eurozone presenteren. Bij Art IV consultaties analyseert het IMF de financieel-economische situatie in een land of regio stelt het op basis daarvan gerichte beleidsadviezen op. Deze worden in een rapport gepubliceerd. Het rapport van het IMF zal naar verwachting enige tijd na de vergadering worden gepubliceerd. Op het moment van schrijven was er geen document beschikbaar. Nederland kan de presentatie van het IMF aanhoren.

Agendaonderwerp: Budgettaire ontwikkelingen in eurozone lidstaten

Document: N.v.t.

Aard bespreking: Gedachtewisseling

Besluitvormingsprocedure: N.v.t.

Toelichting:

De Eurogroep spreekt over budgettaire ontwikkelingen in eurozonelidstaten. De Eurogroep staat in dat kader stil bij de implementatie van het Stabiliteits- en Groeipact, waaronder de recente indiening van de ontwerpbegrotingen 2025 door België. België heeft de ontwerpbegroting later ingediend in verband met hun regeringswissel ten tijde van de oorspronkelijke deadline in oktober 2024. De Commissie heeft op 4 juni 2025 de beoordeling van de ontwerpbegroting van België gepubliceerd. De Commissie heeft beoordeeld dat de uitgavengroei voor 2025 hoger is dan het aanbevolen uitgavenpad, maar dat deze afwijking is toegestaan onder de nationale ontsnappingsclausule. Zoals gebruikelijk vindt een bespreking plaats en neemt de Eurogroep een verklaring aan over de ontwerpbegroting. Dit vindt waarschijnlijk plaats tijdens de Eurogroep van juni of juli. Het kabinet kan zich vinden in de Commissiebeoordeling van de Belgische ontwerpbegroting. Het kabinet kan de gedachtewisseling in deze Eurogroep aanhoren.

Agendaonderwerp Concurrentievermogen: presentatie van IMF-onderzoek over interne barrières
Document: N.v.t.
Aard bespreking: Gedachtewisseling
Besluitvormingsprocedure: N.v.t.
Toelichting:
De ministers zullen van gedachten wisselen over de barrières binnen de Europese interne markt in het kader van het EU concurrentievermogen. Het IMF zal een presentatie verzorgen over de barrières in de EU en de grote economische baten van het verder verdiepen van de interne markt.

De Europese interne markt is van groot belang voor de welvaart van EU-lidstaten. De handel tussen EU-lidstaten is groter dan de handel met niet-EU landen. Zo exporteerde Nederland in 2022 ongeveer 8,5 keer meer naar EU-landen dan naar de VS.11]

Het IMF zal eigen onderzoek presenteren waarin de grote voordelen van volledige integratie binnen de EU interne markt worden geïllustreerd. Het IMF laat zien dat het reduceren van barrières voor goederenhandel binnen de EU en voor productie door multinationals het bbp van de EU met 7%22] kan verhogen. Uit eerder onderzoek3 van het IMF blijkt dat handelsbarrières binnen de EU gelijk zijn aan heffingen van 45 procent voor handel in goederen (driemaal zo hoog als tussen staten in de VS) en 110 procent voor handel in diensten.  

Het IMF noemt vier aandachtsgebieden waarbinnen concrete stappen gezet kunnen worden43]: 1) het invoeren van een 28ste regime voor bedrijven, inclusief insolventieregels, zodat bedrijven binnen de EU met één set aan regels kunnen werken, 2) het verdiepen van de kapitaalmarktunie om investeringen met eigen vermogen en durfkapitaal te stimuleren, 3) het vergroten van de arbeidsmobiliteit binnen de EU en 4) het beter integreren van Europese elektriciteitsmarkten. Ook concludeert het IMF dat er een belangrijke rol is weggelegd voor lidstaten om groeibevorderende hervormingen door te voeren.5 Het IMF schat dat een pakket van maatregelen op deze vier terreinen het EU bbp met 3% kan verhogen binnen 10 jaar.

Nederland herkent de uitdagingen die het IMF schetst, en kan zich vinden in een belangrijk deel van de geschetste oplossingsrichtingen: het verder verdiepen van markten (interne markt, energiemarkten, kapitaalmarktunie) en het wegnemen van barrières tussen lidstaten dragen bij aan het concurrentievermogen, hogere productiviteitsgroei en daarmee de welvaart van de Unie. Nederland onderschrijft ook dat er een belangrijke rol is weggelegd voor lidstaten om groeibevorderende hervormingen door te voeren. Nederland kan langs deze lijn deelnemen aan de gedachtewisseling.

Agendaonderwerp: Digitale euro – stand van zaken
Document: N.v.t.
Aard bespreking: Gedachtewisseling
Besluitvormingsprocedure: N.v.t.
Toelichting:
De Eurogroep zal spreken over de voortgang van het voorbereidende werk voor een mogelijke invoering van de digitale euro, in het bijzonder over de lopende onderhandelingen over de wetsvoorstellen die een juridische basis moeten vormen voor een digitale euro. Daarbij zal de Eurogroep naar verwachting stilstaan bij onderwerpen als het compensatiemodel en de aanhoudingslimieten van de digitale euro.

Het kabinet vindt dat de digitale euro bij een mogelijke invoering toegevoegde waarde moet hebben voor Nederlandse burgers en bedrijven. Deze toegevoegde waarde ziet het kabinet met name wanneer de digitale euro een pan-Europees digitaal betaalmiddel wordt, gestoeld op Europese infrastructuur. De digitale euro kan dan bijdragen aan de strategische autonomie van Nederland en de Europese Unie. Daarnaast ziet het kabinet meerwaarde in de offline variant van de digitale euro. De offline functionaliteit zou een terugvaloptie kunnen zijn voor digitale betalingen in het geval dat andere digitale betaaloplossingen tijdelijk verstoord of onderbroken zijn. Het kabinet zet zich er daarom voor in dat de offline functionaliteiten vanaf de introductie van de digitale euro beschikbaar zijn, als er een digitale euro komt. Ook moet de digitale euro voldoen aan waarborgen omtrent niet-programmeerbaarheid en moet de digitale euro een hoog niveau van privacy hebben.

Ten aanzien van het compensatiemodel vindt het kabinet dat er sprake moet zijn van een proportionele verdeling van de kosten die een digitale euro met zich brengt. Het compensatiemodel moet waarborgen dat de digitale euro een aantrekkelijk betaalmiddel wordt om te gebruiken en te accepteren. Daarbij is het ook van belang dat banken en betaaldienstverleners op termijn voldoende gecompenseerd worden voor de kosten die zij maken voor de distributie van de digitale euro. Het kabinet vindt daarom dat het compensatiemodel op lange termijn gebaseerd moet worden op de daadwerkelijke kosten voor de digitale euro infrastructuur. Het is op korte termijn passend om het compensatiemodel voor de digitale euro tijdelijk te koppelen aan bestaande betaalmethodes, zolang er onvoldoende data beschikbaar zijn over de daadwerkelijke kosten.

