Fiche: Omnibus IV - Aanpassing Batterijenverordening data gepaste zorgvuldigheid
Nieuwe Commissievoorstellen en initiatieven van de lidstaten van de Europese Unie
Brief regering
Nummer: 2025D26635, datum: 2025-06-06, bijgewerkt: 2025-06-10 10:51, versie: 1
Directe link naar document (.docx), link naar pagina op de Tweede Kamer site.
Gerelateerde personen:- Eerste ondertekenaar: C.C.J. Veldkamp, minister van Buitenlandse Zaken (Ooit Nieuw Sociaal Contract kamerlid)
Onderdeel van kamerstukdossier 22112 -4076 Nieuwe Commissievoorstellen en initiatieven van de lidstaten van de Europese Unie.
Onderdeel van zaak 2025Z11593:
- Indiener: C.C.J. Veldkamp, minister van Buitenlandse Zaken
- Volgcommissie: vaste commissie voor Europese Zaken
- Voortouwcommissie: vaste commissie voor Infrastructuur en Waterstaat
- 2025-06-11 14:04: Aanvang middagvergadering: Regeling van werkzaamheden (Regeling van werkzaamheden), TK
- 2025-06-18 09:30: Extra procedurevergadering commissie I&W (groslijst controversieel verklaren) (Procedurevergadering), vaste commissie voor Infrastructuur en Waterstaat
- 2025-07-02 10:00: Procedurevergadering IenW (Procedurevergadering), vaste commissie voor Infrastructuur en Waterstaat
Preview document (🔗 origineel)
Fiche 2: Omnibus IV - Aanpassing Batterijenverordening data gepaste zorgvuldigheid
Algemene gegevens
Titel voorstel
VERORDENING VAN HET EUROPEES PARLEMENT EN DE RAAD tot wijziging van Verordening (EU) 2023/1542 inzake verplichtingen van marktdeelnemers met betrekking tot gepaste zorgvuldigheid voor batterijen
Datum ontvangst Commissiedocument
21/05/2025
Nr. Commissiedocument
COM(2025) 258 final
EUR-Lex
EUR-Lex - 52025PC0258 - EN - EUR-Lex
Nr. impact assessment Commissie en Opinie Raad voor Regelgevingstoetsing
N.v.t.
Behandelingstraject Raad
Raad Algemene Zaken
Eerstverantwoordelijk ministerie
Ministerie van Infrastructuur en Waterstaat
Rechtsbasis
Artikel 114 VWEU
Besluitvormingsprocedure Raad
Gekwalificeerde meerderheid
Rol Europees Parlement
Medebeslissing
Essentie voorstel
Inhoud voorstel
Op 21 mei jl. publiceerde de Europese Commissie (hierna: de Commissie) het vierde omnibuspakket met als doel onnodige regeldruk te verminderen. Dit omnibuspakket bestaat uit drie onderdelen. Het eerste onderdeel bestaat uit: twee voorstellen en een Commissieaanbeveling een voorstel voor een verordening om zogenaamde small mid-cap (SMC’s) ondernemingen af te bakenen en toe te passen in specifieke EU-wetgeving. Het tweede onderdeel kent; twee voorstellen omtrent digitalisering en gemeenschappelijke specificaties. Het derde onderdeel van de omnibus betreft een aanpassing van het due dilligence beleid op het gebied van batterijen. Dit BNC-fiche gaat in op het derde onderdeel. Voor de andere onderdelen worden separate BNC-fiches opgesteld.
Dit voorstel bevat een wijziging op de Batterijenverordening (2023/1542). De Batterijenverordening heeft als doel om geharmoniseerde producteisen voor batterijen te realiseren, een goed functionerende markt voor secundaire grondstoffen op te zetten en negatieve effecten op menselijke gezondheid en milieu in de productie, gebruiks- en einde-levensfasen van batterijen te reduceren. Marktdeelnemers worden onder andere verplicht tot het nemen van gepaste zorgvuldigheidsmaatregelen (due diligence). De Batterijenverordening schrijft voor dat marktdeelnemers hun invulling van de gepaste zorgvuldigheidsverplichtingen rapporteren middels een verificatiesysteem van conformiteitsbeoordelingsinstanties en aanmeldende instanties. Deze verplichtingen gaan 18 augustus 2025 in. De Commissie is belast met het opstellen van richtsnoeren voor de rapportage.
Met het voorliggende voorstel voor wijziging van de Batterijenverordening wordt de ingangsdatum van de gepaste zorgvuldigheidsverplichtingen uitgesteld met twee jaar naar 18 augustus 2027. Bedrijven moeten dan twee jaar later aan deze verplichtingen voldoen. De uiterste publicatiedatum van de richtsnoeren door de Commissie wordt verzet naar 26 juli 2026. Dit uitstel is volgens de Commissie noodzakelijk zodat bedrijven en de Commissie de juiste voorbereidingen kunnen treffen om soepele invoer van de verplichtingen te bewerkstelligen. Deze aanpassingen moeten worden gelezen in samenhang met het small midcaps (SMC’s)-voorstel uit hetzelfde omnibuspakket. Daarmee wordt geregeld dat het toepassingsbereik (het aantal bedrijven) en de rapportagefrequentie van de Batterijenverordening worden verkleind (minder bedrijven).