Het kabinet vindt het daarnaast passend dat er aanhoudingslimieten (holding limits) komen voor de digitale euro, om de financiële stabiliteit te waarborgen en omdat de digitale euro met name een betaalmiddel moet zijn en niet een middel om te sparen. Het is passend dat de ECB een bevoegdheid krijgt bij het stellen van deze limiet, maar deze bevoegdheid dient niet zover te strekken dat de rol van de digitale euro in het financiële stelsel fundamenteel kan veranderen zonder politieke besluitvorming. Daarnaast vindt het kabinet het passend dat er limieten komen om offline functionaliteiten te begrenzen, bijvoorbeeld met het oog op witwasrisico’s. Het is passend om deze bevoegdheid bij de Europese Commissie te beleggen, maar tegelijkertijd ligt er ook enige betrokkenheid van medewetgevers in de rede. Het kabinet zal er oog voor hebben dat een rol voor medewetgevers op een passende wijze tot uitdrukking komt bij de vaststelling van aanhoudings- en/of transactielimieten.

Het kabinet vindt het goed dat de gesprekken over het wetsvoorstel zijn voortgezet onder het Poolse voorzitterschap en kijkt uit naar de verdere voortzetting onder het Deense voorzitterschap. Het is belangrijk dat gesprekken over de vormgeving en mogelijke consequenties van invoering van de digitale euro worden voortgezet. De invoering kan immers maar één keer plaatsvinden en moet voldoen aan eerder genoemde waarborgen. Nederland kan in lijn met bovenstaande deelnemen aan de gedachtewisseling.

Ecofinraad

Agendaonderwerp: Hervormingspakket douane-unie

Document: voortgangsrapport nog niet beschikbaar

Aard bespreking: update over de voortgang in de onderhandelingen

Besluitvormingsprocedure: n.v.t.

Toelichting:

De voorzitter zal een presentatie geven over de voortgang in de onderhandelingen met betrekking tot de hervorming van de douane-unie en de oprichting van een EU-douaneautoriteit. Bij het schrijven van deze geannoteerde agenda is de voortgangsrapportage die ter bespreking voor zal liggen nog niet beschikbaar. Indien het voortgangsrapport aanleiding geeft tot een nadere duiding volgt er nog een nazending op deze geannoteerde agenda.

De rechtsbasis is gelegen in de artikelen 33, 114 en 207 van het Verdrag betreffende de werking van de Europese Unie (VWEU). De besluitvorming ten aanzien van het voorstel is gekwalificeerde meerderheid met medebeslissing van het Europees Parlement. Er is op dit moment nog geen sprake van besluitvorming.

Op 17 mei 2023 heeft de Europese Commissie voorstellen gepubliceerd voor de hervorming van de douane-unie. De voorstellen zijn besproken onder het Spaans, Belgisch, Hongaars en Pools voorzitterschap van de Raad. Het kabinet is in grote lijnen tevreden met de wijzigingen die worden voorgesteld ten opzichte van de voorstellen van de Commissie. De teksten zijn echter nog niet volledig stabiel en de vertalingen nog niet beschikbaar. Op dit moment kan dan ook nog geen mandaat worden verleend voor de triloog tussen Raad, Europees Parlement en Europese Commissie.

Het kabinet hecht groot belang aan goede voortang op dit dossier. De huidige wetgeving is niet langer toereikend voor de uitdagingen waar de douane mee wordt geconfronteerd. Het kabinet zet dan ook in om nog onder het Pools voorzitterschap van de Raad tot een Raadscompromis te komen.

Vrijwel alle lidstaten zijn voorstander van de hervorming van de douane-unie steunen in grote lijnen de wijzigingen die worden voorgesteld ten opzichte van de voorstellen van de Commissie.

Het Europees Parlement heeft op 13 maart 2024 een standpunt ingenomen op het totale hervormingspakket voor de douane-unie. Zij stellen geen ingrijpende wijzigingen voor.

Agendaonderwerp: Concurrentievermogen en ondernemersklimaat in Europa: wat is de strategie voor het verlagen van energieprijzen in Europa
Document: Presidency issue notes (nog niet beschikbaar)
Aard bespreking: Gedachtewisseling
Besluitvormingsprocedure: N.v.t.
Toelichting:

Tijdens de Econfinraad zal worden gesproken over het onderwerp energieprijzen in het licht van het concurrentievermogen van de Europese economie. Er is op het moment van schrijven nog geen duidelijkheid over de precieze insteek van de gedachtewisseling. Waarschijnlijk zal in het kader van het Europese concurrentievermogen worden gesproken over de relatief hoge energieprijzen ten opzichte van verschillende landen buiten de Europese Unie en de uitdagingen die dat met zich meebrengen. Op het moment van schrijven zijn er nog geen stukken gedeeld. Voor het Poolse voorzitterschap is energie en energieveiligheid een van de prioriteiten van het voorzitterschap van de Raad.

Voor Nederland is in het energiedomein diversificatie van energiebronnen en afbouw van risicovolle strategische afhankelijkheden van belang. Nederlands deelt in zijn algemeenheid het belang van het adresseren van de hoge energieprijzen voor bedrijven en huishoudens. Om de prijzen te verlagen zijn er volgens Nederland vooral structurele maatregelen nodig, waaronder een sterkere integratie van de Europese energiemarkt met voldoende grensoverschrijdende interconnectie, versterking van flexibiliteit in het systeem, en bevordering van energiebesparing. Voor Nederland zijn prijs- en marktprikkels en de efficiënte werking van de interne markt cruciaal om energiekosten betaalbaar te houden en efficiënte investeringen te stimuleren. Onnodig ingrijpen op de werking van de energiemarkt, bijvoorbeeld door het instellen van prijslimieten, een infra-marginale elektriciteitsheffing of gerichte prijssteun voor de industrie beziet Nederland daarom kritisch. Nederland zal in lijn hiermee deelnemen aan de gedachtewisseling.

Agendaonderwerp: Economische en financiële impact van de Russische agressieoorlog tegen Oekraïne

Document: N.v.t.

Aard bespreking: Besluitvorming

Besluitvormingsprocedure: N.v.t.

Toelichting:

De Ecofinraad zal van gedachten wisselen over de economische en financiële impact van de Russische agressie tegen Oekraïne en over Europese steunmaatregelen. Dit is een terugkerend punt op de Ecofinagenda. Oekraïne is afhankelijk van externe steun om de Russische agressie te blijven weren en tegelijkertijd het land overeind te houden. Nederland blijft Oekraïne politiek, militair, financieel en moreel actief en onverminderd blijft steunen in tijd van oorlog, herstel en wederopbouw, zolang als dat nodig is. Dit is onlosmakelijk verbonden met de afschrikking van verdere Russische agressie.

Op 20 mei jl. zijn de eerste gesprekken tussen het IMF en Oekraïense autoriteiten voor de achtste review van het Extended Fund Facility (EFF) programma van start gegaan. De uitbetalingen zijn afhankelijk van het behalen van diverse doelstellingen die beoordeeld worden tijdens de review. De Oekraïense autoriteiten slagen er tot nu toe nog steeds in om tegen een complexe achtergrond de nodige hervormingen door te voeren. Tot nu toe komen de totale uitbetalingen neer op USD 10,1 mld.

In de zevende review raamde het IMF het totale externe financieringstekort voor de periode 2025-2027Q1 op tussen de USD 69,3 mld. euro en USD 83,4 mld. euro, afhankelijk van wanneer de oorlog eindigt. Dit tekort wordt deels gedekt door het IMF-programma, maar de resterende omvang van het programma is beperkt (USD 5,2 mld.). De financieringstekorten in 2025 zijn in zowel de baseline als downside scenario’s van het IMF gedekt.6 Voor 2026 en verder is de situatie nog onzeker. Nederland roept op om vooruit te blijven kijken naar de financiële noden van Oekraïne in 2026. Totale herstel- en wederopbouwnoden worden door de Wereldbank geschat op USD 524 mld. voor de komende tien jaar en staan los van de schattingen van het externe financieringstekort door het IMF.

De Europese Commissie zal een update geven over de implementatie van bestaande EU-initiatieven. De Europese Oekraïne-faciliteit van 50 mld. euro voor de periode 2024-2027, de G7 Extraordinary Revenue Acceleration (ERA) leningen van ca. 45 mld. euro en het bovengenoemde IMF-programma7 zijn belangrijke onderdelen van de internationale inzet om de begrotingstekorten (deels) te dekken en om Oekraïne in staat te stellen de strijd tegen Russische agressie voort te zetten. De Commissie heeft tot nu toe 19,6 mld. euro aan macro-financiële steun onder de EU Oekraïne-faciliteit uitbetaald. Op 8 mei jl. heeft de Commissie de vierde tranche van het EU-aandeel in de ERA-leningen van 1 mld. euro verstrekt aan Oekraïne. Er is tot op heden 6 mld. euro van het EU-aandeel uitbetaald. De overige 12,1 mld. euro zal voor eind 2025 uitbetaald worden.

Tijdens de Raad Buitenlandse Zaken van 20 mei jl. is het zeventiende sanctiepakket aangenomen, met een focus op de Russische militaire industrie, de Russische schaduwvloot en entiteiten uit derde landen die de agressieoorlog faciliteren. Nederland verwelkomt de aanname van dit pakket en roept op tot snelle opvolging met een ambitieus achttiende sanctiepakket, met een focus op Russische energie-inkomsten en banken in derde landen die sanctie-omzeiling faciliteren. In lijn met de motie Boswijk c.s.8 blijft Nederland serieus kijken naar het onderzoeken van de mogelijkheden om aanvullende maatregelen t.a.v. de bevroren Russische Centrale-banktegoeden te nemen. Eventuele aanvullende maatregelen moeten in EU- en G7-verband worden genomen. Gedegen onderzoek naar de juridische, en financieel-economische mogelijkheden en risico’s is hierbij van belang.

Agendaonderwerp Jaarvergadering Raad van Gouverneurs van Europese Investeringsbank (EIB)

Document: Agendastukken Jaarvergadering, nog niet publiek beschikbaar

Aard bespreking: Goedkeuring jaarlijkse rapportages en managementreactie Review and Evaluation Process (REP) Assessment Rapport
Besluitvormingsprocedure: Gekwalificeerde meerderheid
Toelichting:
Op vrijdag 20 juni 2025 zal de jaarvergadering van de Raad van gouverneurs van de EIB plaatsvinden. Naar verwachting zullen de President en gouverneurs terugblikken op de activiteiten van de EIB-Groep van het afgelopen jaar en zal de voorzitter van het auditcomité een toelichting geven op de resultaten.

Het kabinet steunt de huidige koers die de EIB is ingeslagen. Het kabinet waardeert de toegenomen inzet van de Bank in het financieren van technologische innovatie, defensie en veiligheid, strategische autonomie, energietransitie en kritieke grondstoffen. Een grotere rol van de EIB op deze terreinen hangt samen met bredere EU discussies over concurrentievermogen, kapitaalmarktunie en defensie.

Op de agenda staan de jaarverslagen van het auditcomité voor 2024 met een reactie van het Management Comité (MC) van de EIB en het 2024 EIB Review and Evaluation Process Assessment Report met een reactie van het MC van de EIB. De Kamer zal na afloop van de jaarvergadering worden geïnformeerd over het financiële jaarverslag en de andere besproken onderwerpen.

Agendaonderwerp: Uitvoeringsbesluiten van de Raad onder de Herstel- en Veerkrachtfaciliteit (HVF) en aanname Raadsconclusies over Europese Rekenkamer rapporten.
Document: De Commissievoorstellen voor aanpassing van uitvoeringsbesluiten van de Raad ter goedkeuring van de herstel- en veerkrachtplannen zijn te vinden op eur-lex.europa.eu.9 De voorliggende Raadsconclusies zijn nog niet beschikbaar.
Aard bespreking: Aanname uitvoeringsbesluiten van de Raad en aanname Raadsconclusies
Besluitvormingsprocedure: Uitvoeringsbesluiten met gekwalificeerde meerderheid, Raadsconclusies met consensus
Toelichting:
Tijdens de Ecofinraad zal worden stilgestaan bij de stand van zaken ten aanzien van de Herstel- en Veerkrachtfaciliteit. Naar verwachting zal de Europese Commissie (de Commissie) een update geven over de implementatie. Nederland kan de update aanhoren. Daarnaast liggen er aanpassingen van de uitvoeringsbesluiten ter goedkeuring van de herstel- en veerkrachtplannen van een aantal lidstaten voor en zullen er Raadsconclusies worden aangenomen over drie rapporten van de Europese Rekenkamer (ERK).