Impact assessment Commissie
Er is geen impact assessment uitgevoerd door de Commissie. Het kabinet hecht er waarde aan dat Commissievoorstellen gepaard gaan met een degelijke impact assessment. Zonder een impact assessment ontbreekt een grondige analyse van de impact van deze wijzingen. Dit mag ook verwacht worden vanuit de betere regelgeving-agenda van de Commissie. Echter heeft het kabinet er begrip voor dat er in dit geval, met de beperkte wijziging van de verordening, het uitvoeren van een impact assessment momenteel van minder grote betekenis is.
Nederlandse positie ten aanzien van het voorstel
Essentie Nederlands beleid op dit terrein
De essentie van het Nederlands beleid is uiteengezet in de Nederlandse strategische aanpak batterijen.1 Deze aanpak is erop gericht om de toename van het gebruik van batterijen in de samenleving – in transport, energieopslag en consumentenproducten – verantwoord te laten verlopen en de kansen ervan slim te benutten. De strategische aanpak batterijen focust op 5 thema’s: herkomst grondstoffen, inzameling en hergebruik, veiligheid, economische perspectieven en energiediensten. Voor elk van deze thema’s zijn acties overeengekomen. Over de voortgang ten aanzien van de strategische aanpak is de Tweede Kamer op 3 december 2024 geïnformeerd.2
Nederland onderschrijft de VN-principes voor Bedrijfsleven en Mensenrechten en de OESO-richtlijnen voor multinationale ondernemingen inzake maatschappelijk verantwoord ondernemen (OESO-richtlijnen). Hierin zijn internationale standaarden op het gebied van Internationaal Maatschappelijk Verantwoord Ondernemen (IMVO) vastgelegd. Kernelement van deze normen is dat ondernemingen risico’s in hun internationale ketens in kaart brengen, deze risico’s voorkomen, aanpakken of stoppen en hierover communiceren. Het gaat hierbij om risico’s op het schenden van mensenrechten, zoals gedwongen arbeid en uitbuiting, maar ook milieuvervuiling. Als OESO-lidstaat, verwacht Nederland dat bedrijven de OESO-richtlijnen toepassen. Het IMVO-beleid bestaat uit een mix van vrijwillige en verplichtende maatregelen die tezamen moeten leiden tot effectieve gedragsverandering bij koplopers, achterblijvers en ondernemingen in het peloton. De gepaste zorgvuldigheidsverplichting in de Batterijenverordening3 past bij deze beleidsmix. Het feit dat deze op Europees niveau is ingericht, is in het belang van het gelijke speelveld.
Beoordeling + inzet ten aanzien van dit voorstel
Het kabinet is overwegend positief over het uitstellen van de toepassingsdata zoals genoemd in het voorstel. Zo wordt de kans op soepele en effectiever invoering van de gepaste zorgvuldigheidsmaatregelen groter. Dit verlicht, in samenhang met de hierboven genoemde aanpassingen via het SMC-voorstel, de administratieve lasten voor bedrijven terwijl de onderliggende beleidsdoelenvoldoende overeind blijven. Door dit uitstel krijgen Nederlandse bedrijven, de Inspectie Leefomgeving en Transport en het kabinet meer tijd om zich voor te bereiden op passende implementatie van de verplichtingen. Wel merkt het kabinet op dat de termijn tussen het publiceren van de richtsnoeren door de Commissie en invoering van de verplichtingen relatief kort is. Het kabinet zal daar aandacht voor vragen in de onderhandelingen zodat de richtsnoeren mogelijk eerder gepubliceerd kunnen worden.
Eerste inschatting van krachtenveld
Er is nog geen informatie bekend over de opvatting over dit voorstel in andere lidstaten. De positie van het Europees Parlement is nog niet bekend en een rapporteur is nog niet benoemd.
Beoordeling bevoegdheid, subsidiariteit en proportionaliteit
Bevoegdheid
Als onderdeel van de toets of de EU mag optreden conform de EU-verdragen toetst het kabinet of de EU handelt binnen de grenzen van de bevoegdheden die haar door de lidstaten in de EU-verdragen zijn toegedeeld om de daarin bepaalde doelstellingen te verwezenlijken. Het oordeel van het kabinet ten aanzien van de bevoegdheid is positief. Het voorstel is gebaseerd op artikel 114, VWEU. Artikel 114, VWEU, geeft de EU de bevoegdheid maatregelen vast te stellen inzake de onderlinge aanpassing van de wettelijke en bestuursrechtelijke bepalingen van de lidstaten die de instelling en de werking van de interne markt betreffen. Het kabinet kan zich vinden in deze rechtsgrondslag. Op het terrein van de interne markt is op grond van artikel 4, tweede lid, onder a, VWEU sprake van een gedeelde bevoegdheid tussen de EU en de lidstaten.