Raadsconclusies ERK-rapporten

De Raad zal conclusies aannemen over drie rapporten van de ERK10, die zijn samengevat in het analyserapport van de Europese Rekenkamer over de HVF dat op 6 mei is gepubliceerd.11 De Tweede Kamer is middels beantwoording van schriftelijke vragen geïnformeerd over de inhoud en de kabinetsappreciatie van het analyserapport.12 In de voorliggende Raadsconclusies wordt aangegeven dat de bevindingen en aanbevelingen van de ERK in overweging moeten worden genomen. De antwoorden van de Commissie op de bevindingen en aanbevelingen van de ERK worden erkend. De Commissie neemt een aantal ERK-aanbevelingen over, namelijk de aanbevelingen die zien op: het verbeteren van de beoordeling van maatregelen die de landspecifieke aanbevelingen adresseren, het verbeteren van de zekerheid over de naleving van openbare aanbestedingen en staatssteunregels, het verbeteren van verslaglegging, de richtsnoeren voor controles en audits actualiseren en transparantie vergroten door middel van aanpassingen aan het jaarverslag. De conclusies roepen in herinnering dat, conform de HVF-verordening, lidstaten worden geacht alle of een significant deel van de landspecifieke aanbevelingen (LSA) aan te pakken, maar zonder verplichting daarbij specifieke beleidsopties in te voeren. Daarnaast halen de conclusies aan dat de lidstaten primair verantwoordelijk zijn voor het aanpakken van inbreuken op het gebied van overheidsopdrachten en dat de HVF-verordening nadrukkelijk toelaat dat lidstaten gebruik maken van bestaande nationale controlesystemen. Met deze conclusies nodigt de Raad de Commissie uit om lessen te blijven trekken uit de implementatie van dit prestatiegerichte instrument. Daarnaast wordt er opgemerkt dat sommige aanbevelingen van de ERK verder gaan dan de bepalingen van de HVF-verordening. Daarnaast geeft de Raad in de conclusies aan dat de bevindingen en aanbevelingen niet vooruit moeten lopen op toekomstige besprekingen over het volgende Meerjarig Financieel Kader (MFK) en benadrukt zij dat het van belang is dat beide instituties, de Commissie en de ERK, hetzelfde begrip hebben van het wettelijk kader. Ten slotte wordt in de Raadsconclusies het belang onderschreven dat de HVP’s van de lidstaten tijdig worden uitgevoerd overeenkomstig het huidige juridisch raamwerk.

Het kabinet kan zich vinden in de opgestelde Raadsconclusies en het belang dat daarin wordt gegeven aan de rapporten van de Europese Rekenkamer en is voornemens om ermee in te stemmen.

Aanpassingen uitvoeringsbesluiten

Tijdens de Ecofinraad zullen de aanpassingen van de uitvoeringsbesluiten ter goedkeuring van de herstel- en veerkrachtplannen (HVP) van Spanje, Malta, Slovenië, Litouwen, Italië, Cyprus, België, Kroatië en Polen ter besluitvorming voorliggen. Al deze lidstaten maken gebruik van de mogelijkheid om het HVP aan te passen op grond van objectieve omstandigheden, op basis van artikel 21 van de HVF-verordening. Voor een uitgebreide toelichting op deze grondslag voor wijziging verwijs ik u naar het verslag van de Eurogroep- en Ecofinraad van juni 2024.13

De Europese Commissie oordeelt dat de redenen die de lidstaten aandragen, aanpassingen van de plannen rechtvaardigen en dat de herstelplannen ook na deze aanpassingen voldoen aan de eisen van de HVF-verordening. Het kabinet kan zich vinden in het oordeel van de Commissie. Nederland is daarom voornemens om in te stemmen met de voorstellen tot aanpassing van de uitvoeringsbesluiten van de Raad. Er wordt geen discussie verwachting in de Ecofinraad.

Spanje

De aanpassing van het Spaanse plan heeft betrekking op één maatregel. Deze wordt aangepast omdat er een beter alternatief geïmplementeerd kan worden waarbij de administratieve lasten lager liggen. De oorspronkelijke ambitie van de maatregel blijft gewaarborgd. Deze maatregel heeft betrekking op het onderdeel van het HVP dat ziet op steun aan het MKB.

Malta

De aanpassing van het Maltese plan heeft betrekking op 18 maatregelen. Door objectieve omstandigheden is één maatregel op het gebied van gezondheidszorg niet langer haalbaar en dient de tijdslijn voor een andere maatregel onder het onderdeel ‘versterken van het institutionele kader’ aangepast te worden. Drie maatregelen worden aangepast, omdat er betere alternatieven geïmplementeerd kunnen worden, waarbij het oorspronkelijke ambitieniveau van de maatregelen onveranderd blijft. Deze zien op duurzaam vervoer en het versterken van het institutionele kader. 16 maatregelen worden aangepast, omdat er alternatieven geïmplementeerd kunnen worden waarbij de administratieve lasten lager liggen. Deze zien o.a. op klimaat, (duurzaam) vervoer, digitalisering, gezondheidszorg, onderwijs en het versterken van het institutionele kader. Tenslotte wordt één maatregel onder het onderdeel onderwijs aangepast, omdat een deel van het doel, het opleiden van leerkrachten, al was bereikt voordat dit in aanmerking kon komen voor de HVF.

Slovenië

De aanpassing van het Sloveense plan heeft betrekking op 50 maatregelen. Vier van deze maatregelen zijn niet langer haalbaar, deze vallen onder de onderdelen: hernieuwbare energie en energie-efficiëntie, R&D en innovatie, arbeidsmarkt, en REPowerEU. Eén doelstelling gerelateerd aan een maatregel op het gebied van hernieuwbare energie is niet langer haalbaar door de inwerkingtreding van een nieuw juridisch kader voor energie-efficiëntie. Een aantal mijlpalen en doelstellingen zijn gedeeltelijk niet langer haalbaar, o.a. door vertragingen en overige objectieve omstandigheden. Deze hebben betrekking op de onderdelen: schone en veilige leefomgeving, duurzaam vervoer, arbeidsmarkt, onderwijs, gezondheidszorg en REPowerEU. Slovenië heeft verzocht om de middelen die door deze aanpassingen beschikbaar komen in te zetten om een aantal mijlpalen en doelstellingen toe te voegen aan het HVP en om het ambitieniveau van een aantal maatregelen, o.a. op het gebied van energie-efficiëntie, arbeidsmarkt en klimaatweerbaarheid, te verhogen. Zes maatregelen worden aangepast, omdat er betere alternatieven geïmplementeerd kunnen worden, waarbij het oorspronkelijke ambitieniveau van de maatregelen onveranderd blijft. Daarnaast heeft Slovenië aangegeven dat 26 maatregelen worden aangepast omdat er alternatieven geïmplementeerd kunnen worden waarbij de administratieve lasten lager liggen. Deze maatregelen zien o.a. op infrastructuur, arbeidsmarkt, gezondheidszorg, hernieuwbare energie, schone en veilige leefomgeving, circulaire economie, digitalisering, R&D en innovatie, toerisme, gezondheidszorg, woningmarkt en REPowerEU. Ten slotte heeft Slovenië aangegeven dat de verwoording van één maatregel wordt aangepast.