Subsidiariteit
Als onderdeel van de toets of de EU mag optreden conform de EU-verdragen toetst het kabinet de subsidiariteit van het optreden van de Commissie. Dit houdt in dat het kabinet op de gebieden die niet onder de exclusieve bevoegdheid van de Unie vallen of wanneer sprake is van een voorstel dat gezien zijn aard enkel door de EU kan worden uitgeoefend, toetst of het overwogen optreden niet voldoende door de lidstaten op centraal, regionaal of lokaal niveau kan worden verwezenlijkt, maar vanwege de omvang of de gevolgen van het overwogen optreden beter door de Unie kan worden bereikt (het subsidiariteitsbeginsel). Het oordeel van het kabinet ten aanzien van de subsidiariteit is positief.. Vanwege het belang van een goed functionerende interne markt is het van belang dat in de hele EU uniform wordt gerapporteerd over gepaste zorgvuldigheid. Optreden op EU-niveau is derhalve gerechtvaardigd.
Proportionaliteit
Als onderdeel van de toets of de EU mag optreden conform de EU-verdragen toetst het kabinet of de inhoud en vorm van het optreden van de Unie niet verder gaan dan wat nodig is om de doelstellingen van de EU-verdragen te verwezenlijken (het proportionaliteitsbeginsel). Het oordeel van het kabinet ten aanzien van de proportionaliteit is positief.
Financiële consequenties, gevolgen voor regeldruk, concurrentiekracht en geopolitieke aspecten
Consequenties EU-begroting
Er zijn geen consequenties voor de EU-begroting voorzien.
Financiële consequenties (incl. personele) voor rijksoverheid en/ of medeoverheden
Er zijn geen financiële consequenties voor de rijksoverheid en/of medeoverheden voorzien.
Financiële consequenties en gevolgen voor regeldruk voor bedrijfsleven en burger
Er zijn geen extra financiële consequenties en gevolgen voor regeldruk voor bedrijfsleven en burger voorzien ten opzichte van de gevolgen die reeds voortvloeien uit de Batterijenverordening.
Gevolgen voor concurrentiekracht en geopolitieke aspecten
Het voorstel is ingegeven door het rapport «The Future of European Competitiveness» van Mario Draghi, teneinde het concurrentievermogen van de EU te vergroten en de lasten en nalevingskosten van het bedrijfsleven in de EU te verlichten.
De Commissie voorziet positieve effecten voor het concurrentievermogen van de Europese batterijensector omdat uitstel voorkomt dat vrije circulatie van batterijen op de Europese markt wordt belemmerd. Batterijproducenten hebben meer tijd nodig om aan de gepaste zorgvuldigheidsverplichtingen kunnen voldoen. De verwachting is dat de voorgestelde twee jaar daarvoor voldoende is en belemmering van vrij circulatie daarmee voorkomen wordt. Het kabinet is het daarmee eens.
In potentie draagt het voorstel bij aan het versterken van het concurrentievermogen van de EU. In het kader van toenemende internationale spanningen en geopolitieke onzekerheid, draagt het versterken van de concurrentiepositie bij aan de strategische positie van de EU. De originele verordening heeft gevolgen voor producenten en exporteurs in derde landen, bijvoorbeeld waar het import van batterijen uit derde landen betreft. Dialoog dient plaats te vinden met derde landen over de vereisten in de verordening, de richtsnoeren en het uitstel van de inwerkingtreding.
Implicaties juridisch
Consequenties voor nationale en decentrale regelgeving en/of sanctionering beleid (inclusief toepassing van de lex silencio positivo)
Het voorstel voorziet slechts in uitstel van toepassingsdata van al in de verordening opgenomen verplichtingen. Het uitstel biedt het kabinet meer ruimte om tijdig de hiervoor noodzakelijke maatregelen te treffen. Hiertoe behoort ook regelgeving waarin een grondslag moet worden opgenomen om niet-naleving van de verplichtingen inzake gepaste zorgvuldigheid door marktdeelnemers te kunnen sanctioneren.
Gedelegeerde en/of uitvoeringshandelingen, incl. NL-beoordeling daarvan
Niet van toepassing
Voorgestelde implementatietermijn (bij richtlijnen), dan wel voorgestelde datum inwerkingtreding (bij verordeningen en besluiten) met commentaar t.a.v. haalbaarheid
Het kabinet is positief over de voorgestelde implementatietermijn.
Wenselijkheid evaluatie-/horizonbepaling
Niet van toepassing
Constitutionele toets
Niet van toepassing
Implicaties voor uitvoering en/of handhaving
Er zijn geen nieuwe handhavings- of uitvoeringstaken toegevoegd in dit voorstel ten opzichte van de Batterijenverordening. De Inspectie Leefomgeving en Transport die toezichthouder is voor de Batterijenverordening heeft hiermee wel meer tijd zich voor te bereiden op het benodigde toezicht.
Implicaties voor ontwikkelingslanden
N.v.t.