Litouwen

De aanpassing van het Litouwse plan heeft betrekking op 74 maatregelen. Litouwen heeft aangegeven dat 27 maatregelen gedeeltelijk niet langer haalbaar zijn door veranderingen in marktvraag. Deze maatregelen zien op de onderdelen: groene transitie, digitalisering, onderwijs en REPowerEU. Zeven maatregelen zijn niet langer haalbaar als gevolg van toenemende kosten door de hoge inflatie. Deze zien o.a. op gezondheidszorg, onderwijs en kansengelijkheid. Drie maatregelen zijn niet langer haalbaar door vertragingen. Zestien maatregelen worden aangepast omdat er betere alternatieven geïmplementeerd kunnen worden, waarbij het oorspronkelijke ambitieniveau van de maatregelen onveranderd blijft. Litouwen heeft aangegeven dat 20 maatregelen worden aangepast, omdat er alternatieven geïmplementeerd kunnen worden waarbij de administratieve lasten lager liggen. Deze aanpassingen zien o.a. op gezondheidszorg, de groene transitie, digitalisering, onderwijs, kansengelijkheid en REPowerEU. Ten slotte wordt één maatregel aangepast door de hogere administratieve lasten als gevolg van de sancties die zijn opgelegd tegen Rusland.

Italië

De aanpassing van het Italiaanse plan heeft betrekking op 67 maatregelen. Italië heeft aangegeven dat een aantal maatregelen (gedeeltelijk) niet langer haalbaar zijn, o.a. door verandering in marktvraag, verstoringen in toeleveringstekens, vertragingen, en hoge inflatie. Deze maatregelen zien op elektriciteit, vervoer en infrastructuur, circulaire economie en arbeidsmarkt. 37 maatregelen worden aangepast, omdat er betere alternatieven geïmplementeerd kunnen worden, waarbij het oorspronkelijke ambitieniveau van de maatregelen onveranderd blijft. Daarnaast heeft Italië aangegeven dat 20 maatregelen worden aangepast, omdat er alternatieven geïmplementeerd kunnen worden waarbij de administratieve lasten lager liggen. Deze maatregelen zien o.a. op verbeteringen in de publieke sector, cultuur, landbouw en visserij, hernieuwbare energie, onderwijs, kansengelijkheid, onderzoek en infrastructuur (duurzaam) openbaar vervoer, infrastructuur, waterbeheer, cultuur, en digitalisering. Italië heeft verzocht om de middelen die door deze aanpassingen beschikbaar komen in te zetten om twee maatregelen, op het gebied van elektrisch vervoer en treininfrastructuur, toe te voegen aan het HVP.

Cyprus

De aanpassing van het Cypriotische plan heeft betrekking op 87 maatregelen. Cyprus heeft aangegeven dat 16 maatregelen gedeeltelijk niet langer haalbaar zijn door een gebrek aan marktvraag en hoge inflatie. Deze maatregelen zien o.a. op gezondheidszorg, diversificatie van de economie, hernieuwbare energie, duurzaam vervoer, R&D, modernisering van de publieke sector, onderwijs, arbeidsmarkt en REPowerEU. Cyprus heeft aangegeven dat 14 maatregelen worden aangepast, omdat er betere alternatieven geïmplementeerd kunnen worden, waarbij het oorspronkelijke ambitieniveau van de maatregelen onveranderd blijft. Voor 57 maatregelen geldt dat er alternatieven geïmplementeerd kunnen worden waarbij de administratieve lasten lager liggen. Deze maatregelen zien o.a. op gezondheidszorg, waterbeheer, modernisering van de publieke sector, onderwijs, R&D, financiële stabiliteit, infrastructuur, digitalisering, arbeidsmarkt en REPowerEU.

België

De aanpassing van het Belgische plan heeft betrekking op 22 maatregelen. België heeft aangegeven dat acht maatregelen worden aangepast, omdat er betere alternatieven geïmplementeerd kunnen worden, waarbij het oorspronkelijke ambitieniveau van de maatregelen onveranderd blijft. Deze maatregelen zien o.a. op biodiversiteit en klimaatverandering, cybersecurity, digitalisering, openbaar bestuur en arbeidsmarkt. Daarnaast worden acht maatregelen die o.a. zien op klimaat, digitalisering, duurzaam vervoer, kansengelijkheid en hernieuwbare energie, aangepast omdat er alternatieven geïmplementeerd kunnen worden waarbij de administratieve lasten lager liggen. België heeft aangegeven dat één maatregel gedeeltelijk niet langer haalbaar is door hoge inflatie en de verwoording van één maatregel wordt aangepast in het kader van simplificatie. Ten slotte worden vier maatregelen aangepast door onverwachte technische problemen.

Kroatië

De aanpassing van het Kroatische plan heeft betrekking op 30 maatregelen. Een aantal maatregelen worden aangepast, omdat deze (gedeeltelijk) niet langer haalbaar zijn door hoge inflatie, een gebrek aan marktvraag en onverwachte vertragingen in openbare aanbestedingen. Deze maatregelen zien o.a. op de onderdelen: groene en digitale economie, arbeidsmarkt, duurzaam vervoersysteem en digitalisering. Kroatië heeft aangegeven dat er voor negen maatregelen betere alternatieven geïmplementeerd kunnen worden, waarbij het oorspronkelijke ambitieniveau van de maatregelen onveranderd blijft. Daarnaast heeft Kroatië aangegeven dat er voor vijf maatregelen alternatieven geïmplementeerd kunnen worden, waarbij het oorspronkelijke ambitieniveau van de maatregelen onveranderd blijft. Deze maatregelen zien o.a. op waterbeheer, duurzaam vervoerssysteem, openbare aanbestedingen, R&D en innovatie, pensioensysteem, energietransitie, en digitalisering. Kroatië heeft verzocht om de middelen die door deze aanpassingen beschikbaar komen in te zetten om twee maatregelen toe te voegen aan het HVP en om het implementatieniveau van vijf maatregelen te verhogen. Deze maatregelen zien o.a. op water- en afvalbeheer, R&D en innovatie binnen universiteiten, en de renovatie van gebouwen.

Polen

De aanpassing van het Poolse plan heeft betrekking op 42 maatregelen. Voor 11 maatregelen geldt dat er betere alternatieven geïmplementeerd kunnen worden, waarbij het oorspronkelijke ambitieniveau van de maatregelen onveranderd blijft. Daarnaast heeft Polen aangegeven dat er voor 19 maatregelen alternatieven geïmplementeerd kunnen worden, waarbij het oorspronkelijke ambitieniveau van de maatregelen onveranderd blijft. Deze maatregelen zien o.a. op concurrentievermogen, arbeidsmarkt, digitalisering, groene energie, REPowerEU, gezondheidszorg en de kwaliteit van instituties. Polen heeft aangegeven dat een aantal maatregelen gedeeltelijk niet langer haalbaar zijn door een gebrek aan aanmeldingen en vertragingen door objectieve omstandigheden. Deze maatregelen zien o.a. op concurrentievermogen en weerbaarheid van de economie, groene energie, de digitale transitie, cybersecurity en gezondheidszorg. Polen heeft verzocht om de middelen die door deze aanpassingen beschikbaar te komen in te zetten om twee maatregelen toe te voegen aan het HVP en om het implementatieniveau van twee maatregelen te verhogen. Deze aanpassingen zien o.a. op het overhevelen van een deel van de middelen naar InvestEU en een kapitaalinjectie in een Veiligheid en Defensiefonds.

Agendaonderwerp: Implementatie Europees begrotingsraamwerk: Raadsaanbevelingen budgettair-structurele plannen België en Bulgarije

Document: Het document wordt voorafgaand aan de vergadering op het Delegates Portal geplaatst.

Aard bespreking: Besluitvorming Raadsaanbevelingen

Besluitvormingsprocedure: Gekwalificeerde meerderheid

Toelichting:

In het kader van het herziene Europese begrotingsraamwerk hebben lidstaten budgettair-structurele plannen (hierna: plannen) voor de middellange termijn ingediend, met daarin hun voorgenomen begrotingsbeleid, hervormingen en investeringen. Tot nu toe hebben 26 lidstaten hun plan ingediend. Voor 22 plannen heeft de Raad van de Europese Unie (Raad) reeds aanbevelingen aangenomen. Uw Kamer is hierover geïnformeerd op 20 december 2024 met een Kamerbrief over implementatie van het Europees begrotingsraamwerk14. De aanbevelingen zagen op i) het vaststellen van het meerjarig uitgavenpad, ii) het goedkeuren van hervormingen en investeringen die ten grondslag liggen aan een verlenging van de budgettaire aanpassingsperiode voor vijf lidstaten en iii) de correctie van buitensporige tekorten voor acht lidstaten. De Commissie heeft recent de plannen van België en Bulgarije beoordeeld en aanbevelingen gedaan aan de Raad voor het vaststellen van het uitgavenpad. Voor België heeft de Commissie ook aanbevelingen gedaan aan de Raad voor de correctie van het buitensporig tekort en goedkeuring van hervormingen en investeringen die ten grondslag liggen aan verlenging van de aanpassingsperiode. De Ecofinraad van 20 juni 2025 besluit over Raadsaanbevelingen voor België en Bulgarije.

Kabinetsinzet Raadsaanbevelingen

Het kabinet neemt de Commissiebeoordeling van de plannen als uitgangspunt bij het bepalen van zijn inzet ten aanzien van de Raadsaanbevelingen. Het kabinet heeft beoordeeld of deze Commissiebeoordeling in lijn is met de vereisten aan het uitgavenpad van lidstaten op basis van Verordening 2024/1263, het correctief uitgavenpad op basis van Verordening 1467/97 en de vereisten voor de set van investeringen en hervormingen die ten grondslag ligt aan een verlenging van de budgettaire aanpassingsperiode op basis van Verordening 2024/1263.

Het kabinet kan zich vinden in de beoordeling van de Commissie en is voornemens in te stemmen met de Raadsaanbevelingen.

Hieronder volgt per lidstaat een beschrijving van de belangrijkste onderdelen van de Raadsaanbevelingen, inclusief tabellen met een weergave van de uitgavengroei, het structureel primair saldo, de ontwikkeling van het begrotingstekort en de ontwikkeling van de overheidsschuld.

België

Begrotingsbeleid

Uitgavenpad

De Commissie oordeelt dat het uitgavenpad zoals voorgesteld door België voldoet aan de vereisten van verordening 2024/1263. De Commissie doet een aanbeveling aan de Raad om het uitgavenpad vast te stellen. Het uitgavenpad is gebaseerd op een aanpassingsperiode van zeven jaar.

Correctie buitensporig tekort

De Commissie doet een herziene aanbeveling aan de Raad voor de correctie van het buitensporig tekort, op grond van het uitgavenpad zoals voorgesteld door België. De Commissie oordeelt dat dit uitgavenpad voldoet aan de vereiste minimale jaarlijkse verbetering van het structureel (primair) saldo van 0,5% bbp voor lidstaten in een buitensporigtekortprocedure. Het begrotingstekort daalt naar verwachting in 2030 onder de referentiewaarde van 3%.

In afwezigheid van een budgettair-structureel plan in verband met een regeringswissel, heeft de Raad in januari een correctief uitgavenpad aanbevolen dat gebaseerd is op het vierjarig referentiepad van de Commissie. De Raad kwam overeen dat het een nieuw correctief uitgavenpad zou worden aanbevolen nadat België een budgettair-structureel plan had ingediend.

Tabel kerncijfers begrotingsbeleid

2025 2026 2027 2028 2029 2030 2031 2041
Uitgavengroei Commissie (%) 3,0% 2,6% 2,6% 2,2% 2,2% 2,4% 2,4% N.v.t.
Uitgavengroei in plan (%) 3,6% 2,5% 2,5% 2,1% 2,1% 2,3% 2,4% N.v.t.
SPS Commissie (jaarlijkse verandering) 0,5% 0,5% 0,5% 0,6% 0,6% 0,5% 0,5% N.v.t.
SPS in plan (jaarlijkse verandering) 0,2% 0,6% 0,6% 0,6% 0,6% 0,5% 0,5% N.v.t.
Begrotingstekort in plan (in % bbp) 4,7% 4,6% 4,1% 3,5% 3,0% 2,5% 2,0% 1,8%
Schuldratio in plan (in % bbp) 105,1% 107,0% 107,3% 107,3% 106,7% 105,6% 104,0% 87,6%

België haalt de begrotingsinspanning naar achteren ten opzichte van het lineaire pad dat als regel geldt volgens Verordening 2024/1263. In 2025 is de begrotingsopgave lager als gevolg van vertraging in de implementatie van begrotingsmaatregelen door het aantreden van een nieuwe regering in februari 2025. De begrotingsinspanning wordt wel gecompenseerd in de latere jaren van het plan.

Economische aannames

De Commissie merkt op dat België in het plan nauwelijks afwijkt van een aantal economische aannames onder het referentiepad van de Commissie.

Hervormingen en investeringen ten grondslag aan verlenging aanpassingsperiode

De Commissie oordeelt dat de hervormingen en investeringen die ten grondslag liggen aan een verlenging van de aanpassingsperiode voldoen aan de vereisten van verordening 2024/1263. De Commissie doet een aanbeveling aan de Raad om de investeringen en hervormingen goed te keuren.

Effect op economische groei en schuldhoudbaarheid

De Commissie oordeelt dat de hervormingen en investeringen een positief effect hebben op de schuldhoudbaarheid en economische groei van België. Ten eerste beoogt België twee derde van de begrotingsopgave te bereiken aan de hand van structurele hervormingen gericht op de arbeidsmarkt (in het bijzonder het WW-stelsel) en het pensioensysteem. Ten tweede bevat het plan structurele hervormingen gericht op diverse belastingheffingen. Ten derde beoogt België de efficiëntie en kwaliteit van overheidsuitgaven te verbeteren en de coördinatie van begrotingsbeleid te verbeteren. Ten vierde zet België in op het verbeteren van het concurrentievermogen en het ondernemingsklimaat door onder meer het digitaliseren van overheidsdiensten en het verlagen van administratieve lasten. Het verlagen van de belasting op arbeid moet werken ook aantrekkelijker maken. Een deel van deze hervormingen en investeringen is tevens onderdeel van het Belgische Herstel- en Veerkrachtplan.

Gemeenschappelijke EU-prioriteiten

De Commissie oordeelt dat de hervormingen en investeringen bijdragen aan de verschillende gemeenschappelijke prioriteiten van de EU en de sociale en economische veerkracht. Ook bevat het plan investeringen in onderzoek en innovatie op het gebied van koolstofarme technologie en energie-infrastructuur, wat bij moet dragen aan de groene transitie en energiezekerheid. De Commissie benoemt dat door middel van digitalisering van publieke diensten ook aan een eerlijke digitale transitie wordt bijgedragen.

Landspecifieke aanbevelingen

De Commissie concludeert dat in het Belgische plan relevante landspecifieke aanbevelingen uit het Europees Semester worden geadresseerd op onder andere het gebied van de financiële houdbaarheid van het pensioenstelsel, de effectiviteit en kwaliteit van overheidsuitgaven en het verbeteren van de coördinatie van begrotingsbeleid tussen verschillende overheidslagen. Ook dragen de hervormingen op het gebied van arbeidsmarkt en concurrentievermogen relateren aan recente landspecifieke aanbevelingen, zoals het aanjagen van de aanpakken van arbeids- en vaardighedentekorten.

Bulgarije

Begrotingsbeleid

Uitgavenpad

De Commissie oordeelt dat het uitgavenpad zoals voorgesteld door Bulgarije voldoet aan de vereisten van verordening 2024/1263. De Commissie doet een aanbeveling aan de Raad om het uitgavenpad vast te stellen.

Tabel kerncijfers begrotingsbeleid

2025 2026 2027 2028 2041
Uitgavengroei Commissie (%) 6,2% 4,9% 4,4% 4,0% N.v.t.
Uitgavengroei in plan (%) 6,2% 4,9% 4,4% 4,0% N.v.t.
Begrotingstekort in plan (in % bbp) -3,0% -2,9% -2,9% -2,9% -2,9%
Schuldratio in plan (in % bbp) 25,8% 27,4% 29,1% 30,8% 45,3%

* Voor lidstaten met een tekort en schuld onder de referentiewaarden is technische informatie verstrekt. Deze technische informatie bevat geen jaarlijkse verandering van het structureel primair saldo. Deze is dan ook niet weergegeven in de tabellen van deze lidstaten.

Economische aannames

De Commissie merkt op dat Bulgarije in het plan afwijkt van een aantal economische aannames onder het referentiepad van de Commissie, met name voor het structureel primair saldo bij aanvang, de potentiële groei, de inflatie en de rente. De Commissie concludeert dat de afwijkingen in de aannames leiden tot een lagere uitgavengroei ten opzichte van de technische informatie van de Commissie. Bulgarije heeft daarmee een ambitieuzer uitgavenpad opgenomen in het plan.

Agendaonderwerp: Jaarvergadering Raad van gouverneurs van het Europees Stabiliteitsmechanisme (ESM)
Document: N.v.t.
Aard bespreking: Gedachtewisseling en besluitvorming over jaarverslag, financiële rekeningen en leden van het auditcomité.
Besluitvormingsprocedure: De Raad van Gouverneurs besluit met gekwalificeerde meerderheid (80% van de uitgebrachte stemmen) over het jaarverslag en nieuwe leden van het auditcomité
Toelichting:
Op 19 juni 2025 zal de jaarvergadering van de Raad van Gouverneurs van het ESM plaatsvinden. Op de agenda staat onder andere het goedkeuren van het jaarverslag en de financiële rekeningen van het ESM over 2024, een bespreking met het ESM-auditcomité en de verklaring van de externe accountant. Ook wordt de Raad van gouverneurs, zoals gebruikelijk, om goedkeuring gevraagd om het financiële resultaat van 2024 over te boeken naar het reservefonds. Daarnaast wordt de Raad van Gouverneurs gevraagd om in te stemmen met twee nieuwe leden van de auditcomité. Tot slot zal de Raad van Gouverneurs van gedachten wisselen over de opvolging die het ESM heeft gegeven aan de comprehensive review van het instrumentarium die op 17 juni 2024 werd gepubliceerd.15

Net als in voorgaande jaren ontvangt de Kamer na de jaarvergadering: het jaarverslag en de financiële rekeningen, en het jaarverslag van het ESM-auditcomité, als ook een verslag van de jaarvergadering. Daarbij ontvangt de Kamer dan ook de jaarrekeningen van de Europese Financiële Stabiliteitsfaciliteit (EFSF). Nederland is voornemens om het jaarverslag en de financiële rekeningen van het ESM over 2024 goed te keuren en in te stemmen met het overboeken van het resultaat over 2024 naar het reservefonds. Ook is Nederland voornemens om in te stemmen met de benoeming van de nieuwe leden van het auditcomité. Zoals gebruikelijk zal in het verslag van de vergadering nader op de financiële rekeningen en deze besluiten worden ingegaan.

De Raad van Gouverneurs heeft tijdens de jaarvergadering van 2024 van gedachten gewisseld over de comprehensive review en aan het ESM het mandaat gegeven om de hoofdbevindingen verder uit te werken. De Kamer is over deze discussie geïnformeerd middels het verslag van de Eurogroep en Ecofinraad van juni 2024.16 Het ESM heeft hier invulling aan gegeven door een aanvullend rapport op te stellen voor de jaarvergadering 2025. Het ESM doet hierin enkele voorstellen om het ESM-instrumentarium te verfijnen. De voorstellen vallen uiteen in drie blokken. Ten eerste stelt het ESM voor om de toegangscriteria voor de preventieve kredietlijnen onder het herziene ESM-verdrag in lijn te brengen met de nieuwe Europese begrotingsregels. Ten tweede zou het ESM het vermeende stigma dat kleeft aan het ESM-instrumentarium willen aanpassen door vertrouwelijke consultaties en groepsaanvragen mogelijk te maken. Ten derde doet het ESM een voorstel voor een nieuw permanent preventief instrument dat financiële steun kan verlenen aan lidstaten voor specifieke doeleinden in reactie op een externe economische schok die de financiële stabiliteit bedreigt. Deze laatste twee voorstellen kunnen volgens het ESM ook binnen het huidige ESM-verdrag worden uitgewerkt. Ten slotte acht het ESM het wenselijk om het Indirect Recapitalisation Instrument aan te passen. Hiervoor dient volgens het ESM wel eerst de herziening van het Crisis Management and Deposit Insurance (CMDI) raamwerk afgerond te worden.

Nederland ziet geen concrete aanleiding om de toegangscriteria onder het herziene ESM-verdrag aan te passen zolang niet alle lidstaten het herziene ESM-verdrag geratificeerd hebben. Onder het huidige ESM-verdrag is een aanpassing van de toegangscriteria niet nodig, omdat de criteria die verband houden met de begrotingsregels niet in het verdrag zelf zijn vastgelegd.

Nederland weegt de andere voorstellen van het ESM af tegen de doelstelling van het ESM. In het ESM-verdrag is dit omschreven als: het verstrekken van stabiliteitssteun, onder stringente voorwaarden die passend zijn voor het gekozen financiële-bijstand instrument, ten gunste van ESM-leden die te maken hebben met of worden bedreigd door ernstige financieringsproblemen, indien zulks onontbeerlijk is om de financiële stabiliteit van de eurozone in haar geheel en van de lidstaten ervan te vrijwaren. Allereerst ten aanzien van het voorstel tot groepsaanvragen en vertrouwelijke consultaties voor preventieve kredietlijnen ziet Nederland weinig nadelen aan de voorgestelde aanpassingen, omdat de voorwaarden voor financiële bijstand gelijk blijven. Nederland zal zich daarom constructief opstellen in de discussie over deze potentiële wijziging. Daarnaast staat Nederland kritisch tegenover het voorstel om een nieuw permanent preventief instrument op te richten. De noodzaak en additionele waarde van dit instrument ten opzichte van de bestaande preventieve kredietlijnen is niet evident. Voor Nederland is van belang dat financiële steun gepaard gaat met ‘passende stringente voorwaarden’ en alleen wordt verstrekt als dat onontbeerlijk is om de financiële stabiliteit van de eurozone en de lidstaten te vrijwaren. Nederland kan in lijn met het voorgaande deelnemen aan de gedachtewisseling.

Agendaonderwerp: Ecofin report to the European Council on tax issues
Document: Nog niet beschikbaar
Aard bespreking: goedkeuring rapportage
Besluitvormingsprocedure: consensus
Toelichting:

Dit betreft de halfjaarlijkse voortgangsrapportage met betrekking tot de belangrijkste dossiers die momenteel spelen op fiscaal terrein. Deze rapportage bevat een feitelijke beschrijving van de voortgang die onder het Poolse voorzitterschap in de Raad is geboekt op de verschillende fiscale dossiers. De Raad zal dit rapport als hamerstuk aannemen. Nederland kan er mee instemmen.

Agendaonderwerp: CoC Conduct Group conclusions
Document: Nog niet beschikbaar
Aard bespreking: Aannemen conclusies
Besluitvormingsprocedure: consensus
Toelichting:

De Raad zal conclusies van de Gedragscodegroep als hamerstuk aannemen, wat een feitelijke beschrijving is van de voortgang die tijdens het Poolse voorzitterschap in de Raad is geboekt op de lopende dossiers. Nederland kan instemmen met deze conclusies.


  1. [1] CPB, 2024 (link)↩︎

  2. [2] Baba, C. et al.. 2023. “Geoeconomic Fragmentation: What’s at Stake for the EU,” IMF Working Paper 2023/245, International Monetary Fund, Washington, DC↩︎

  3. IMF Europe’s productivity weakness: Firm-level roots and remedies. IMF Working Paper, WP/25/040.↩︎

  4. [3] Rising to the Challenge: Europe’s Path to Growth and Resilience↩︎

  5. [4] Budina, N. et al. Forthcoming. “Europe’s National-Level Structural Reform Priorities,” IMF Working Paper.↩︎

  6. Ukraine: Seventh Review Under the Extended Arrangement Under the Extended Fund Facility, Requests for Modification of a Performance Criterion, Rephasing of Access, and Financing Assurances Review-Press Release; Staff Report; and Statement by the Alternate Executive Director for Ukraine↩︎

  7. https://www.imf.org/en/Publications/CR/Issues/2024/06/28/Ukraine-Fourth-Review-of-the-Extended-Arrangement-under-the-Extended-Fund-Facility-Request-551207↩︎

  8. Kamerstukken II 2024 2025, 21 501-02, nr. 2962↩︎

  9. https://eur-lex.europa.eu/legal-content/EN/TXT/?uri=CELEX%3A52025PC0276&qid=1748443546763↩︎

  10. https://www.eca.europa.eu/en/publications/SR-2025-09
    https://www.eca.europa.eu/en/publications/sr-2025-10
    https://www.eca.europa.eu/en/publications/SR-2025-13↩︎

  11. https://www.eca.europa.eu/nl/publications/RV-2025-02↩︎

  12. Kamerbrief - Antwoorden op Kamervragen over het ERK syntheserapport over de Herstel- en Veerkrachtfaciliteit↩︎

  13. https://www.tweedekamer.nl/kamerstukken/detail?id=2024D27551&did=2024D27551↩︎

  14. Kamerstuk 21.507-07 nr. 2085↩︎

  15. Comprehensive review of the maximum lending volume, adequacy of the authorised capital stock and financial assistance instruments | Publicatie | Rijksoverheid.nl↩︎

  16. https://open.overheid.nl/documenten/dd3059a2-dcd1-426e-902b-246bb59aa277/file↩︎